ECLI:NL:RBGEL:2023:7020

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
20 december 2023
Publicatiedatum
21 december 2023
Zaaknummer
C/05/426370 / HZ ZA 23-321
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Bevoegdheidsincident en rectificatie partijaanduiding in civiele zaak met contractsoverneming

In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Gelderland, is op 20 december 2023 een vonnis gewezen in een bevoegdheidsincident en een incident tot rectificatie van de partijaanduiding. De eisende partij, vertegenwoordigd door advocaat mr. P.M. van der Lee, heeft een vordering ingesteld tegen de gedaagde partij, vertegenwoordigd door advocaat mr. D. Warnink, met betrekking tot een contractsoverneming en de geldigheid van een forumkeuzebeding. De rechtbank heeft vastgesteld dat de eisende partij schoonmaakwerkzaamheden verrichtte voor een bedrijf, waarbij een overeenkomst van opdracht van toepassing was. De rechtbank heeft geoordeeld dat er sprake is van een rechtsgeldige contractsoverneming, waardoor het forumkeuzebeding van toepassing is en de rechtbank bevoegd is om van het geschil kennis te nemen. Tevens is de incidentele vordering tot rectificatie van de partijaanduiding toegewezen, waarbij de rechtbank heeft geoordeeld dat de vermelding van de verkeerde partij in de dagvaarding een kennelijke vergissing was. De rechtbank heeft de proceskosten in het bevoegdheidsincident toegewezen aan de gedaagde partij, terwijl de kosten in het incident tot rectificatie zijn gecompenseerd. De hoofdzaak is aangehouden voor verdere behandeling.

Uitspraak

RECHTBANK Gelderland

Civiel recht
Zittingsplaats Zutphen
Zaaknummer: C/05/426370 / HZ ZA 23-321
Vonnis in incidenten van 20 december 2023
in de zaak van
[eis.hfdz./verw.inc./eis.inc.],
te [plaats] ,
eisende partij in de hoofdzaak,
verwerende partij in het bevoegdheidsincident,
eisende partij in het incident tot rectificatie,
hierna te noemen: [eis.hfdz./verw.inc./eis.inc.] ,
advocaat: mr. P.M. van der Lee te Amsterdam,
tegen
[ged.hfdz./eis.inc./verw.inc.],
te [plaats] ,
gedaagde partij in de hoofdzaak,
eisende partij in het bevoegdheidsincident,
verwerende partij in het incident tot rectificatie,
hierna te noemen: [ged.hfdz./eis.inc./verw.inc.] ,
advocaat: mr. D. Warnink te Kampen.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding
- de incidentele conclusie van onbevoegdheid tevens houdende conclusie van antwoord
- de akte inhoudende aanvulling conclusie van onbevoegdheid, tevens houdende aanvulling conclusie van antwoord, tevens overlegging producties, tevens rectificatie
- de conclusie van antwoord in incident, tevens houdende vordering tot rectificatie partijaanduiding
- de akte inhoudende bezwaar.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald in de incidenten.

