Uitspraak
RECHTBANK GELDERLAND
1.[gedaagde partij 1] ,
2. de erven van
[gedaagde partij 2 ] ,
1.De verdere procedure
- de mondelinge behandeling van 21 maart 2023, waarvan aantekeningen zijn gemaakt door de griffier.
2.De feiten
Tussen voormelde verpachter enerzijds en Opa en Vader als pachters tezamen met [gedaagde partij 1] als opkomende pachter anderzijds is op 23 maart 1995 een schriftelijke pachtwijzigingsovereenkomst gesloten, waarin is vermeld dat voormelde pachtovereenkomst enkel nog ziet op diverse percelen losland gelegen te [plaats], kadastraal bekend [perceel] (voorheen [kadastrale gegevens]) met een oppervlakte van 16.11.22 ha.
3.Het geschil
De stellingen van partijen zullen hierna voor zover nodig aan de orde komen.
4.De beoordeling
5.De beslissing
- te vermeerderen, indien betekening van het vonnis heeft plaatsgevonden, met de explootkosten van betekening van het vonnis, vermeerderd met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW met ingang van de vijftiende dag na betekening;
17 mei 2023.