ECLI:NL:RBGEL:2023:6757

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
29 november 2023
Publicatiedatum
13 december 2023
Zaaknummer
C/05/412884 / HA ZA 22-547
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Tussenuitspraak
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Tussenuitspraak inzake informatieverzoek in geschil over ondeugdelijke warmteafleversets

In deze zaak heeft de rechtbank Gelderland op 29 november 2023 een tussenuitspraak gedaan in een civiele procedure tussen Vattenfall N.V. en Isiflo B.V. Vattenfall heeft ongeveer 44.000 warmteafleversets van Isiflo aangeschaft, maar stelt dat deze sets ondeugdelijk zijn. Isiflo heeft Vattenfall aangeklaagd om inzage in bepaalde gegevens die relevant zijn voor haar verweer. De rechtbank heeft geoordeeld dat Isiflo een rechtmatig belang heeft bij de gevraagde informatie, die betrekking heeft op de klachten over de sets en de omstandigheden waaronder deze zijn geïnstalleerd. De rechtbank heeft Vattenfall veroordeeld om binnen een bepaalde termijn de gevraagde informatie te verstrekken, waaronder klachtendata en informatie over de installatie van de sets. De rechtbank heeft ook overwogen dat de vordering van Isiflo niet kan worden aangemerkt als een fishing expedition, omdat de gevraagde informatie voldoende specifiek is omschreven. Vattenfall is als grotendeels in het ongelijk gestelde partij veroordeeld in de proceskosten van het incident.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK GELDERLAND

Team kanton en handelsrecht
Zittingsplaats Arnhem
zaaknummer / rolnummer: C/05/412884 / HA ZA 22-547
Vonnis in incident van 29 november 2023
in de zaak van
de naamloze vennootschap
VATTENFALL N.V.,
gevestigd te Amsterdam,
eiseres in de hoofdzaak,
verweerster in het incident,
advocaten: mr. M.B.A. Hetterscheidt en mr. G.A. Smit, beiden te Amsterdam,
tegen
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
ISIFLO B.V.,
gevestigd te Duiven,
gedaagde in de hoofdzaak,
eiseres in het incident,
advocaten: mr. P. van den Broek, mr. C. Jeloschek en mr. L.A. Godwaldt, allen te Amsterdam.
Partijen zullen hierna Vattenfall en Isiflo genoemd worden.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • het tussenvonnis in het incident van 12 juli 2023
  • de akte overlegging producties van de zijde van Isiflo
  • het proces-verbaal van de mondelinge behandeling van 20 september 2023.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald in het incident.

2.De beoordeling in het incident

2.1.
Isiflo vordert dat de rechtbank bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad Vattenfall zal bevelen om binnen 14 dagen aan haar een afschrift te verstrekken van, dan wel inzage te verstrekken in:
I. Aanvullende (specifieke) klachtendata over de periode 1 juli 2018 tot 30 april 2020 met betrekking tot Isiflo sets, waaruit blijkt:
1. door welke monteur de betreffende set is geïnstalleerd;
2. het inbedrijfstellingsrapport van de betreffende set (waaruit onder meer blijkt of,
en zo ja hoe op lekdichtheid is getest);
3. of aan de betreffende set al eerder reparaties en/of aanpassingen hebben plaatsgevonden (de onderhoudshistorie);
4. de identificatie van het warmtenet waar de set op is aangesloten en de netwerkcondities gemeten op het moment van de storing (zoals de aanvoertemperatuur, de retourtemperatuur, het drukverschil, de waterdruk, de flowsnelheid en de waterkwaliteit); en
5. in geval de klacht betrekking heeft op een EcoAdvance set: welke versie van de software op de set geïnstalleerd is.
II. Klachtendata over de periode (i) 2008 tot 1 juli 2018 en (ii) 30 april 2020 tot heden, met
betrekking tot Isiflo sets, waaruit blijkt:
1. welke klachten Vattenfall heeft ontvangen (met een omschrijving en een gestandaardiseerde code per type klacht);
2. op welke datum welke klacht is ingediend;
3. op welke specifieke set die klacht betrekking had (door het noteren van een voor Isiflo te herkennen product- of artikelnummer, een uniek nummer per individuele set en het aansluitnummer of het contractnummer);
4. in welke omgeving (op welk adres, althans welke postcode) die set is geïnstalleerd en de identificatie van het warmtenet waar de set op is aangesloten;
5. op welke datum die set is geïnstalleerd;
6. door welke monteur die set is geïnstalleerd;
7. het inbedrijfstellingsrapport van de betreffende set (waaruit onder meer blijkt of, en zo ja hoe op lekdichtheid is getest);
8. of aan deze set al eerder reparaties en/of aanpassingen hebben plaatsgevonden;
9. de wijze van opvolging van de klacht;
10. de netwerkcondities gemeten op het moment van de storing (zoals de aanvoertemperatuur, de retourtemperatuur, het drukverschil, de waterdruk, de flowsnelheid en de waterkwaliteit); en
11. in geval de klacht betrekking heeft op een EcoAdvance set: welke versie van de software op de set geïnstalleerd was ten tijde van de klacht.
