ECLI:NL:RBGEL:2023:5673

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
16 oktober 2023
Publicatiedatum
17 oktober 2023
Zaaknummer
10602377
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Arbeidsrecht
Procedures
  • Op tegenspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot wedertewerkstelling en betaling van loon in kort geding na functiewijziging

In deze zaak heeft [eiseres] een kort geding aangespannen tegen haar werkgever, Bikeurope B.V., met als doel wedertewerkstelling in haar functie van Group Leader Office en betaling van haar loon. [eiseres] was sinds 1 augustus 2015 in dienst bij Bikeurope en had een bruto maandsalaris van € 3.536,00, vermeerderd met een bonus en een eindejaarsuitkering. Na een vergadering op 24 mei 2023, waarin [eiseres] werd beschuldigd van het onterecht verdelen van een bonus onder haar teamleden, werd zij op 12 juni 2023 geschorst en later gedemoteerd naar de functie van Logistic Coördinator. [eiseres] heeft deze demotie geweigerd en zich beschikbaar gehouden voor haar oorspronkelijke functie.

De kantonrechter heeft in het vonnis van 16 oktober 2023 geoordeeld dat Bikeurope niet gerechtigd was om de functie van [eiseres] eenzijdig te wijzigen zonder haar instemming, aangezien er geen wijzigingsbeding in de arbeidsovereenkomst was opgenomen. De kantonrechter oordeelde dat [eiseres] een spoedeisend belang had bij haar vorderingen, maar dat de vordering tot wedertewerkstelling werd afgewezen omdat er geen vertrouwen meer was tussen partijen. Wel werd de loonvordering van [eiseres] toegewezen, omdat Bikeurope haar loon had stopgezet terwijl [eiseres] zich beschikbaar had gehouden voor werk. De kantonrechter heeft Bikeurope veroordeeld tot betaling van het achterstallige loon over de maanden juli, augustus en september 2023, vermeerderd met wettelijke verhogingen en rente, en heeft de proceskosten aan [eiseres] toegewezen.

Uitspraak

RECHTBANKGELDERLAND
Civiel recht
Kantonrechter
Zittingsplaats Apeldoorn
Zaaknummer: 10602377 \ VV EXPL 23-49
Vonnis in kort geding van 16 oktober 2023
in de zaak van
[eiseres],
te [woonplaats] ,
eisende partij,
hierna te noemen: [eiseres] ,
gemachtigde: mr. G.J. van den Hoven,
tegen
BIKEUROPE B.V.,
te Harderwijk,
gedaagde partij,
hierna te noemen: Bikeurope,
gemachtigde: mr. A.G.M. Wilms.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding
- de akte vermeerdering van eis, tevens overlegging producties van [eiseres]
- de productie van Bikeurope
- de mondelinge behandeling van 25 september 2023, waarvan door de griffier aantekeningen zijn gemaakt
- de pleitnota van [eiseres]
- de pleitnota van Bikeurope.
1.2.
Vervolgens is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
[eiseres] is met ingang van 1 augustus 2015 in dienst getreden bij Bikeurope. [eiseres] is voor onbepaalde tijd in dienst, in de functie van Group Leader Office tegen een bruto loon van € 3.536,00 per maand te vermeerderen met een bonus en een eindejaarsuitkering.
2.2.
[eiseres] maakt samen met de General Manager ( [General Manager] , hierna: [General Manager] ) , de Operations Manager ( [Operations Manager] , hierna: [Operations Manager] ), drie Group Leaders Magazijn en de HR Generalist ( [HR Generalist] , hierna: [HR Generalist] ) deel uit van het Management Team (hierna: MT).
2.3.
Het team van [eiseres] bestaat uit tien werknemers.
2.4.
Op 24 mei 2023 heeft het MT vergaderd. Tijdens deze vergadering heeft [eiseres] ontkend dat zij een door haar ontvangen bonus had verdeeld onder haar teamleden.
2.5.
Op 7 juni 2023 heeft een gesprek plaatsgevonden tussen [General Manager] , [Operations Manager] en [eiseres] . Naar aanleiding van dit gesprek heeft [HR Generalist] het volgende aan [eiseres] geschreven:

