ECLI:NL:RBGEL:2023:2866

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
22 mei 2023
Publicatiedatum
22 mei 2023
Zaaknummer
05-296057-22
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Op tegenspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling voor het plegen van twee overvallen, waarvan één met geweld, en diefstal met bijzondere voorwaarden

Op 22 mei 2023 heeft de Rechtbank Gelderland in Zutphen uitspraak gedaan in de zaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van het plegen van twee overvallen en een diefstal. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte op 12 november 2022 in Apeldoorn een overval heeft gepleegd op een Kruidvat-winkel, waarbij hij met een mes de kassière heeft bedreigd en haar heeft gedwongen om geld in een tas te stoppen. Bij een tweede overval op 13 november 2022, ook in Apeldoorn, heeft de verdachte een supermarkt overvallen, waarbij hij wederom geweld heeft gebruikt tegen de kassière. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van 36 maanden, waarvan 16 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van drie jaar. Daarnaast zijn er bijzondere voorwaarden opgelegd, waaronder een klinische behandeling voor maximaal één jaar. De rechtbank heeft de vordering van de benadeelde partij volledig toegewezen, waarbij de verdachte €385,- aan materiële schade en €3.000,- aan smartengeld moet betalen. De rechtbank heeft ook geoordeeld dat de verdachte zich niet in de nabijheid van de overvallen winkels mag bevinden. De uitspraak is gedaan na een zorgvuldige afweging van de feiten, de ernst van de gepleegde misdrijven en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte.

Uitspraak

RECHTBANK GELDERLAND
Team strafrecht
Zittingsplaats Zutphen
Parketnummers: 05.296057.22 en 05.288027.22 (gevoegd t.t.z.)
Datum uitspraak : 22 mei 2023
Tegenspraak
vonnis van de meervoudige kamer
in de zaak van
de officier van justitie
tegen
[verdachte],
geboren op [geboortedatum] in [geboorteplaats en -land] ,
op dit moment gedetineerd in de P.I. [P.I.] .
Raadsvrouw: mr. P. Hoesstee, advocaat in Zutphen.
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op openbare terechtzittingen.

