In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van eiseres tegen het besluit van het college van burgemeester en wethouders van Rheden om gemotoriseerd verkeer te weren op de Schaarweg ter hoogte van de spoorwegovergang. Dit besluit, genomen op 13 juli 2020, is gebaseerd op het rapport 'Verkenning spoorwegovergangen Rheden' van Witteveen+Bos. De rechtbank heeft vastgesteld dat het onderzoek dat aan dit rapport ten grondslag ligt, deugdelijk is uitgevoerd. De rechtbank concludeert dat de nadelige gevolgen van het besluit voor eiseres niet onevenredig zijn in verhouding tot de doelen die met het besluit worden nagestreefd, namelijk het verbeteren van de verkeersveiligheid.
De rechtbank heeft het beroep op 20 december 2022 behandeld en na een onderzoek ter plaatse op 4 april 2022, waarbij partijen aanwezig waren, is het onderzoek gesloten. De rechtbank heeft de beroepsgronden van eiseres besproken, waaronder de vraag of het verkeersonderzoek representatief was en of de nadelige gevolgen van het besluit onevenredig zijn. Eiseres betoogde dat de afsluiting van de Schaarweg leidt tot een onveilige situatie voor vrachtwagens die achteruit moeten rijden, maar de rechtbank oordeelt dat het college voldoende heeft gemotiveerd dat de verkeersveiligheid met het besluit is gediend.
De rechtbank verklaart het beroep ongegrond, wat betekent dat het verkeersbesluit in stand blijft. Eiseres krijgt geen vergoeding van griffierecht of proceskosten. De uitspraak is openbaar gedaan en partijen zijn op de hoogte gesteld van hun recht om in hoger beroep te gaan.