ECLI:NL:RBGEL:2023:2854

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
22 mei 2023
Publicatiedatum
22 mei 2023
Zaaknummer
05-133356-22
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Op tegenspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling van een man wegens grooming en poging tot ontucht met een minderjarige via internet

Op 22 mei 2023 heeft de Rechtbank Gelderland een 47-jarige man veroordeeld voor grooming, waarbij hij via de chatdienst Bullchat contact heeft gelegd met een persoon die zich voordeed als een 15-jarige jongen. De man heeft een ontmoeting voorgesteld met het oogmerk om ontuchtige handelingen te plegen. De rechtbank oordeelde dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het ten laste gelegde feit, ondanks zijn verklaring dat hij de jongen enkel wilde waarschuwen. De rechtbank achtte het bewezen dat de verdachte meerdere seksueel getinte berichten heeft gestuurd en concrete voorbereidingen heeft getroffen voor de ontmoeting. De verdachte is veroordeeld tot een voorwaardelijke gevangenisstraf van 3 weken en een taakstraf van 100 uren. De rechtbank heeft rekening gehouden met de ernst van de feiten en de omstandigheden van de verdachte, waaronder zijn eerdere veroordelingen, maar niet voor soortgelijke feiten. De rechtbank benadrukte dat het gedrag van de verdachte ernstige gevolgen kan hebben voor de psychische ontwikkeling van minderjarigen.

Uitspraak

RECHTBANK GELDERLAND
Team strafrecht
Zittingsplaats Arnhem
Parketnummer: 05/133356-22
Datum uitspraak : 22 mei 2023
Tegenspraak
vonnis van de meervoudige kamer
in de zaak van
de officier van justitie
tegen
[verdachte],
geboren op [geboortedatum] 1976 in [geboorteplaats] ,
wonende aan de [adres] in ( [postcode] ) [woonplaats] .
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op openbare terechtzittingen.