III. Informatie over montage van de sets in de hele periode (dus 2008 tot heden),
waaruit blijkt:
1. welke monteur welke sets heeft geïnstalleerd, welke monteur welke set heeft gerepareerd en in welke periode en regio de monteurs werkzaam waren;
2. welke instructies in de verschillende periodes aan de monteurs werden gegeven ten behoeve van het plaatsen van de set en de energiemeter; en
3. welke instructies de monteurs ontvingen ten behoeve van de GEA-uitwisselingsactie.
IV. Klachtendata van alle sets die Vattenfall (sinds 2008 tot heden) gebruikt, van
alle bij Vattenfall gebruikte merken, waaruit blijkt:
1. welke klachten Vattenfall heeft ontvangen (met een omschrijving en een
gestandaardiseerde code per type klacht);
2. op welke datum welke klacht is ingediend;
3. op welke specifieke set die klacht betrekking had (door het noteren van een voor
Isiflo te herkennen product- of artikelnummer, een uniek nummer per individuele
set en het aansluitnummer of het contractnummer);
4. in welke omgeving (op welk adres, althans welke postcode) die set is geïnstalleerd en de identificatie van het warmtenet waar de set op is aangesloten;
5. op welke datum die set is geïnstalleerd;
6. door welke monteur die set is geïnstalleerd;
7. het inbedrijfstellingsrapport van de betreffende set (waaruit onder meer blijkt of, en zo ja hoe op lekdichtheid is getest);
8. of aan deze set al eerder reparaties en/of aanpassingen hebben plaatsgevonden;
9. de wijze van opvolging van de klacht; en
10. de netwerkcondities gemeten op het moment van de storing (zoals de
aanvoertemperatuur, de retourtempratuur, het drukverschil, de waterdruk, de
flowsnelheid en de waterkwaliteit).
V. Populatiedata van alle sets die Vattenfall (sinds 2008 tot heden) gebruikt, van
alle merken, waaruit blijkt:
1. het adres waar de set is geïnstalleerd en het aansluitnummer/contractnummer;
2. welke set is geïnstalleerd (merk en type, maar ook het unieke productnummer);
3. datum installatie;
4. monteur die de set heeft geplaatst; en
5. identificatie van warmtenet waar de set op is aangesloten,
een en ander op straffe van verbeurte van een dwangsom van € 10.000,-- per dag dat Vattenfall daarmee in gebreke blijft,
een en ander met veroordeling van Vattenfall in de kosten van het incident.
toetsingskader
2.2.
Artikel 843a lid 1 Rv stelt voor toewijzing van een op deze bepaling gegronde vordering drie cumulatieve voorwaarden: (i) dat de verzoeker een rechtmatig belang heeft, (ii) dat het gaat om bepaalde bescheiden en (iii) dat die bescheiden betrekking hebben op een rechtsbetrekking waarbij de verzoeker of een rechtsvoorganger van de verzoeker partij is.
2.3.
De voorwaarden “rechtmatig belang” en “bepaalde bescheiden” beogen om “fishing expeditions” te voorkomen.
2.4.
Bij “rechtmatig belang” moet het gaan om bescheiden waarbij een direct en concreet belang bestaat. Hierbij gaat het om een belang bij bewijs of informatie. Verzoeker zal daarbij voldoende concreet moeten aangeven in welke bescheiden hij inzage wenst. Het rechtmatig belang wordt niet alleen bepaald door het doel waartoe de stukken worden opgevraagd, maar ook door de aard en inhoud van de opgevraagde stukken. Hoe specifiek de stukken moeten worden genoemd hangt af van het doel dat de inzage moet dienen en de rechtsbetrekking waarop ze betrekking hebben.
2.5.
