ECLI:NL:RBGEL:2023:6991

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
21 december 2023
Publicatiedatum
21 december 2023
Zaaknummer
22-3213
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toegestaan gebruik van multifocale contactlenzen door LAPL-piloten tijdens het vliegen

In deze uitspraak van de Rechtbank Gelderland op 21 december 2023 is het beroep van een zweefvliegpiloot met een LAPL-certificaat tegen de afwijzing van zijn verzoek om heroverweging van een eerder besluit van de minister van Infrastructuur en Waterstaat aan de orde. De zaak draait om de vraag of deze piloot tijdens het vliegen multifocale contactlenzen mag dragen. De regelgeving vermeldt dat klasse 1 en 2 piloten geen multifocale lenzen mogen dragen, maar voor LAPL-piloten zijn hier geen expliciete beperkingen voor opgenomen. De rechtbank concludeert dat de minister ten onrechte heeft gesteld dat het dragen van multifocale contactlenzen leidt tot onveilige situaties en dat dit een abnormale functie van de ogen zou betekenen. De rechtbank oordeelt dat de eisen voor LAPL-piloten zijn dat zij geen abnormale functie van de ogen mogen hebben die de vliegveiligheid nadelig beïnvloedt en dat zij met corrigerende lenzen aan de visuele vereisten moeten voldoen. De rechtbank vernietigt het bestreden besluit en draagt de minister op om een nieuwe beslissing te nemen, eventueel na een nieuwe medische keuring van de piloot. Tevens moet de minister het griffierecht en de proceskosten vergoeden aan de eiser.

Uitspraak

RECHTBANK GELDERLAND
Bestuursrecht
zaaknummer: ARN 22/3213

uitspraak van de enkelvoudige kamer van

in de zaak tussen

[eiser], uit [woonplaats], eiser

(gemachtigde: mr. R.M. Schnitker),
en
de minister van Infrastructuur en Waterstaat (Inspectie Leefomgeving en Transport), de minister.

Inleiding

1. In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van eiser tegen de afwijzing door de minister van zijn verzoek om heroverweging van de beslissing van 16 augustus 2021 tot intrekking van het op 1 oktober 2020 aan eiser verstrekte medisch certificaat LAPL [1] met de beperking VDL [2] , en de beslissing van 27 augustus 2021 tot verstrekking van het medisch certificaat LAPL met de beperking VML [3] .
1.1.
Bij het primaire besluit van 14 oktober 2021 heeft de minister het verzoek om heroverweging afgewezen. Met het bestreden besluit van 24 mei 2022 op het bezwaar van eiser is de minister bij dat besluit gebleven.
1.2.
De rechtbank heeft het beroep op 6 november 2023 op zitting behandeld. Hieraan hebben deelgenomen: eiser en de gemachtigde van eiser.

Totstandkoming van de besluitvorming

2. Eiser is een zweefvliegpiloot. Om zelfstandig een zweefvliegtuig te mogen besturen, is een Sailplane Pilot Licence (SPL) nodig. Deze SPL mag alleen worden gebruikt als de vlieger beschikt over een medisch certificaat klasse 1, klasse 2 of LAPL, met dien verstande dat met een LAPL niet commercieel en enkel binnen de EU mag worden gevlogen. [4] Op 1 oktober 2020 heeft eiser een LAPL-certificaat aangevraagd en is hij lichamelijk onderzocht door keuringsarts [arts] [5] . Eiser heeft daarbij aangegeven dat hij multifocale contactlenzen draagt. Direct na de medische keuring heeft de keuringsarts eiser een medisch certificaat met de beperking VDL verstrekt. Deze beperking betekent dat eiser tijdens het vliegen contactlenzen moet dragen en een reservebril bij zich moet hebben.
2.1.
Op 16 augustus 2021 heeft de keuringsarts dit certificaat ingetrokken en vervolgens op 27 augustus 2021 een nieuw medisch certificaat LAPL aan eiser verstrekt, dit keer met de beperking VML. Deze beperking betekent dat eiser tijdens het vliegen een multifocale bril moet dragen en een reservebril bij zich moet hebben. Op 20 september 2021 heeft eiser de minister verzocht om deze beslissingen te heroverwegen.
2.2.
Bij het primaire besluit, gehandhaafd in het bestreden besluit, heeft de minister het verzoek om heroverweging afgewezen. De minister legt hieraan, kort samengevat, ten grondslag dat het dragen van multifocale contactlenzen niet is toegestaan in de (gehele) luchtvaart, omdat dit kan leiden tot onveilige situaties.

