Uitspraak
RECHTBANK GELDERLAND
1.De procedure
- de dagvaarding van 26 juli 2023, met 16 producties;
- de conclusie van antwoord tevens conclusie van eis in reconventie, tevens houdende een incidentele provisionele vordering, tevens houdende incidentele conclusie tot oproeping van een derde als medeverweerder in reconventie en tot oproeping van een derde in vrijwaring, van 4 oktober 2023, met 10 producties;
- de conclusie van antwoord in incident ex artikel 210 en 223 Rv, alsmede antwoord op verzoek tot oproeping ex artikel 118 Rv, van 18 oktober 2023, met productie 17.
2.De (voor de beoordeling van de incidenten relevante) feiten
5 augustus 2021.
3.Het geschil in conventie
5augustus 2021 en dat de aanspraken ter zake op [eiseres] zijn overgegaan, althans een zodanige verklaring als de rechtbank in goede justitie zal vermenen te behoren;
4.Het geschil in reconventie
Primairverklaart voor recht dat [eiseres] onrechtmatig handelt jegens [gedaagde] , dan wel in strijd met hetgeen redelijkheid en billijkheid van haar eisen, door zich te onthouden van voornoemde bijdrage - en deswege jegens [gedaagde] schadeplichtig wordt, vanaf de datum van opeisbaarheid van deze kosten;
5.Het incident tot oproeping van de VvE als medeverweerder in reconventie
[namen 1 en 2] (en diens rechtsopvolger [eiseres] ) heeft verbonden om een brandveilig en bouwkundig gesplitst appartement te leveren en dat [gedaagde] door dit niet te doen schadeplichtig is jegens [eiseres] , het niet aannemelijk is dat een eventuele verplichting van de VvE jegens [gedaagde] om de werkzaamheden in verband met de splitsing en de brandveiligheid voor haar rekening te laten uitvoeren, van enige invloed is op de uiteindelijke verdeling van de kosten van deze werkzaamheden tussen [gedaagde] en [eiseres] . Als in dat geval immers via de band van de VvE bepaalde kosten bij [eiseres] terecht komen, leidt dit enkel tot hogere schade aan de zijde van [eiseres] en daardoor tot een hogere door [gedaagde] aan [eiseres] te betalen schadevergoeding. Met andere woorden: als komt vast te staan dat [gedaagde] op de hiervoor omschreven wijze schadeplichtig is jegens [eiseres] , dan is het aannemelijk dat het er onder aan de streep hoe dan ook toe moet leiden dat [gedaagde] in de verhouding tot [eiseres] de volledige kosten moet dragen. Omdat de beoordeling van de vordering die [gedaagde] wil instellen tegen de VvE aldus geen invloed lijkt te hebben op de beoordeling van de vorderingen die in deze procedure zijn ingesteld, bestaat onvoldoende samenhang tussen deze vorderingen. Anderzijds zal het in deze procedure oproepen van de VvE als verweerster in reconventie wel leiden tot extra complexiteit en vertraging. Het voorgaande betekent dat niet aan de voorwaarden van artikel 118 Rv is voldaan, zodat de vordering niet toewijsbaar is.
6.Het incident tot oproeping in vrijwaring
7.Het incident houdende een provisionele vordering
Primair[eiseres] gebiedt om vanaf twee dagen na dit vonnis haar feitelijke medewerking te verlenen aan de uitvoering van de door aannemers [bedrijf 3] en [bedrijf 1] geoffreerde werkzaamheden en aan de uitvoering van eventuele andere in het kader van bouwkundige splitsing en brandveiligheid uit te voeren werkzaamheden door aannemers, welke medewerking mede dient te bestaan in het verlenen van toegang tot (delen) van de privéruimte van het appartement waarop het recht van erfpacht van [eiseres] ziet;
8.De beslissing
29 november 2023voor het opgeven van de verhinderdagen van de partijen en hun advocaten in de maanden
februari tot en met april 2024, waarna dag en uur van de mondelinge behandeling zullen worden bepaald,