1.De inhoud van de tenlastelegging

Aan verdachte is in parketnummer
05.296057.22ten laste gelegd dat:
1.
hij op of omstreeks 12 november 2022 te Apeldoorn,
een geldbedrag (van in totaal 240 euro), in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan Kruidvat, in elk geval aan een ander toebehoorde(n) heeft weggenomen
met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen
welke diefstal werd voorafgegaan, vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] ,
gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken, en/of om, bij betrapping op heterdaad, aan zichzelf hetzij de vlucht mogelijk te maken hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, door:
- met (deels) gezichtsbedekkende kleding de winkel te betreden en/of
- met een mes in de hand zich achter het kassagedeelte van de winkel te begeven en/of
- op de zich daar bevindende kassamedewerkster (voornoemde [slachtoffer 2] ) toe te lopen en/of vlak naast en/of achter haar te gaan staan en/of daarbij een mes te richten op en/of met een mes te wijzen naar die [slachtoffer 2] en/of
- een plastic tas voor die voornoemde [slachtoffer 2] neer te leggen en/of
meermalen, althans eenmaal op dreigende/intimiderende toon tegen die voornoemde [slachtoffer 2] te zeggen (zakelijk weergegeven): “jij gaat deze vullen” en/of “kassa open maken” en/of “rustig blijven en niet gaan schreeuwen, anders gaat er wat gebeuren, anders ga ik je steken”, althans woorden van gelijke dreigende aard en/of strekking en/of
haar (onverhoeds) vast te pakken bij haar kleding en/of met een hand op haar buik en/of het mes tegen/op haar rug te houden en/of
- die voornoemde [slachtoffer 2] onder bedreiging van een mes bij haar schouder en/of middel vast te pakken en/of mee te nemen/te trekken en/of voor zich uit te duwen de winkel in naar de voorkant van het kassagedeelte en/of (daarbij) voornoemd mes tegen de rug, althans het lichaam van die voornoemde [slachtoffer 2] te blijven duwen en/of geduwd te houden en/of
(tevens) met dat mes naar een kassa te wijzen en/of daarmee op de toonbank te tikken en/of
en/of tegen die voornoemde [slachtoffer 2] op dreigende/intimiderende toon te schreeuwen/roepen (zakelijk weergegeven): “geef het geld, nu” en/of “schiet een beetje op” en/of “nu die kassa open maken” en/of “geef me de sleutel van de kassa” en/of “dit is een overval” en/of “ik maak geen grapje met je”, althans woorden van gelijke dreigende aard en/of strekking en/of
- die [slachtoffer 2] wederom mee te nemen/trekken/duwen verder de winkel in en/of aldaar een andere medewerkster (voornoemde [slachtoffer 1] ) vast te pakken en/of op een dreigende/dwingende toon tegen die [slachtoffer 1] te zeggen (zakelijk weergegeven): “mee komen” en/of
beiden mee te nemen/voor zich uit te duwen achter het kassagedeelte en/of
- zodanig dicht achter/bij die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] met een mes in de hand te gaan staan en/of dat mes op die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] te richten dat die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] de vrijheid om te gaan en staan waarheen zij zelf wilden, werd ontnomen en/of
- op dreigende wijze (terwijl verdachte dicht bij die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] achter het kassagedeelte staat) op een zich aldaar bevindende kassa te slaan en/of met het mes stekende bewegingen te maken in de richting van die [slachtoffer 1] en/of naast die [slachtoffer 1] is gaan staan en/of met het mes te wijzen naar de kassa die zich voor die [slachtoffer 1] bevindt en/of
- op dreigende/dwingende toon tegen die voornoemde [slachtoffer 1] te zeggen (zakelijk weergegeven): “la open”, althans woorden van gelijke dreigende aard en/of strekking en/of (daarbij) het mes op haar te richten;
subsidiair
hij op of omstreeks 12 november 2022 te Apeldoorn
met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld
[slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] heeft gedwongen tot de afgifte van een geldbedrag (van in totaal 240 euro), in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan Kruidvat, in elk geval aan een derde toebehoorde(n), door:
- met (deels) gezichtsbedekkende kleding de winkel te betreden en/of
- met een mes in de hand zich achter het kassagedeelte van de winkel te begeven en/of
- op de zich daar bevindende kassamedewerkster (voornoemde [slachtoffer 2] ) toe te lopen en/of vlak naast en/of achter haar te gaan staan en/of daarbij een mes te richten op en/of met een mes te wijzen naar die [slachtoffer 2] en/of
- een plastic tas voor die voornoemde [slachtoffer 2] neer te leggen en/of meermalen, althans eenmaal op dreigende/intimiderende toon tegen die voornoemde [slachtoffer 2] te zeggen (zakelijk weergegeven): “jij gaat deze vullen” en/of “kassa open maken” en/of “rustig blijven en niet gaan schreeuwen, anders gaat er wat gebeuren, anders ga ik je steken”, althans woorden van gelijke
dreigende aard en/of strekking en/of
haar (onverhoeds) vast te pakken bij haar kleding en/of met een hand op haar buik en/of het mes tegen/op haar rug te houden en/of
- die voornoemde [slachtoffer 2] onder bedreiging van een mes bij haar schouder en/of middel vast te pakken en/of mee te nemen/te trekken en/of voor zich uit te duwen de winkel in naar de voorkant van het kassagedeelte en/of
(daarbij) voornoemd mes tegen de rug, althans het lichaam van die voornoemde [slachtoffer 2] te blijven duwen en/of geduwd te houden en/of
(tevens) met dat mes naar een kassa te wijzen en/of daarmee op de toonbank te tikken en/of en/of tegen die voornoemde [slachtoffer 2] op dreigende/intimiderende toon te schreeuwen/roepen (zakelijk weergegeven): “geef het geld, nu” en/of “schiet een beetje op” en/of “nu die kassa open maken” en/of “geef me de sleutel van de kassa” en/of “dit is een overval” en/of “ik maak geen grapje met je”, althans woorden van gelijke dreigende aard en/of strekking en/of
