Uitspraak
uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaak tussen
[verzoeker], uit [woonplaats], verzoekers
Rechtbank Gelderland
In deze uitspraak van de voorzieningenrechter van de Rechtbank Gelderland, zittingsplaats Arnhem, wordt een verzoek om een voorlopige voorziening behandeld. Verzoekers, die geen bezwaar hebben gemaakt tegen een eerder besluit van het college van burgemeester en wethouders van West Maas en Waal, hebben verzocht om schorsing van het kostenverhaal van € 63.260,35 in verband met bestuursdwang. De voorzieningenrechter oordeelt dat het college de kosten kan verhalen, omdat er geen bijzondere omstandigheden zijn die dit zouden uitsluiten. De voorzieningenrechter wijst het verzoek af, omdat de verzoekers niet hebben aangetoond dat de kosten van bestuursdwang niet voor hun rekening zouden moeten komen. De voorzieningenrechter legt uit dat de uitvoering van de bestuursdwang niet onrechtmatig was en dat verzoekers onvoldoende bewijs hebben geleverd voor hun stellingen over de onrechtmatigheid van de bestuursdwang. De voorzieningenrechter verklaart zich onbevoegd om het verzoek tot schorsing van de verkoop of vernietiging van de in beslag genomen goederen te behandelen, omdat dit privaatrechtelijk handelen betreft. De uitspraak benadrukt dat het kostenverhaal in beginsel voor rekening van de overtreder is, tenzij er bijzondere omstandigheden zijn die dit rechtvaardigen. De uitspraak is openbaar gedaan en er staat geen hoger beroep open.