2.De feiten in de incidenten

2.1.
In het kader van de incidenten gaat de rechtbank uit van de volgende feiten.
2.2.
Vanaf 1 februari 2019 verrichtte [eis.hfdz./verw.inc./eis.inc.] schoonmaakwerkzaamheden voor [bedrijf 1] te Urk. Hieraan lag een overeenkomst van opdracht ten grondslag. Deze overeenkomst kent een opzegtermijn van drie maanden. In de overeenkomst zijn de algemene voorwaarden van [eis.hfdz./verw.inc./eis.inc.] van toepassing verklaard. De overeenkomst bepaalt dat bij tegenstrijdigheden tussen de overeenkomst en de algemene voorwaarden, de bepalingen van de overeenkomst prevaleren. De rechtbank in Zutphen is bij uitsluiting bevoegd verklaard om kennis te nemen van alle geschillen die ontstaan in verband met de overeenkomst of daaruit voortvloeiende nadere overeenkomsten.
2.3.
De algemene voorwaarden van [eis.hfdz./verw.inc./eis.inc.] bevatten een forumkeuze voor deze rechtbank, locatie Arnhem. Ook is in de algemene voorwaarden een verbod aan de opdrachtgever opgenomen om zonder toestemming van [eis.hfdz./verw.inc./eis.inc.] binnen een jaar na beëindiging van de opdracht personeel van [eis.hfdz./verw.inc./eis.inc.] dat in het kader van de opdracht werkzaamheden verrichtte in dienst te nemen of op andere wijze werkzaamheden voor zich te laten verrichten, op straffe van een direct opeisbare boete van € 35.000,00, vermeerderd met een boete van € 500,00 per dag dat de overtreding voortduurt.
2.4.
Per 1 oktober 2020 is [bedrijf 1] overgenomen door [bedrijf 2] te [plaats] .
2.5.
[bedrijf 2] heeft nadien haar naam gewijzigd in [bedrijf 3]
2.6.
Op 4 november 2021 heeft de heer [naam 1] , operationeel directeur, namens “ [bedrijf 3] ” aan de heer [naam 2] van [eis.hfdz./verw.inc./eis.inc.] laten weten:
“(…)
Naar aanleiding van onze kennismaking waarin ik heb toegelicht dat [bedrijf 2] een jaar geleden [bedrijf 1] heeft overgenomen met daarbij stilzwijgend ook de samenwerking met [eis.hfdz./verw.inc./eis.inc.] .
(…)”
2.7.
Op 19 september 2022 heeft [ged.hfdz./eis.inc./verw.inc.] de overeenkomst opgezegd per 25 september 2022.
2.8.
Op 4 november 2022 heeft [eis.hfdz./verw.inc./eis.inc.] de overeenkomst ontbonden en van [ged.hfdz./eis.inc./verw.inc.] vergoeding gevorderd van de daaruit voortvloeiende schade.
2.9.
Op 6 en 13 januari 2023 heeft [eis.hfdz./verw.inc./eis.inc.] [ged.hfdz./eis.inc./verw.inc.] gesommeerd haar schade te vergoeden. [ged.hfdz./eis.inc./verw.inc.] heeft aansprakelijkheid van de hand gewezen.

3.Het geschil in de hoofdzaak

3.1.
[eis.hfdz./verw.inc./eis.inc.] vordert dat de rechtbank bij vonnis, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:
I. [ged.hfdz./eis.inc./verw.inc.] veroordeelt tot vergoeding van de schade van € 38.136,42, te vermeerderen met de wettelijke rente tot de dag van volledige betaling;
II. [ged.hfdz./eis.inc./verw.inc.] veroordeelt tot betaling van de direct opeisbare boete van € 35.000,00 en de verbeurde dagboete van € 15.000,00, te vermeerderen met de wettelijke rente tot de dag van volledige betaling;
III. [ged.hfdz./eis.inc./verw.inc.] veroordeelt tot vergoeding van de buitengerechtelijke incassokosten van € 13.220,46;
IV. [ged.hfdz./eis.inc./verw.inc.] veroordeelt tot vergoeding van de proceskosten, waaronder nakosten, te vermeerderen met de wettelijke rente indien betaling niet binnen veertien dagen plaatsvindt.
3.2.
[eis.hfdz./verw.inc./eis.inc.] legt aan haar vorderingen ten grondslag dat [ged.hfdz./eis.inc./verw.inc.] is tekortgeschoten in de nakoming van haar verplichtingen uit de overeenkomst doordat zij de overeenkomst heeft opgezegd zonder de contractuele opzegtermijn van drie maanden in acht te nemen. Als gevolg hiervan heeft [eis.hfdz./verw.inc./eis.inc.] schade geleden, bestaande uit gemiste omzet. Daarnaast betoogt [eis.hfdz./verw.inc./eis.inc.] dat [ged.hfdz./eis.inc./verw.inc.] het overnameverbod uit de overeenkomst heeft geschonden doordat zij een medewerker van [eis.hfdz./verw.inc./eis.inc.] die bij [ged.hfdz./eis.inc./verw.inc.] werd ingezet heeft ingezet op haar productielocatie. In verband daarmee maakt [eis.hfdz./verw.inc./eis.inc.] aanspraak op de direct opeisbare contractuele boete van € 35.000,00, vermeerderd met de verbeurde dagboete, die [eis.hfdz./verw.inc./eis.inc.] vanuit redelijkheidsoverwegingen fixeert op € 15.000,00.
3.3.
[ged.hfdz./eis.inc./verw.inc.] voert verweer. [ged.hfdz./eis.inc./verw.inc.] concludeert – indien de rechtbank zich bevoegd acht van het geschil kennis te nemen – tot afwijzing van de vorderingen van [eis.hfdz./verw.inc./eis.inc.] , met uitvoerbaar bij voorraad te verklaren veroordeling van [eis.hfdz./verw.inc./eis.inc.] in de kosten van deze procedure, waaronder de nakosten, te vermeerderen met de wettelijke rente.

