ECLI:NL:RBGEL:2023:5279

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
18 september 2023
Publicatiedatum
21 september 2023
Zaaknummer
05.132938.23
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Op tegenspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak van bedreiging door verdachte in emotionele wanhoopssituatie

In deze zaak heeft de Rechtbank Gelderland op 18 september 2023 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van bedreiging. De tenlastelegging betrof uitlatingen die de verdachte op 24 mei 2023 deed tijdens een telefoongesprek met een medewerker van het UWV, waarin hij dreigde een aanslag te plegen op de gemeente Elburg. De officier van justitie eiste een maatregel tot plaatsing in een instelling voor stelselmatige daders, maar de verdediging pleitte voor vrijspraak.

De rechtbank heeft de uitlatingen van de verdachte beoordeeld en geconcludeerd dat deze te vaag en twijfelend waren om een redelijke vrees voor een daadwerkelijke bedreiging te rechtvaardigen. De rechtbank oordeelde dat de woorden van de verdachte meer gezien moeten worden als een emotionele uiting van wanhoop en frustratie, in plaats van een serieuze bedreiging. Daarom heeft de rechtbank de verdachte vrijgesproken van de tenlastegelegde bedreiging.

De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer van de rechtbank, waarbij de voorzitter en twee andere rechters aanwezig waren. De griffier heeft het vonnis genoteerd, maar was niet in staat om het vonnis mede te ondertekenen.

Uitspraak

RECHTBANK GELDERLAND
Team strafrecht
Zittingsplaats Zutphen
Parketnummer: 05.132938.23
Datum uitspraak : 18 september 2023
Tegenspraak
vonnis van de meervoudige kamer
in de zaak van
de officier van justitie
tegen
[verdachte],
geboren op [geboortedatum] 1988 in [geboorteplaats] ,
wonende aan de [adres] ,
op dit moment gedetineerd in de [verblijfplaats] .
Raadsman: mr. D.C. Dorrestein, advocaat in Houten.
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op een openbare terechtzitting.

1.De inhoud van de tenlastelegging

Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
hij op of omstreeks 24 mei 2023, te Elburg, in ieder geval in Nederland, de burgemeester en/of in het gemeentehuis verblijvende medewerkers en/of personen en/of inwoners van de gemeente Elburg, (indirect) telefonisch (tijdens een gesprek met een medewerker van het UWV), heeft bedreigd met een terroristisch misdrijf en/of enig misdrijf tegen het leven gericht, althans met zware mishandeling, hierin bestaande dat hij, verdachte, opzettelijk voornoemde burgemeester en/of in het gemeentehuis verblijvende medewerkers en/of personen en/of inwoners van de
gemeente Elburg, dreigend de woorden heeft toegevoegd:
“Ik ben er helemaal doorheen. Ik euhhh... Ik ga misschien een aanslag plegen op.. inne... in gemeente Elburg binnenkort, dank u wel",
althans woorden van gelijke dreigende aard en/of strekking.

2.Vrijspraak

De standpunten
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat het tenlastegelegde wettig en overtuigend bewezen kan worden en heeft gevorderd dat aan verdachte een maatregel tot plaatsing in een instelling voor stelselmatige daders zal worden opgelegd voor de duur van twee jaar.
De verdediging heeft vrijspraak bepleit.
De beoordeling door de rechtbank
Op 24 mei 2023 heeft [medewerker] namens de gemeente Elburg aangifte gedaan van bedreiging. Uit de aangifte blijkt dat het UWV contact had opgenomen met het gemeentehuis in Elburg naar aanleiding van een telefoongesprek dat zij hadden gevoerd met verdachte. Het gesprek met het UWV is woordelijk uitgewerkt. Hieruit blijkt dat tijdens het gesprek verdachte wordt medegedeeld dat hij niet in aanmerking komt voor een WIA-uitkering. Verdachte reageert hierop door de volgende woorden te zeggen: 'Ja, dat is de rechter patroon. Is goed mevrouw, ik ben er helemaal doorheen. Ik euhhh... Ik ga misschien een aanslag plegen op.. inne... in gemeente Elburg binnenkort, dank u wel’. Verdachte heeft verklaard dat hij uit frustratie deze uitlatingen heeft gedaan.
Om tot een bewezenverklaring van bedreiging te komen, is vereist dat de bedreiging van dien aard is en onder zodanige omstandigheden is geschied dat bij de bedreigde(n) de redelijke vrees kon ontstaan dat het misdrijf waarmee gedreigd werd ook zou worden gepleegd. De rechtbank is van oordeel dat de uitlatingen zoals deze door verdachte zijn gedaan te twijfelend en vaag van aard zijn om aan te nemen dat een dergelijke vrees kon ontstaan. Gezien het verloop van het telefoongesprek dienen de uitlatingen van verdachte veeleer te worden opgevat als een emotionele wanhoopskreet als gevolg van frustratie en onmacht. De rechtbank zal verdachte dan ook vrijspreken van de aan hem tenlastegelegde bedreiging.

3.De beslissing

De rechtbank spreekt verdachte vrij van het tenlastegelegde.
Dit vonnis is gewezen door mr. Y. Yeniay-Cenik, voorzitter, mr. A.A.M. Bögemann en mr. S.A.L. van de Sande, rechters, in tegenwoordigheid van mr. T.L. Tuitert, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 18 september 2023.
De griffier is niet in de gelegenheid dit vonnis mede te ondertekenen.