De eis dat de bescheiden betrekking hebben op een rechtsbetrekking waarbij de verzoeker of een rechtsvoorganger van de verzoeker partij is, stelt de rechter in staat om een evenwicht te vinden tussen het belang van verzoeker om de waarheid te kunnen achterhalen en zijn bewijspositie te versterken en het belang van verweerder om geen vertrouwelijke informatie prijs te geven. De rechtsbetrekking bepaalt niet alleen het belang en de rechtmatigheid daarvan, maar ook welke stukken opgevraagd kunnen worden.
2.6.
De verzoeker tot inzage zal voldoende concreet en onderbouwd moeten stellen dat en waarom hij belang heeft bij de verlangde inzage én dat dit belang de inzage zal moeten kunnen ‘rechtvaardigen’, in de zin dat voldoende duidelijk is dat de bescheiden relevant kunnen zijn voor het doel waarvoor hij de inzage verlangt.
2.7.
Artikel 843a lid 4 Rv bepaalt dat degene die de bescheiden te zijner beschikking of onder zijn berusting heeft niet gehouden is om aan deze vordering te voldoen, indien daarvoor gewichtige redenen zijn, alsmede indien redelijkerwijs aangenomen kan worden dat een behoorlijke rechtsbedeling ook zonder verschaffing van de gevraagde gegevens is gewaarborgd.
2.8.
Anders dan Vattenfall stelt heeft Isiflo een rechtmatig belang bij haar vordering.
De rechtbank stelt hierbij het volgende voorop.
Het gaat in deze zaak om ongeveer 44.000 warmteafleversets (hierna: sets) die gedurende vele jaren door Isiflo aan Vattenfall zijn geleverd. Volgens Vattenfall voldoen de sets niet aan de met haar gesloten overeenkomsten. Vattenfall stelt dat tussen 1 juli 2018 en
7 september 2022 circa 6.622 lekkages zijn geconstateerd alsmede dat van de circa 4.800 geplaatste voorkeuzesets er inmiddels 3.597 zijn vervangen omdat daarbij problemen (onder meer warmtapwaterklachten) zijn ontstaan. Vattenfall voert voorts aan dat zij verwacht dat dit aantal de komende jaren verder zal toenemen en dat zij aanvankelijk heeft geprobeerd de defecte warmtesets te repareren of te vervangen. Vattenfall stelt dat zij al circa 11.000 sets heeft vervangen en dat zij nu heeft besloten om schadebeperkend te handelen door alle sets volledig te gaan vervangen in plaats van preventief onderhoud te verrichten, onder meer omdat deze oplossing de minste kans biedt op vervolgschade. Vattenfall begroot de schade die zij heeft geleden als gevolg van de vervanging en/of reparatie van de door Isiflo geleverde sets op dit moment op € 7.921.035,--
2.9.
Met deze stellingen van Vattenfall is niet zonder meer gegeven dat (nagenoeg alle) door Isiflo geleverde sets niet aan de overeenkomsten beantwoorden. Het is weliswaar goed mogelijk dat de klachten geheel veroorzaakt zijn door productiefouten in de sets (waarbij Vattenfall heeft gewezen op pakkingen die voor onvoldoende dichtheid zouden hebben gezorgd en onvolkomenheden in de software waardoor zich in de aansturing en de regeling van de kleppen een aantal onregelmatigheden voordoen), maar anderzijds is het ook mogelijk – zoals Isiflo heeft betoogd – dat de klachten al dan niet deels veroorzaakt zijn door buiten Isiflo gelegen factoren (waarbij Isiflo heeft gewezen op fouten tijdens de installatie of reparatie van sets of door eigenschappen van het water als te hoge druk of temperatuur). Isiflo stelt dat eigen onderzoek aan haar sets geen (duidelijke) oorzaak voor de klachten aan het licht heeft gebracht en dat andere afnemers van haar sets geen vergelijkbare problemen met de sets bij haar hebben gemeld. Isiflo wenst op basis van de door Vattenfall te verstrekken informatie te onderzoeken of externe factoren de klachten hebben kunnen veroorzaken.
In dit verband is niet van belang ontbloot (en Isiflo heeft daar ook op gewezen) dat uit de door Vattenfall in de inleidende dagvaarding (op bladzijde 41) opgenomen tabellen blijkt dat er voor wat betreft de lekgraad van de door Isiflo geleverde sets grote verschillen bestaan tussen de regio’s die door Vattenfall worden bediend. Dit is op zijn minst een aanwijzing dat externe oorzaken hiervoor een verklaring zouden kunnen bieden. Tot slot kan uit de stellingen van Vattenfall niet worden afgeleid dat zich bij nagenoeg alle sets van Isiflo de gestelde problemen hebben voorgedaan of in de toekomst zullen voordoen.