4.Het geschil in de incidenten

4.1.
[ged.hfdz./eis.inc./verw.inc.] vordert dat de rechtbank zich onbevoegd verklaart kennis te nemen van de vorderingen van [eis.hfdz./verw.inc./eis.inc.] . [ged.hfdz./eis.inc./verw.inc.] voert daartoe aan dat niet de, of een, overeenkomst tussen partijen tot stand is gekomen zoals door [eis.hfdz./verw.inc./eis.inc.] bedoeld. Volgens [ged.hfdz./eis.inc./verw.inc.] is geen sprake van een rechtsgeldige contractsoverneming als bedoeld in artikel 6:159 van het Burgerlijk Wetboek (BW), omdat de daarvoor vereiste akte ontbreekt. Als gevolg hiervan is zowel het forumkeuzebeding in de overeenkomst zelf (op grond waarvan deze rechtbank, locatie Zutphen, bevoegd is) als het forumkeuzebeding in de algemene voorwaarden waarnaar [eis.hfdz./verw.inc./eis.inc.] verwijst (op grond waarvan deze rechtbank, locatie Arnhem, bevoegd is) niet van toepassing. Daardoor is deze rechtbank niet bevoegd kennis te nemen van het geschil, aldus [ged.hfdz./eis.inc./verw.inc.] .
4.2.
[ged.hfdz./eis.inc./verw.inc.] wijst er verder op dat zij ook voorafgaand aan deze procedure het verweer heeft gevoerd dat geen sprake is van contractsoverneming, maar dat [eis.hfdz./verw.inc./eis.inc.] in de dagvaarding geen melding heeft gemaakt van dit verweer. Volgens [ged.hfdz./eis.inc./verw.inc.] moet dit leiden tot niet-ontvankelijkheid van [eis.hfdz./verw.inc./eis.inc.] , dan wel tot een hogere proceskostenveroordeling van [eis.hfdz./verw.inc./eis.inc.] dan alleen met betrekking tot de kosten van het incident.
4.3.
In haar akte inhoudende aanvulling van conclusie van onbevoegdheid, tevens houdende aanvulling conclusie van antwoord, tevens overlegging producties, tevens rectificatie, heeft [ged.hfdz./eis.inc./verw.inc.] hieraan nog het volgende toegevoegd. [eis.hfdz./verw.inc./eis.inc.] heeft niet [bedrijf 3] (de nieuwe naam van [eis.hfdz./verw.inc./eis.inc.] wederpartij [bedrijf 2] ) gedagvaard, maar [ged.hfdz./eis.inc./verw.inc.] Tussen [ged.hfdz./eis.inc./verw.inc.] – procespartij in deze procedure – enerzijds en [eis.hfdz./verw.inc./eis.inc.] anderzijds bestaat in het geheel geen overeenkomst. Ook op grond hiervan zijn geen algemene voorwaarden van toepassing en dus ook geen forumkeuzebeding, zodat deze rechtbank ook op deze grond niet bevoegd is, aldus [ged.hfdz./eis.inc./verw.inc.] .
4.4.
[eis.hfdz./verw.inc./eis.inc.] voert verweer. [eis.hfdz./verw.inc./eis.inc.] voert ten eerste aan dat zij zich inderdaad heeft vergist in de partijnaam. Om dit te herstellen, stelt zij een incidentele vordering tot rectificatie in die ertoe strekt dat in plaats van [ged.hfdz./eis.inc./verw.inc.] , [bedrijf 3] wordt aangemerkt als haar wederpartij. Onder aanname dat deze incidentele vordering wordt toegewezen, concludeert [eis.hfdz./verw.inc./eis.inc.] tot afwijzing van [ged.hfdz./eis.inc./verw.inc.] ’ incidentele vordering tot onbevoegdheid, met veroordeling van [ged.hfdz./eis.inc./verw.inc.] in de kosten van het incident.
4.5.
Bij akte inhoudende bezwaar stelt [ged.hfdz./eis.inc./verw.inc.] zich op het standpunt dat een vergissing in procespartij zich niet door middel van een rectificatie laat herstellen. Zij concludeert tot afwijzing van de incidentele vordering tot rectificatie van de partijaanduiding.

