2.Overwegingen ten aanzien van het bewijs
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan de ten laste gelegde feiten.
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft bepleit dat verdachte van beide feiten dient te worden vrijgesproken vanwege het ontbreken van voldoende wettig en overtuigend bewijs. Volgens de raadsman kunnen vraagtekens worden geplaatst bij de betrouwbaarheid van de aangiftes van [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] vanwege het tijdsverloop en omdat ze mogelijk op de hoogte waren van elkaars beschuldigingen. Voor zover de rechtbank van oordeel is dat de aangiftes voldoende betrouwbaar zijn, geldt dat er in beide zaken onvoldoende steunbewijs voorhanden is om te komen tot een bewezenverklaring. Daarbij geldt in de zaak van [slachtoffer 2] dat de verklaring van [slachtoffer 1] niet als schakelbewijs kan worden gebruikt, omdat de verklaring van [slachtoffer 1] de essentie van de tenlastegelegde feiten bij [slachtoffer 2] niet ondersteunt.
Beoordeling door de rechtbank
Uitgangspunt
Ten laste is gelegd dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan twee zedendelicten. Zedenzaken kenmerken zich doorgaans door het feit dat er slechts twee personen aanwezig waren bij de ten laste gelegde seksuele handelingen: het vermeende slachtoffer en de vermeende dader. Ook in deze zaak is dat aan de orde. Bij een ontkennende verdachte brengt dit in veel gevallen met zich dat slechts de verklaringen van het (vermeende) slachtoffer als wettig bewijsmiddel voorhanden zijn. Op grond van het bepaalde in artikel 342, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering (Sv) is de enkele verklaring van één getuige (in deze zaak de slachtoffers) in beginsel onvoldoende om tot een bewezenverklaring te kunnen komen. Daar staat tegenover dat, met name in zedenzaken, een geringe mate aan steunbewijs in combinatie met de verklaringen van het slachtoffer voldoende wettig bewijs kan opleveren. Voor een bewezenverklaring is daarnaast vereist dat de rechtbank uit de wettige bewijsmiddelen onverminderd de overtuiging heeft gekregen dat de verdachte de hem verweten feiten heeft begaan.
parketnummer 05.186136-21
Aangeefster [slachtoffer 1] is geboren op [geboortedatum 2] .Zij is, onder meer, [in de periode 1] in Dieren onder behandeling geweest bij een praktijk voor fysiotherapie. Zij was toen 15-16 jaar oud en werd behandeld voor rugklachten. [slachtoffer 1] heeft in die periode 52 behandelingen gehad, één van een kinderfysiotherapeut ter diagnosestelling en de overige van verdachte.Verdachte was werkzaam als fysiotherapeut en was in de periode dat hij [slachtoffer 1] behandelde ongeveer 30 jaar oud.
[slachtoffer 1] heeft verklaard dat de behandeling door verdachte na verloop van tijd ongepast werd en dat de grens steeds verder werd opgezocht. Het bovenstukje van haar billen werd in de behandeling altijd meegenomen, waarbij haar broek halverwege haar billen zat. In de loop der tijd werd er echter (steeds) meer gemasseerd zonder dat voor [slachtoffer 1] duidelijk was waarom. Eerst was het haar rug, vervolgens haar benen, liezen en billen. In oktober 2017 heeft verdachte haar volledige billen meegenomen, omdat hij aangaf dat dit moest. [slachtoffer 1] lag op haar buik op de behandeltafel en verdachte schoof haar broek naar beneden. De eerste keer was het helemaal over haar billen heen en zat hij op haar huid. [slachtoffer 1] bleef rustig liggen en zei toen niets. In december 2017 was de ergste keer. De keer daarvoor zei verdachte dat hij de binnenkant van haar bovenbenen mee moest nemen en dat haar broek dan uit moest. De daarop volgende keer nam hij de binnenkant van haar bovenbenen mee. [slachtoffer 1] lag toen ook op haar buik. Hij wreef in eerste instantie langs haar clitoris. Verdachte zei niet zoveel. Toen verdachte met zijn vingers langs haar clitoris ging, verstijfde ze. [slachtoffer 1] heeft toen niks gezegd. Dat ging zo door. Er was heel veel massageolie. Hij wreef over haar bovenbenen, haar rug en daarna ging hij met twee vingers naar binnen in haar vagina. Hij ging door totdat ze klaarkwam. Toen is hij gestopt. De behandeling was afgesloten en [slachtoffer 1] ging naar huis. Ze heeft hem diezelfde avond een berichtje gestuurd via Messenger. In dat berichtje gaf [slachtoffer 1] aan dat ze vond dat wat hij had gedaan, niet kon en dat ze wilde dat het contact tussen hen beiden professioneel bleef. Daarop gaf verdachte aan dat ze te jong was, dat hij vond dat ze een leuk karakter had en dat hij haar aantrekkelijk vond. Tijdens de vervolgbehandelingen was [slachtoffer 1] oplettend of het weer zou gebeuren. Zij moest verdachte namelijk waarschuwen als hij over haar grenzen ging. Zij heeft dit meerdere malen tijdens de behandeling aangegeven en eenmaal achteraf via een bericht. Verdachte gaf ook behandelingen aan haar stiefvader. [slachtoffer 1] had het die tijd niet fijn thuis. Ze had een slechte relatie met haar stiefvader. Ze kon daar met verdachte over praten. Ze had een vertrouwensband met hem omdat ze thuis in een rotsituatie zat. Daar sprak ze dan met hem over.