- die [slachtoffer 2] wederom mee te nemen/trekken/duwen verder de winkel in en/of aldaar een andere medewerkster (voornoemde [slachtoffer 1] ) vast te pakken en/of op een dreigende/dwingende toon tegen die [slachtoffer 1] te zeggen (zakelijk weergegeven): “mee komen” en/of
beiden mee te nemen/voor zich uit te duwen achter het kassagedeelte en/of
- zodanig dicht achter/bij die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] met een mes in de hand te gaan staan en/of dat mes op die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] te richten dat die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] de vrijheid om te gaan en staan waarheen zij zelf wilden, werd ontnomen en/of
- op dreigende wijze (terwijl verdachte dicht bij die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] achter het kassagedeelte staat) op een zich aldaar bevindende kassa te slaan en/of met het mes stekende bewegingen te maken in de richting van die [slachtoffer 1] en/of naast die [slachtoffer 1] is gaan staan en/of met het mes te wijzen naar de kassa die zich voor die [slachtoffer 1] bevindt en/of
- op dreigende/dwingende toon tegen die voornoemde [slachtoffer 1] te zeggen (zakelijk weergegeven): “la open”, althans woorden van gelijke dreigende aard en/of strekking en/of (daarbij) het mes op haar te richten;
2.
hij op of omstreeks 13 november 2022 te Apeldoorn,
een geldbedrag (van in totaal ongeveer 255 of 275 euro) en/of 15 pakjes sigaretten en/of 2 vakkenverdelers, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan de supermarkt Spar, in elk geval aan een ander toebehoorde(n) heeft weggenomen
met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen
welke diefstal werd voorafgegaan, vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen [slachtoffer 3] (werkzaam als caissière van voornoemde supermarkt),
gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken, en/of om, bij betrapping op heterdaad, aan zichzelf hetzij de vlucht mogelijk te maken hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, door:
- in de winkel achter voornoemde [slachtoffer 3] aan te lopen en/of zich (onverhoeds) met haar
achter het kassagedeelte te begeven en/of die voornoemde [slachtoffer 3] , vast te pakken bij haar arm en/of haar middel/rug, althans haar vast te pakken en/of
met een dreigende/intimiderende houding (vlak) achter en/of naast die voornoemde [slachtoffer 3] te gaan staan en/of blijven staan en/of haar vast te pakken door zijn, verdachtes, hand op/om de rug/middel, althans het lichaam van die [slachtoffer 3] te leggen en/of (op deze wijze) die [slachtoffer 3] de vrijheid om te gaan en staan waar zij zelf wilde, heeft ontnomen en/of
- op dreigende/dwingende toon tegen die voornoemde [slachtoffer 3] te zeggen (zakelijk weergegeven): “maak de kassa open” en/of “niet schreeuwen” en/of “rustig blijven” en/of “jij gaat nu de kassa voor mij open doen, snel, snel” en/of “wat heb jij nog meer, sigaretten?” en/of “sigaretten, sigaretten, doe jij die schuifdeur maar open voor mij”, althans woorden van gelijke dreigende aard en/of strekking;
subsidiair
hij op of omstreeks 13 november 2022 te Apeldoorn
met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld
[slachtoffer 3] heeft gedwongen tot de afgifte van een geldbedrag (van in totaal ongeveer 255 of 275 euro) en/of 15 pakjes sigaretten en/of 2 vakkenverdelers, in elk geval enig goed,
dat/die geheel of ten dele aan de Spar supermarkt, in elk geval aan een derde toebehoorde(n),
door:
- in de winkel achter voornoemde [slachtoffer 3] aan te lopen en/of zich (onverhoeds) met haar
achter het kassagedeelte te begeven en/of die voornoemde [slachtoffer 3] , vast te pakken bij haar arm en/of haar middel/rug, althans haar vast te pakken en/of
met een dreigende/intimiderende houding (vlak) achter en/of naast die voornoemde [slachtoffer 3] te gaan staan en/of blijven staan en/of haar vast te pakken door zijn, verdachtes, hand op/om de rug/middel, althans het lichaam van die [slachtoffer 3] te leggen en/of (op deze wijze) die [slachtoffer 3] de vrijheid om te gaan en staan waar zij zelf wilde, heeft ontnomen en/of
- op dreigende/dwingende toon tegen die voornoemde [slachtoffer 3] te zeggen (zakelijk weergegeven): “maak de kassa open” en/of “niet schreeuwen” en/of “rustig blijven” en/of “jij gaat nu de kassa voor mij open doen, snel, snel” en/of “wat heb jij nog meer, sigaretten?” en/of “sigaretten, sigaretten, doe jij die schuifdeur maar open voor mij”,
althans woorden van gelijke dreigende aard en/of strekking;
Aan verdachte is in parketnummer
05.288027.22ten laste gelegd dat:
hij op of omstreeks 7 november 2022 te Arnhem
red bull, althans drank en/of bier en/of snacks en/of kaasblokjes, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan de Albert Heijn (gelegen aan [adres] ), in elk geval aan een ander toebehoorde(n) heeft weggenomen
met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen;
subsidiair
hij op of omstreeks 7 november 2022 te Arnhem opzettelijk
red bull, althans drank en/of bier en/of snacks en/of kaasblokjes, in elk geval enig
goed, geheel of ten dele toebehorende aan de Albert Heijn (gelegen aan [adres] ), in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en welk goed verdachte uit de winkelvoorraad van voornoemde rechthebbende had genomen onder gehoudenheid om, alvorens die winkel te verlaten voornoemd goed te betalen, in elk geval ter betaling aan te bieden, en aldus dat goed anders dan door misdrijf onder zich had,
wederrechtelijk zich heeft toegeëigend.

