2.4.In artikel 7 van de franchiseovereenkomst is met betrekking tot de duur van de franchiseovereenkomst het volgende bepaald:
‘(…)
Artikel 2
Afspraken met betrekking tot de praktijklessen van het T-rijbewijs
(…)
11. Het rayon waarin ‘ [handelsnaam 1] ’ lessen verleent voor het T-rijbewijs, is in [plaats] met een straal van 40 kilometer.
(…)
Artikel 4
Geldelijke vergoedingen met betrekking tot franchisenemer en franchisegever
De franchisenemer betaalt aan de franchisegever een vergoeding in verband met de in deze
overeenkomst toegekende rechten en toegezegde prestaties. De afspraken hieromtrent zijn
als volgt besproken:
1. Betaling van alle vergoedingen geschied vóór de eerste van de volgende maand.
2. Per toegekend lesuur betaald de franchisenemer aan de franchisegever een bedrag van
€.3.50 (drie euro en vijftig eurocent) excl. 21% BTW €0,74 (vier en zeventig eurocent)
wat in totaal €4,24- (vier euro en 40 eurocent is) is voor een rijles van zestig minuten.
Deze vergoeding dient te worden afgedragen met een maximum aantal van 40 uur per
week. Meerdere lesuren per week dan dit zijn vrijgesteld van deze vergoeding en worden niet afgedragen door de franchisenemer.
De franchisevergoeding genoemd in dit artikel is al inbegrepen in het geldbedrag van € 13 van art.3 lid 2.
3. Op 1 januari van ieder nieuw jaar heeft de franchisegever het recht deze vergoeding te
verhogen met een maximum van 6%.
4. De franchisenemer geeft op waarheid gebaseerd de gereden lesuren door aan de
franchisegever om derhalve de juiste vergoeding te kunnen bepalen voor die week.
5. De franchisenemer voert een duidelijke, overzichtelijke boekhouding zodat controle van de gemaakte afspraken makkelijk te verifiëren is.
6. De franchisenemer verschaft daartoe op verzoek gegevens, zoals agenda, planning,
administratie die hiervoor nodig zakelijk zijn.
Indien de afspraken niet nagekomen worden, zal de andere partij schriftelijk aanmaningen sturen, daarbij aan de ander een termijn van dertig dagen gunnende om die maatregelen te treffen. Is nakoming blijvend onmogelijk, dan bestaat het recht op schadevergoeding.
(…)
Artikel 7
Duur van de overeenkomst
1. Deze overeenkomst wordt aangegaan voor een periode van twee jaar ingaande op en derhalve eindigende op (01 januari 2019 tot en met 01 januari 2021) of een nader te bepalen datum).
2. De overeenkomst wordt stilzwijgend met een tijdvak van twee jaar verlengd, tenzij opzegging heeft plaatsgevonden.
3. Opzegging van de overeenkomst dient te geschieden per aangetekend schrijven met een inachtneming van een termijn van zes maanden.
4. De franchisegever is slechts gerechtigd de overeenkomst op te zeggen, indien van hem in redelijkheid niet kan worden gevergd de onderhavige overeenkomst te laten voortduren. De opzegging dient dan schriftelijk met redenen te zijn omkleed.
5. Beide partijen zijn gerechtigd om de overeenkomst binnen het termijn van één maand te ontbinden op grond van grove nalatigheid, wanprestaties in de zin van artikel 265 lid 1 van Boek 6 van het Burgerlijk Wetboek, diefstal of het niet nakomen van de financiële verplichtingen van de franchisegever of franchisenemer. Daarnaast zijn beide partijen gerechtigd om per direct de overeenkomst te beëindigen als de wederpartij surseance van betaling heeft aangevraagd of in staat van faillissement is verklaard of dat op hem schuldsaneringsregeling van toepassing is of onder curatele gesteld is.
6. De overeenkomst eindigt drie maanden na het overlijden van de franchisegever of franchisenemer.
7. De franchisenemer heeft geheimhoudingsplicht over de franchiseformule en opgedane kennis van de onderneming richting derden, binnen het geldende termijn van de overeenkomst.
8. Na het beëindigen van de overeenkomst is het de franchisenemer niet toegestaan binnen een termijn van drie maanden binnen het afgesproken rayon te concurreren en dezelfde diensten en leveringen aan te bieden die schadelijk zijn voor de franchiseketen.
9. Bij beëindiging van de overeenkomst is de franchisenemer verplicht per direct elke vermelding van woorden, het franchiseketen teken, handelsnaam, handelsmerk, logo’s en emblemen, auteursrecht, huisstijl, slagzin, knowhow en dergelijke te staken en voortaan alles te vermijden wat de indruk zou wekken dat hij nog tot uitoefening overeenkomstig de formule gerechtigd zou zijn. Indien de franchisenemer hiervan in gebreke blijft is een schadevergoeding van toepassing.
(…)’