1.De inhoud van de tenlastelegging

Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
hij op of omstreeks 16 november 2020 te Rheden en/of te Arnhem, althans in Nederland, door middel van een geautomatiseerd werk en/of met gebruikmaking van een communicatiedienst, te weten via Bullchat
,aan iemand die zich voordeed als een persoon die de leeftijd van zestien jaren nog niet had bereikt, te weten als een 15 jarige jongen genaamd [naam] , een ontmoeting heeft voorgesteld met het oogmerk ontuchtige handelingen met een persoon die de leeftijd van zestien jaren nog niet had bereikt te plegen en/of een afbeelding van een seksuele gedraging te vervaardigen, waarbij een persoon die de leeftijd van zestien jaren nog niet had bereikt was betrokken, terwijl hij, verdachte, enige handeling heeft ondernomen tot het verwezenlijken van die ontmoeting door
- met voornoemde 15 jarige jongen een datum en tijdstip (te weten 16 november 2020 om 21:00) en een locatie (te weten een parkeerplaats bij de kinderboerderij in Presikhaaf te Arnhem) voor hun ontmoeting af te spreken en/of;
- (vervolgens) op voornoemde datum en tijdstip naar voornoemde locatie af te reizen en/of zich aldaar te bevinden.
2. Overwegingen ten aanzien van het bewijs [1]
De feiten
Op grond van de bewijsmiddelen wordt het volgende, dat verder ook niet ter discussie staat, vastgesteld.
Verdachte was de avond van 16 november 2020 in zijn woning in Rheden. Hij zat op de site ‘Bullchat’, een chatroom voor homoseksuelen, voornamelijk bedoeld voor het maken van seksafspraken. [2] Op enig moment had verdachte een chatgesprek met een persoon, ‘ [naam] ’, die meermaals aangaf ‘bijna 16 jaar’ te zijn. Na het uitwisselen van enkele (seksueel getinte) berichten, waaronder gegevens betreffende de lichaamsbouw van hen beiden, heeft verdachte aangestuurd op een ontmoeting met deze ‘ [naam] ’ en hiervoor locatie- en tijdstipvoorstellen gedaan. [3] Verdachte is vervolgens op het afgesproken tijdstip en op de afgesproken plek, een parkeerplaats bij de kinderboerderij in Presikhaaf te Arnhem, verschenen. [4] Aldaar werd hij geconfronteerd met een groep personen. Verdachte is hierop in zijn auto gestapt en hard weggereden. [5] Een van deze personen had zich op Bullchat voorgedaan als ‘ [naam] ’. [6]
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het tenlastegelegde feit.
Het standpunt van verdachte
Verdachte heeft verklaard dat hij fout is geweest. Zijn bedoeling was niet gericht op seks met een 15-jarige jongen. Verdachte dacht de jongen te kennen en wilde hem slechts waarschuwen dat hij gevaarlijk bezig was.
Beoordeling door de rechtbank
Juridisch kader
Bij grooming gaat het om het op internetsites of in chatrooms of nieuwsgroepen benaderen en verleiden van een kind (onder de 16 jaar) met als uiteindelijk doel het seksueel misbruiken van dat kind in de fysieke wereld. Voor de bewezenverklaring van grooming als bedoeld in artikel 248e van het Wetboek van Strafrecht (Sr) is onder meer vereist dat een ontmoeting wordt voorgesteld met het oogmerk op het plegen van ontuchtige handelingen en dat voorbereidingen gericht op het verwezenlijken van de ontmoeting zijn getroffen. Deze voorbereidingen moeten concrete vormen hebben aangenomen, maar niet is vereist dat elk onderdeel van de afspraak volledig is ingevuld.
Beoordeling
De rechtbank stelt vast dat verdachte in de veronderstelling was dat hij chatte met een persoon die nog geen 16 jaar was. ‘ [naam] ’ had verdachte immers aan het begin van het gesprek al laten weten dat hij bijna 16 jaar oud was. Verdachte heeft vervolgens meerdere seksueel getinte berichten gestuurd, namelijk: “
Ja goed alleen knetter geil zin om lekker geil te doen’ en ‘
Dat zeker geil een cockring om en geile porno erbij me pik is kei hard pfffff moet echt iemand vinden die hem lekker in de mond neemt. Mmnmmmm geil ben ik”. ‘ [naam] ’ heeft vervolgens weer aangegeven dat hij bijna 16 jaar oud was en verdachte reageerde daarop met “
Dank je wel beetje jong of niet schat” en “
Geil hoor pffff”. Ook stuurde verdachte hem een foto van zijn penis en van zijn gezicht. Verder liet verdachte meermaals weten dat hij wilde afspreken, stelde locaties voor en vroeg hij waar hij ‘ [naam] ’ zou ophalen. [7]
Uit de door verdachte gestuurde berichten en foto’s blijkt, naar het oordeel van de rechtbank, dat verdachte het oogmerk had om met de 15-jarige af te spreken om ontuchtige handelingen te plegen. Zo reageert verdachte bijvoorbeeld op de vraag van ‘ [naam] ’ wat verdachte wil doen: “
Geil doen”. [8]
Oogmerk
Verdachte heeft verklaard dat hij geen seks wilde met de 15-jarige jongen, maar hem wilde waarschuwen voor de mogelijke consequenties van het chatten op Bullchat en afspreken met oudere mannen, gezien zijn jonge leeftijd. Verdachte dacht dat hij ‘ [naam] ’ kende als zijnde de zoon van een oud-collega uit Velp. Dit dacht hij vanwege de naam en de leeftijd van ‘ [naam] ’. Verdachte wilde hem persoonlijk vertellen dat het niet verstandig was wat hij deed en dat hij anders zijn vader zou informeren. De enige reden dat verdachte de jongen seksuele berichten stuurde, was om zeker te weten dat hij voor de afspraak zou komen opdagen.
De rechtbank is van oordeel dat het door verdachte geschetste oogmerk niet aannemelijk is geworden. Integendeel. Uit meerdere chatberichten tussen verdachte en ‘ [naam] ’ blijkt dat de jongen in Presikhaaf woont, vlak bij het station. Verdachte wist derhalve dat het niet om de hem bekende [naam] uit Velp ging. Bovendien had verdachte ‘ [naam] ’ ook kunnen waarschuwen via de chat, maar dit heeft hij nagelaten.
Conclusie
De rechtbank acht dan ook wettig en overtuigend bewezen dat verdachte een ontmoeting wilde met ‘ [naam] ’, met het oogmerk ontuchtige handelingen met hem te plegen. De rechtbank komt daarmee tot een bewezenverklaring van het tenlastegelegde feit.