Hierbij stuur ik je de schriftelijke bevestiging dat we je omstreeks 16:40 uur mondeling hebben medegedeeld je met onmiddellijke ingang te schorsen met behoud van loon in afwachting van het onderzoek. De reden hiervoor is (vermeende betalingen aan medewerkers en de wijze waarop je hiermee bent omgegaan) (…) Naar aanleiding van dit gesprek willen wij graag de tijd nemen de gebeurtenissen verder te onderzoeken. (…)
2.6.
Op 12 juni 2023 heeft Bikeurope [eiseres] meegedeeld dat zij niet langer kon worden gehandhaafd in de functie van Group Leader Office.
In een e-mail van 13 juni 2023 heeft Bikeurope [eiseres] hierover als volgt bericht:
“(…)
Het gesprek gisteren over de uitkomst van het onderzoek had een duidelijke boodschap met het feit dat we je terugplaatsen in de vorm van een demotie naar de rol van Logistic Coördinator per 15 juni 2023. (…) de keuze van de demotie is ook uitgelegd omdat we zijn uitgegaan van een juiste intentie maar wel bewust foutief handelen wat heeft geleidt tot een onthoudbare situatie in een leidinggevende rol.
(…)
Daarbij hebben we een nieuwe afspraak ingepland op woensdag 14 juni a.s. om nogmaals met je te spreken over de situatie en of je verder wil als Logistic Coördinator of zelf aangeeft toch liever te spreken over beëindiging van de arbeidsrelatie. (…) Wij doen jou dus geen voorstel tot beëindiging toekomen gezien wij jouw kwaliteiten willen inzetten in een niet leidinggevende capaciteit. De keuze voor een eventuele beëindiging rust op jouzelf.
2.7.
[eiseres] wil de functie van Logistic Coördinator niet vervullen en heeft zich beschikbaar gehouden de overeengekomen arbeid te verrichten.
2.8.
Bikeurope heeft per 1 juli 2023 de loonbetaling aan [eiseres] stopgezet.

3.Het geschil

3.1.
[eiseres] vordert na vermeerdering van eis, dat de kantonrechter in kort geding, bij vonnis, zoveel mogelijk uitvoerbaar bij voorraad, Bikeurope zal veroordelen:
a. om [eiseres] binnen 24 uur na het in deze procedure te wijzen vonnis, toe te laten tot de overeengekomen werkzaamheden (Group Leader Office), onder verbeurte van een dwangsom van € 1.000,00 per dag of per deel van een dag dat Bikeurope in gebreke blijft aan het vonnis te voldoen;
b. tot betaling van het loon aan [eiseres] van € 3.536,00 bruto per maand, te vermeerderen met vakantietoeslag, de bonus van € 200,00 bruto per maand en de overige emolumenten, tot het moment waarop de arbeidsovereenkomst tussen partijen rechtsgeldig zal zijn geëindigd, te vermeerderen met de wettelijke verhoging van 50%;
c. meer specifiek tot betaling van het loon over de maanden juli, augustus en september 2023 ad € 10.608,00 bruto;
d. tot betaling van de wettelijke verhoging ex artikel 7:625 BW over de maanden juli en augustus 2023 van 50% ad € 3.536 netto;
f. alles te vermeerderen met de wettelijke verhoging ex artikel 7:625 BW van 50%vanaf september 2023 tot aan de dag der algehele voldoening;
g. alles te vermeerderen met de buitengerechtelijke incassokosten d € 832,20 netto;
h. tot betaling van de volledige proceskosten.
3.2.
[eiseres] legt aan haar vorderingen het volgende ten grondslag. [eiseres] moet worden toegelaten tot het verrichten van de overeengekomen arbeid, omdat Bikeurope geen zwaarwegende reden heeft om haar te schorsen. Bikeurope heeft voorts ten onrechte en in strijd met goed werkgeverschap haar functie eenzijdig gewijzigd. [eiseres] heeft niet ingestemd met de voorgestelde wijziging, zodat haar functie niet is gewijzigd. Ten slotte moet Bikeurope haar loon dat hoort bij de functie van Group Leader Office betalen. Dat zij de overeengekomen werkzaamheden niet verricht, komt voor risico van Bikeurope.
3.3.
Bikeurope heeft geconcludeerd tot afwijzing van de vorderingen met veroordeling van [eiseres] in de kosten van de procedure.

