In deze beschikking van de Rechtbank Gelderland, uitgesproken op 29 januari 2024, is de opheffing van de onderbewindstelling van de rechthebbende aan de orde. De rechthebbende, die onder bewind stond vanwege verkwisting en problematische schulden, heeft zelf het initiatief genomen om een schuldhulptraject aan te vragen bij de gemeente. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de opvolgend bewindvoerder, Reeling Bewindvoerders B.V., niet naar behoren functioneerde. Er zijn ernstige tekortkomingen geconstateerd, waaronder het niet indienen van de vereiste rekening en verantwoording over de jaren 2020 en 2021, en het niet tijdig indienen van de boedelbeschrijving. De rechthebbende heeft aangegeven dat zij graag wil stoppen met het bewind en over wil stappen naar budgetbeheer bij de gemeente. Ondanks dat de grond voor de onderbewindstelling nog aanwezig is, heeft de kantonrechter besloten het bewind op te heffen, omdat voortzetting van het bewind niet zinvol is gezien het onvoldoende functioneren van de bewindvoerder. De kantonrechter heeft bepaald dat de bewindvoerder binnen twee maanden na de opheffingsdatum een eindrekening en verantwoording moet afleggen aan de rechthebbende.