De rechtbank ziet zich in de eerste plaats voor de vraag gesteld of de verklaringen van aangeefster [slachtoffer 1] als betrouwbaar kunnen worden aangemerkt en voor het bewijs kunnen worden gebezigd.
De rechtbank overweegt het volgende. [slachtoffer 1] heeft op drie momenten een verklaring afgelegd over door verdachte gepleegde seksuele handelingen. Op 11 maart 2021 heeft bij de politie een informatief gesprek zeden plaatsgevonden, op 7 april 2021 heeft [slachtoffer 1] aangifte gedaan en op 7 maart 2023 is zij verhoord door de rechter-commissaris. Al deze verklaringen zijn gedetailleerd en bovendien zijn de verklaringen (ook onderling) consistent. [slachtoffer 1] heeft telkens op een consequente wijze benoemd zowel op welke momenten het misbruik plaatsvond, als om welke seksuele handelingen het precies ging en onder welke omstandigheden dat gebeurde. De verklaringen zijn bovendien authentiek. Zo heeft [slachtoffer 1] bij haar beschuldigingen aan het adres van verdachte ook zichzelf kwetsbaar opgesteld door haar onvermogen te benoemen om op bepaalde momenten haar grenzen aan te geven en door te benoemen dat zij zich schaamt voor wat er is gebeurd. Die kwetsbaarheid blijkt ook uit haar verklaring dat zij is klaargekomen toen verdachte haar vingerde en dat het contact met verdachte goed was omdat ze een vertrouwensband hadden opgebouwd. De verklaringen geven een worsteling van verschillende gevoelens en gedachten weer, die bijdraagt aan de authenticiteit.
De rechtbank ziet in het dossier geen enkele aanleiding te vermoeden dat de (als gezegd ook voor haarzelf kwetsbare) verklaringen van [slachtoffer 1] verzonnen zouden zijn. De suggesties van verdachte dat [slachtoffer 1] mogelijk verliefd was of op geld uit is en de suggestie dat [slachtoffer 1] en de aangeefster in de andere zaak, [slachtoffer 2] , waarover hierna meer, met elkaar hebben gesproken en hun verklaringen op elkaar hebben afgestemd, passeert de rechtbank. Geen van deze suggesties is op enige wijze aannemelijk geworden. Het dossier bevat geen enkel aanknopingspunt voor de stelling dat beide aangeefsters elkaar kennen. Dat liefde (in 2017) of geld een drijfveer zouden zijn geweest voor [slachtoffer 1] om in 2021 aangifte te doen, lijkt ook allerminst aannemelijk. Het doen van een aangifte is indringend en confronterend. Het bevordert een eventuele liefde doorgaans niet en is vanwege alles wat het met zich mee brengt een allerminst voor de hand liggende wijze om inkomsten te genereren. Evenmin zijn er aanwijzingen dat sprake zou zijn van wraak na een (in 2017) onbeantwoorde liefde.