2.10.
Anders dan Vattenfall stelt, is er bij Isiflo dan ook niet enkel sprake van een vermoeden dat externe factoren oorzaak van de lekkages en de warmtapwaterklachten (comfortklachten) zijn.
Het verweer van Isiflo dat niet kan worden uitgesloten dat externe factoren de oorzaak zijn van lekkages en comfortklachten is niet op voorhand kansloos. Dit wordt niet anders doordat Vattenfall de door Isiflo gestelde externe oorzaken gemotiveerd heeft betwist, door te betogen dat deze gestelde externe oorzaken een deugdelijke feitelijke grondslag ontberen. Het gaat er hier nu juist om Isiflo in de gelegenheid te stellen haar stelling in deze te onderbouwen. Daarvoor heeft zij de medewerking van Vattenfall nodig omdat de door Isiflo verlangde informatie zich in het domein van Vattenfall bevindt.
Bij deze stand van zaken kan niet worden gezegd dat de vordering van Isiflo neerkomt op een fishing expedition. De informatie waarom wordt verzocht is voldoende concreet omschreven. Van de door Isiflo verlangde informatie kan op voorhand niet gezegd worden dat dit veel te omvattend is.
Dit alles is voldoende om de vordering van Isiflo te kunnen rechtvaardigen. Aannemelijk is dat de verzochte informatie Isiflo na eigen onderzoek in staat stelt om haar rechtspositie te bepalen en om verweer te kunnen voeren tegen de vordering van Vattenfall, waarmee een aanzienlijk financieel belang is gemoeid.
2.11.
Aan toewijzing van de vordering van Isiflo staat niet in de weg de stelling van Vattenfall (dagvaarding onder randnummer 207) dat de deskundigen KIWA en Vention na onderzoek van de problemen hebben vastgesteld dat sprake was van productie-, materiaal-, ontwerp- en/of softwarefouten bij de sets die tot de lekkages respectievelijk de warmtapwaterklachten hebben geleid, althans dat de sets niet functioneerden zoals mocht worden verwacht. Of de sets niet voldoen aan hetgeen Vattenfall op grond van de overeenkomsten mocht verwachten staat daarmee nog niet vast. Isiflo heeft in deze procedure immers nog geen inhoudelijk verweer gevoerd; daarvoor wil zij juist eerst de gevorderde informatie ontvangen en onderzoeken. Bovendien heeft Isiflo de conclusies van KIWA en Vention al wel gemotiveerd betwist, zodat het geen gegeven is dat van de juistheid van deze conclusies kan worden uitgegaan. Tijdens de mondelinge behandeling is in dit kader ook aan partijen voorgehouden dat het voor de hand kan liggen dat de rechtbank te zijner tijd een deskundigenonderzoek zal bevelen.
2.12.
Evenmin staat aan toewijzing van de vordering in de weg de stelling van Vattenfall dat Isiflo niet bereid was om gezamenlijk een onderzoeker te benoemen die de betreffende onderzoeksresultaten zou valideren en dat zij, Vattenfall, al veel van de door Isiflo verlangde informatie aan Isiflo heeft verstrekt. Deze omstandigheden – wat daar verder ook van zij – doen er immers niet aan af dat Isiflo nu niet de gegevens bezit waarover zij wenst te beschikken ter bepaling van haar rechtspositie en ter onderbouwing van haar verweer tegen de aanzienlijke vordering van Vattenfall.
2.13.
Dat Isiflo voorafgaande aan de onderhavige procedure niet om de hier aan de orde zijnde informatie heeft verzocht, zoals Vattenfall heeft gesteld, staat – wat daar verder ook van zij – ook niet in de weg aan toewijzing van de vordering van Isiflo.
2.14.
De rechtbank zal thans per onderdeel van de vordering -in het licht van de hier aan de orde zijnde toetsingsmaatstaven- beoordelen welke informatie Vattenfall aan Isiflo zal moeten verstrekken. Gelet op het vorenstaande zal hierbij als uitgangspunt gelden dat Vattenfall de verlangde informatie aan Isiflo dient te verstrekken, voor zover daarover hierna niet anders wordt geoordeeld.
2.15.
Aanvullende (specifieke) klachtendata over de periode 1 juli 2018 tot 30 april 2020
1.