Beoordeling door de rechtbank

3. De rechtbank beoordeelt het bestreden besluit aan de hand van de door eiser aangevoerde beroepsgronden.
Wat is het juridisch kader?
4. De regelgeving over de medische geschiktheid van piloten is opgenomen in Europese Verordeningen. In 2008 is Verordening 216/2008 [6] in werking getreden. De doelstelling van deze verordening was de totstandbrenging en instandhouding van een hoog uniform veiligheidsniveau in de burgerluchtvaart in Europa. Met de inwerkingtreding van Verordening 2018/1139 [7] is Verordening 216/2008 ingetrokken. In (onder meer) Verordening 1178/2011 [8] en Uitvoeringsverordening 2020/358 [9] heeft de Europese Commissie uitvoeringsregels vastgesteld voor wat betreft de eisen voor het certificeren van piloten en personen die betrokken zijn bij de opleiding, het beoordelen van piloten op hun vaardigheid en bekwaamheid, het afgeven van een verklaring van geschiktheid aan cabinepersoneel en de beoordeling van de medische geschiktheid.
4.1.
In artikel 3 bis, eerste lid, van Uitvoeringsverordening 2020/358 is, voor zover in dit geval van belang, bepaald dat piloten van zweefvliegtuigen moeten voldoen aan de in bijlage IV (deel‐MED) bij Verordening 1178/2011 vastgestelde technische voorschriften en administratieve procedures.
4.2.
Artikel MED.B.070 van bijlage IV bij Verordening 1178/2011 gaat over het visuele systeem. Hierin staat dat, als contactlenzen worden gedragen, deze bestemd moeten zijn voor verziendheid, en monofocaal, niet-getint en goed te verdragen moeten zijn. Dit artikel staat in deel 2 van bijlage IV, subdeel B onder het kopje ‘Medische eisen voor medische certificaten klasse 1 [10] en klasse 2 [11] ’.
Artikel MED.B.095 van bijlage IV bij Verordening 1178/2011 gaat over het medisch onderzoek van aanvragers van medische certificaten voor LAPL. Dit artikel staat in deel 3 van bijlage IV, subdeel B. Hierin staat dat een aanvrager wordt beoordeeld op basis van beste luchtvaartgeneeskundige praktijken. Hierin staat ook dat een eerste beoordeling (onder meer) een beoordeling van het gezichtsvermogen omvat. Dit artikel staat onder het kopje ‘Specifieke eisen voor medische certificaten voor LAPL’.
5. Het Europees Agentschap voor de Veiligheid van de Luchtvaart (EASA) geeft zogenoemde Acceptable Means of Compliance (AMC) en Guidance Material (GM) uit. AMC’s zijn niet bindende standaarden die kunnen worden gebruikt door personen en organisaties om aan te tonen dat ze voldoen aan de bepalingen van en bijlagen bij de verordeningen. GM’s zijn niet bindende richtsnoeren die kunnen helpen bij de uitleg en interpretatie van de verordeningen. Op 28 januari 2019 heeft de EASA de ‘AMC and GM to Part-MED Medical requirements for air crew’ (AMC and GM) uitgegeven.
5.1.
Onder AMC1 MED.B.070 en AMC2 MED.B.070, dat gaat over aanvragers van een medisch certificaat klasse 1 en 2, staat over de visuele correctie vermeld dat de aanvrager met behulp van corrigerende lenzen op alle afstanden aan de visuele vereisten moet voldoen.
Onder AMC13 MED.B.095, dat gaat over aanvragers van een medisch certificaat voor LAPL, staat onder a (onder meer) vermeld dat de aanvrager geen abnormale functie van de ogen mag hebben die waarschijnlijk de vliegveiligheid nadelig beïnvloedt. Onder g staat vermeld dat de aanvrager met behulp van corrigerende lenzen op alle afstanden aan de visuele vereisten moet voldoen.
6. De minister heeft op 15 maart 2021 de herziene versie van de ‘Additional Flowcharts & Guidance Material CAA-NL to Part MED of Regulation (EU) No 1178/2011’ (Flowcharts) gepubliceerd.
6.1.
Volgens de inleiding is de hierin opgenomen aanvullende en meer gedetailleerde informatie bedoeld om de beoordeling van de medische geschiktheid van klasse 1 of 2 piloten te ondersteunen. Op een aantal plekken is specifieke informatie opgenomen voor de beoordeling van de medische geschiktheid van LAPL piloten.