4.De beoordeling

4.1.
Het gaat hier om een in kort geding gevorderde voorlopige voorziening. De kantonrechter moet daarom eerst beoordelen of [eiseres] bij haar vorderingen een spoedeisend belang heeft. Daarnaast geldt dat de kantonrechter in dit kort geding moet beoordelen of de vorderingen in de bodemprocedure een zodanige kans van slagen hebben, dat vooruitlopend daarop toewijzing van de voorlopige voorziening gerechtvaardigd is.
4.2.
De aard van de vordering brengt mee dat [eiseres] een spoedeisend belang heeft.
4.3.
[eiseres] vordert ten eerste dat zij wordt toegelaten tot het verrichten van de overeengekomen werkzaamheden in haar functie van Group Leader Office. Bikeurope heeft haar functie eenzijdig willen wijzigen terwijl haar arbeidsovereenkomst geen wijzigingsbeding bevat op grond waarvan Bikeurope dat eenzijdig kan doen. Dat betekent dat er voor wijziging van haar functie sprake moet zijn wilsovereenstemming die er niet is. [eiseres] heeft niet ingestemd met het ‘voorstel’ van Bikeurope een wijziging van haar functie omdat zij daartoe niet gehouden was.
4.4.
Voor gevallen waarin de arbeidsovereenkomst geen schriftelijk beding bevat dat de werkgever de bevoegdheid geeft een in de arbeidsovereenkomst voorkomende arbeidsvoorwaarde te wijzigen als bedoeld in art. 7:613 BW, is in de rechtspraak van de Hoge Raad het volgende aanvaard. De werknemer is in beginsel niet gehouden voorstellen van de werkgever tot wijziging van de arbeidsvoorwaarden te aanvaarden. Daarover moet tussen hen overeenstemming worden bereikt, in welk verband de voor de werkgever en de werknemer over en weer uit art. 7:611 BW voortvloeiende verplichtingen van belang zijn. Op grond van de daarin opgenomen verplichting om zich als goed werknemer te gedragen kan van de werknemer onder omstandigheden toch worden gevergd met een dergelijk voorstel in te stemmen. Als eerste zal de vraag moeten worden beantwoord of Bikeurope als goed werkgever aanleiding heeft kunnen vinden tot het doen van het voorstel tot wijziging van de arbeidsvoorwaarden en of het door Bikeurope gedane voorstel redelijk is. In dat kader moeten alle omstandigheden van het geval in aanmerking worden genomen, waaronder de aard van de gewijzigde omstandigheden die tot het voorstel aanleiding hebben gegeven en de aard en ingrijpendheid van het gedane voorstel, evenals - naast het belang van Bikeurope en de door haar gedreven onderneming - de positie van [eiseres] haar belang bij het ongewijzigd blijven van de arbeidsvoorwaarden.
4.5.
Bikeurope heeft aangevoerd dat er sprake is van gewijzigde omstandigheden op het werk waarin Bikeurope aanleiding heeft gezien aan [eiseres] het voorstel te doen voor een andere, namelijk niet leidinggevende, functie.
Volgens Bikeurope zijn de omstandigheden op het werk gewijzigd omdat [eiseres] herhaaldelijk heeft gelogen over de gang van zaken met betrekking tot de verdeling van de aan haar toegekende bonus onder haar teamleden. Zij heeft tijdens het MT-overleg van
24 mei 2023 gezwegen over het feit dat zij haar bonus al aan haar teamleden had betaald. Daarmee heeft [eiseres] laten zien dat zij het MT-overleg niet serieus neemt, aldus Bikeurope. [eiseres] heeft gezegd de bonus onder haar teamleden te willen verdelen omdat zij het niet eerlijk vindt dat MT-leden wel een bonus krijgen en haar teamleden niet, terwijl deze laatsten ook goed hebben gepresteerd. Hiermee heeft [eiseres] het door Bikeurope gehanteerde beloningssysteem in twijfel getrokken en daarmee gezag van Bikeurope ondermijnd. Daarbij komt nog dat [eiseres] haar teamleden een geheimhoudingsplicht heeft opgelegd, waardoor zij haar teamleden in een ongemakkelijke positie heeft gebracht.
[eiseres] heeft aangevoerd dat zij haar teamleden uit eigen zak betaald heeft en dat het voorstel van Bikeurope te ver gaat. Als [eiseres] haar team geen gift had mogen geven had Bikeurope kunnen volstaan met een minder vergaande maatregel, zoals een officiële waarschuwing.
4.6.
Vast staat dat [eiseres] in het MT-overleg van 24 mei 2023 niet heeft gezegd dat zij een door haar ontvangen bonus onder haar teamleden heeft verdeeld, terwijl uit het gesprek duidelijk was dat betalingen aan het team niet gewenst werden door het MT. [eiseres] heeft daarover aangevoerd dat zij zich niet veilig voelde om in het MT de waarheid te vertellen over haar handelwijze, omdat er in het verleden ‘dingen’ met betrekking tot vertrouwen waren voorgevallen. Bikeurope heeft ter zitting erkend dat er in het verleden sprake is geweest van een vertrouwensprobleem binnen het MT. Zij heeft echter aangevoerd dat daaraan in 2022 is gewerkt en dat het vertrouwensprobleem binnen het MT is opgelost.
