In deze zaak heeft Nouta Westland Gerechtsdeurwaarderskantoor B.V. (hierna: Nouta) een vordering ingesteld tegen de gezamenlijke gedaagden, die in gebreke zijn gebleven bij het voldoen van hun betalingsverplichtingen. Nouta vordert een bedrag van € 3.347,60, bestaande uit een hoofdsom, contractuele rente en buitengerechtelijke incassokosten. De kantonrechter heeft vastgesteld dat Nouta werkzaamheden heeft verricht in opdracht van de gezamenlijke gedaagden, maar dat er onduidelijkheid bestaat over de overeengekomen prijs voor deze werkzaamheden. Om deze reden heeft de kantonrechter Nouta bevolen om de onderliggende overeenkomst(en) en overige relevante stukken in het geding te brengen, zodat de rechter kan beoordelen of de gedaagden toerekenbaar tekort zijn geschoten in hun verplichtingen.
Daarnaast heeft Nouta gesteld dat de gezamenlijke gedaagden via een online portaal de voortgang van het incassotraject kunnen volgen en instructies kunnen geven. Dit wordt door de gedaagden betwist. Ook hier heeft de kantonrechter Nouta opgedragen om bewijsstukken te overleggen waaruit blijkt dat de gedaagden toegang hadden tot dit portaal voor elk incassotraject. De kantonrechter heeft iedere beslissing aangehouden en de zaak verwezen naar de rolzitting van vier weken na de datum van het vonnis, zodat Nouta de gevraagde stukken kan indienen.