ECLI:NL:RBGEL:2023:2729
Rechtbank Gelderland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de WOZ-waarde van een woning en de gevolgen van het beroep
In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank Gelderland het beroep van eiser tegen de uitspraak op bezwaar van verweerder, de heffingsambtenaar van Belastingsamenwerking Rivierenland, betreffende de vastgestelde WOZ-waarde van zijn woning. De waarde van de woning, gelegen aan [adres] te [woonplaats], is vastgesteld op € 280.000 per 1 januari 2020. Eiser, die zelf procedeert, beroept zich op een lagere waarde die hij heeft verkregen via de website EerlijkeWoz.nl, waar de waarde op € 238.000 is geschat. Verweerder heeft echter een deugdelijk taxatierapport overgelegd, waarin de waarde op € 294.000 is vastgesteld, wat aanzienlijk hoger is dan de WOZ-beschikking. De rechtbank oordeelt dat verweerder met dit rapport is geslaagd in zijn bewijslast, aangezien de gebruikte vergelijkingsobjecten goed vergelijkbaar zijn met de woning van eiser en de taxatie goed onderbouwd is.
De rechtbank kent geen gewicht toe aan de waardebepaling van EerlijkeWoz.nl, omdat deze niet onderbouwd is en niet controleerbaar. Eiser stelt dat hij niet in beroep zou zijn gegaan als hij eerder alle informatie had ontvangen, maar de rechtbank oordeelt dat dit niet van invloed is op de vastgestelde waarde. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond, wat betekent dat de WOZ-waarde en de aanslag ongewijzigd blijven. Eiser krijgt geen griffierecht terug, omdat hij had kunnen bellen voor meer informatie, wat hij niet heeft gedaan. De uitspraak is gedaan door mr. F.M. Smit, rechter, en is openbaar uitgesproken.