De rechtbank acht de verklaringen van [slachtoffer 1] gelet op het voorgaande betrouwbaar en neemt deze als uitgangspunt bij de beoordeling.
De volgende vraag die de rechtbank dient te beantwoorden, gelet op de ontkennende verklaring van verdachte, is of de verklaringen van [slachtoffer 1] voldoende steun vinden in ander materiaal. Volgens de Hoge Raad is daarbij niet vereist dat de handelingen op zichzelf of de betrokkenheid van verdachte daarbij steun vindt in ander bewijsmateriaal, maar kan het op bepaalde punten bevestigd zien van de verklaring van [slachtoffer 1] in andere bewijsmiddelen, mits afkomstig van een andere bron, eveneens afdoende zijn. Er mag echter geen te ver verwijderd verband bestaan tussen de aangifte en het overige bewijsmateriaal.
In een proces-verbaal van bevindingen met bijlagen, zijnde berichten van Facebook Messenger, is onder meer het volgende gerelateerd:
“
Op vrijdag 23 april 2021 werd het chatgesprek in Messenger tussen de aangeefster en de verdachte veiliggesteld.
Start chatgesprek : 6 oktober 2017, te 21:08 uur.
Einde chatgesprek : 25 augustus 2020, te 20:12 uur.
Aantal pagina’s : 60.”
In de hiervoor genoemde chatgesprekken staan, voor zover hier relevant, de volgende conversaties tussen verdachte (hierna: [verdachte] ) en aangeefster [slachtoffer 1] (hierna: [slachtoffer 1] ):
6 okt. 2017, 21:09 uur, [verdachte] :
6 okt. 2017, 21:09 uur, [slachtoffer 1] :
Moe zijn. ik had therapie vanmorgen en dat was nogal zwaar.
6 okt. 2017, 21:09 uur, [slachtoffer 1] :
En wat ben jij aan het doen?
6 okt. 2017, 21:10 uur, [verdachte] :
Lig zielig alleen in bed. Dus ook moe.
6 okt. 2017, 21:11 uur, [slachtoffer 1] :
6 okt. 2017, 21:11 uur, [verdachte] :
21 mei 2018, 23:15 uur, [verdachte] :
Nog meer lichamelijke problemen?
21 mei 2018, 23:16 uur, [slachtoffer 1] :
Nee hoor alleen mentale stress.
(…)
21 mei 2018, 23:16 uur, [verdachte] :
Miss moet je iets doen wat je ontspanning geeft.
21 mei 2018, 23:16 uur, [slachtoffer 1] :
Turnen dus.
21 mei 2018, 23:17 uur, [verdachte] :
Uhmzz.
21 mei 2018, 23:17 uur, [verdachte] :
Iets anders.
(…)
21 mei 2018, 23:17 uur, [slachtoffer 1] :
Okeee mn paard knuffelen.
21 mei 2018, 23:17 uur, [verdachte] :
Knuffelen mag.
(…)
21 mei 2018, 23:21 uur, [verdachte] :
Is nu toch niks meer op tv en wat zou je anders willen doen.
21 mei 2018, 23:21 uur, [slachtoffer 1] :
Netflixxxx.
(…)
21 mei 2018, 23:22 uur, [verdachte] :
Als het maar bij tekenfilms blijft.
(…)
21 mei 2018, 23:28 uur, [slachtoffer 1] :
Zekers niettt.
21 mei 2018, 23:28 uur, [slachtoffer 1] :
Slaaplekker.
21 mei 2018, 23:28 uur, [verdachte] :
Wat zekers niet?!? Weltrustren of tekenfilms?
21 mei 2018, 23:28 uur, [slachtoffer 1] :
Tekenfilms.
21 mei 2018, 23:29 uur, [verdachte] :
Moet wel je bent nog niet volwassen.
21 mei 2018, 23:29 uur, [slachtoffer 1] :
Maakt niet uit.
21 mei 2018, 23:29 uur, [verdachte] :
Wat kijk je dan?
21 mei 2018, 23:31 uur, [verdachte] :
Toch geen 18+. Want dan moet ik het aan [betrokkene 2] vertellen.
21 mei 2018, 23:31 uur, [slachtoffer 1] :
Gossip girl.
21 sep. 2018, 22:40 uur, [verdachte] :
21 sep. 2018, 22:40 uur, [verdachte] :
Ah sorry was niet de bedoeling.
