Op 4 augustus 2023 heeft de wrakingskamer van de Rechtbank Gelderland in Arnhem een wrakingsverzoek afgewezen dat was ingediend door een verzoeker tegen mr. J.T.G. Roovers, rechter in de rechtbank. Het wrakingsverzoek was ingediend op 11 mei 2023, maar de wrakingskamer oordeelde dat het verzoek gedeeltelijk te laat was ingediend en dat het geen concrete feitelijke grondslag had. De procedure rondom het wrakingsverzoek was complex, met eerdere verzoeken en beslissingen die de context vormden. De verzoeker had onder andere aangevoerd dat de rechter vooringenomen was door onjuiste beslissingen te nemen in een bodemzaak waarin hij betrokken was. De wrakingskamer stelde vast dat de verzoeker onvoldoende concrete feiten had aangedragen die de vrees voor partijdigheid van de rechter objectief gerechtvaardigd zouden maken. Bovendien werd opgemerkt dat de wrakingsprocedure niet bedoeld is om de juistheid van rechterlijke beslissingen te toetsen, maar enkel om de (schijn van) vooringenomenheid van de rechter te beoordelen. De wrakingskamer concludeerde dat de aangevoerde gronden niet voldeden aan de hoge drempel voor wraking en wees het verzoek af. De beslissing werd openbaar uitgesproken en er stond geen rechtsmiddel open tegen deze beslissing.