2.Overwegingen ten aanzien van het bewijs

Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan alle primair ten laste gelegde feiten.
Het standpunt van de verdediging
Voor feit 1 van parketnummer 05.296057.22 heeft de raadsvrouw bepleit dat verdachte moet worden vrijgesproken voor zover het tenlastegelegde ziet op het maken van een stekende beweging met het mes richting aangeefsters, het dragen van gezichtsbedekkende kleding en het gebruik van geweld. Ook voor feit 2 heeft de raadsvrouw zich op het standpunt gesteld dat geen sprake is geweest van het gebruik van geweld, zodat in zoverre vrijspraak moet volgen. Voor het overige in parketnummer 05.296057.22 alsmede in parketnummer 05.288027.22 heeft de raadsvrouw zich ten aanzien van de bewezenverklaring gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank.
Beoordeling door de rechtbank
Parketnummer
05.296057.22 [1]
Feit 1
Partiële vrijspraak
Uit de camerabeelden en foto’s in het dossier volgt dat verdachte bij het binnengaan van het Kruidvat een hoodie met een capuchon over het hoofd droeg en dat zijn gezicht daarbij duidelijk zichtbaar was. Ook overigens droeg verdachte geen (deels) gezichtsbedekkende kleding. Verdachte zal in zoverre worden vrijgesproken van het tenlastegelegde. Verder bevat het procesdossier geen bewijs dat verdachte met het mes stekende bewegingen heeft gemaakt in de richting van [slachtoffer 1] . De rechtbank zal verdachte daarom ook van dit onderdeel van de tenlastelegging vrijspreken.
Voor het overige is sprake van een bekennende verdachte als bedoeld in artikel 359, derde lid, laatste zin, van het Wetboek van Strafvordering en daarom wordt volstaan met een opgave van de bewijsmiddelen:
- bijlage goederen p. 100 bij het proces-verbaal aangifte van [aangever 1] p. 98;
- het proces-verbaal aangifte van [slachtoffer 2] p. 105;
- het proces-verbaal aangifte van [slachtoffer 1] p. 101;
- het proces-verbaal bevindingen uitkijken camerabeelden p. 135;
- aanvullend proces-verbaal bevindingen uitkijken camerabeelden p. 157, 159;
- de verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting van 8 mei 2023, gelezen in onderlinge samenhang met het proces-verbaal van verhoor verdachte p. 61, 63, 64 en 66;
- het proces-verbaal verhoor getuige van [getuige 1] p. 110;
- het proces-verbaal verhoor getuige van [getuige 2] p. 112;
- het proces-verbaal verhoor getuige van [getuige 3] p. 114;
- het proces-verbaal verhoor getuige van [getuige 4] p. 119;
- het proces-verbaal verhoor getuige van [getuige 5] p. 121.
Daarbij overweegt de rechtbank dat op basis van bovenstaande bewijsmiddelen, waaronder de verklaring van verdachte, vaststaat dat hij (onder meer) ter hoogte van de kassa een mes tegen de rug van medewerkster [slachtoffer 2] hield en daarbij dreigend zei dat zij zijn tas moest vullen. [slachtoffer 2] heeft hierover verklaard dat zij voelde dat verdachte met iets scherps in haar rug prikte. Gelet op haar verklaring, bezien tegen de achtergrond van de overval, acht de rechtbank de verklaring van verdachte dat hij het lemmet van mes op dat moment in zijn hand had en alleen het handvat tegen haar rug hield, niet aannemelijk geworden. Daarnaast heeft verdachte tijdens de overval [slachtoffer 2] geduwd en aan haar getrokken. De rechtbank kwalificeert de voornoemde gedragingen van verdachte als geweld.
Feit 2
Er is sprake van een bekennende verdachte als bedoeld in artikel 359, derde lid, laatste zin, van het Wetboek van Strafvordering en daarom wordt volstaan met een opgave van de bewijsmiddelen:
- het proces-verbaal aangifte van [aangever 2] p. 269 en proces-verbaal bevindingen p. 273;
- het proces-verbaal verhoor getuige [slachtoffer 3] p. 284;
- het proces-verbaal bevindingen p. 279;
- de verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting van 8 mei 2023, gelezen in onderlinge samenhang met het proces-verbaal verhoor verdachte p. 71, 73-75.
- het proces-verbaal bevindingen uitwerken beelden supermarkt Spar p. 295.
Parketnummer
05.288027.22 [2]
Er is sprake van een bekennende verdachte als bedoeld in artikel 359, derde lid, laatste zin, van het Wetboek van Strafvordering en daarom wordt volstaan met een opgave van de bewijsmiddelen:
- het proces-verbaal aangifte van [aangever 3] p. 7 in onderlinge samenhang bezien met de foto van p. 10;
- de verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting van 8 mei 2023, gelezen in onderlinge samenhang met proces-verbaal verhoor verdachte p. 21.