In de ‘Information – Guidance on contact lenses’, die is bedoeld als een aanvulling op artikel MED.B.070 van bijlage IV bij Verordening 1178/2011, staat (onder meer) vermeld dat multifocale contactlenzen niet acceptabel zijn in luchtvaartgebruik.
Wat is in geschil?
7. Tussen partijen is in geschil of een zweefvliegpiloot met een LAPL-certificaat tijdens het vliegen multifocale contactlenzen mag dragen.
7.1.
Volgens de minister kan het dragen van multifocale contactlenzen leiden tot onveilige situaties. Dit type lenzen kan namelijk leiden tot verminderd zicht als gevolg van strooilicht, het optreden van halo’s, het verminderd zien van contrast, en door het verschuiven van de lenzen. Omdat het dragen van multifocale lenzen leidt tot een abnormale functie van de ogen die waarschijnlijk de vliegveiligheid nadelig beïnvloedt, is dit op basis van AMC13 MED.B.095, onder a, van de ‘AMC and GM’ niet toegestaan. De minister stelt verder dat het in de Flowcharts opgenomen verbod op het dragen van multifocale lenzen door piloten ook geldt voor LAPL piloten. Het hierin genoemde begrip ‘aviation’ (luchtvaart) omvat namelijk ook LAPL vliegactiviteiten. Bovendien is het gezichtsvermogen bij LAPL vliegactiviteiten van even groot belang als bij andere vliegklassen.
7.2.
Eiser betoogt, samengevat, dat in artikel MED.B.095 van bijlage IV bij Verordening 1178/2011 geen beperkingen zijn opgenomen met betrekking tot het gebruik van corrigerende lenzen. Ook de EASO stelt in de ‘AMC and GM’ enkel de eis dat met de corrigerende lenzen voor alle afstanden moet worden voldaan aan de visuseisen. Bij aanvragers van een medisch certificaat klasse 1 of 2 is dit anders, omdat voor hen in artikel MED.B.070 van bijlage IV bij Verordening 1178/2011 wel specifieke beperkingen zijn opgenomen.
Wat is het oordeel van de rechtbank?
8. De rechtbank concludeert uit de onder 4 tot en met 6.1 weergegeven regelgeving dat voor klasse 1 en 2 piloten expliciet is bepaald dat deze geen multifocale lenzen mogen dragen tijdens het vliegen. Voor LAPL piloten is dit echter niet het geval. Het blijkt niet uit artikel MED.B.095 van bijlage IV bij Verordening 1178/2011, en ook niet uit AMC13 MED.B.095, onder a en/of g, van de ‘AMC and GM’. Daarbij geldt dat de in artikel MED.B.070 van bijlage IV genoemde beperkingen – gelet op de wijze van rubriceren in de Verordening – specifiek zien op medische certificaten klasse I en II. Verder blijkt uit de Flowcharts naar het oordeel van de rechtbank duidelijk dat het verbod op het dragen van multifocale lenzen alleen ziet op klasse 1 en 2 piloten. Het staat namelijk in de aanvulling op artikel MED.B.070 van bijlage IV bij Verordening 1178/2011 en er staat niet specifiek bij vermeld dat het ook geldt voor LAPL piloten. De rechtbank ziet ook geen aanknopingspunten voor de conclusie dat het uit de regelgeving volgende verbod op het dragen van multifocale lenzen voor klasse 1 en 2 piloten, zou gelden voor de gehele luchtvaart.
8.1.
De rechtbank leidt uit de regelgeving af dat voor LAPL piloten de eis geldt dat zij geen abnormale functie van het oog mogen hebben die de vliegveiligheid waarschijnlijk nadelig beïnvloedt. Daarnaast moeten zij – eventueel met behulp van corrigerende lenzen – op alle afstanden aan de visuele vereisten voldoen. De rechtbank deelt niet het standpunt van de minister dat reeds het dragen van multifocale lenzen als zodanig kan worden beschouwd als “abnormale functie van de ogen”. Ook in de AMC13 MED.B.095 wordt onderscheid gemaakt tussen de “abnormale functie van de ogen” en de “gezichtsscherpte”. Dit onderscheid onderstreept de onjuistheid van het standpunt van de minister.
8.2.
Gelet op het voorgaande slaagt het betoog van eiser.

