Uitspraak
1.De inhoud van de tenlastelegging
- voornoemde [aangeefster] veelvuldig e-mailberichten te sturen,
- veelvuldig e-mailberichten te versturen aan [slachtoffer] waarin de naam van
3.De bewezenverklaring
of omstreeksde periode van 21 februari 2023 tot en met 11 maart 2023 te Zaltbommel,
- voornoemde [aangeefster] veelvuldig e-mailberichten te sturen,
- veelvuldig e-mailberichten te versturen aan [slachtoffer] waarin de naam van
en/of
veelvuldig WhatsApp statussen te plaatsen,
te doen, niet te doen,te dulden en/of vrees aan te jagen;
of omstreeksde periode van 21 februari 2023 tot en met 6 maart 2023
te Zaltbommel, althansin Nederland, opzettelijk heeft gehandeld in strijd met een gedragsaanwijzing gegeven krachtens artikel 509hh, eerste lid, onderdeel b van het Wetboek van strafvordering, te weten de verlenging gedragsaanwijzing d.d. 23 november 202
2, gegeven door de officier van justitie te Oost-Nederland door (meermaals) in strijd met deze gedragsaanwijzing op verschillende datums e-mailberichten te versturen aan [aangeefster] .
4.De kwalificatie van het bewezenverklaarde
5.De strafbaarheid van de feiten
6.De strafbaarheid van de verdachte
7.De overwegingen ten aanzien van straf en/of maatregel
8.De beoordeling van de civiele vordering
9.De toegepaste wettelijke bepalingen
10.De beslissing
- veroordeelt verdachte wegens het bewezenverklaarde tot een gevangenisstraf voor de duur van 127 dagen;
- beveelt dat de tijd, door verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht;
- bepaalt dat een gedeelte van deze gevangenisstraf, te weten 90 dagen, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten, omdat verdachte zich voor het einde van de proeftijd van drie jaren niet heeft gehouden aan de volgende voorwaarden:
- stelt als algemene voorwaarde dat verdachte zich niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;
- stelt als bijzondere voorwaarden dat:
- indien de reclassering het nodig acht, verdachte zich laat behandelen door IrisZorg verslavingszorg of een soortgelijke zorgverlener, te bepalen door de reclassering. De behandeling duurt de gehele proeftijd of zoveel korter als de reclassering nodig vindt. Verdachte houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorgverlener geeft voor de behandeling. Gelet op de problematiek kan hieronder ook het innemen van medicijnen vallen, als de zorginstelling dat nodig vindt;
- indien de reclassering het nodig acht, verdachte wordt verplicht om zich te laten behandelen en/of te begeleiden door forensische polikliniek Kairos of soortgelijke ambulante forensische zorg, zulks ter beoordeling van de reclassering, waarbij hij zich zal houden aan de aanwijzingen die hem in het kader van die behandeling door of namens de instelling/behandelaar zullen worden gegeven. Ook wanneer dit inhoudt dat hij moet deelnemen aan een psychologisch onderzoek;
- de reclassering bij een terugval in middelen gebruik of verslechtering van het psychiatrische ziektebeeld een indicatiestelling kan aanvragen voor een kortdurende opname voor bijvoorbeeld crisisbehandeling, detoxificatie, stabilisatie, observatie of diagnostiek. Als de voor indicatie verantwoordelijke instantie een kortdurende opname indiceert, zal verdachte zich
- verdachte zich gedurende de proeftijd zal onthouden van het gebruik van alcohol en drugs en verplicht is ten behoeve van de naleving van dit verbod mee te werken aan urineonderzoek, ademonderzoek (blaastest) en/of de alcoholmeter, zolang de reclassering dit noodzakelijk acht. De reclassering bepaalt met welke controlemiddelen en hoe vaak betrokkene wordt gecontroleerd;
- indien een algeheel middelenverbod niet haalbaar is, verdachte meewerkt aan de controle van het gebruik van alcohol en drugs om het middelengebruik te beheersen. De reclassering kan urineonderzoek, ademonderzoek (blaastest) en de alcoholmeter gebruiken voor de controle. De reclassering bepaalt hoe vaak betrokkene wordt gecontroleerd;
- verdachte gedurende de proeftijd op geen enkele wijze – direct of indirect – contact zal opnemen, zoeken of hebben met [aangeefster] , geboren op [geboortedatum 2] te [geboorteplaats 2] , wonende te [adres 2] , zolang het Openbaar Ministerie dit verbod nodig vindt. Van het contact- en/of locatieverbod kan worden afgeweken (ten behoeve van het maken van afspraken in het kader van hulpverlening) met instemming van de reclassering en na nadrukkelijke schriftelijke toestemming door een medewerker van Veilig Thuis en/of de Raad voor de Kinderbescherming. Het contact vindt in dat geval enkel plaats:
- verdachte zijn medewerking zal verlenen aan het ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit afnemen van een of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage zal aanbieden;
- verdachte zijn medewerking zal verlenen aan het reclasseringstoezicht als bedoeld in artikel 14c van het Wetboek van Strafrecht. De medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de reclasseringsinstelling zo vaak en zolang de reclassering dit noodzakelijk acht zijn daaronder begrepen;
- beveelt dat de bijzondere voorwaarden
- geeft opdracht aan de reclassering tot het houden van toezicht op de naleving van deze bijzondere voorwaarden en tot begeleiding van verdachte ten behoeve daarvan;
dadelijk uitvoerbaaris;
- veroordeelt verdachte in verband met de feiten tot betaling van schadevergoeding aan de benadeelde partij [aangeefster] van € 250,- aan smartengeld, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 2 maart 2023 tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald;
- veroordeelt verdachte in de kosten die de benadeelde partij in deze procedure heeft gemaakt en de kosten die de benadeelde partij mogelijk nog moet maken om het toegewezen bedrag betaald te krijgen, tot vandaag begroot op nul;
- legt aan verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van benadeelde partij [aangeefster] , een bedrag te betalen van € 250,- aan smartengeld. Dit wordt vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 2 maart 2023 tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald. Als dit bedrag niet wordt betaald, kunnen 5 dagen gijzeling worden toegepast zonder dat de betalingsverplichting vervalt;
- bepaalt daarbij dat met betaling aan de benadeelde partij in zoverre de betaling aan de Staat vervalt en omgekeerd;