3.De bewezenverklaring

Naar het oordeel van de rechtbank is wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het tenlastegelegde heeft begaan, te weten dat:
Parketnummer
05.296057.22
1. primair
hij op
of omstreeks12 november 2022 te Apeldoorn,
een geldbedrag (van in totaal 240 euro),
in elk geval enig goed,dat
/die geheel of ten deleaan Kruidvat
, in elk geval aan een andertoebehoorde
(n)heeft weggenomen
met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen
welke diefstal werd voorafgegaan, vergezeld
en/of gevolgdvan geweld en
/ofbedreiging met geweld tegen [slachtoffer 1] en
/of[slachtoffer 2] ,
gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en
/ofgemakkelijk te maken,
en/of om, bij betrapping op heterdaad, aan zichzelf hetzij de vlucht mogelijk te maken hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren,door:
-
met (deels) gezichtsbedekkende kleding de winkel te betreden en/of
- met een mes in de hand zich achter het kassagedeelte van de winkel te begeven en
/of
- op de zich daar bevindende kassamedewerkster (voornoemde [slachtoffer 2] ) toe te lopen en
/ofvlak naast en
/ofachter haar te gaan staan en
/ofdaarbij een mes te richten op en
/ofmet een mes te wijzen naar die [slachtoffer 2] en
/of
- een plastic tas voor die voornoemde [slachtoffer 2] neer te leggen en
/of
meermalen
, althans eenmaalop dreigende/intimiderende toon tegen die voornoemde [slachtoffer 2] te zeggen (zakelijk weergegeven): “jij gaat deze vullen” en
/of“kassa open maken” en
/of“rustig blijven en niet gaan schreeuwen, anders gaat er wat gebeuren, anders ga ik je steken”, althans woorden van gelijke dreigende aard en/of strekking en
/of
haar (onverhoeds) vast te pakken bij haar kleding en
/of met een hand op haar buik en
/ofhet mes tegen/op haar rug te houden en
/of
- die voornoemde [slachtoffer 2] onder bedreiging van een mes bij haar schouder
en/of middelvast te pakken en
/ofmee te nemen/te trekken en
/ofvoor zich uit te duwen de winkel in naar de voorkant van het kassagedeelte en
/of(daarbij) voornoemd mes tegen de rug,
althans het lichaamvan die voornoemde [slachtoffer 2] te blijven duwen en
/ofgeduwd te houden en
/of(tevens) met dat mes naar een kassa te wijzen en
/ofdaarmee op de toonbank te tikken en
/of
en
/oftegen die voornoemde [slachtoffer 2] op dreigende/intimiderende toon te schreeuwen/roepen (zakelijk weergegeven): “geef het geld, nu” en
/of“schiet een beetje op” en
/of“nu die kassa open maken” en
/of“geef me de sleutel van de kassa” en
/of“dit is een overval” en
/of“ik maak geen grapje met je”, althans woorden van gelijke dreigende aard en/of strekking en
/of
- die [slachtoffer 2] wederom mee te nemen/trekken/duwen verder de winkel in en
/ofaldaar een andere medewerkster (voornoemde [slachtoffer 1] ) vast te pakken en
/ofop een dreigende/dwingende toon tegen die [slachtoffer 1] te zeggen (zakelijk weergegeven): “mee komen” en
/ofbeiden mee te nemen/voor zich uit te duwen achter het kassagedeelte en
/of
- zodanig dicht achter/bij die [slachtoffer 1] en
/of[slachtoffer 2] met een mes in de hand te gaan staan en
/ofdat mes op die [slachtoffer 1] en
/of[slachtoffer 2] te richten dat die [slachtoffer 1] en
/of[slachtoffer 2] de vrijheid om te gaan en staan waarheen zij zelf wilden, werd ontnomen en
/of
- op dreigende wijze (terwijl verdachte dicht bij die [slachtoffer 1] en
/of[slachtoffer 2] achter het kassagedeelte staat) op een zich aldaar bevindende kassa te slaan
en/of met het mes stekende bewegingen te maken in de richting van die [slachtoffer 1]en/
ofnaast die [slachtoffer 1] is gaan staan en
/ofmet het mes te wijzen naar de kassa die zich voor die [slachtoffer 1] bevindt en
/of
- op dreigende/dwingende toon tegen die voornoemde [slachtoffer 1] te zeggen (zakelijk weergegeven): “la open”, althans woorden van gelijke dreigende aard en/of strekking en
/of(daarbij) het mes op haar te richten;
2. primair
hij op
of omstreeks13 november 2022 te Apeldoorn,
een geldbedrag (van in totaal ongeveer 255
of 275euro) en
/of15 pakjes sigaretten en
/of 2 vakkenverdelers,
in elk geval enig goed, dat/die
geheel of ten deleaan de supermarkt Spar
, in elk geval aan een andertoebehoorde
(n
)heeft weggenomen
met het oogmerk om deze zich wederrechtelijk toe te eigenen
welke diefstal werd voorafgegaan, vergezeld
en/of gevolgdvan
geweld en/ofbedreiging met geweld tegen [slachtoffer 3] (werkzaam als caissière van voornoemde supermarkt),
gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en
/ofgemakkelijk te maken
, en/of om, bij betrapping op heterdaad, aan zichzelf hetzij de vlucht mogelijk te maken hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren,door:
- in de winkel achter voornoemde [slachtoffer 3] aan te lopen en
/ofzich (onverhoeds) met haar
achter het kassagedeelte te begeven en
/ofdie voornoemde [slachtoffer 3] , vast te pakken bij haar arm en
/ofhaar middel/rug,
althans haar vast te pakken
en
/ofmet een dreigende/intimiderende houding (vlak) achter en
/ofnaast die voornoemde [slachtoffer 3] te gaan staan en
/ofblijven staan en
/ofhaar vast te pakken door zijn, verdachtes, hand op/om de rug/middel,
althans het lichaamvan die [slachtoffer 3] te leggen en
/of(op deze wijze) die [slachtoffer 3] de vrijheid om te gaan en staan waar zij zelf wilde, heeft ontnomen en
/of
- op dreigende/dwingende toon tegen die voornoemde [slachtoffer 3] te zeggen (zakelijk weergegeven): “maak de kassa open” en
/of“niet schreeuwen” en
/of“rustig blijven” en
/of“jij gaat nu de kassa voor mij open doen, snel, snel” en
/of“wat heb jij nog meer, sigaretten?” en
/of“sigaretten, sigaretten, doe jij die schuifdeur maar open voor mij”, althans woorden van gelijke dreigende aard en/of strekking;
Parketnummer
05.288207.22
primair
hij op
of omstreeks7 november 2022 te Arnhem
red bull,
althans dranken
/ofbier en
/ofsnacks en een (kaas)broodje,
in elk geval enig goed, dat/die
geheel of ten deleaan de Albert Heijn (gelegen aan [adres] ),
in elk geval aan een andertoebehoorde
(n
)heeft weggenomen
met het oogmerk om deze zich wederrechtelijk toe te eigenen.
Voor zover er in de tenlastelegging kennelijke taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn die fouten verbeterd. Verdachte is daardoor niet in de verdediging geschaad. Daarbij overweegt de rechtbank dat uit de inhoud van het dossier naar voren komt dat de in de tenlastelegging van 05.288207.22 opgenomen ‘kaasblokjes’ een (kaas)broodje betreft. De rechtbank merkt dit aan als een kennelijke verschrijving.
Wat meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard, is niet bewezen.
Verdachte zal daarvan worden vrijgesproken.