Conclusie en gevolgen

9. Het beroep is gegrond en de rechtbank vernietigt het bestreden besluit. De rechtbank ziet geen mogelijkheid om het geschil finaal te beslechten. De minister moet, al dan niet na een nieuwe medische keuring van eiser, een nieuwe beslissing op bezwaar nemen met inachtneming van deze uitspraak.
9.1.
Omdat het beroep gegrond is, moet de minister het griffierecht aan eiser vergoeden en krijgt eiser een vergoeding voor zijn proceskosten. De rechtbank stelt de proceskosten voor de door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand vast op € 1.674 (1 punt voor het indienen van het beroepschrift en 1 punt voor het verschijnen op de zitting, met een waarde per punt van € 837 en een wegingsfactor 1). Verder zijn er geen kosten gemaakt die vergoed kunnen worden.

Beslissing

De rechtbank:
 verklaart het beroep gegrond;
 vernietigt het bestreden besluit;
 draagt de minister op om binnen acht weken na de dag van verzending van deze uitspraak een nieuw besluit op bezwaar te nemen met inachtneming van deze uitspraak;
 bepaalt dat de minister het griffierecht van € 184 aan eiser moet vergoeden;
 veroordeelt de minister tot betaling van € 1.674 aan proceskosten aan eiser.
Deze uitspraak is gedaan door mr. S.A. van Hoof, rechter, in aanwezigheid van
mr. I.H. Verzijl-Stoop, griffier. De uitspraak is uitgesproken in het openbaar op
De griffier is verhinderd de uitspraak
te ondertekenen.
griffier
rechter
Een afschrift van deze uitspraak is verzonden aan partijen op:

Informatie over hoger beroep

Een partij die het niet eens is met deze uitspraak, kan een hogerberoepschrift sturen naar de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State waarin wordt uitgelegd waarom deze partij het niet eens is met deze uitspraak. Het hogerberoepschrift moet worden ingediend binnen zes weken na de dag waarop deze uitspraak is verzonden. Kan de indiener de behandeling van het hoger beroep niet afwachten, omdat de zaak spoed heeft, dan kan de indiener de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State vragen om een voorlopige voorziening (een tijdelijke maatregel) te treffen.

Voetnoten

1.Light Aircraft Pilot Licence.
2.De beperking VDL betekent: ‘Wear corrective lenses and carry a spare set of spectacles’.
3.De beperking VML betekent: ‘Wear multifocal spectacles and carry a spare set of spectacles’.
4.Piloten | General aviation | Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) (ilent.nl).
5.Bedrijfsarts, luchtvaartgeneeskundige en Aeromedical Examiner.
6.Verordening (EG) nr. 216/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 20 februari 2008 tot vaststelling van gemeenschappelijke regels op het gebied van burgerluchtvaart en tot oprichting van een Europees Agentschap voor de veiligheid van de luchtvaart, houdende intrekking van Richtlijn 91/670/EEG, Verordening (EG) nr. 1592/2002 en Richtlijn 2004/36/EG.
7.Verordening (EU) 2018/1139 van het Europees Parlement en de Raad van 4 juli 2018 inzake gemeenschappelijke regels op het gebied van burgerluchtvaart en tot oprichting van een Agentschap van de Europese Unie voor de veiligheid van de luchtvaart, en tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 2111/2005, (EG) nr. 1008/2008, (EU) nr. 996/2010, (EU) nr. 376/2014 en de Richtlijnen 2014/30/EU en 2014/53/EU van het Europees Parlement en de Raad, en tot intrekking van de Verordeningen (EG) nr. 552/2004 en (EG) nr. 216/2008 van het Europees Parlement en de Raad en Verordening (EEG) nr. 3922/91 van de Raad.
8.Verordening (EU) nr. 1178/2011 van de Commissie van 3 november 2011 tot vaststelling van technische eisen en administratieve procedures met betrekking tot de bemanning van burgerluchtvaartuigen, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 216/2008 van het Europees Parlement en de Raad.
9.Uitvoeringsverordening (EU) 2020/358 van de Commissie van 4 maart 2020 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1976 wat betreft bewijzen van bevoegdheid voor zweefvliegtuigen.
10.Dit medisch certificaat is vereist voor piloten die vliegen met commerciële doeleinden, zoals in de burgerluchtvaart.
11.Dit medisch certificaat is vereist voor piloten die recreatief vliegen.