ECLI:NL:RBGEL:2023:7228

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
10 november 2023
Publicatiedatum
7 februari 2024
Zaaknummer
10512572 \ CV EXPL 23-1379
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Verbintenissenrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontbinding huurovereenkomst wegens ernstige overlast door huurder

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Gelderland op 10 november 2023 uitspraak gedaan in een geschil tussen de woningbouwstichting Stichting Portaal en een huurder, aangeduid als [gedaagde]. De vordering van Portaal betreft de ontbinding van de huurovereenkomst en de ontruiming van de woning van [gedaagde] wegens langdurige en ernstige overlast die zij heeft veroorzaakt voor omwonenden. De overlast omvat onder andere geluids- en intimiderend gedrag, wat heeft geleid tot herhaalde klachten van buren en betrokken instanties, waaronder de burgemeester en de politie. Ondanks herhaalde waarschuwingen en pogingen tot verbetering van het gedrag door Portaal, heeft [gedaagde] geen verandering in haar gedrag laten zien. De kantonrechter oordeelt dat de situatie onhoudbaar is en dat de belangen van de omwonenden zwaarder wegen dan het woonbelang van [gedaagde]. De huurovereenkomst wordt ontbonden, en [gedaagde] wordt veroordeeld om binnen veertien dagen de woning te ontruimen en een maandelijkse vergoeding aan Portaal te betalen voor elke maand dat zij na de ontbinding in de woning verblijft. De proceskosten worden eveneens aan [gedaagde] opgelegd.

Uitspraak

RECHTBANKGELDERLAND
Civiel recht
Kantonrechter
Zittingsplaats Nijmegen
Zaaknummer: 10512572 \ CV EXPL 23-1379
Vonnis van 10 november 2023
in de zaak van
STICHTING PORTAAL,
te Utrecht,
eisende partij,
hierna te noemen: Portaal,
gemachtigde: mr. J.G. van Heertum,
tegen
[gedaagde],
te [woonplaats gedaagde] ,
gedaagde partij,
hierna te noemen: [gedaagde] ,
gemachtigde: mr. I. Stolting.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het tussenvonnis van 7 juli 2023
- de aanvullende producties (63 tot en met 80) namens Portaal
- het verweerschrift met producties namens [gedaagde] , ingekomen per mail op 4 oktober 2023.
1.2.
De zaak is mondeling behandeld op de zitting van 5 oktober 2023. Verschenen zijn [medewerker] namens Portaal, bijgestaan door mr. Van Heertum, en [gedaagde] , bijgestaan door mr. Stolting. Aanwezig waren tevens [wijkagent] (met collega) en [betrokkene 1] (buurtbewoonster). Mr. Van Heertum heeft ter zitting het eerste deel van zijn spreekaante-keningen voorgedragen en verzocht om het verweerschrift met bijbehorende producties van [gedaagde] als tardief buiten beschouwing te laten, welk verzoek is ingewilligd. [gedaagde] heeft vanaf 7 juli 2023 reeds ruim (extra) de tijd gehad om haar mondelinge antwoord schriftelijk aan te vullen. De haar gestelde nadere indieningstermijn heeft [gedaagde] ongebruikt laten verstrijken. Van Portaal kan niet worden verwacht dat zij daags na de indiening van het verweerschrift daarop reageert en de kantonrechter heeft het in de gegeven omstandigheden in strijd met de goede procesorde geoordeeld om de zaak daarvoor aan te houden. Mr. Van Heertum heeft daarop afgezien van het verder voordragen van zijn spreekaantekeningen. De griffier heeft aantekeningen gemaakt van dat wat verder is besproken.
1.3.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
Portaal is een toegelaten instelling als bedoeld in artikel 19 van de Woningwet en uitsluitend werkzaam op het gebied van volkshuisvesting.
2.2.
[gedaagde] huurt van (de rechtsvoorganger van) Portaal met ingang van 9 februari 1998 voor onbepaalde tijd de woning aan de [woonadres gedaagde] (hierna: de woning). Op de huurovereenkomst zijn de algemene bepalingen van 29 maart 1993 (hierna: AB) van toepassing.
2.3.
In de AB zijn onder andere de volgende bepalingen opgenomen:
“ART. 5 ALGEMENE VERPLICHTINGEN VAN DE HUURDER
5.1
Het gehuurde is uitsluitend en alleen bestemd om te worden gebruikt als woonruimte. Huurder zal het gehuurde als een goed huurder (…)
ART. 6 BESCHERMING VAN WOONKLIMAAT
6.1
Huurder zal omwonenden geen hinder of overlast bezorgen.(…)
ART. 7 VERPLICHTIGEN TOT ONDERHOUD, REPARATIE EN VERVANGING
7.1
Verhuurder is verplicht het gehuurde aan de buitenzijde en huurder is verplicht het gehuurde aan de binnenzijde in goede staat van onderhoud te houden.(…)
ART. 8 TOEGANG TOT HET GEHUURDE/GEDOOGPLICHT
8.1
Huurder zal verhuurder het personeel van verhuurder of door verhuurder ingeschakelde derden op voorafgaand verzoek in de gelegenheid stellen het gehuurde te controleren dan wel noodzakelijke reparatie-, onderhouds- en /of vervangingswerkzaamheden uit te voeren c.q. te doen uitvoeren.