4.De kwalificatie van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde levert op:
Parketnummer 02.296057.22
feit 1 primair:
Diefstal voorafgegaan en vergezeld van geweld en bedreiging met geweld tegen personen, gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken.
feit 2 primair:
Diefstal voorafgegaan en vergezeld van bedreiging met geweld tegen personen, gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken.
Parketnummer 02.288207.22
primaire feit
Diefstal.

5.De strafbaarheid van de feiten

De feiten zijn strafbaar.

6.De strafbaarheid van de verdachte

Verdachte is strafbaar, nu geen omstandigheid is gebleken of aannemelijk is geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit.

7.De overwegingen ten aanzien van straf en/of maatregel

Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte zal worden veroordeeld tot een gevangenisstraf van 48 maanden met aftrek van het voorarrest waarvan 18 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 3 jaar. Daarbij heeft de officier van justitie verzocht om oplegging van de bijzondere voorwaarden die de reclassering heeft geadviseerd.
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft gepleit voor een deels voorwaardelijke gevangenisstraf waarbij het onvoorwaardelijk deel gelijk is aan de duur van het voorarrest op de dag van de uitspraak met oplegging van de bijzondere voorwaarden zoals geadviseerd door de reclassering. Daarbij heeft de raadsvrouw gewezen op de belaste voorgeschiedenis van verdachte, zijn leeftijd en zijn leefomstandigheden kort voorafgaand aan het tenlastegelegde. Verdachte is gemotiveerd om aan zichzelf te werken. Het is mede in het belang van de maatschappij dat zijn klinische behandeling zo snel mogelijk van start gaat.
De beoordeling door de rechtbank
De rechtbank heeft bij de bepaling van de op te leggen straf rekening gehouden met de aard en de ernst van hetgeen bewezen is verklaard en de omstandigheden waaronder dit is begaan. De rechtbank heeft verder rekening gehouden met de persoon en de omstandigheden van verdachte.
De ernst van het feit
Verdachte heeft in één week een diefstal en twee overvallen gepleegd. Bij één overval is verdachte achter de kassière aangelopen achter het kassagedeelte en heeft hij haar bij haar middel gepakt, waardoor zij zich gedwongen voelde om mee te werken. Bij de andere overval heeft verdachte een mes gebruikt om twee kassières te bedreigen. Ook heeft hij één van deze kassières tijdens de overval geduwd en aan haar getrokken. De overvallen zijn voor de kassières een beangstigende ervaring geweest; in het bijzonder voor de kassière die door verdachte is geduwd en getrokken. Zij is nadat verdachte was gevlucht door haar knieën gezakt en ingestort. In haar slachtofferverklaring ter zitting heeft zij verder verklaard dat zij sinds de overval constant gevoelens van paranoia ervaart wanneer iemand achter haar staat of links langs haar komt lopen en dat ze nu EMDR-therapie volgt omdat het steeds slechter met haar ging. Ook zullen de andere twee kassières nog lange tijd last hebben van de gevolgen van de overval en bovendien zullen zij dagelijks op hun werk aan de overval herinnerd worden. Het handelen van verdachte was enkel en alleen ingegeven door zijn eigen financiële gewin. Hiermee heeft hij niet alleen gevoelens van onveiligheid bij de kassières veroorzaakt, maar ook bij de in de winkels aanwezige klanten en de winkeliers in de buurt. De schadelijke gevolgen van zijn handelen voor anderen waren voor hem van ondergeschikt belang. De rechtbank neemt verdachte dit zeer kwalijk.
De persoon van de verdachte
Gelet op de leeftijd van verdachte tijdens het plegen van de feiten is onderzocht of toepassing van het adolescentenstrafrecht is aangewezen. Evenals de reclassering ziet de rechtbank hiervoor geen indicaties zodat verdachte wordt berecht volgens het volwassenenstrafrecht. Dit neemt niet weg dat de rechtbank bij de afdoening rekening houdt met de leeftijd van verdachte ten tijde van de feiten.
De rechtbank heeft kennisgenomen van het strafblad van verdachte. Hieruit blijkt dat hij vaker is veroordeeld, waaronder één keer voor diefstal. Verdachte liep bovendien in een proeftijd ten tijde van deze winkeldiefstal en overvallen. Dit alles heeft hem er niet van weerhouden om opnieuw strafbare feiten te plegen en de rechtbank zal daar in strafverzwarende zin rekening mee houden.
Op 2 december 2022 heeft een trajectconsult van het NIFP plaatsgevonden. In dat consult is naar voren gekomen dat er aanwijzingen worden gezien voor de aanwezigheid van psychopathologie bij verdachte, meer in het bijzonder voor middelengebruik en persoonlijkheidsproblematiek. Volgens de GZ-psycholoog lijken de tenlastegelegde feiten echter voornamelijk een opportunistische inslag te hebben, waarin de aanwezige problematiek niet direct een rol heeft gespeeld.
In het reclasseringsadvies van 24 april 2023 is vermeld dat op 9 maart 2023 en 13 april 2023 verdiepingsdiagnostiek heeft plaatsgevonden. Daarbij is vastgesteld dat verdachte leidt aan een antisociale persoonlijkheidsstoornis, een posttraumatische stressstoornis, kenmerken van een borderline persoonlijkheidsstoornis en een stoornis in het gebruik van cannabis die nu in remissie is, omdat verdachte in voorlopige hechtenis zit. De reclassering trekt uit deze diagnostiek de conclusie dat onder meer de persoonlijkheidsproblematiek van verdachte van directe invloed is geweest op het plegen van de tenlastegelegde overvallen. Dit heeft ertoe geleid dat verdachte ondoordacht en impulsief heeft gehandeld. Volgens de reclassering zijn er geen beschermende factoren buiten de motivatie die verdachte toont om zijn leven op een goede manier weer op te bouwen en zijn ontvankelijkheid voor zowel klinische als ambulante behandeling. Zij vindt een klinisch traject noodzakelijk om verdachte stabiel te houden gedurende een behandeling gericht op zaken als trauma- en persoonlijkheidsproblematiek.
In hetzelfde advies staat dat de reclassering het recidiverisico hoog acht. Zij adviseert om een (deels) voorwaardelijke straf op te leggen met als bijzondere voorwaarden een meldplicht bij de reclassering, een opname in een zorginstelling voor de duur van maximaal één jaar, ambulante behandeling, verblijf in een instelling voor begeleid wonen of maatschappelijk opvang, het meewerken aan een middelencontrole en verslavingsbehandeling en een locatieverbod.
De rechtbank begrijpt het advies van de reclassering zo, dat klinische (en ambulante) behandeling van de bij verdachte gediagnosticeerde problematiek nodig is om het hoge recidiverisico terug te dringen. Hieruit leidt de rechtbank af dat de reclassering ervan uitgaat dat er een causaal verband bestaat tussen de psychopathologie bij verdachte en de tenlastegelegde feiten. De rechtbank acht dit niet onbegrijpelijk en acht het advies van de reclassering verder ook duidelijk en inzichtelijk. Zij zal daarom de conclusies uit dit advies overnemen.
De beslissing
De rechtbank heeft acht geslagen op de oriëntatiepunten van het LOVS, waaruit volgt dat het oriëntatiepunt voor een overval op een winkel met licht geweld of bedreiging een onvoorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van twee jaren is. Nu verdachte twee overvallen heeft gepleegd, zou het gaan om een onvoorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van vier jaren. De rechtbank zal echter een lagere straf opleggen. Verdachte zal namelijk na een gevangenisstraf maximaal één jaar klinisch worden behandeld. Dit betreft een vrijheidsbenemende maatregel en die zal de rechtbank in mindering brengen op de op te leggen gevangenisstraf. Een gevangenisstraf waarvan het onvoorwaardelijke deel gelijk is aan de voorlopige hechtenis, zoals door de raadsvrouw bepleit, acht de rechtbank niet passend bij de ernst van de door verdachte gepleegde misdrijven.
Alles overwegend acht de rechtbank een gevangenisstraf van 36 maanden, waarvan 16 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van drie jaren passend en geboden. De tijd die verdachte in voorarrest heeft gezeten, zal in mindering worden gebracht op deze straf. Aan het voorwaardelijke deel zullen de bijzondere voorwaarden worden verbonden die de reclassering heeft geadviseerd. Wat het locatieverbod betreft, bepaalt de rechtbank dat verdachte zich niet in een straal van 50 meter rondom de winkels die hij overvallen heeft, zal begeven.
Tenuitvoerlegging van de opgelegde gevangenisstraf zal volledig plaatsvinden binnen de penitentiaire inrichting, tot het moment dat verdachte in aanmerking komt voor deelname aan een penitentiair programma, als bedoeld in artikel 4 Penitentiaire beginselenwet, dan wel de regeling van voorwaardelijke invrijheidstelling, als bedoeld in artikel 6:2:10 Wetboek van Strafvordering, aan de orde is.