Vattenfall stelt dat zij niet beschikt over de gegevens van de monteurs die de sets van Isiflo hebben geplaatst. Vattenfall heeft ter zitting verklaard dat die informatie door de betreffende aannemers (van wie er twee failliet zijn) zou kunnen worden verstrekt. Vattenfall heeft zich daarbij bereid verklaard per regio waarbinnen de sets van Isiflo zijn geïnstalleerd (Almere, Amsterdam, Arnhem, Leiden/Rotterdam) uit te zoeken welke aannemers voor de installaties van de sets van Isiflo verantwoordelijk zijn geweest en deze informatie aan Isiflo ter beschikking te stellen, zodat dienovereenkomstig zal worden beslist.
2. Vattenfall heeft ter zitting voldoende aannemelijk gemaakt dat zij niet beschikt over inbedrijfstellingsrapporten, zodat ter zake dit onderdeel van de vordering afwijzing dient te volgen.
3. Vattenfall heeft ter zitting verklaard dat zij in grote lijnen beschikt over de onderhoudshistorie vanaf 4 november 2013, zodat dit onderdeel van de vordering toewijsbaar is.
4. Vattenfall heeft ten aanzien van de identificatie van het warmtenet verklaard dat zij over deze gegevens beschikt. Dit onderdeel van de vordering zal dan ook worden toegewezen. Ten aanzien van de netwerkcondities heeft Vattenfall ter zitting aangevoerd dat zij niet kan zien wat de condities waren op het moment van de storing. Vattenfall heeft voldoende aannemelijk gemaakt dat dit geldt voor de lekkages (omdat een lekkage doorgaans niet gelijk wordt opgemerkt en daardoor ook niet gelijk wordt gemeld), maar niet dat dit ook zou gelden voor de warmtapwaterklachten (hierna: de comfortklachten). Het ligt immers voor de hand dat -zoals de rechtbank aan Vattenfall ter zitting heeft voorgehouden- als een bewoner bij Vattenfall klaagt over het ontbreken van warm water, de datum van de melding door Vattenfall wordt geregistreerd. Vattenfall heeft dit niet tegengesproken. Aannemelijk is bovendien dat een bewoner bij een dergelijke klacht geen dag wacht alvorens bij Vattenfall aan de bel te trekken. Onder het moment van storing moet dan worden verstaan de dag van de comfortklachten.
Vattenfall heeft ter zitting aangevoerd dat niet alle parameters worden vastgelegd, maar dat dit wel het geval is ten aanzien van temperatuur (aanvoer en retour), druk en drukverschil. Dit is door Isiflo niet tegengesproken.
Vattenfall heeft ter zitting aangegeven dat het hierbij om extreem veel data gaat. Isiflo heeft ter zitting verklaard dat zij er mee kan instemmen als van alle regelkamers de gegevens als csv-bestand door Vattenfall worden aangeleverd. De rechtbank laat het aan partijen over om daar verdere invulling aan te geven.
5. Vattenfall heeft ter zitting voldoende aannemelijk gemaakt dat in geval de klacht betrekking heeft op een EcoAdvance set, zij niet kan aangeven welke versie van de software op de set geïnstalleerd is. Dit betekent dat dit onderdeel van de vordering niet kan worden toegewezen.
2.16.
Klachtendata periode (i) 2008 tot 1 juli 2018 en (ii) 30 april 2020 tot heden
1. en 2. Met betrekking tot de klachten die zij heeft ontvangen heeft Vattenfall ter zitting voldoende aannemelijk gemaakt dat zij over de periode 2008 tot november 2013 niet over de door Isiflo verlangde informatie beschikt. Vattenfall heeft ter zitting weliswaar verklaard dat zij op een oude werklaptop van een medewerker nog bepaalde storingsdata uit de periode 2008 tot november 2013 heeft gevonden (door haar aangeduid als de Warsdata), maar zij heeft daaraan toegevoegd dat uit de beschrijving van de klacht niet kan worden afgeleid of het klachten zijn die zien op de sets zelf of bijvoorbeeld de (warmte) installatie van de klanten zelf. Vattenfall heeft hiermee voldoende aannemelijk gemaakt dat zij over de periode 2008 tot november 2013 de door Isiflo verlangde informatie niet kan aanleveren. Ten aanzien van de periode vanaf 4 november 2013 begrijpt de rechtbank dat Vattenfall wel over de gevraagde klachtendata beschikt, zodat dit onderdeel van de vordering in zoverre zal worden toegewezen.
3. Isiflo wenst te weten op welke specifieke set de betreffende klacht betrekking heeft (door het noteren van een voor Isiflo te herkennen product- of artikelnummer, een uniek nummer per individuele set en het aansluitnummer of het contractnummer).
