Uitspraak
1.De procedure
2.De feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling
5.De beslissing
14 februari 2024.
Rechtbank Gelderland
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Gelderland op 14 februari 2024 uitspraak gedaan in een civiele procedure tussen [eiser] en [gedaagde]. De eiser, vertegenwoordigd door Alkema - Vloet - Kuijpers Gerechtsdeurwaarders, vorderde betaling van facturen die voortvloeien uit een overeenkomst van opdracht. De eiser had de opdracht bevestigd aan de gedaagde, die niet had betaald voor de geleverde diensten. De gedaagde betwistte de verschuldigdheid van de facturen, onder andere omdat de kosten vooraf niet duidelijk waren en er geen begroting was gegeven. De kantonrechter oordeelde dat er een overeenkomst van opdracht was en dat de gedaagde gehouden was de facturen te betalen. De rechter stelde vast dat de werkzaamheden waren verricht en dat de tarieven voldoende waren gecommuniceerd. De gedaagde werd veroordeeld tot betaling van een totaalbedrag van € 11.801,58, inclusief wettelijke handelsrente en buitengerechtelijke incassokosten. Daarnaast werd de gedaagde veroordeeld in de proceskosten van € 1.594,77. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.