In deze verzetzaak heeft de Rechtbank Gelderland op 28 juni 2023 uitspraak gedaan in een geschil tussen [eisende partij] en M.O.V.E. Consultants B.V. Het verzet richtte zich tegen een eerder vonnis van 21 december 2022, waarbij M.O.V.E. Consultants bij verstek was veroordeeld. De eisende partij, vertegenwoordigd door mr. R.H. Bekker, stelde dat het beroep op dwaling slaagde, omdat zij niet goed was ingelicht over de kosten en de rol van M.O.V.E. Consultants als tussenpersoon. De gedaagde partij, vertegenwoordigd door mr. O.J. Boeder, voerde aan dat de eisende partij bewust de overeenkomst was aangegaan en dat er geen sprake was van dwaling.
De rechtbank oordeelde dat de eisende partij onvoldoende bewijs had geleverd voor haar stelling dat zij was afgegaan op onjuiste informatie van M.O.V.E. Consultants. De rechtbank concludeerde dat de eisende partij op de hoogte was van de kosten en dat zij de overeenkomst bewust was aangegaan. Het beroep op ongerechtvaardigde verrijking en de aanvullende werking van de redelijkheid en billijkheid werd eveneens afgewezen. De rechtbank stelde vast dat de vorderingen van de eisende partij niet slaagden en dat het verstekvonnis in stand bleef. De eisende partij werd in het ongelijk gesteld en moest de proceskosten dragen.
De beslissing van de rechtbank bevestigde dat de eerdere veroordeling van de eisende partij door M.O.V.E. Consultants geldig was, en dat de eisende partij het bedrag van € 26.415,10 niet terugbetaald hoefde te worden. De proceskosten werden vastgesteld op € 529,00 aan salaris voor de gemachtigde van M.O.V.E. Consultants, en de proceskostenveroordeling werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard.