ECLI:NL:RBGEL:2023:2596

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
21 april 2023
Publicatiedatum
4 mei 2023
Zaaknummer
10198106 \ CV EXPL 22-3264
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Op tegenspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot betaling na weigering van levering van bestellingen in consumentenkoop

In deze zaak heeft Billink B.V. een vordering ingesteld tegen [gedaagde] wegens onbetaalde facturen voor twee bestellingen van earbuds die via de webshop van Talendomein zijn geplaatst. De eerste bestelling, ter waarde van € 170,94, werd op 7 maart 2022 geplaatst en de tweede op 9 maart 2022 voor € 169,95. Billink heeft de vordering van Talendomein gecedeerd gekregen en heeft [gedaagde] op 10 maart 2022 een factuur gestuurd. Ondanks herhaalde aanmaningen heeft [gedaagde] de factuur niet betaald.

Tijdens de procedure heeft [gedaagde] aangevoerd dat hij een van de bestellingen niet heeft aangenomen, maar deze stelling is onvoldoende onderbouwd. De kantonrechter heeft vastgesteld dat [gedaagde] de bestellingen heeft ontvangen en dat hij niet heeft aangetoond dat hij een van de pakketten heeft geweigerd. De rechter heeft geoordeeld dat [gedaagde] gehouden is de hoofdsom van € 170,94 te betalen, evenals de wettelijke handelsrente en buitengerechtelijke kosten, omdat deze niet gemotiveerd zijn betwist.

De kantonrechter heeft [gedaagde] in het ongelijk gesteld en hem veroordeeld tot betaling van in totaal € 219,03, vermeerderd met rente en proceskosten. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard en het meer of anders gevorderde is afgewezen.

Uitspraak

vonnis
RECHTBANK GELDERLAND
Team kanton en handelsrecht
Zittingsplaats Nijmegen
zaakgegevens 10198106 \ CV EXPL 22-3264 \ 398 \ 40140
uitspraak van
vonnis
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
Billink B.V.
gevestigd te Rotterdam
eisende partij
gemachtigde Van Lith Gerechtsdeurwaarders en Incasso
tegen
[gedaagde]
wonende te [woonplaats gedaagde]
gedaagde partij
procederend in persoon
Partijen worden hierna Billink en [gedaagde] genoemd.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding van 2 november 2022 met producties;
- de conclusie van antwoord;
- de conclusie van repliek met producties;
- de conclusie van dupliek met producties;
- de akte uitlaten producties aan de zijde van Billink.
1.2.
Vervolgens is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
[gedaagde] heeft op 7 maart 2022 een vertaalapparaat voor in het oor (earbuds) besteld in de webshop van Talendomein voor een bedrag van € 170,94. De bestelling is geregistreerd met het ordernummer RT-4834977. [gedaagde] heeft bij deze bestelling gekozen voor de betaalmethode Billink.
2.2.
Vervolgens heeft [gedaagde] op 9 maart 2022 opnieuw een bestelling voor earbuds geplaatst in de webshop van Talendomein, nu voor een bedrag van € 169,95. Deze bestelling is geregistreerd met ordernummer RT-4835045. [gedaagde] heeft deze bestelling direct betaald via iDeal.
2.3.
Talendomein heeft haar vordering gecedeerd aan Billink B.V. (hierna Billink). Billink heeft op 10 maart 2022 een factuur van € 170,94 aan [gedaagde] gestuurd met het verzoek het factuurbedrag binnen 14 dagen aan haar te betalen.
2.4.
Op 11 maart 2022 zijn de twee bestellingen aan [gedaagde] verzonden en vervolgens door PostNL aangeboden aan [gedaagde] .
2.5.
Billink heeft op of omstreeks 29 maart 2022 per e-mail een herinnering aan [gedaagde] gestuurd. [gedaagde] heeft de factuur niet betaald.