3.De bewezenverklaring

Naar het oordeel van de rechtbank is wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het tenlastegelegde heeft begaan, te weten dat:
hij op
of omstreeks16 november 2020 te Rheden
en/of te Arnhem, althans in Nederland, door middel van een geautomatiseerd werk en
/ofmet gebruikmaking van een communicatiedienst, te weten via Bullchat
,aan iemand die zich voordeed als een persoon die de leeftijd van zestien jaren nog niet had bereikt, te weten als een 15 jarige jongen genaamd [naam] , een ontmoeting heeft voorgesteld met het oogmerk ontuchtige handelingen met een persoon die de leeftijd van zestien jaren nog niet had bereikt te plegen
en/of een afbeelding van een seksuele gedraging te vervaardigen, waarbij een persoon die de leeftijd van zestien jaren nog niet had bereikt was betrokken, terwijl hij, verdachte, enige handeling heeft ondernomen tot het verwezenlijken van die ontmoeting door
- met voornoemde 15 jarige jongen een datum en tijdstip (te weten 16 november 2020 om 21:00 uur) en een locatie (te weten een parkeerplaats bij de kinderboerderij in Presikhaaf te Arnhem) voor hun ontmoeting af te spreken en
/of;
- (vervolgens) op voornoemde datum en tijdstip naar voornoemde locatie af te reizen en
/ofzich aldaar te bevinden.
Voor zover er in de tenlastelegging kennelijke taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn die fouten verbeterd. Verdachte is daardoor niet in de verdediging geschaad.
Wat meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard, is niet bewezen.
Verdachte zal daarvan worden vrijgesproken.

4.De kwalificatie van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde levert op:
feit 1:
door middel van een geautomatiseerd werk of met gebruikmaking van een communicatiedienst een persoon van wie hij weet of redelijkerwijs moet vermoeden dat deze de leeftijd van zestien jaren nog niet heeft bereikt, een ontmoeting voorstellen met het oogmerk ontuchtige handelingen met die persoon te plegen, terwijl hij enige handeling onderneemt gericht op het verwezenlijken van die ontmoeting.

5.De strafbaarheid van het feit

Het feit is strafbaar.

6.De strafbaarheid van de verdachte

Verdachte is strafbaar, nu geen omstandigheid is gebleken of aannemelijk is geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit.