Isiflo heeft ter zitting verklaard dat zij genoegen neemt met de zogeheten
functional location code. Vattenfall heeft desgevraagd bevestigd dat die code vanaf november 2013 is geregistreerd. Dit onderdeel wordt dan ook in zoverre toegewezen. De rechtbank gaat er hierbij vanuit dat met deze code niet het aansluitnummer, het contractnummer of het aansluitadres met betrekking tot iedere individuele warmteafleverset/afnemer is te achterhalen, omdat zo dit anders zou zijn dit -zoals Vattenfall met recht heeft betoogd- dit gewichtige redenen zou opleveren die zich tegen toewijzing van dit onderdeel van de vordering zouden verzetten. Isiflo heeft recht op deze gegevens voor zover deze haar in staat stellen om een koppeling te maken tussen een klacht over een concrete set enerzijds en haar eigen productiegegevens met betrekking tot die set anderzijds. Isiflo heeft geen recht op deze gegevens om hiermee individuele afnemers te kunnen identificeren.
4. Isiflo heeft ter zitting verklaard dat zij met betrekking tot de omgeving (op welk adres, althans welke postcode die set is geïnstalleerd en de identificatie van het warmtenet waar de set op is aangesloten) genoegen neemt met de postcode. Vattenfall heeft aangegeven dat zij de postcodes kan aanleveren vanaf 4 november 2013. Er zijn -anders dan ten aanzien van de adressen het geval zou zijn- geen gewichtige redenen die zich tegen het verstrekken van de postcodes verzetten, zodat dienovereenkomstig wordt beslist.
5. Dezelfde beslissing wordt -gelet op de verklaring van Vattenfall ter zitting- gegeven voor het verstrekken van de installatiedata van de sets.
6. Vattenfall beschikt niet -zoals hiervoor in 2.15. onder 1 is overwogen- over de gegevens van de monteurs die de betreffende sets hebben geplaatst.
Op dit onderdeel van de vordering wordt beslist op de wijze zoals hiervoor in 2.15. onder 1 is weergegeven. Uit de stellingen van Vattenfall begrijpt de rechtbank dat de gevraagde gegevens slechts vanaf 2011 beschikbaar zijn.
7. Vattenfall heeft ter zitting voldoende aannemelijk gemaakt dat zij niet beschikt over inbedrijfstellingsrapporten, zodat ter zake afwijzing dient te volgen.
8. Vattenfall heeft ter zitting verklaard dat zij in grote lijnen beschikt over de onderhoudshistorie vanaf 4 november 2013, zodat dit onderdeel van de vordering in zoverre toewijsbaar is.
9. Ten aanzien van de wijze van opvolging van de klacht wordt beslist overeenkomstig hetgeen hiervoor onder 8. is overwogen.
10. Ten aanzien van de netwerkcondities geldt hetzelfde als hiervoor onder 2.15 punt 4 is overwogen, met dien verstande dat de gevraagde gegevens pas sinds 2014 of 2015 beschikbaar zijn (naar de rechtbank begrijpt: afhankelijk vanaf wanneer de regelkamer online kan worden geraadpleegd).
11. Vattenfall heeft ter zitting voldoende aannemelijk gemaakt dat in geval de klacht betrekking heeft op een EcoAdvance set zij niet kan aangeven welke versie van de software op de set geïnstalleerd is. Dit betekent dat dit onderdeel van de vordering niet kan worden toegewezen.
2.17.
Informatie over montage van de sets in de hele periode (2008 tot heden)
1. Vattenfall stelt ook hier dat zij niet beschikt over de gegevens van de monteurs die de betreffende sets hebben geplaatst. Vattenfall heeft ter zitting verklaard dat die informatie door de betreffende aannemers (van wie er twee failliet zijn) zou kunnen worden verstrekt. Vattenfall heeft zich daarbij bereid verklaard per regio waarbinnen de sets van Isiflo zijn geïnstalleerd (Almere, Amsterdam, Arnhem, Leiden/Rotterdam) uit te zoeken welke aannemers voor de installaties van de sets van Isiflo verantwoordelijk zijn geweest en deze informatie aan Vattenfall ter beschikking te stellen. Vattenfall heeft daarbij aangegeven dat zij niet beschikt over de in deze relevante data voor zover het de periode vóór 2011 betreft. Dit is door Isiflo niet tegengesproken, zodat dienovereenkomstig zal worden beslist.