8.2
Huurder zal alle naar het oordeel van de verhuurder noodzakelijke, in 8.1 genoemde werkzaamheden of reparaties in, op, aan of bij het gehuurde, als ook aan de centrale voorzieningen ten behoeve van het gehuurde of van direct aangrenzende woningen toestaan.(…)”
2.4.
De actuele huurprijs voor de woning bedraagt € 370,77 per maand.
2.5.
De woning is een beneden(hoek)woning, met voor- en achtertuin in een complex met 3 woonlagen. De overige woningen in het complex zijn deels koopwoningen en deels huurwoningen.
2.6.
Portaal ontvangt sinds begin 2020 op regelmatige basis overlastmeldingen van andere huurders uit hetzelfde complex over [gedaagde] .
2.7.
Vanaf augustus 2021 sturen [betrokkene 2] (hierna: [betrokkene 2] ) en [betrokkene 3] , bewoonsters van de appartementen aan de [woonadressen betrokkenen 1] (uit een ander complex), regelmatig overlastmeldingen over [gedaagde] aan Portaal.
2.8.
Bij brief van 3 maart 2022 schrijft [medewerker] aan [gedaagde] onder meer het volgende:
“(…)Helaas blijft u zich ook op een vervelende manier gedragen als medebewoners bezoek ontvangen. U bonkt en schreeuwt als reactie op het bezoek wat als zeer vervelend wordt ervaren. We willen u vragen hiermee te stoppen.”
2.9.
Op 2 augustus 2022 stuurt de burgemeester van Nijmegen een brief aan Portaal waarin hij onder meer schrijft:
“(…) Vanuit haar woning veroorzaakt [gedaagde] regelmatig overlast voor de omwonenden. Eind 2021 hebben er vanwege de vele meldingen overleggen plaatsgevonden tussen politie, OM, Pro Persona, Bijzondere Zorg en het zorg- en Veiligheidshuis. Dit heeft niet tot een oplossing geleid.
Sinds 7 februari 2020 ontvangt de politie regelmatig meldingen van omwonenden van de [woonadres gedaagde] . Ook krijgt de politie meerdere meldingen van [gedaagde] zelf met betrekking tot de overlast die zij ervaart van omwonenden.(…) Vanaf 7 januari 2020 zijn er 171 meldingen geregistreerd ten aanzien van dit adres. Deze meldingen betreffen veelal burenruzie, overlast door verward persoon, ruzie/twist, etc. Daarnaast zijn er ook meerder meldingen van de bewoners van [woonadressen betrokkenen 1] , met betrekking tot [gedaagde] . Deze bewoners hebben ook een aandeel in de ruzies. Hieronder volgt een opsomming van de meldingen die in 2022 hebben plaatsgevonden (anno nu 88 meldingen) (…)
Bevindingen wijkagent
[gedaagde] leeft met alles en iedereen in een permanente staat van ruzie. Ze scheldt, dreigt met advocaten en zorgt voor diverse vormen van overlast. Denk aan o.a. etenswaren over de schutting gooien, ’s nachts wasmachine laten draaien, tegen portiekbewoners tekeergaan als zij deze tegenkomt, met stenen gooien tegen camera’s van de buren. Dit alles gaat op schreeuwende en intimiderende wijze. Of het nu gaat om de wijkagent c.q. politie, de postbode, een winkelmedewerker, altijd is [gedaagde] op schreeuwende, intimiderende wijze aan het praten. Het maakt niet uit of je zelf op rustige toon praat, een normaal gesprek is niet mogelijk. De wijkagent voor mij heeft soortgelijke ervaringen met betrokkene [gedaagde] .(…)
Een beoordeling door de crisisdienst heeft vooralsnog niet tot een opname geleid. Het Meldpunt Bijzondere Zorg is diverse malen aan de deur geweest, maar het is niet gelukt om in contact te komen met [gedaagde] . Zij weigert voor hen de deur te openen.
Maatschappelijke urgentie
[gedaagde] veroorzaakt met haar gedrag al geruime tijd veel overlast in haar woonomgeving. Wijkagenten geven aan dat de overlast al meerdere jaren gaande is. De aanhoudende overlast neemt toe en is van invloed op de woonomstandigheden van omwonenden. De verhoudingen met haar buren is dermate dat escalatie niet wordt uitgesloten.
Verantwoordelijkheid verhuurder
Met deze brief wijs ik u dringend op uw verantwoordelijkheid als verhuurder van de betrokken woning, om een eind te maken aan de overlast. Indien u hieraan geen gevolg geeft, kan ik op grond van mijn wettelijke bevoegdheden, o.a. artikel 174a van de Gemeentewet, maatregelen nemen eventueel besluiten deze woning te sluiten.(…)”
2.10.