Kennelijk is het voor Bikeurope niet duidelijk geweest dat bij [eiseres] het vertrouwensprobleem nog actueel is. Bikeurope had bij haar overweging om [eiseres] een andere, niet leidinggevende, functie aan te bieden, rekening moeten houden met de mogelijkheid dat het vertrouwensprobleem voor [eiseres] niet was opgelost. Het voorstel om de functie Logistic Coördinator te gaan vervullen is zeer ingrijpend voor [eiseres] omdat zij in deze functie zou moeten gaan samenwerken met werknemers van wie zij voorheen de leidinggevende was en dat bovendien tegen een aanzienlijk lager loon.
Deze omstandigheden brengen mee dat er vooralsnog van uit wordt gegaan dat Bikeurope als goed werkgever handelend redelijkerwijs niet tot dit voorstel had kunnen komen. Zij had met een lichtere maatregel zoals bijvoorbeeld een officiële waarschuwing kunnen en moeten volstaan. [eiseres] heeft terecht niet ingestemd met de functiewijziging.
4.7.
Het voorgaande leidt echter niet tot de conclusie dat de vordering tot tewerkstelling in de overeengekomen werkzaamheden zal worden toegewezen. Partijen hebben tijdens de mondelinge behandeling aangevoerd dat zij over en weer geen vertrouwen meer in elkaar hebben ten aanzien van de samenwerking. Dat betekent dat er een aanzienlijke kans bestaat dat het in een bodemprocedure zal komen tot een einde van de arbeidsovereenkomst, of dat partijen eerst met mediation weer nader tot elkaar moeten komen.
De vordering tot wedertewerkstelling van [eiseres] in de overeengekomen werkzaamheden van Group Leader Office zal daarom op dit moment worden afgewezen.
4.8.
De loonvordering van [eiseres] zal wel worden toegewezen. Voor het recht van [eiseres] op betaling van het overeengekomen loon geeft de wet in de artikelen 7:628 en 7:629 BW een risicoregeling. Deze houdt in dat de werkgever verplicht is het loon te voldoen indien de werknemer de overeengekomen arbeid geheel of gedeeltelijk niet heeft verricht, tenzij het geheel of gedeeltelijk niet verrichten van de overeengekomen arbeid in redelijkheid voor rekening van de werknemer behoort te komen.
[eiseres] heeft zich beschikbaar gehouden voor het verrichten van haar werkzaamheden. Bikeurope heeft [eiseres] geschorst en aan haar, zoals hiervoor is overwogen, een voorstel gedaan waarvan van [eiseres] redelijkerwijs niet had hoeven te worden verwacht dat zij daarop was ingegaan. Dat betekent dat voorshands wordt geoordeeld dat het niet verrichten van de overeengekomen arbeid in redelijkheid niet voor rekening van [eiseres] behoort te komen.
Het loon van [eiseres] bestaat uit een bedrag van € 3.536,00 bruto per maand. Gesteld en niet betwist is dat een bedrag van € 200,00 als vaste component deel uitmaakt van het loon. De gevorderde vakantiebijslag zal worden afgewezen, omdat de vakantiebijslag niet per maand wordt betaald en daarom niet opeisbaar is.
4.9.
De gevorderde wettelijke verhoging zal over het achterstallige loon van juli, augustus en september 2023 worden toegewezen. De wettelijke verhoging zal worden beperkt tot 15% omdat dit met het oog op de omstandigheden van het geval billijk voorkomt. De wettelijke verhoging over de maanden na september 2023 zal worden afgewezen, omdat deze bedragen nog niet opeisbaar zijn en ten aanzien van deze bedragen niet vast staat dat Bikeurope deze te laat zal betalen.
4.10.
De wettelijke rente is als niet betwist en op de wet gegrond toewijsbaar, met dien verstande dat de wettelijke rente over het loon van juli 2023 toewijsbaar is vanaf 1 augustus 2023, over het loon van augustus 2023 vanaf 1 september 2023 en over het loon van september vanaf 1 oktober 2023.
4.11.
De buitengerechtelijke incassokosten zijn niet betwist en zullen als op de wet gegrond worden toegewezen.
4.12.
[eiseres] heeft veroordeling van Bikeurope gevorderd in de volledige proceskosten. Een volledige vergoeding van proceskosten is denkbaar, maar alleen in ‘buitengewone omstandigheden’. Daarbij moet worden gedacht aan misbruik van procesrecht en onrechtmatige daad. Daarvan is in dit geval geen sprake. Bikeurope zal dan ook in de kosten van de procedure worden veroordeeld zoals hierna onder de beslissing vermeld.