5.De beoordeling in de incidenten

Bevoegdheid
5.1.
[ged.hfdz./eis.inc./verw.inc.] stelt zich op het standpunt dat tussen haar en [eis.hfdz./verw.inc./eis.inc.] niet de, of een, door [eis.hfdz./verw.inc./eis.inc.] bedoelde overeenkomst tot stand is gekomen. Volgens [ged.hfdz./eis.inc./verw.inc.] is geen sprake van een rechtsgeldige contractsoverneming, omdat de daarvoor vereiste akte ontbreekt. Als gevolg hiervan is het forumkeuzebeding in de overeenkomst niet van toepassing en is de rechtbank dus onbevoegd, aldus [ged.hfdz./eis.inc./verw.inc.] .
5.2.
[eis.hfdz./verw.inc./eis.inc.] voert hiertegen terecht aan dat de heer [naam 1] , operationeel directeur van “ [ged.hfdz./eis.inc./verw.inc.] ’s Seafood”, in zijn e-mail van 4 november 2021 aan de heer [naam 2] van [eis.hfdz./verw.inc./eis.inc.] (zie hierboven 2.6) expliciet vermeldt dat [bedrijf 2] – inmiddels genaamd [bedrijf 3] – de samenwerking tussen [bedrijf 1] en [eis.hfdz./verw.inc./eis.inc.] stilzwijgend heeft overgenomen. De bijlage van deze e-mail maakt melding van de “190201 Overeenkomst [bedrijf 1] getekend.pdf”. Naar het oordeel van de rechtbank is deze e-mail aan te merken als de voor contractsoverneming vereiste akte. Gelet hierop is sprake van een rechtsgeldige contractsoverneming. Als gevolg hiervan is het forumkeuzebeding in de overeenkomst van toepassing en is deze rechtbank, locatie Zutphen, bevoegd van het geschil kennis te nemen.
5.3.
De rechtbank merkt op dat zij zich in het kader van de beantwoording van de bevoegdheidsvraag heeft uitgelaten over een geschilpunt dat ook in de hoofdzaak een rol speelt, namelijk de vraag of tussen [eis.hfdz./verw.inc./eis.inc.] en [ged.hfdz./eis.inc./verw.inc.] een overeenkomst bestaat. Voor zover de rechtbank die vraag in het kader van het bevoegdheidsincident heeft beantwoord, brengt het karakter van het incident met zich dat dit slechts een voorlopig oordeel is, waaraan de rechtbank bij de beoordeling van de hoofdzaak niet is gebonden (vgl. Hoge Raad 30 juni 1989, NJ 1990/382).
5.4.
[ged.hfdz./eis.inc./verw.inc.] wordt in het bevoegdheidsincident in het ongelijk gesteld en moet daarom de proceskosten in dit incident dragen. De rechtbank stelt deze kosten aan de kant van [eis.hfdz./verw.inc./eis.inc.] vast op € 1.183,00 wegens salaris advocaat (1,0 punt × tarief € 1.183,00).
Rectificatie partijaanduiding
5.5.
Indien sprake is van een vergissing ten aanzien van de partijaanduiding, kan deze – anders dan [ged.hfdz./eis.inc./verw.inc.] kennelijk meent – door middel van rectificatie worden hersteld. Voorwaarden daarvoor zijn dat (i) het onder de gegeven omstandigheden voor de processuele wederpartij kenbaar was dat van een vergissing sprake was, (ii) de wederpartij door de vergissing en de rectificatie niet is benadeeld of in haar verdediging geschaad en (iii) de rectificatie tijdig heeft plaatsgevonden (vgl. Hoge Raad 4 december 1998, NJ 1999/269 en Hoge Raad 14 december 2007, ECLI:NL:HR:2007:BB4765).
5.6.
Voor de beoordeling of hier sprake is van een voor herstel vatbare vergissing, neemt de rechtbank de volgende feiten en omstandigheden in aanmerking:
  • [ged.hfdz./eis.inc./verw.inc.] stelt in haar aanvullende akte zelf: “
  • [ged.hfdz./eis.inc./verw.inc.] en [bedrijf 3] bedienen zich in hun bedrijfsvoering beide van de aanduiding “ [bedrijf 3] ”, dus zonder verbijzondering naar Trading of Processing;
  • de advocaat van [ged.hfdz./eis.inc./verw.inc.] heeft zich in reactie op de sommaties van [eis.hfdz./verw.inc./eis.inc.] gepresenteerd als advocaat van [bedrijf 3] B.V., een entiteit die formeel niet bestaat;
  • [ged.hfdz./eis.inc./verw.inc.] en [bedrijf 3] worden vertegenwoordigd door dezelfde personen en zijn gevestigd op hetzelfde bedrijfsadres;