Vattenfall stelt voorts dat zij vanaf 4 november 2013 wel beschikt over de namen van de monteurs die reparaties aan de sets hebben uitgevoerd. Vattenfall voert hierbij echter met recht aan dat gewichtige redenen zich verzetten tegen het verstrekken van de namen van bedoelde monteurs. Aan dit bezwaar van Vattenfall kan tegemoet worden gekomen door in plaats van de naam van de monteur telkens te vermelden “monteur 1”, “monteur 2” enzovoorts, waarbij voor de monteur dezelfde aanduiding dient te worden aangehouden indien bijvoorbeeld “monteur 1” meerdere keren reparaties aan de sets van Isiflo heeft verricht. Vattenfall zal worden veroordeeld om de aldus geanonimiseerde gegevens aan Isiflo te verstrekken.
2. en 3. Vattenfall heeft ter zitting verklaard dat er in de betreffende periode geen instructies aan de monteurs werden gegeven ten behoeve van het plaatsen van de set en de energiemeter alsmede ten behoeve van de GEA-uitwisselingsactie. Isiflo heeft dit niet tegengesproken, zodat de hierop betrekking hebbende onderdelen van de vordering worden afgewezen.
2.18.
Klachtendata van alle sets die Vattenfall (sinds 2008 tot heden) gebruikt, van
alle bij Vattenfall gebruikte merken alsmede populatiedata van alle sets die Vattenfall (sinds 2008 tot heden) gebruikt, van alle merken.
2.19.
Het antwoord op de vraag of er ook klachten zijn met betrekking tot sets van andere merken staat in een te ver verwijderd verband met het antwoord op de vraag of de sets van Isiflo niet voldoen aan hetgeen Vattenfall op grond van de overeenkomst mocht verwachten. Informatie over klachten met betrekking tot sets van andere merken kan hooguit zijdelings bijdragen aan beantwoording van de vraag of de door Isiflo aan Vattenfall geleverde sets non-conform zijn.
Nu ter zitting is gebleken dat het verzamelen van bedoelde informatie buitensporig veel tijd vergt weegt onder deze omstandigheden het belang van Vattenfall om niet te worden belast met een tijdrovend en kostbaar onderzoek om de door Isiflo verlangde informatie “boven tafel te krijgen” zwaarder dan het belang van Isiflo om te kunnen beschikken over de door haar verlangde informatie als hier aan de orde is.
Dit betekent dat deze onderdelen van de vordering zullen worden afgewezen.
2.20.
Isiflo heeft ter zitting haar vordering tot het opleggen van een dwangsom voor het geval Vattenfall niet aan het vonnis zou voldoen niet langer gehandhaafd.
Overkoepelend
2.21.
Vattenfall heeft ten aanzien van meerdere gegevens verklaard dat zij denkt dat deze nog wel (volledig) beschikbaar zijn, maar dat zij dit niet zeker weet. De rechtbank begrijpt dat veel van de gevraagde informatie door medewerkers van Vattenfall handmatig moest worden ingevoerd in interne systemen en dat niet valt uit te sluiten dat dit niet altijd goed is gebeurd. Verder heeft Vattenfall uitgelegd dat ten aanzien van sommige sets klachtendata is overschreven. Gelet hierop – en gezien de wens van Isiflo om een toelichting te ontvangen van Vattenfall in het geval Vattenfall bepaalde gegevens meent niet te kunnen verstrekken –
zal de rechtbank bepalen dat Vattenfall in een dergelijk geval ook aan haar verplichting tot het verstrekken van gegevens kan voldoen, door aan te geven dat en waarom een bepaald gegeven niet kan worden verstrekt.
Conclusie
2.22.
Het vorenstaande leidt tot na te melden beslissing.
2.23.
Vattenfall zal als de grotendeels in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten van het incident worden veroordeeld.
De proceskosten aan de zijde van Isiflo worden tot aan deze uitspraak vastgesteld op
€ 1.196,00-- ter zake van salaris van de advocaat ( 2,0 punten x tarief II € 598,00).

3.De nadere instructie in de hoofdzaak

3.1.
Ter zitting is besproken dat Isiflo na ontvangst van de hiervoor bedoelde informatie een onderzoek zal instellen teneinde haar processuele houding te kunnen bepalen en haar verweer in een conclusie van antwoord te kunnen presenteren. Isiflo zal daarvoor een termijn van 6 maanden worden verleend, welke termijn gegeven de omstandigheden van het geval niet bovenmatig voorkomt. Desgewenst kan Isiflo haar conclusie van antwoord nemen op een eerdere roldatum dan hierna wordt vermeld.