5.De beslissing

De kantonrechter
5.1.
veroordeelt Bikeurope tot betaling aan [eiseres] van het loon over de maanden juli, augustus en september 2023 inclusief de bonus van € 200,00 per maand, vermeerderd met de wettelijke verhoging van 15%, vermeerderd met de wettelijke rente over het bedrag van juli 2023 vanaf 1 augustus 2023, over het bedrag van augustus 2023 vanaf 1 september 2023 en over het verschuldigde bedrag van september 2023 vanaf 1 oktober 2023;
5.2.
veroordeelt Bikeurope vanaf 1 oktober 2023 tot betaling aan [eiseres] van het loon inclusief de bonus van € 200,00 per maand tot het moment waarop de arbeidsovereenkomst rechtsgeldig is geëindigd;
5.3.
veroordeelt Bikeurope tot betaling aan [eiseres] van de buitengerechtelijke incassokosten van € 832,20;
5.4.
veroordeelt Bikeurope in de kosten van de procedure, tot op heden aan de kant van [eiseres] vastgesteld op:
€ 244,00 aan griffierecht
€ 793,00 aan salaris gemachtigde;
5.5.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad;
5.6.
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. M. Engelbert-Clarenbeek en in het openbaar uitgesproken op 16 oktober 2023.
mt