5.20.Partijen hebben in hun aktes vragen voorgesteld om aan de deskundige voor te leggen. Aangezien partijen niet op elkaars aktes hebben kunnen reageren is sprake van drie afzonderlijke vraagstellingen, die echter deels op het zelfde neerkomen. Alle partijen stellen vragen voor over de bevindingen van [bedrijf 2] en de aannemelijkheid van het losraken van de olieretourpijp. Deze vragen zijn, zij het gerubriceerd en in sommige gevallen meer in de zin van een open vraag, overgenomen. Daarnaast heeft de rechtbank vragen toegevoegd over de mogelijkheden die de deskundige heeft op basis van enkel foto’s en de beschreven bevindingen en die hij zou hebben gehad als hij de motor fysiek had kunnen onderzoeken. De rechtbank komt daarmee tot de volgende vraagstelling:
1.
Van buiten komend onheil
a. Hoe kan naar uw mening de situatie zijn ontstaan waarin de retourpijp van de motor aan één zijde los hangt en het beugeltje dat die pijp op zijn plek houdt is verbogen?
b. Is het mogelijk dat de retouroliepijp van de motor is losgeslagen door een van buiten komend voorwerp, zoals een losliggende steen of tak?
c. Valt op basis van de foto’s en de beschreven bevindingen vast te stellen of een dergelijk voorval heeft plaatsgevonden?
Zo nee:
d. Had u dit wel kunnen vaststellen als u de motor fysiek had kunnen onderzoeken?
2.
Losraken olieretourpijp
a. Kan het losraken van de olieretourpijp in zijn algemeenheid leiden tot het vastlopen van de motor? Zo ja, kunt u omschrijven wat de gevolgen daarvan zijn?
b. Past het schadebeeld zoals u dat op de foto’s ziet daarbij? Zo ja, hoe?
c. Hoe beoordeelt u de opmerking van [bedrijf 2] dat als de retourpijp van de turbo zou zijn los geschoten, de oliepomp het carter van de motor zou hebben leeggepompt met schade aan de andere lagerschalen tot gevolg?
d. Hoe beoordeelt u de opmerking van [bedrijf 1] dat bij het losraken van de olieretourpijp de olie weglekt, waarna de cilinder die als eerste droogloopt stuk gaat en de drijfstang vervolgens breekt?
e. Indien u hierover op basis van enkel foto’s en de beschreven bevindingen geen uitspraken kunt doen, had u dit wel kunnen doen als u de motor fysiek had kunnen onderzoeken?
3.
Staat motor
a. Kunt u op basis van de foto’s en de beschreven bevindingen onderbouwde uitspraken doen over de staat van de motor?
Zo ja:
b. Hoe beoordeelt u het feit dat er onvoldoende olie in de motor aanwezig was om een goede olieanalyse te maken?
c. Hoe beoordeelt u de klepspeling? Wat is uw mening over de conclusie van [bedrijf 2] dat deze ruim is (inlaat 0,7 mm en uitlaat 0,9 mm, waar dit 0,3 mm en 0,5 mm had moeten zijn)? Wat is uw mening over de opmerking van [bedrijf 1] dat de ruimte te verklaren is doordat cilinder 6 tegen de klep heeft aangestoten?
d. Hoe beoordeelt u de carterontluchting?
e. Hoe beoordeelt u de (speling op de) olieschraapveer? Wat is uw mening over de conclusie van [bedrijf 2] dat er een speling is gemeten van 3 mm waar dat 1,15 mm mag zijn en op de topveer 0,9 mm waar dit 0,8 mm mag zijn?
f. Hoe beoordeelt u de speling op de turbo, zowel axiaal als radiaal? Wat is uw mening over de opmerking van [bedrijf 2] dat er ‘niets van buiten af doorheen is gegaan’?
g. Hoe beoordeelt u de drijfstanglagerbouten van de zesde cilinder?
h. Hoe beoordeelt u de overige lagerschalen?
Zo nee:
i. Had u de staat van deze onderdelen wel kunnen vaststellen als u de motor fysiek had kunnen onderzoeken?
4.
Achterstallig onderhoud
a. Hoe beoordeelt u het onderhoud dat [eisers] blijkens de door haar overgelegde onderhoudsstaten en facturen heeft laten verrichten aan de motor?
b. Kunt u op basis van de foto’s vaststellen of sprake was van achterstallig onderhoud aan de motor ten aanzien van de hiervoor onder 3b tot en met 3h genoemde onderdelen?
Zo ja:
c. Kunt u vaststellen of dit achterstallig onderhoud op deze onderdelen heeft geleid tot het schadebeeld zoals dat is ontstaan, en zo ja, hoe?
Zo nee:
d. Kunt u in het algemeen zeggen of achterstallig onderhoud op deze onderdelen kan leiden tot het schadebeeld zoals dat is ontstaan, en zo ja, hoe?
e. Had u wel kunnen vaststellen of achterstallig onderhoud heeft geleid tot het defect raken van de motor als u deze fysiek had kunnen onderzoeken?
5.
Overige vragen
a. Ziet u op de foto’s andere onderdelen van de motor die opvallende kenmerken vertonen, en zo ja, welke?
b. Hoe is naar uw mening het gat in het motorblok ontstaan?
c. Kunt u op basis van de foto’s vaststellen of één van de onderdelen van de motor gebrekkig was, en zo ja, hoe dit heeft geleid tot het defect raken van de motor?
d. Kan het schadebeeld aan de motor zijn ontstaan als gevolg van meerdere oorzaken, en zo ja, welke?
e. Hoe groot is naar uw mening de kans dat elk van die oorzaken tot het vastlopen van de motor heeft geleid?
f. Heeft u nog overige opmerkingen die van belang zouden kunnen zijn voor de beoordeling van deze zaak door de rechter?