In deze zaak heeft de Rechtbank Gelderland op 12 juli 2023 uitspraak gedaan in een civiele procedure tussen meerdere eisende partijen en een gedaagde partij. De eisende partijen vorderden schadevergoeding voor sieraden die zij in bewaring hadden gegeven aan de gedaagde partij. De rechtbank heeft vastgesteld dat niet is komen vast te staan dat de eisende partijen de sieraden met de door hen gestelde waarde in bewaring hebben gegeven. De rechtbank oordeelde dat de eisende partijen niet in hun bewijs zijn geslaagd, ondanks het horen van getuigen en het overleggen van bewijsstukken. De rechtbank concludeerde dat de inhoud van de tas op het moment van afgifte en het ophalen niet kon worden vastgesteld, evenals de waarde van de sieraden. De vorderingen van de eisende partijen zijn afgewezen, en zij zijn hoofdelijk veroordeeld in de proceskosten van de gedaagde partij, die zijn vastgesteld op € 6.033,00. De rechtbank benadrukte dat het op de weg van de eisende partijen had gelegen om de inhoud en waarde van de sieraden beter te onderbouwen, wat niet is gebeurd. De uitspraak is openbaar uitgesproken door mr. I.W.M. Olthof.