Uitspraak
RECHTBANK GELDERLAND
1.De procedure
- het tussenvonnis van 5 april 2023
- het verkort proces-verbaal van mondelinge behandeling van 19 juni 2023.
2.De feiten
in containment(met volledige afscherming van de omgeving).
Rechtbank Gelderland
In deze zaak heeft de Rechtbank Gelderland op 13 september 2023 uitspraak gedaan in een geschil tussen de besloten vennootschappen Foam Shield Europe B.V. (FSE) en Nationale Maatschappij tot Restaureren & Herbestemmen van Cultureel Erfgoed B.V. (BOEi). FSE vorderde betaling van € 185.735,00 voor meerwerk dat zou zijn uitgevoerd op basis van een nadere afspraak met BOEi, die voortbouwde op een eerder gesloten aannemingsovereenkomst. BOEi had de overeenkomst echter buitengerechtelijk ontbonden, wat volgens haar betekende dat FSE geen aanspraak meer kon maken op betaling van meerwerk.
De rechtbank oordeelde dat de buitengerechtelijke ontbinding van de overeenkomst ook de gestelde nadere afspraak ontbond. Dit betekende dat FSE geen vorderingsrecht had met betrekking tot het meerwerk, omdat de verbintenissen uit de overeenkomst en de nadere afspraak door de ontbinding waren opgeheven. De rechtbank wees de vordering van FSE af en veroordeelde haar in de proceskosten van BOEi, die op € 9.497,00 werden begroot.
In reconventie had BOEi een voorwaardelijke vordering ingesteld, die afhankelijk was van de rechtsgevolgen van de overeenkomst. Aangezien de rechtbank had vastgesteld dat de overeenkomst was ontbonden, werd ook deze vordering niet beoordeeld. De rechtbank concludeerde dat geen van beide partijen in reconventie als in het ongelijk gestelde partij kon worden beschouwd, waardoor een proceskostenveroordeling in reconventie achterwege bleef.