  • [ged.hfdz./eis.inc./verw.inc.] heeft zich pas bij akte inhoudende aanvulling conclusie van onbevoegdheid, tevens houdende aanvulling conclusie van antwoord, tevens overlegging productie, tevens rectificatie, op de verkeerde partijaanduiding beroepen, waarna [eis.hfdz./verw.inc./eis.inc.] bij de eerstvolgende gelegenheid heeft aangegeven dat inderdaad sprake is van een vergissing in de partijaanduiding en heeft verzocht om rectificatie.
5.7.
Op grond van de hiervoor weergegeven feiten en omstandigheden, in onderling verband en samenhang bezien, is de rechtbank van oordeel dat [ged.hfdz./eis.inc./verw.inc.] heeft begrepen, althans redelijkerwijs had moeten begrijpen, dat de vermelding van de naam [ged.hfdz./eis.inc./verw.inc.] in de dagvaarding op een vergissing berustte. Er kan geen onduidelijkheid over bestaan dat [eis.hfdz./verw.inc./eis.inc.] [bedrijf 3] in rechte heeft willen betrekken. Dat in de dagvaarding als gedaagde [ged.hfdz./eis.inc./verw.inc.] wordt genoemd in plaats van [bedrijf 3] betreft dan ook klaarblijkelijk een kennelijke vergissing.
5.8.
Het voorgaande brengt mee dat de rechtbank de incidentele vordering tot rectificatie van de partijaanduiding zal toewijzen, in die zin dat in plaats van [ged.hfdz./eis.inc./verw.inc.] , [bedrijf 3] als gedaagde in deze procedure wordt aangemerkt. Het (processuele) belang van [bedrijf 3] wordt daardoor niet onredelijk geschaad, nu zij wordt vertegenwoordigd door dezelfde personen en is gevestigd op hetzelfde bedrijfsadres als [ged.hfdz./eis.inc./verw.inc.] Ook overigens is niet gesteld of gebleken dat [bedrijf 3] enig nadeel ondervindt van de vergissing en de rectificatie of dat zij daardoor in haar verdediging is geschaad.
5.9.
In het incident tot rectificatie van de partijaanduiding is geen van partijen als de in het ongelijk gestelde partij te beschouwen. De rechtbank zal de proceskosten van dit incident daarom compenseren, in die zin dat iedere partij de eigen kosten draagt.
Substantiëringsplicht
5.10.
[ged.hfdz./eis.inc./verw.inc.] betoogt dat [eis.hfdz./verw.inc./eis.inc.] in haar vorderingen niet-ontvankelijk moet worden verklaard, omdat zij in de dagvaarding ten onrechte geen melding heeft gemaakt van het verweer van [ged.hfdz./eis.inc./verw.inc.] dat geen sprake is van contractsoverneming. Voor zover [ged.hfdz./eis.inc./verw.inc.] bedoelt dit standpunt naar voren te brengen bij wijze van incidentele vordering tot niet-ontvankelijkverklaring, geldt dat het geen incidentele vordering is waarop bij incidenteel vonnis wordt beslist, maar een verweer in de hoofdzaak betreft. Het ligt dus hier niet ter beoordeling voor. Overigens heeft [eis.hfdz./verw.inc./eis.inc.] in de dagvaarding (onder 6.2) wel degelijk vermeld dat [ged.hfdz./eis.inc./verw.inc.] het verweer voert dat zij niet bekend is met een akte van contractsovername.

6.De beoordeling in de hoofdzaak

6.1.
De rechtbank zal de hoofdzaak naar de rol verwijzen voor beraad rolrechter omtrent het bepalen van een mondelinge behandeling.
6.2.
Iedere verdere beslissing zal worden aangehouden.

7.De beslissing

De rechtbank
in het bevoegdheidsincident
7.1.
wijst het gevorderde af,
7.2.
veroordeelt [ged.hfdz./eis.inc./verw.inc.] in de kosten van het incident, aan de zijde van [eis.hfdz./verw.inc./eis.inc.] vastgesteld op € 1.183,00,
in het incident tot rectificatie van de partijaanduiding
7.3.
merkt in plaats van [ged.hfdz./eis.inc./verw.inc.] Seafood Trading B.V., [bedrijf 3] aan als de gedaagde partij in de hoofdzaak,
7.4.
compenseert de kosten van het incident, in die zin dat iedere partij de eigen kosten draagt,
in de hoofdzaak
7.5.
bepaalt dat de zaak weer op de rol zal komen van
24 januari 2024voor beraad rolrechter omtrent het bepalen van een mondelinge behandeling,
7.6.
houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mr. P.F.A. Bierbooms en in het openbaar uitgesproken op 20 december 2023.
JE/PB