Op 2 sept 2022 stuurt Portaal een brief aan [gedaagde] waarin zij meldt dat zij veel meldingen van ongepast gedrag (schreeuwen, schelden en slaan tegen ramen en deuren) door [gedaagde] ontvangt van omwonenden en dat omwonenden al enkele keren de politie hebben gebeld. Portaal verzoekt [gedaagde] haar gedrag aan te passen.
2.11.
Op 30 september 2022 ontvangt Portaal een melding van M. [betrokkene 1] (hierna: [betrokkene 1] ), wonende aan de [woonadres betrokkene 1] (het appartement boven dat van [gedaagde] ). [betrokkene 1] schrijft:
“Ik woon boven [gedaagde] : ze is al de hele week boos en ze schreeuwt zo hard. sinds afgelopen maandag heeft ze elke nacht wasmachine aan en vandaag had ze het vanmorgen aan. nu staat het weer aan! Het is nu 00:00.
Kunt u hier iets tegen doen?
Ze zou rekening houden en dat had ze de afgelopen tijd gedaan maar nu begint ze weer met de wasmachine smorgens en savonds te draaien.”
2.12.
Op 7 oktober 2022 doet [betrokkene 1] weer een melding, waarin zij onder andere meldt:
“(…) Ik wil gewoon s’nachts kunnen slapen en sinds deze week en vorige week doet ze weer de wasmachine aan. Ze is bos op veel mensen, en ze schreeuwt echt HARD, maar ze kan toch ook rekening houden met haar buren.
Als ik bezoek krijg overdag, gaat ze hard met de deuren zwaaien en schreeuwen zodat mijn bezoek naar huis willen gaan. Dit is echt niet leuk.”
2.13.
In een verklaring van eind november 2022 verklaart [betrokkene 4] (hierna: [betrokkene 4] ), wonende aan de [woonadres betrokkene 4] , onder meer:
“(…) De bewoners in de flat naast mij wisselen zeer snel. Vooral de bewoners van nr. 47 heb ik vanaf 2003 met regelmaat zien wisselen. Ik heb de pijnlijke (haast onbewijsbare) confrontaties aangehoord via mijn woning en via de tuin, tussen [gedaagde] en de omwonenden. Wat opvalt is dat de bewoners wisselen, maar de klachten blijven nagenoeg steeds dezelfde en beginnen escalerende vormen aan te nemen (in mijn visie).(…)”
2.14.
In een verklaring d.d. 30 november 2022, opgemaakt door [medewerker] , verklaart [betrokkene 1] onder andere:
“(…) [gedaagde] kan zeer intimiderend aan de deur komen. Ze is dan verbaal agressief. Soms schreeuwt ze urenlang achter elkaar. Door het gedrag van [gedaagde] wordt het woongenot ernstig geschaadt.
Mevrouw slaapt er slecht door. Zelfs met oordoppen in hoor je ze nog.
Het is vaak zo erg dat politie gebeld moet worden. Soms 3x op één avond.(…)
2.15.
Op 12 december 2023, 25 januari 2023, 20 februari 2023 en 8 maart 2023 doet [betrokkene 1] weer meldingen van geluidsoverlast (hard schreeuwen) door [gedaagde] .
2.16.
Op 23 januari 2023 stuurt [betrokkene 5] (hierna: [betrokkene 5] ), wonende aan de [woonadres betrokkene 5] , een mail aan Portaal met als onderwerp ‘Zorgen bewoonster [woonadres gedaagde] ’. [betrokkene 5] schrijft onder andere:
“(…) Ik hoor vaak geschreeuw, ruzie, boosheid en verdriet van haar. Ik maak me daarom erg zorgen over haar geestelijke gesteldheid. Ik voel mij hierdoor niet veilig als ik langs haar deur/woning moet lopen.(…)”
2.17.
Op 13 maart 2023 stuurt de burgemeester van Nijmegen weer een brief aan Portaal in verband met de ernstige overlast die [gedaagde] veroorzaakt. De burgemeester verzoekt Portaal dringend een einde te maken aan de overlast.
2.18.
Op 5 april 2023 meldt [betrokkene 1] bij Portaal:
“(… [gedaagde] is al de hele week aan het schreeuwen en s’nachts zet ze weer iets aan wat zoveel lawaai maakt. (wasmachine?)
Ik hoop dat u en collega’s toch gaan praten met [gedaagde] , zodat ze rekening houdt met haar buren.
Ik hou me rustig, bel je politie en dien klachten in, maar hoe lang moeten wij, alle buren, dit nog doormaken?”
2.19.
Op 6 april 2023 neemt de wijkagent telefonisch contact op met Portaal en meldt dat de situatie onhoudbaar begint te worden.
2.20.