8.De beoordeling van de civiele vordering

De benadeelde partij [slachtoffer 2] heeft in verband met feit 1 in parketnummer 05.296057.22 een vordering tot schadevergoeding ingediend. De benadeelde partij vordert
€ 385,- aan materiële schade (bestaande uit kosten eigen risico van de zorgverzekering) en
€ 3.000,- aan smartengeld. Daarbij is verzocht om toekenning van de wettelijke rente en oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.
Standpunten
De officier van justitie heeft verzocht om volledige toewijzing van de vordering van de benadeelde partij met de wettelijke rente en vordert tevens oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.
Ten aanzien van de materiële schade refereert de verdediging zich aan het oordeel van de rechtbank. Onder verwijzing naar jurisprudentie in andere soortgelijke zaken heeft de raadsvrouw gepleit voor matiging van de immateriële schade.
Overweging van de rechtbank
Op basis van de genoemde bewijsmiddelen en wat ter zitting over de vordering is besproken, stelt de rechtbank vast dat de benadeelde [slachtoffer 2] rechtstreeks schade heeft geleden door het bewezen verklaarde handelen van verdachte. Verdachte is hiervoor naar burgerlijk recht aansprakelijk.
De materiële schade van € 385,- is niet betwist zodat de rechtbank deze ook zal toewijzen met de wettelijke rente vanaf 7 april 2023, de datum waarop het volledige eigen risico is voldaan.
Door het geweld van verdachte, bestaande uit het drukken van een mes tegen haar rug, het vastpakken van [slachtoffer 2] en het geduw en getrek aan haar, is [slachtoffer 2] op een andere wijze in haar persoon aangetast. Uit de stukken komt naar voren dat het handelen van verdachte ook nu, maanden na de overval, grote gevolgen heeft voor haar. Er is PTSS bij haar vastgesteld waarvoor zij intensieve therapie volgt. Zij heeft onder meer last van nachtmerries en paniekaanvallen en is snel vermoeid. Ook gelet op de minderjarige leeftijd van benadeelde tijdens het feit, acht de rechtbank de gevorderde immateriële schade van
€ 3.000,- naar objectieve maatstaven billijk. De rechtbank ziet dan ook geen aanleiding voor matiging. De gevorderde wettelijke rente is toewijsbaar vanaf 12 november 2022, de datum van het feit.
Gelet op het vorenstaande ziet de rechtbank aanleiding om op grond van artikel 36f van het Wetboek van Stafrecht de schadevergoedingsmaatregel aan verdachte op te leggen, eveneens met toekenning van de wettelijke rente. Verdachte wordt verplicht het aan de benadeelde partij toegewezen bedrag aan de Staat te betalen. Eventuele toegekende proceskosten, tot nu toe begroot op nihil, zijn daar niet bij ingegrepen.

9.De beoordeling van het beslag

De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat het mes dat in beslag is genomen in parketnummer 05.296057.22 (feit 1, overval Kruidvat) verbeurd moet worden verklaard. De raadsvrouw heeft zich op dit punt gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank.
De rechtbank is van oordeel dat een grondslag voor verbeurdverklaring ontbreekt, nu niet is gebleken dat verdachte dit mes gebruikt heeft voor de overval op Kruidvat. De rechtbank beslist daarom dat het mes retour kan aan de rechthebbende, zijnde verdachte.

10.De toegepaste wettelijke bepalingen

De oplegging van de straf en/of maatregel is gegrond op de artikelen 14a, 14b, 14c, 36f, 57, 310, 312 van het Wetboek van Strafrecht.

