ECLI:NL:RBGEL:2024:1020
Rechtbank Gelderland
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Schuldvraag en bewijsvoering in afpersings- en diefstalzaak met vrijspraak
In deze zaak heeft de rechtbank Gelderland op 13 februari 2024 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een 48-jarige man, die werd beschuldigd van afpersing en het medeplegen van diefstal. De rechtbank heeft de man schuldig bevonden aan de tenlastegelegde feiten, maar heeft hem vrijgesproken van de specifieke aanklachten. De officier van justitie en de verdediging stelden dat er onvoldoende bewijs was om de verdachte te veroordelen voor de feiten 1 en 2. De rechtbank oordeelde dat het dossier geen bewijs bevatte dat de verdachte betrokken was bij de afpersing en diefstal. Er was geen bewijs dat er een plan was gemaakt of dat de verdachte uitvoeringshandelingen had verricht. De rechtbank sprak de verdachte vrij van de feiten 1 en 2, en verklaarde de benadeelde partij niet-ontvankelijk in zijn vordering tot schadevergoeding, aangezien de verdachte was vrijgesproken. De rechtbank bepaalde dat de benadeelde partij en de verdachte ieder hun eigen kosten dragen.