3.De vordering en het verweer

3.1.
Billink vordert bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, [gedaagde] te veroordelen tot betaling van € 219,03 (bestaande uit € 170,94 aan hoofdsom, € 8,09 aan wettelijke handelsrente en € 40,00 aan buitengerechtelijke kosten), te vermeerderen met de wettelijke handelsrente over € 170,94 vanaf 3 november 2022, met veroordeling van [gedaagde] in de proceskosten.
3.2.
Billink baseert haar vordering op het volgende. [gedaagde] heeft via de website van Talendomein.nl een vertaalapparaat voor in het oor (earbuds) besteld, dat vervolgens aan [gedaagde] is geleverd. Talendomein.nl heeft haar vordering gecedeerd aan Billink. [gedaagde] heeft, ondanks aanmaning, de factuur niet betaald. Hij is daarom ook de buitengerechtelijke kosten en wettelijke handelsrente verschuldigd.
3.3.
[gedaagde] voert verweer. Daarop wordt hierna, voor zover nodig, nader ingegaan.

4.De beoordeling

4.1.
De vraag luidt of [gedaagde] de vordering van Billink dient te betalen, hetgeen Billink stelt en [gedaagde] betwist.
Tussen partijen staat vast dat [gedaagde] twee bestellingen heeft geplaatst in de webshop van Talendomein en dat de twee bestellingen zijn geleverd c.q. aangeboden aan [gedaagde] . [gedaagde] voert echter aan dat hij een van de twee pakketjes niet heeft aangenomen en dat hij hierover contact heeft gehad met Billink via de mail en telefoon. Hoewel onduidelijk is welke bestelling [gedaagde] dan concreet zou hebben geweigerd – dat zou dan kennelijk de onderhavige moeten zijn – betwist Billink gemotiveerd dat zij dan wel Talendomein een bestelling retour heeft ontvangen. Het ligt daarom op de weg van [gedaagde] aan te tonen dat hij het pakket, waar deze vordering van Billink over gaat, retour heeft gezonden dan wel heeft geweigerd. Hier ontbreekt het echter aan. [gedaagde] heeft weliswaar aangevoerd dat hij via de mail contact met Billink heeft gehad, maar heeft geen kopieën van e-mailcorrespondentie overgelegd. Ook de overgelegde belspecificatie kan [gedaagde] niet baten nu ten aanzien van slechts één gesprek een gespreksduur blijkt en Billink daarover aangeeft dat dit contact is gelegd buiten de openingstijden van de klantenservice. Nu voor het overige niet dan wel onvoldoende is onderbouwd dat [gedaagde] op de weergegeven data daadwerkelijk heeft gesproken met de klantenservice van Talendomein of Billink en wat tijdens die gesprekken concreet is besproken, komt de stelling van [gedaagde] niet vast te staan en moet het ervoor worden gehouden dat [gedaagde] het pakket, waar deze zaak over gaat, in ontvangst heeft genomen. Als gevolg daarvan is [gedaagde] gehouden de hoofdsom aan Billink te betalen. De hoofdsom wordt daarom toegewezen.
4.2.
De gevorderde wettelijke handelsrente en buitengerechtelijke kosten worden eveneens toegewezen nu [gedaagde] deze onvoldoende gemotiveerd heeft betwist en hij deze verschuldigd is op grond van artikel 6:119a en 6:96 lid 3 BW.
4.3.
[gedaagde] wordt in het ongelijk gesteld en moet daarom de proceskosten dragen.

5.De beslissing

De kantonrechter
5.1.
veroordeelt [gedaagde] aan Billink te betalen een bedrag van € 219,03 te vermeerderen met de wettelijke handelsrente over € 170,94 vanaf 3 november 2022 tot de dag van algehele betaling;
5.2.
veroordeelt [gedaagde] in de proceskosten, tot deze uitspraak aan de kant van Billink vastgesteld op € 112,30 aan dagvaardingskosten, € 128,00 aan griffierecht en € 97,50 aan salaris voor de gemachtigde;
5.3.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad;
5.4.
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door de kantonrechter mr. R.J.J. van Acht en in het openbaar uitgesproken op