11.De beslissing

De rechtbank:
 verklaart bewezen dat verdachte het tenlastegelegde, zoals vermeld onder ‘De bewezenverklaring’, heeft begaan;
 verklaart niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven bewezen is verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij;
 verstaat dat het aldus bewezenverklaarde oplevert de strafbare feiten zoals vermeld onder ‘De kwalificatie van het bewezenverklaarde’;
 verklaart verdachte hiervoor strafbaar;
 veroordeelt verdachte wegens het bewezenverklaarde tot een gevangenisstraf voor de duur van
36 (zesendertig) maanden;
 bepaalt dat een gedeelte van deze gevangenisstraf, te weten
16 maanden, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten, omdat verdachte zich voor het einde van de
proeftijd van drie jarenniet heeft gehouden aan de volgende voorwaarden:
• stelt als algemene voorwaarde dat verdachte zich niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;
• stelt als bijzondere voorwaarden dat verdachte:
- zich binnen vijf dagen na het ingaan van de proeftijd meldt bij Reclassering Nederland op het adres Rosariumstraat 41, 7311 JR Apeldoorn, telefoonnummer 088-8041404. Verdachte blijft zich melden op afspraken met de reclassering, zo vaak en zolang de reclassering dat nodig vindt;
- zich laat opnemen in een forensische psychiatrische kliniek of een soortgelijke
zorginstelling, te bepalen door de justitiële instantie die verantwoordelijk is voor plaatsing. De opname duurt een jaar of zoveel korter als de reclassering nodig vindt. Verdachte houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorginstelling geeft
voor de behandeling. Gelet op de problematiek kan hieronder ook het innemen van medicijnen vallen, als de zorginstelling dat nodig vindt. Als de reclassering een overgang naar ambulante zorg, begeleid wonen of maatschappelijke opvang nodig vindt, werkt verdachte mee aan de indicatiestelling en plaatsing;
- meewerkt aan ambulante behandeling door een forensische psychiatrische polikliniek of een soortgelijke zorgverlener, te bepalen door de reclassering. De behandeling start, indien noodzakelijk wordt geacht door de kliniek dan wel door de reclassering, aansluitend op het klinische traject, op een nader te bepalen datum. De behandeling duurt de gehele proeftijd of zoveel korter als de reclassering nodig vindt. Verdachte houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorgverlener geeft voor de behandeling. Gelet op de problematiek kan hieronder ook het innemen van
medicijnen vallen, als de zorgverlener dat nodig vindt;
- verblijft in een nader te bepalen instelling voor beschermd, begeleid wonen of
maatschappelijke opvang, te bepalen door de reclassering. Het verblijf start zodra een plek beschikbaar is na klinische behandeling. Het verblijf duurt de gehele proeftijd of zoveel korter als de reclassering nodig vindt. Verdachte houdt zich aan de huisregels en het dagprogramma dat de instelling in overleg met de reclassering voor hem heeft opgesteld;
- meewerkt aan controle van het gebruik van alcohol en drugs om het middelengebruik te beheersen. De reclassering kan urineonderzoek en ademonderzoek (blaastest) gebruiken voor de controle. De reclassering bepaalt hoe vaak verdachte wordt gecontroleerd. In eerste instantie zal daarbij worden ingezet op objectiveren en reguleren. Mochten de urinecontroles daar aanleiding toegeven, zulks ter beoordeling van de reclassering, dan laat verdachte zich ambulant behandelen door een ambulante behandelinstantie gericht op verslaving. De behandeling duurt in dat geval de gehele proeftijd of zoveel korter als de reclassering nodig vindt. Verdachte houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorgverlener geeft voor de behandeling;
- zich niet bevindt in een straal van 50 meter rondom de winkel Kruidvat, [adres] , en zich niet bevindt in een straal van 50 meter rondom supermarkt Spar [naam] , [adres] . De politie ziet toe op de locatieverboden;
• stelt als overige voorwaarden dat:
  • verdachte zijn medewerking zal verlenen aan het ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit afnemen van een of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage zal aanbieden;
  • verdachte zijn medewerking zal verlenen aan het reclasseringstoezicht als bedoeld in artikel 14c van het Wetboek van Strafrecht. De medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de reclasseringsinstelling zo vaak en zolang de reclassering dit noodzakelijk acht zijn daaronder begrepen;
• geeft opdracht aan de reclassering tot het houden van toezicht op de naleving van deze bijzondere voorwaarden en tot begeleiding van verdachte ten behoeve daarvan;
 beveelt dat de tijd, door verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht;
vordering benadeelde partij [slachtoffer 2]
 veroordeelt verdachte in verband met feit 1 onder nummer 05.296057.22 tot betaling van schadevergoeding aan de benadeelde partij [slachtoffer 2] van € 385,- aan materiële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 7 april 2023 tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald;
  • veroordeelt verdachte in verband met feit 1 onder nummer 05.296057.22 tot betaling van schadevergoeding aan de benadeelde partij [slachtoffer 2] van € 3.000,- aan smartengeld, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 12 november 2022 tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald;
  • veroordeelt verdachte in de kosten die de benadeelde partij in deze procedure heeft gemaakt en de kosten die de benadeelde partij mogelijk nog moet maken om het toegewezen bedrag betaald te krijgen, tot vandaag begroot op nul;
 legt aan verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van benadeelde partij [slachtoffer 2] in verband met feit 1 onder nummer 05.296057.22 een bedrag te betalen van € 385,- aan materiële schade en € 3.000,- aan smartengeld, beide vermeerderd met de wettelijke rente tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald. Daarbij geldt dat de datum voor de wettelijke rente van de materiële schade van € 385,- ingaat op 7 april 2023 en dat de datum voor de wettelijke rente van het smartengeld van € 3.000,- ingaat op
12 november 2022. Als dit totaalbedrag van € 3.385,- niet wordt betaald, kunnen 43 dagen gijzeling worden toegepast zonder dat de betalingsverplichting vervalt;
 bepaalt daarbij dat met betaling aan de benadeelde partij in zoverre de betaling aan de Staat vervalt en omgekeerd;
beslag
 gelast de teruggave van het in beslag genomen en nog niet geretourneerde voorwerp aan de rechthebbende, zijnde verdachte.
Dit vonnis is gewezen door mr. W.L.F. Prisse, voorzitter, mr. J.M.J.M. Doon en
mr. J.A.L. Heldens, rechters, in tegenwoordigheid van mr. H.J.M. Fransen, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 22 mei 2023.
mrs. Prisse en Heldens zijn buiten staat dit vonnis te ondertekenen.

Voetnoten

1.Het bewijs is terug te vinden in het in de wettelijke vorm door verbalisant [verbalisant] van de politie Oost-Nederland, district Noord- en Oost-Gelderland, opgemaakte proces-verbaal, dossiernummer 2022534224, gesloten op 12 december 2022 en in de bijbehorende in wettelijke vorm opgemaakte processen-verbaal en overige schriftelijke bescheiden, tenzij anders vermeld. De vindplaatsvermeldingen verwijzen naar de pagina’s van het doorgenummerde dossier, tenzij anders vermeld.
2.Het bewijs is terug te vinden in het in de wettelijke vorm door verbalisant [verbalisant] van de politie Oost-Nederland, district Gelderland-Midden, opgemaakte proces-verbaal, dossiernummer PL0600-2022518177, gesloten op 8 november 2022 en in de bijbehorende in wettelijke vorm opgemaakte processen-verbaal en overige schriftelijke bescheiden, tenzij anders vermeld. De vindplaatsvermeldingen verwijzen naar de pagina’s van het doorgenummerde dossier, tenzij anders vermeld.