Op 12 en 25 april 2023 doet [betrokkene 1] weer overlastmeldingen bij Portaal. In haar melding van 25 april 2023 schrijft zij:
“(…) Afgelopen vrijdag, 21 april, was de politie en brandweer bij [gedaagde] . Ik was op het moment van de brand niet thuis, kwam later thuis. [gedaagde] ging te keer tegen de politie en de brandweer, ze moesten via de achtertuin. Later ging ze ook te keer tegen de glazenzetter, de man had haar een laatste waarschuwing gegeven, maar ze bleef schreeuwen tegen hem. Hij is weggegaan zonder zijn werk af te maken. Daarna werd het erger…ze bleef maar schreeuwen en schreeuwen. Ik heb die dag 3x de politie gebeld en na 00:00 nog 2x want ze bleef maar te keer gaan en schreeuwen! (…) Ze reageert haar woede op iedereen af. De politie heeft [gedaagde] afgelopen zaterdag een proces verbaal gegeven. U kunt hier gerust langskomen: Op werkdagen is ze bijna elke morgen aan het schreeuwen. (vooral maandagen). Dan kunt u het ook horen hoe woedend ze op iedereen is. Ze schreeuwt niet tien minuten…het gaat soms uren door. Ze slaat met haar deuren. Als ik bezoek heb, gaat ze ook te keer, zodat mijn bezoek naar huis wil. PS. Ik ben nu thuis en [gedaagde] is weer bezig: de politie is weer gebeld.(…) ps. Ik blijf rustig en bel steeds de politie. Maar voor veel buren is de maat bijna vol. ze bezorgt ons veel slapeloze nachten!(…)”
2.21.
Op 28 april 2023 doet [betrokkene 6] (hierna: [betrokkene 6] ), wonende aan de [woonadres betrokkene 6] (het appartement schuin boven dat van [gedaagde] ), een overlastmelding. Hij schrijft:
“Op vrijdagavond 21 april 2023 stond plotseling brandweer en politie voor de deur van [gedaagde] , [woonadres gedaagde] . Naar ik heb begrepen stond [gedaagde] in de woonkamer te koken en kwam de rook uit het raam. In verband met mogelijke brand is door omwonenden de brandweer gebeld. [gedaagde] heeft daarbij heftig van zich af geschreeuwd. Ook kon later de glazenwasser zijn werk niet uitvoeren omdat hij enorm werd uitgekafferd door [gedaagde] . Hij is zonder het raam in te zetten weggegaan. Een dergelijk voorval maakt de woonomgeving zeer onveilig en problematisch voor buren en omwonenden. Die zijn ten einde de raad. Je voelt je absoluut niet meer veilig. Vanwege brandgevaar hen vanwege het zeer heftige en zeer langdurende geschreeuw van [gedaagde] . Hier is absoluut niemand tegen opgewassen. De volgende dag stond opnieuw de politie voor haar deur. Haar immense en intense geschreeuw is dan door buren goed te horen. Dat maakt het voor buren ondraaglijk. Wanneer en op welke manier gaat Portaal dit oplossen? Met deze situatie valt hier niet te wonen.”
2.22.
Op 1 mei 2023 doet [betrokkene 6] weer een melding van overlast door [gedaagde] . Hij schrijft onder andere:
“Afgelopen week (ik meen op woensdag 29 maart, het tijdstip was om 13.30u in ieder geval) stond de politie voor de zoveelste keer voor de deur van [gedaagde] op [woonadres gedaagde] . Dit is verband met haar overlast richting haar bovenbuurvrouw ( [huisnummer] ). [gedaagde] woont in dezelfde trappengalerij als ik. Als de politie op een dergelijk moment et haar in gesprek is dan kan ik het luide geschreeuw van haar tegen de politie goed horen. Haar geschreeuw dringt door tot in mijn appartement en is voor mijn leefomgeving erg onheilspellend. Er was bij mij geen bezoek, anders was dat voor bezoek ook zeer vervelend geweest. Deze overlast komt veel vaker voor. Daarom meld ik deze ook niet vaak meer. Ik vraag u om hier maartregelen tegen te nemen vanuit Portaal.(…)”
2.23.
Op 16 mei 2023 doet [betrokkene 1] weer een overlastmelding. Zij schrijft onder meer:
“Ik heb klachten over mijn buurvrouw [gedaagde] . Ik heb deze maand de politie gebeld vanwege het geschreeuw van [gedaagde] . 8 mei 2x gebeld 0 mei 10 mei 15 mei 8 mei begon [gedaagde] al rond 0830, en zo was [gedaagde] de hele dag aan het schreeuwen en weer stil. Rond 1800 was ik het zat en heb ik de politie gebeld.(…) rond 22:25 heb ik weer de politie gebeld: ze was weer aan het schreeuwen.(…)
15 mei Ik was de hele dag weg en toen ik in de avond thuis kwam begon het geschreeuw weer! Ze was weer lang aan het schreeuwen! Ik heb de politie gebeld om 21:32 (…) Ik vind het niet leuk om de politie te bellen, maar als ik hun niet bel dan blijft ze echt de hele dag door schreeuwen! Het is zo negatief en ze is boos op iedereen! (…)
Er zijn heel veel buren die niet blij zijn met haar gedrag, maar zij durven geen melding te maken. Ik begrijp nu heel goed waarom deze buren geen melding maken. -gooien met fruit en groente-schreeuwen tegen postbezorgers en politie-(…) Hoe het begon? Ik heb haar postpakket aangenomen en ze werd boos op me en ging tegen me te keer! haar antwoord: Ik mocht het niet aannemen! Dat was de 2e keer dat ik haar zag toen ik net hier woonde.(…)
2.24.