21 sep. 2018, 22:40 uur, [slachtoffer 1] :
21 sep. 2018, 22:40 uur, [slachtoffer 1] :
21 sep. 2018, 22:41 uur, [verdachte] :
Denk dat je toch niet weet wat er op de foto staat.
(…)
21 sep. 2018, 22:42 uur, [slachtoffer 1] :
21 sep. 2018, 22:42 uur, [verdachte] :
Weet ik niet. Is niks bijzonders.
21 sep. 2018, 22:42 uur, [slachtoffer 1] :
21 sep. 2018, 22:43 uur, [verdachte] :
21 sep. 2018, 22:43 uur, [slachtoffer 1] :
21 sep. 2018, 22:44 uur, [verdachte] :
Kan je wel hints geven.
21 sep. 2018, 22:44 uur, [slachtoffer 1] :
21 sep. 2018, 22:44 uur, [slachtoffer 1] :
[verdachte] gedraag je ik ben nog steeds minderjarig.
De rechtbank constateert dat verdachte, destijds ongeveer 30 jaar oud, op meerdere momenten en op tijdstippen laat op de dag berichten naar een destijds 15/16 jarige patiënte heeft gestuurd. In de berichten gaat het over zielig en alleen in bed liggen, 18+ films kijken en is een dickpick gestuurd. De berichten zijn gelet op de (seksueel) prikkelende inhoud absoluut niet passend in de relatie tussen een fysiotherapeut en zijn patiënte, die bovendien slechts 15/16 jaar was.
In de chatgesprekken staat ook nog het volgende:
6 okt. 2017, 21:18 uur, [verdachte] :
trouwens…je benen doen we bijna nooit!!
6 okt. 2017, 21:19 uur, [slachtoffer 1] :
Dat klopt maar ik kom ook niet voor me benen officieel gezien.
6 okt. 2017, 21:19 uur, [verdachte] :
Klopt. Maar ik doe wat nodig is in combinatie met wat jij wil.
6 okt. 2017, 21:20 uur, [verdachte] :
Dus je benen hoeven niet meer???
6 okt. 2017, 21:21 uur, [slachtoffer 1] :
Niet per se.
6 okt. 2017, 21:21 uur, [slachtoffer 1] :
Waarom zo gericht op mn benen?
6 okt 2017, 21:22 uur, [verdachte] :
Omdat dit nu een keer wat anders is dan normaal en vroeg me af of je het prettig vindt en een meerwaarde.
20 dec. 2017, 19:27 uur, [slachtoffer 1] :
Hey [verdachte] . Je bent prima kerel, maar je bent wel mn Fysio en ik ben al best lang bij jou en het word steeds minder professioneel. Vandaag ging te ver niet dat ik er niet van kon genieten, maar ik ben nog steeds 16 en dan is dit in zekere zin ongepast. Ik hoop dat jij dit ook snapt en dan hoeft er verder ook geen probleem van gemaakt te worden ofzo dat ik naar een andere Fysio moet, maar het gaat wel te ver…
20 dec. 2017, 20:13 uur, [verdachte] :
Je hebt gelijk en laten we het vanaf nu weer professioneel aanpakken.
20 dec. 2017, 20;13 uur, [slachtoffer 1] :
Wat gaf je eigenlijk de drang om zo ver te gaan?
21 dec. 2017, 07:16 uur, [verdachte] :
Zullen wij donderdag dit ff fysiek uitpraten. Ben namelijk ook nieuwsgierig naar een aantal dingen. Wil dit toch liever niet via deze weg omdat er nogal snel verkeerd geïnterpreteerd kan worden.
(…)
21 dec. 2017, 07:36 uur, [verdachte] :
Wel goed om te horen dat je het lekker vond. Maar vindt wel dat je gelijk hebt. Je bent te jong!
21 dec. 2017, 07:37 uur, [slachtoffer 1] :
21 dec. 2017, 07:38 uur, [verdachte] :
Dan zijn we het daar over eens. Wil graag nog wel toelichting geven waarom het is gebeurt en ben ook benieuwd waarom jij het toegelaten hebt.
21 dec. 2017, 07:39 uur, [verdachte] :
Wat mij betreft sluiten we het daarna af.