4.De beslissing

De rechtbank
in het incident
4.1.
veroordeelt Vattenfall om vóór
10 januari 2024aan Isiflo te verstrekken:
overkoepelend1. een lijst van aannemers die in de periode van 2011 tot 1 maart 2023 verantwoordelijk zijn geweest voor de installaties van de sets van Isiflo per regio (Almere, Amsterdam, Arnhem, Leiden/Rotterdam) waarbinnen die sets zijn geïnstalleerd,
aanvullende klachtendata met betrekking tot de periode van 1 juli 2018 tot 30 april 2020
2. a. een overzicht waaruit per set van Isiflo, waarover in de genoemde periode bij Vattenfall is geklaagd, blijkt:
  • de onderhoudshistorie, waaruit blijkt welke reparaties en/of aanpassingen aan de betreffende set hebben plaatsgevonden vanaf 4 november 2013,
  • de identificatie van het warmtenet waarop de set is aangesloten,
b. een overzicht waaruit ten aanzien van de warmtapwaterklachten, gemeld in de genoemde periode, de watertemperatuur (aanvoer en afvoer), de waterdruk en het drukverschil blijkt (waarbij Vattenfall onder meer aan deze veroordeling kan voldoen door overlegging van een csv-bestand als overwogen onder 2.15. punt 4),
met betrekking tot klachten ontvangen in de periodes (i) van 2008 tot 1 juli 2018 en (ii) van 30 april 2020 tot 1 maart 2023
3. a. een overzicht van de klachten die Vattenfall heeft ontvangen (met een omschrijving en een gestandaardiseerde code per type klacht) met betrekking tot de sets van Isiflo, beperkt tot de periodes (i) van 4 november 2013 tot 1 juli 2018 en (ii) van 30 april 2020 tot 1 maart 2023,
b. een overzicht waaruit per onder a genoemde klacht blijkt:
- de datum waarop de klacht is ingediend,
- de functional location code van de set,
- de wijze van opvolging van de klacht,
c. overzicht waaruit per set waarop een onder a genoemde klacht ziet blijkt:
- de postcode waarin deze set is geïnstalleerd
- de identificatie van het warmtenet,
- de installatiedatum,
- de onderhoudshistorie, waaruit blijkt welke reparaties en/of aanpassingen aan de betreffende set hebben plaatsgevonden vanaf 4 november 2013,
d. een overzicht waaruit ten aanzien van de warmtapwaterklachten, gemeld in periode vanaf 2014/2015 tot 1 juli 2018 en van 30 april 2020 tot 1 maart 2023, de watertemperatuur (aanvoer en afvoer), de waterdruk en het drukverschil blijkt (waarbij Vattenfall onder meer aan deze veroordeling kan voldoen door overlegging van een csv-bestand als overwogen onder 2.15. onder 4.),
reparatiegegevens
4. met betrekking tot sets van Isiflo waaraan interne monteurs van Vattenfall in de periode van 4 november 2013 tot 1 maart 2023 reparaties hebben uitgevoerd: een overzicht waaruit blijkt welke monteur (geanonimiseerd op de wijze zoals hiervoor onder 2.17. onder 1. is weergegeven) aan welke sets van Isiflo reparaties hebben uitgevoerd, onder vermelding van de periode en regio waarin de betreffende monteurs werkzaam waren,
4.2.
bepaalt dat in het geval Vattenfall aan enige hiervoor genoemde verplichting niet kan voldoen doordat bepaalde gegevens toch niet meer beschikbaar blijken te zijn, bijvoorbeeld doordat gegevens niet goed zijn ingevoerd of naderhand zijn overschreven, Vattenfall ten aanzien van die gegevens ook aan de verplichting tot verstrekking hiervan kan voldoen door aan Isiflo te verklaren en inzichtelijk te maken dat die gegevens niet beschikbaar zijn en waarom dat het geval is,
4.3.
veroordeelt Vattenfall in de kosten van het incident, aan de zijde van Isiflo tot op heden vastgesteld op € 1.196,00,
4.4.
verklaart dit vonnis in zoverre uitvoerbaar bij voorraad,
4.5.
wijst af het meer of anders gevorderde,
in de hoofdzaak
4.6.
bepaalt dat de zaak weer op de rol zal komen van
10 juli 2024voor conclusie van antwoord aan de zijde van Isiflo.
Dit vonnis is gewezen door mr. E. Schippers en in het openbaar uitgesproken op
29 november 2023.