Op 2 juni 2023 ontvangt Portaal nog een overlastmelding van [betrokkene 6] . In het meldingsformulier staat:
“Vorige week (week 21, woensdagavond 21 mei, meen ik me te herinneren) en gisteravond woensdag 1 juni schreeuwde [gedaagde] ( [woonadres gedaagde] ) de buurt opnieuw bij elkaar. Aanleiding was het feit dat haar directe buur ( [huisnummer] ) de ver overhangende takken probeerde af te zagen. Deze overhangende takken (en zeer hoge bomen die ver boven boven de appartementenflat uitkomen nemen al jaren de zon weg uit de tuin van de buren ( [huisnummer] ) en van de balkons van de diverse buren ( [diverse huisnummers] ). Het geschreeuw van [gedaagde] is uitermate extreem en langdurend. Verwensingen zijn door de gehele buurt te horen. Zeker nu mensen met goed weer in hun tuin zitten of de deur open hebben staan. (…) De situatie met de zware overlast van [gedaagde] ( [woonadres gedaagde] ) is zo uit de hand gelopen dat je geen bezoek meer uitnodigt. Wat gaat Portaal aan deze zeer slechte leefomgeving doen?
(…)
Zijn er meer bewoners die dezelfde overlast ervaren?
Ja. Alle bewoners uit het appartementencomplex ( [woonadressen betrokkenen 1] , 49, 5, 53, 55), bewoners van de aangrenzende appartementencomplexen, bewoners van de eengezinswoningen aan de achterkant (oa de [straatnaam] , met achtertuinen). Deze overlast is er al vele jaren. Er is sprake van structurele, zware overlast voor buren en omwonenden door [gedaagde] . Bezoek kun je fatsoenlijkheidshalve niet meer uitnodigen.”
Wat heeft u zelf gedaan om de overlast op te lossen en wat was het resultaat?
Met [gedaagde] van [woonadres gedaagde] is absoluut geen communicatie mogelijk. Haar verbale intimidatie en geweld is immens.(…)”
2.25.
Op 12 juli 2023 doet [betrokkene 6] weer een overlastmelding bij Portaal. Hij meldt:
“Vorige week (op woensdagavond 5 juli, als ik mij niet vergis) wilde mijn onderbuurvrouw ( [woonadressen betrokkenen 1] ) een aantal zeer ver overhangende en in haar tuin hangend takken (takken van bomen en grote struiken vanuit de tuin van [gedaagde] op [woonadres gedaagde] ) afzagen. [gedaagde] ( [woonadres gedaagde] ) zette het vervolgens op een enorm minutenlang durend schreeuwen. Dit schreeuwen ging de hele buurt door. Gelukkig had ik geen bezoek. Bezoek zou anders nooit meer zijn gekomen. De overhangende takken en zeer grote bomen nemen al jarenlang zon uit de aangrenzende tuin van [woonadressen betrokkenen 1] weg, en ook van de balokns van appartementen [diverse huisnummers] . Als er ook maar iets over deze overlast tegen [gedaagde] wordt gezegd, scheldt zij de klager de huid vol. Dat is dubbele overlast. Het schelden wordt als zwaar intimiderend ervaren.(…)”
2.26.
Op 1 september 2023 stuurt [betrokkene 6] een mail aan Portaal met een overzicht van door hem ervaren overlast door [gedaagde] (met name hard schelden) in de periode van 13 juli 2023 tot en met 24 augustus 2023.
2.27.
Op 20 september 2023 stuurt [betrokkene 6] Portaal een aanvulling op het eerder door hem gestuurde logboek met door hem ervaren overlast door [gedaagde] .
2.28.
Op 22 september 2023 stuurt [betrokkene 1] Portaal een overlastlogboek over [gedaagde] met klachten in de periode 7 tot en met 21 september 2023. Zij schrijft onder de meldingen het volgende:
“(…)Mijn woongenot is nu echt niet fijn, [gedaagde] houdt totaal geen rekening met haar omgeving. Haar achterdeur staat vaak open, mensen die langslopen (in het pad) of hier wonen horen haar altijd te keer gaan. Ze gebruikt heel veel scheldwoorden!
In mijn woning hoor je op elke kamer haar schreeuwen!
Als ze boos i, dan kan ze ook heel lang boos zijn. Het is niet 2 minuten schreeuwen, ze kan zo lang doorgaan…
Bezoek komt hier amper langs, vanwege het geschreeuw van [gedaagde] .