(…)
21 dec 2017, 08:32 uur, [verdachte] :
Wat wil je van mij weten of wat wil je er zelf nog over zeggen?
21 dec. 2017, 09:04 uur, [slachtoffer 1] :
21 dec 2017, 09:32 uur, [verdachte] :
21 dec. 2017, 09:33 uur, [verdachte] :
Je hebt een leuk karakter, kan lekker met je praten en ouwehoeren en ziet er goed uit. Dat is eigenlijk de reden.
21 dec. 2017, 09:34 uur, [verdachte] :
Waarom heb jij het toegelaten? En zelfs zo dat jij er van kon genieten?
21 dec. 2017, 10:06 uur, [slachtoffer 1] :
Ergens raar omdat ik niet denk van goh laat ik een volwassene op z’n vingers tikken en zeggen dit kan niet (ik ben niet zo goed in nee zeggen word al eel beter maar ja) en genieten is en beetje dubbel want gaat wel door me heen van dit kan niet maar ja.
21 dec. 2017, 11:37 uur, [verdachte] :
Goed dat je het nu aangeeft. We kennen elkaar lang genoeg, dus laten we bij deze afspreken dat we alles open en eerlijk tegen elkaar zeggen!
14 jun. 2018, 01:19 uur, [slachtoffer 1] :
Nogmaals [verdachte] hou t professioneel, dus geen dwaalende handen.
25 aug. 2020, 19:26 uur, [verdachte] :
Maar toch was ik de leukste fysio toch
25 aug 2020, 19:27 uur, [slachtoffer 1] :
Nouu…weet niet hoe zon goeie ervaring het nu eigenlijk was voor een meisje van, hoe oud was ik, 15?
(…)
25 aug. 2020, 19:28 uur, [verdachte] :
Kijk je er nu nog steeds zo op terug?
(…)
25 aug 2020, 19:29 uur, [verdachte] :
Ik denk dat ik er toen milder naar keek dan nu ja.
(…)
25 aug. 2020, 19:36 uur, [verdachte] :
Maar om het andere onderwerp af te ronden. Twijfel je over de situatie omdat je 15/16 was of zou je nu ook afkeurend hebben gereageerd?
25 aug. 2020, 19:36 uur, [slachtoffer 1] :
Had je me nu hetzelfde behandeld als dat je toen hebt gedaan? Had je het dan ook geprobeerd/gedaan?
25 aug. 2020, 19:37 uur, [verdachte] :
Geen idee. Licht aan de situatie.
25 aug. 2020, 19:38 uur, [slachtoffer 1] :
En wat zou de situatie zijn dat je het wel zou doen?
25 aug. 2020, 19:38 uur, [slachtoffer 1] :
Want was precies de reden dat je het deed?
25 aug. 2020, 19:38 uur, [verdachte] :
Als het initiatief van jou kant zou komen.
25 aug. 2020, 19:39 uur, [slachtoffer 1] :
25 aug. 2020, 19:39 uur, [verdachte] :
Vond en vindt je aantrekkelijk.
25 aug. 2020, 19:39 uur, [verdachte] :
Dan zou ik terug flirten maar nog niks doen.
25 aug. 2020, 19:40 uur, [verdachte] :
Tenminste wat versta jij onder flirten?
25 aug. 2020, 19:40 uur, [slachtoffer 1] :
Opmerkingen, blikken aanrakingen niet per se seksueel.
25 aug. 2020, 19:40 uur, [verdachte] :
Dan zou ik dat ook doen.
25 aug. 2020, 19:41 uur, [slachtoffer 1] :
Wat.. hoe kwam het in je op om zo ver te gaan bij een 15/16 jarige meisje
25 aug. 2020, 19:41 uur, [slachtoffer 1] :
Wat deed ik dat jou uitnodigde.
25 aug 2020, 19:43 uur, [verdachte] :
Jij zelf niks bijzonders behalve het ook aan mij zitten om me schoot komen zitten of opmerkingen maken. Echter zou dat nu voor mij geen reden zijn om verder te gaan.
25 aug. 2020, 19:44 uur, [verdachte] :
Dus jij hebt in mijn ogen niks fout gedaan.
25 aug. 2020, 19:44 uur, [verdachte] :
Zou je nu met mij flirten als ik je zou behandelen?
