ECLI:NL:RBGEL:2023:6441

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
18 september 2023
Publicatiedatum
27 november 2023
Zaaknummer
C/05/424342 FA RK 23-2731
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Rechterlijke machtiging tot opname en verblijf op basis van de Wet zorg en dwang

In deze zaak heeft de Rechtbank Gelderland op 18 september 2023 een mondelinge uitspraak gedaan over een verzoek tot het verlenen van een rechterlijke machtiging tot opname en verblijf van een cliënt, die lijdt aan een psychogeriatrische aandoening, namelijk dementie. Het verzoek is ingediend door het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ) en betreft een machtiging voor de duur van zes maanden, zoals bedoeld in de Wet zorg en dwang (Wzd). De rechtbank heeft vastgesteld dat de cliënt niet bereid was om te worden gehoord en dat de mondelinge behandeling heeft plaatsgevonden zonder haar aanwezigheid, na een chaotische situatie waarbij de cliënt zich verzet tegen de opname.

De rechtbank heeft in haar beoordeling vastgesteld dat de cliënt ernstig nadeel ondervindt door haar aandoening, wat leidt tot risico's zoals ernstig lichamelijk letsel, psychische schade voor anderen, en ernstige verwaarlozing. De echtgenoot van de cliënt, die de zorg op zich neemt, is overbelast geraakt en kan de zorg niet langer alleen dragen. De rechtbank concludeert dat opname en verblijf noodzakelijk zijn om het ernstig nadeel te voorkomen, en dat er geen minder ingrijpende mogelijkheden zijn om dit te realiseren.

De rechterlijke machtiging is verleend voor de duur van zes maanden, tot en met 18 maart 2024. De rechtbank heeft ook aandacht besteed aan de emotionele impact van de situatie op de familie van de cliënt en heeft hen uitgelegd dat de wet vereist dat de rechter de cliënt zelf hoort voordat een beslissing kan worden genomen. De beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken, met de mogelijkheid tot cassatie tegen deze beschikking.

Uitspraak

beschikking
RECHTBANK GELDERLAND
Familie- en jeugdrecht
Zittingsplaats: Arnhem
Zaakgegevens: C/05/424342 FA RK 23-2731
Datum mondelinge uitspraak: 18 september 2023
Beschikking rechterlijke machtiging tot opname en verblijf Wzd
inzake
het door het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ) ingediende verzoek tot het verlenen van een machtiging voor de duur van zes maanden als bedoeld in artikel 24 e.v. van de Wet zorg en dwang psychogeriatrische en verstandelijk gehandicapte cliënten (Wzd), ten aanzien van:
[naam cliënt],
geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats] ,
wonende en verblijvende te: [naam accommodatie] te [plaats] ,
hierna te noemen: cliënt,
advocaat: mr. M.A. Smits te Nijmegen.

1.Procesverloop

1.1.
Het procesverloop blijkt uit het verzoekschrift met bijlagen, ingekomen ter griffie op 30 augustus 2023.
1.2.
De mondelinge behandeling heeft plaatsgevonden op 18 september 2023, in de accommodatie [naam accommodatie] te [plaats] .
1.3.
Tijdens de mondelinge behandeling zijn gehoord:
de advocaat van cliënt;
mevrouw [naam] , huisarts van cliënt;
de echtgenoot en de dochter van cliënt.
1.4.
De rechtbank heeft vastgesteld dat cliënt niet bereid was zich te doen horen. Bij de voordeur van het appartement van cliënt en haar echtgenoot heeft cliënt luid en duidelijk aan de rechter te kennen gegeven dat zij niet binnen mocht komen en dat zij geen gesprek wilde. Cliënt gaf aan dat iedereen moest vertrekken en riep: ‘er uit!”. De voortzetting van de mondelinge behandeling heeft toen plaatsgevonden op de gang zonder aanwezigheid van cliënt.

2.Beoordeling

2.1.
Uit de overgelegde stukken en de mondelinge behandeling is gebleken dat cliënt lijdt aan een psychogeriatrische aandoening, namelijk dementie. Als gevolg daarvan is cliënt zeer achterdochtig en heeft zij hallucinaties. Zij laat vrijwel niemand meer binnen in het appartement waar zij met haar echtgenoot woont. De dagelijkse zorg komt daardoor neer op haar echtgenoot die daarin overbelast is geraakt. Haar echtgenoot is slecht ter been, en kan de zorg niet meer in zijn eentje aan. Zorgelijk is dat cliënt daarnaast medicatie weigert die zij vanwege somatische klachten nodig heeft.
2.2.
Het gedrag dat voortvloeit uit deze aandoening leidt tot ernstig nadeel. Dit ernstig nadeel bestaat uit (het aanzienlijk risico op):
ernstig lichamelijk letsel;
psychische/lichamelijke schade voor een ander;
ernstige verwaarlozing;
maatschappelijke teloorgang;
het oproepen van agressie van een ander door het vertonen van hinderlijk gedrag.
2.3.
De opname en het verblijf zijn noodzakelijk en geschikt om het ernstig nadeel te voorkomen of af te wenden.
2.4.
Er zijn geen minder ingrijpende mogelijkheden om het ernstig nadeel te voorkomen of af te wenden. Omdat cliënt iedere hulpverlening afwijst, is verblijf in de thuissituatie niet langer verantwoord.
2.5.
Gebleken is dat cliënt zich verzet tegen de opname en het verblijf.
2.6.
Gelet op het voorgaande is naar het oordeel van de rechtbank voldaan aan de criteria voor verlening van een rechterlijke machtiging tot opname en verblijf als bedoeld in de Wzd. De rechterlijke machtiging zal worden verleend voor de verzochte duur van zes maanden, , en geldt dus tot en met 18 maart 2024.
Overweging voor de familie
2.7.
De rechtbank begrijpt dat de mondelinge behandeling voor de echtgenoot en de dochter op een chaotische en tegelijkertijd zakelijke manier plaatsvond. Zij hebben tijdens de mondelinge behandeling te kennen gegeven dat zij het een onmenselijke schertsvertoning vonden. De rechter heeft tot twee keer toe aangeboden om er op een andere plek over verder te praten, maar dat hebben de dochter en de echtgenoot geweigerd. De rechtbank begrijpt hun beleving van de mondelinge behandeling zeker, gelet op de emotionele impact van de gehele situatie rond hun echtgenote/moeder. Wel wil de rechtbank uitleggen dat de wet vereist dat de rechter rechtstreeks van hun echtgenote/moeder hoort dat zij geen gesprek met de rechter wil voordat de rechter kan beslissen op het verzoek. Daarom was dat contact tussen hun echtgenote/moeder en de rechter bij de deur van het appartement noodzakelijk. Vanwege de ontstane commotie heeft de rechtbank er vervolgens voor gekozen om de voortzetting van de mondelinge behandeling daarna kort en zakelijk te laten verlopen om de onrust zo kort mogelijk te houden.

3.Beslissing

De rechtbank:
3.1.
verleent een machtiging tot opname en verblijf ten aanzien van
[naam cliënt] , geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats] ;
3.2.
bepaalt dat deze machtiging geldt tot en met uiterlijk
18 maart 2024.
Deze beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken op 18 september 2023 door mr. E.L. de Jongh, rechter, in tegenwoordigheid van mr. M.M. Verschuren, griffier.
De schriftelijke uitwerking van deze beschikking is vastgesteld op 2 oktober 2023.
Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.