Ik hou me rustig, maar het is niet makkelijk.(…)”

3.Het geschil

3.1.
Portaal vordert - samengevat - dat de kantonrechter bij vonnis, zo mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:
I. De huurovereenkomst tussen partijen ontbindt.
II. [gedaagde] veroordeelt om binnen veertien dagen na betekening van het te wijzen vonnis de woning te ontruimen en verlaten.
III. [gedaagde] veroordeelt om aan Portaal een bedrag van € 370,77 per maand te betalen voor elke maand dat zij na ontbinding van de huurovereenkomst in de woning verblijft, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de dag dat het bedrag opeisbaar is geworden.
IV. [gedaagde] veroordeelt in de proceskosten, inclusief de nakosten.
3.2.
Ter onderbouwing van haar vorderingen stelt Portaal samengevat dat sprake is van diverse tekortkomingen in de nakoming van de huurovereenkomst die ontbinding van de overeenkomst rechtvaardigen. [gedaagde] zorgt voor structurele (geluids)overlast in de buurt, vertoont wangedrag jegens medehuurders, Portaalmedewerkers en derden, waaronder de politie, en er is sprake van vervuiling van de woning. Dit is in strijd met de verplichting van [gedaagde] zich als een goed huurder te gedragen. Daarnaast werkt [gedaagde] niet mee aan onderhoudswerkzaamheden en doet zij zelf onterechte meldingen van gestelde gebreken. Portaal stelt dat bij een belangenafweging haar belangen - met name gezien de belangen van omwonenden - zwaarder wegen dan het woonbelang van [gedaagde] .
3.3.
[gedaagde] voert gemotiveerd verweer. Zij voert aan dat het juist andere omwonenden (met name de bewoners van [woonadressen betrokkenen 1] ) zijn die haar overlast bezorgen. De in het geding gebrachte overlastmeldingen zijn volgens [gedaagde] verzonnen of aangedikt en ook de brieven van de burgemeester zijn niet echt. Zij wordt zelf niet op de hoogte gebracht van de meldingen of klachten die tegen haar worden ingediend en er vindt geen hoor- en wederhoor plaats, aldus [gedaagde] .
3.4.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover nodig, nader ingegaan.

4.De beoordeling

Ontbinding?
4.1.
De kantonrechter stelt voorop dat in beginsel iedere tekortkoming in de nakoming van een verplichting de ontbinding van de overeenkomst rechtvaardigt, tenzij de geringe betekenis of de bijzondere aard van de tekortkoming de ontbinding met haar gevolgen niet rechtvaardigt (artikel 6:265 lid 1 van het Burgerlijk Wetboek (BW).
4.2.
De vraag die als eerste beantwoording behoeft, is dan ook de vraag of [gedaagde] tekortgeschoten is in de nakoming van een verplichting uit de huurovereenkomst. De kantonrechter beantwoordt die vraag bevestigend en overweegt daartoe het volgende.
4.3.
[gedaagde] is als huurder verplicht zich ten aanzien van het gebruik van het gehuurde als goed huurder te gedragen (artikel 7:213 BW en artikel 5.1 AB). Goed huurderschap is een open norm. De bepaling roept een (algemene) verplichting voor de huurder in het leven tot zorg ten aanzien van het gehuurde, de omgeving van het gehuurde en de verhuurder. De verplichting zich als goed huurder te gedragen houdt in dat een huurder datgene doet of nalaat wat hij of zij naar maatstaven van redelijkheid en maatschappelijke zorgvuldigheid behoort te doen of na te laten.
4.4.
In geschil is allereerst of [gedaagde] gedurende langere tijd ernstige (geluids)overlast heeft veroorzaakt en nog steeds veroorzaakt voor omwonenden en of [gedaagde] medewerkers van Portaal en derden op onaanvaardbare wijze heeft bejegend, zoals Portaal stelt en [gedaagde] betwist. Uit de vele overgelegde overlastmeldingen van omwonenden, de brieven van de burgemeester, de politiemutaties en de verklaring van de wijkagent volgt dat [gedaagde] vaak en hard, soms gedurende lange tijd, op intimiderende wijze schreeuwt en scheldt tegen omwonenden, medewerkers van Portaal, door Portaal ingeschakelde derden, de politie en zelfs de postbode en de taxichauffeur. Dit is ook tijdens de zitting nog bevestigd door de wijkagent en [betrokkene 1] . [gedaagde] heeft dit onvoldoende weersproken. Van haar had meer mogen worden verwacht dan een enkele ontkenning van dit alles. Volgens [gedaagde] zijn alle klachten verzonnen en zij betwist ook dat er zoveel klachten zouden zijn geuit. De kantonrechter ziet echter geen reden te twijfelen aan de authenticiteit van de brieven van de burgemeester waarin de vele overlastmeldingen zijn weergegeven. Weliswaar is duidelijk sprake van een uit de hand gelopen burengeschil tussen aan de ene kant [gedaagde] en aan de andere kant de bewoners van [woonadressen betrokkenen 1] , waarbij over en weer veel hinder wordt ervaren, maar uit de overgelegde stukken en verklaringen volgt duidelijk dat andere bewoners ook veel last ondervinden van die ruzie. Niet gesteld of gebleken is echter dat andere omwonenden dan [gedaagde] klachten hebben ingediend over de bewoners van [woonadressen betrokkenen 1] , terwijl verschillende andere omwonenden (met name de bewoners van [diverse huisnummers] ) wel klachten over [gedaagde] hebben ingediend. Daaronder bevinden zich ook veel klachten van geluidsoverlast (met name onophoudelijk schreeuwen) dat het bestek van het burengeschil te buiten gaat. Deze klachten vinden bovendien bevestiging in de politiemeldingen en de verklaring van de wijkagent. Daaruit blijkt verder dat [gedaagde] zich nergens op laat aanspreken, ook niet door Portaal en de politie die in het kader van de door omwonenden ervaren overlast moeten acteren. Voor hen is het erg lastig, zo niet onmogelijk, gebleken om met haar een normaal gesprek te voeren. [gedaagde] schreeuwt ook tegen hen. Dat maakt dat de overlast onverminderd aanhoudt.