7.De overwegingen ten aanzien van straf

Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte zal worden veroordeeld tot een taakstraf van 100 uren en een voorwaardelijke gevangenisstraf van 3 weken, met een proeftijd van 3 jaren.
Het standpunt van de verdediging
Verdachte heeft geen verweer gevoerd voor wat betreft de strafmaat.
De beoordeling door de rechtbank
De rechtbank heeft bij de bepaling van de op te leggen straf rekening gehouden met de aard en de ernst van hetgeen bewezen is verklaard en de omstandigheden waaronder dit is begaan. De rechtbank heeft verder rekening gehouden met de persoon en de omstandigheden van verdachte. Ook heeft de rechtbank gekeken naar het strafblad van verdachte, waaruit blijkt dat hij eerder is veroordeeld, maar niet voor soortgelijke strafbare feiten.
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan grooming. Hij heeft via de website Bullchat contact gezocht met een persoon die zich voordeed als een jongen van 15 jaar oud. Verdachte heeft hem, nadat de persoon aangaf dat hij bijna 16 jaar was, gevraagd wat hij lekker vond om te doen en seksueel getinte berichten en een foto van zijn geslachtsdeel gestuurd. Verdachte heeft voorgesteld om elkaar fysiek te gaan ontmoeten en duidelijk was dat dit was met het doel om seksuele handelingen bij elkaar te gaan verrichten. Verdachte heeft zich bij zijn handelen kennelijk laten leiden door zijn seksuele fantasieën en heeft er niet bij stilgestaan dat dergelijk handelen kan zorgen voor psychische schade bij een minderjarige en een normale seksuele ontwikkeling in de weg kan staan. Dat deze persoon in werkelijkheid een ‘pedojager’ bleek te zijn en niet van plan was daadwerkelijk seksuele handelingen met verdachte te verrichten, doet aan dit alles niet af.
In het reclasseringsrapport van 25 april 2023 dat over verdachte is opgesteld, is geadviseerd om bij veroordeling een straf zonder bijzondere voorwaarden op te leggen.
Alles afwegende acht de rechtbank de eis van de officier van justitie passend en geboden. Zij zal aan verdachte een voorwaardelijke gevangenisstraf van 3 weken opleggen, met een proeftijd van 3 jaren, met daarnaast een taakstraf van 100 uren, met bevel dat indien deze straf niet naar behoren wordt verricht vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van 50 dagen.

8.De toegepaste wettelijke bepalingen

De oplegging van de straf is gegrond op de artikelen 9, 14a, 14b, 14c, 22c, 22d en 248e van het Wetboek van Strafrecht.

9.De beslissing

De rechtbank:
 verklaart bewezen dat verdachte het tenlastegelegde, zoals vermeld onder ‘De bewezenverklaring’, heeft begaan;
 verklaart niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven bewezen is verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij;
 verstaat dat het aldus bewezenverklaarde oplevert het strafbare feit zoals vermeld onder ‘De kwalificatie van het bewezenverklaarde’;
 verklaart verdachte hiervoor strafbaar;
 veroordeelt verdachte wegens het bewezenverklaarde tot een gevangenisstraf van
3 ( drie) weken;
 bepaalt dat deze gevangenisstraf niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat verdachte zich voor het einde van de proeftijd van 3 (drie) jaren schuldig heeft maakt aan een strafbaar feit;
 legt op een taakstraf van 100 (honderd) uren, met bevel dat indien deze straf niet naar behoren wordt verricht vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van 50 (vijftig) dagen.
Dit vonnis is gewezen door mr. Ö. Sari (voorzitter), mr. R.M.H. Pennings en mr. Y. van Wezel, rechters, in tegenwoordigheid van mr. D. Spoelstra en mr. S. Benbouazza, griffiers, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 22 mei 2023.
mr. Pennings, mr. Spoelstra en mr. Benbouazza
zijn buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen

Voetnoten

1.Het bewijs is terug te vinden in het in de wettelijke vorm door een verbalisant van de politie Oost-Nederland, Dienst Regionale Recherche, afdeling Thematische Opsporing, team Zeden, opgemaakte proces-verbaal, dossiernummer PL0600-2020545325, gesloten op 11 mei 2022 en in de bijbehorende in wettelijke vorm opgemaakte processen-verbaal en overige schriftelijke bescheiden, tenzij anders vermeld. De vindplaatsvermeldingen verwijzen naar de pagina’s van het doorgenummerde dossier, tenzij anders vermeld.
2.De verklaring van verdachte ter terechtzitting van 8 mei 2023.
3.Screenshots in de bijlage van het proces-verbaal van bevindingen van 17 november 2020, p. 12.
4.De verklaring van verdachte ter terechtzitting van 8 mei 2023.
5.Proces-verbaal van verhoor van verdachte van 14 februari 2022, p. 35.
6.Proces-verbaal van bevindingen van 17 november 2020, p. 4.
7.Screenshots in de bijlage van het proces-verbaal van bevindingen van 17 november 2020, p. 12.
8.Screenshots in de bijlage van het proces-verbaal van bevindingen van 17 november 2020, p. 14.