Uitspraak
1.De inhoud van de vordering
2.De procedure
3.De beoordeling van de vordering
- twee maal: diefstal door twee of meer verenigde personen;
- drie maal: diefstal door twee of meer verenigde personen waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak;
- diefstal waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak;
- medeplegen van poging tot diefstal door twee of meer verenigde personen waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak;
- opzetheling.
[Adres] op [Datum] (relaas nummer 2, het bewezenverklaarde feit onder 1 van parketnummer 05/219007-19)zijn een hakselaar van het merk Lumag HC 15 NL, een Makita slagschroefboormachine DTD 154 ZJ in een blauwe kist inclusief accu, een Makita accu slijptol 125 mm 18 V DGA 506 ZJ, een EWM mig/mag lasapparaat 220 volt met slangenpakket Pico Mig en een kist van Makita met daarin 1 lader gestolen. De acculader van Makita werd op het woonadres van [Verdachte] aangetroffen en inbeslaggenomen en is geretourneerd aan [Eigenaar] (wonende aan de [Adres] ). [2] De opgegeven waarde van de gestolen goederen betrof volgens de politie samen € 2.000,-, waarvan € 1.000,- voor de hakselaar. De verdediging heeft geen verweer gevoerd tegen deze bedragen. De rechtbank schat het bedrag van de Makita acculader op € 75,-. De opbrengst van deze inbraak is na verkoop van de buit dus € 1.925,- geweest. De rechtbank rekent -gelijk als de politie- als marge voor de stelers 36%. Dit percentage komt de rechtbank niet onredelijk voor en de verdediging heeft hier ook geen verweer tegen gevoerd. Het voordeel uit de buit komt daarmee uit op € 693,- De inbraak is gepleegd door drie daders. De rechtbank acht het aannemelijk dat de opbrengt door drieën is gedeeld. De conclusie is dat veroordeelde
€ 231,-aan wederrechtelijk verkregen voordeel heeft verkregen.
[Adres] op [Datum] (relaas nummer 4, het bewezenverklaarde feit onder 2 van parketnummer 05/219007-19)zijn een Stiga zitgrasmaaier, een Stihl bladblazer, een HBM plasmasnijder een HBM tig lasapparaat, een kettingzaag, een Michelin compressor en een fles lasgas gestolen. De Michelin compressor is bij veroordeelde aangetroffen en inbeslaggenomen. De HBM plasmasnijder, het HBM tig lasapparaat, de kettingzaag, en de fles lasgas zijn meegenomen in de berekening van de toegewezen materiële schade van de benadeelde partij. Deze goederen worden door de rechtbank daarom niet meegenomen in de voordeelsberekening. De Stiga zitgrasmaaier ter waarde van € 3.500,- en de Stihl bladblazer ter waarde van € 192,31 zijn vergoed door de verzekeraar aan aangever en niet meegenomen in de berekening van de materiële schade van de benadeelde partij. De rechtbank zal het behaalde voordeel voor deze goederen daarom wel meenemen in de berekening en uitgaan van de bedragen zoals vergoed door de verzekering. De opbrengst van deze goederen is na verkoop dus € 3.692,31 geweest. De rechtbank rekent - gelijk hiervoor - als marge voor de stelers 36%. Het voordeel uit de buit komt daarmee uit op € 1.329,23. Uit het dossier komt naar voren dat veroordeelde de inbraak samen met een ander heeft gepleegd. Het is aannemelijk dat hij de opbrengst met zijn mededader heeft gedeeld. De conclusie is dat veroordeelde
€ 664,62aan wederrechtelijk verkregen voordeel heeft verkregen.
[Adres] op [Datum] (relaas nummer 17, het bewezenverklaarde feit onder 1 van parketnummer 05/090304-20)zijn een bosmaaier van het merk Makita, een laadstation voor de Makita bosmaaier en een laadstation met 6 portofoons van het merk Baofeng gestolen. Deze goederen zijn meegenomen in de berekening van de toegewezen materiële schade van de benadeelde partij en zullen om die reden niet worden meegenomen in de voordeelsberekening.
[Adres] op [Datum] (relaas nummer 5, het bewezenverklaarde feit onder 2 van parketnummer 05/090304-20)is een kettingzaag van het merk Husqvarna gestolen ter waarde van een onbekend gebleven bedrag. De Husqvarna kettingzaag, type 340, is aangetroffen bij een afnemer van medeveroordeelde [Medeveroordeelde 1] en geretourneerd aan aangever. De rechtbank schat het bedrag van de kettingzaag op € 150,-. De rechtbank rekent - gelijk hiervoor - als marge voor de stelers 36%. De opbrengst van deze inbraak is na verkoop van de buit dus € 54,- geweest. De inbraak is gepleegd door drie daders. De rechtbank acht het aannemelijk dat de opbrengt door drieën is gedeeld. De conclusie is dat veroordeelde
€ 18,-aan wederrechtelijk verkregen voordeel heeft verkregen.
[Adres] (relaas nummer 12, het bewezenverklaarde feit onder 4 van parketnummer 05/090304-20)is een hoeveelheid geld gestolen. Het bedrag is onbekend gebleven. De rechtbank zal daarom geen verkregen voordeel vaststellen uit het bewezenverklaarde feit.
[Adres] op [Datum](
relaas nummer 14, het bewezenverklaarde feit onder 5 van parketnummer 05/090304-20)is een grasmaaier van het merk Husqvarna Rider, een bladblazer van het merk Husqvarna, een kettingzaag van het merk Stihl en een bosmaaier van het merk Stihl gestolen. De politie heeft de waarde van de goederen geschat op € 9.568,-. Er is geen verweer gevoerd op dit bedrag en het bedrag doet de rechtbank ook niet onredelijk voor. De rechtbank rekent - gelijk hiervoor - als marge voor de stelers 36%. Het voordeel uit de buit komt daarmee uit op € 3.444,48. De conclusie is dat veroordeelde
€ 3.444,48aan wederrechtelijk verkregen voordeel heeft verkregen.
€ 4.358,10(€ 231,- + € 664,62 + € 18,- + € 3.444,48).
€ 4.358,10en de rechtbank zal hem veroordelen tot betaling van dit bedrag aan de Staat.
4.De toegepaste wettelijke bepalingen
5.De beslissing
€ 4.358,10;