4.5.
Naar het oordeel van de kantonrechter had [gedaagde] zich als goed huurder van dit gedrag moeten onthouden en staat daarmee vast dat [gedaagde] tekort is geschoten in haar verplichtingen uit hoofde van de huurovereenkomst (artikel 5.1. en artikel 6.1. AB).
4.6.
De vraag is vervolgens of deze tekortkoming van [gedaagde] voldoende ernstig is om ontbinding van de huurovereenkomst te rechtvaardigen. Bij de beoordeling hiervan moet rekening worden gehouden met alle omstandigheden van het geval. In het geval van een huurovereenkomst met betrekking tot woonruimte geldt in dit verband dat het gewicht van de tekortkoming moet worden afgezet tegen het woonbelang van de huurder. Het is hierbij aan de tekortschietende partij om zich voldoende gemotiveerd op deze uitzondering te beroepen.
4.7.
Uit de overlastmeldingen blijkt duidelijk dat meerdere omwonenden gedurende een langere periode structureel en ernstig overlast van [gedaagde] hebben ervaren en dat inmiddels sprake is van een onhoudbare situatie. Bij buurtbewoners leven gevoelens van boosheid, angst, onveiligheid en radeloosheid. [gedaagde] zelf bagatelliseert de overlast en heeft tijdens de zitting verklaard “wel eens” te schreeuwen. Portaal heeft als verhuurder niet alleen een verantwoordelijkheid jegens [gedaagde] , maar ook jegens omwonenden, die ook van haar huren. Een van de taken van Portaal is het zorgen voor een rustig en veilig woongenot van haar huurders. Zij is gehouden om bij te dragen aan de leefbaarheid in de buurten en wijken waar haar woongelegenheden gelegen zijn. Nu Portaal gedurende lange tijd veelvuldig is geconfronteerd met ernstige klachten van omwonenden, is zij gehouden om stappen te ondernemen om aan die situatie een einde te maken. Portaal heeft in het kader van haar zorgplicht op verschillende manieren geprobeerd om [gedaagde] te bewegen tot aanpassing van haar gedrag. Uit de overgelegde brieven en verklaringen blijkt dat [gedaagde] , anders dan zij zelf stelt, wel degelijk op de hoogte is gebracht van de meldingen en klachten. Portaal heeft hiertoe brieven in het geding gebracht uit maart 2020, augustus 2020, september 2020, oktober 2020, januari 2021, maart 2021, januari 2022 en maart 2022. Daaruit blijkt ook dat Portaal ook gesprekken heeft proberen te voeren met [gedaagde] via de telefoon en in het gehuurde. Daarnaast heeft Portaal contact opgenomen met het Meldpunt Bijzondere Zorg en heeft zij het regieteam ingeschakeld. Verder blijkt uit de mutaties in de politiesystemen die zijn opgenomen in de brieven van de burgemeester dat ook de politie regelmatig contact heeft gehad met [gedaagde] naar aanleiding van de overlastmeldingen die omwonenden hebben gedaan. Al deze pogingen zijn echter tevergeefs geweest en [gedaagde] accepteert ook geen enkele vorm van hulpverlening. De overlast blijft bestaan en de klachten blijven binnenkomen bij Portaal en bij de politie, ook na indiening van de dagvaarding in deze procedure.
4.8.
De kantonrechter concludeert dat de door [gedaagde] veroorzaakte (geluids)overlast evenals haar wangedrag tegenover Portaalmedewerkers en politie structureel en ernstig is, dat [gedaagde] niet bereid of in staat is gebleken om haar gedrag aan te passen en dat er ingegrepen moet worden. Er is duidelijk sprake van een onhoudbare situatie, waarbij escalatie niet kan worden uitgesloten. [gedaagde] leeft in de woorden van de wijkagent “met alles en iedereen in een permanente staat van ruzie”. Uit de brieven van de burgemeester blijkt ook dat de situatie van kwaad tot erger wordt. Het belang van [gedaagde] om in het gehuurde te kunnen blijven wonen, legt onvoldoende gewicht in de schaal tegenover de belangen van Portaal, met name gelet op de belangen van omwonenden. Onder deze omstandigheden is de kantonrechter van oordeel dat de door [gedaagde] veroorzaakte structurele (geluids)overlast en haar wangedrag jegens Portaalmedewerkers en politie die vanwege die overlast acteren, de ontbinding van de huurovereenkomst rechtvaardigt. De andere door Portaal aangevoerde gronden voor ontbinding behoeven daarom geen nadere bespreking meer.
4.9.
Op basis van voorgaande overwegingen zal de kantonrechter de huurovereenkomst tussen partijen ontbinden en [gedaagde] veroordelen tot ontruiming van de woning binnen veertien dagen na betekening van dit vonnis. Daarnaast zal zij [gedaagde] veroordelen om aan Portaal een bedrag van € 370,77 per maand te betalen voor elke maand dat [gedaagde] na ontbinding van de huurovereenkomst in de woning verblijft, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de dag dat het bedrag opeisbaar is geworden.
Uitvoerbaar bij voorraadverklaring
4.10.
Voor wat betreft de gevorderde uitvoerbaarverklaring bij voorraad zoekt de kantonrechter aansluiting bij het arrest van de Hoge Raad van 29 november 1996, ECLI:NL:HR:1996:ZC2215, waarin de Hoge Raad heeft bepaald dat bij de beoordeling van een incidentele vordering tot uitvoerbaarverklaring bij voorraad de belangen van partijen moeten worden afgewogen in het licht van de omstandigheden van het geval. Daarbij moet worden nagegaan of op grond van die omstandigheden, bijvoorbeeld in verband met de spoedeisendheid van het voldoen aan de veroordeling, het belang van degene die de veroordeling verkreeg, zwaarder weegt dan dat van de veroordeelde bij behoud van de bestaande toestand tot op het rechtsmiddel is beslist. De kans van slagen van het aangewende rechtsmiddel dient daarbij in de regel buiten beschouwing te blijven.
Portaal heeft belang bij spoedige beëindiging van de door [gedaagde] veroorzaakte overlast door uitvoering van deze uitspraak. Daar staat tegenover dat deze uitvoering tot gevolg heeft dat [gedaagde] het gehuurde zal moeten ontruimen, terwijl dit niet of zeer bezwaarlijk weer ongedaan kan worden gemaakt. Alles afwegende, gelet op de ernst en het structurele karakter van de overlast waardoor een onhoudbare situatie is ontstaan, is de kantonrechter van oordeel dat het belang van Portaal bij onmiddellijke uitvoering van deze uitspraak zwaarder weegt dan het belang van [gedaagde] bij behoud van het gehuurde tot onherroepelijk op de vordering van Portaal is beslist.
Proceskosten
4.11.
[gedaagde] is de partij die ongelijk krijgt en zij zal daarom in de proceskosten worden veroordeeld. Tot aan dit vonnis worden de proceskosten aan de zijde van Portaal vastgesteld op € 129,14 aan dagvaardingskosten, € 128,00 aan griffierecht en € 398,00 (2 punten x tarief van € 199,00) aan salaris voor de gemachtigde.
4.12.
De gevorderde nakosten zullen worden begroot op een bedrag van € 99,50, zijnde een half salarispunt van het toe te wijzen salaris van de gemachtigde met een maximum van € 132,00, te vermeerderen, indien betekening van het vonnis heeft plaatsgevonden, met de explootkosten van betekening van het vonnis.

5.De beslissing

De kantonrechter
5.1.
ontbindt de huurovereenkomst tussen partijen;
5.2.
veroordeelt [gedaagde] om binnen veertien dagen na betekening van dit vonnis de woning aan de [woonadres gedaagde] te ontruimen en verlaten, onder afgifte van de sleutels, met al hetgeen van haar is, en met al de personen die zijdens [gedaagde] in de woning verblijven, en de woning ter vrije en algehele beschikking van Portaal te stellen;
5.3.
veroordeelt [gedaagde] om aan Portaal een bedrag van € 370,77 per maand te betalen voor elke maand dat zij na ontbinding van de huurovereenkomst in de woning aan de [woonadres gedaagde] verblijft, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de dag dat het bedrag opeisbaar is geworden;
5.4.
veroordeelt [gedaagde] in de proceskosten, tot deze uitspraak aan de kant van Portaal vastgesteld op € 129,14 aan dagvaardingskosten, € 128,00 aan griffierecht, € 398,00 aan salaris voor de gemachtigde en € 99,50 aan kosten die na dit vonnis zullen ontstaan, te vermeerderen, indien betekening van het vonnis heeft plaatsgevonden, met de explootkosten van betekening van het vonnis;
5.5.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. M.J.P. Heijmans en in het openbaar uitgesproken op 10 november 2023.
25115 \ 41245