25 aug. 2020, 19:50 uur, [slachtoffer 1] :
Nee.
25 aug. 2020, 19:51 uur, [slachtoffer 1] :
En ik weet ook niet of je het van mijn kant als flirten mocht zien.
25 aug. 2020, 20:05 uur, [slachtoffer 1] :
Ik was zo’n jong meisje dat je er niet eens op in had mogen gaan. Jij was de volwassene van ons. Ik kon het niet opbrengen er iets van te zeggen, omdat jij de volwassene van ons was.
25 aug. 2020, 20:09 uur, [verdachte] :
Denk dat jij gelijk hebt en ondanks dat ik het al eerder heb gezegd, excuus. Ook al is er in mijn ogen niet zo heel veel gebeurd.
De rechtbank stelt aan de hand van de hierboven weergegeven berichten vast dat verdachte en [slachtoffer 1] in oktober 2017 spreken over een behandeling aan de benen die normaal niet wordt gegeven en waarbij verdachte vraagt of [slachtoffer 1] het prettig vond. Dat [slachtoffer 1] vervolgens in december 2017 aangeeft dat verdachte te ver is gegaan omdat ze nog maar 16 is, waarop verdachte als reden, onder meer, geeft dat [slachtoffer 1] er goed uit ziet en hij vervolgens vraagt waarom [slachtoffer 1] het toeliet en er zelfs van kon genieten. Dat [slachtoffer 1] verdachte in juni 2018 aanspreekt op dwalende handen. En dat verdachte en [slachtoffer 1] ten slotte in 2020 - jaren na de beëindiging van de behandelrelatie - spreken over een eerdere gebeurtenis toen [slachtoffer 1] 15/16 jaar was waarbij [slachtoffer 1] aangeeft dat verdachte te ver is gegaan. Verdachte geeft in reactie hierop, onder meer, aan dat hij haar aantrekkelijk vond en vindt, dat hij nu terug zou flirten, maar niets zou doen, dat het op zijn schoot zitten en het hem
ookaanraken hem uitnodigde, maar dat het nu voor hem geen reden zou zijn om verder te gaan.
Deze berichten matchen in tijd met de handelingen/gebeurtenissen die [slachtoffer 1] in haar verklaringen beschrijft en ondersteunen daarmee haar aangifte.
De rechtbank acht de verklaring van verdachte dat het contact tussen hem en [slachtoffer 1] enkel joviaal was en dat de berichten waarin gesproken wordt over “te ver gaan” gingen over een extra - en niet noodzakelijke - ontspanningsmassage ongeloofwaardig.
Het sturen van een dickpic en seksueel getinte, althans in ieder geval dubbelzinnige, berichten via Messenger naar een 15/16-jarig meisje, vaak laat op de avond, is niet als ‘joviaal’ te kenmerken, maar is evident grensoverschrijdend gedrag. Verdachte was de fysiotherapeut van [slachtoffer 1] en zij was als patiënt aan zijn zorg was toevertrouwd. De inhoud van de hiervoor weergegeven reacties en antwoorden van verdachte via Messenger past daarbij niet bij de uitleg die hij ter terechtzitting daaraan heeft gegeven, maar juist wel bij de verklaringen van [slachtoffer 1] . De rechtbank wijst bijvoorbeeld op het feit dat verdachte geen aannemelijk antwoord heeft kunnen geven op de vraag voor welke normale behandeling bij een fysiotherapeut iemand te jong kan zijn. Verder wijst de rechtbank op de opmerkingen van verdachte dat het goed is om te horen dat [slachtoffer 1] het lekker vond en dat hij zich afvraagt waarom ze het heeft toegelaten, zelfs zo dat zij ervan kon genieten. Dit zijn geen opmerkingen die passen bij een fysiotherapeut die bij zijn patiënt informeert hoe de behandeling is gegaan of ervaren. Ten slotte heeft verdachte verklaard dat de gesprekken vooral over hun gezamenlijke interesse, fysiotherapie en het lichaam in het algemeen, gingen, maar ook dat is niet of nauwelijks uit de Messenger-berichten af te leiden.
Alles overziend is de rechtbank dan ook van oordeel dat de verklaringen van [slachtoffer 1] in voldoende mate worden ondersteund door de Facebook Messenger berichten. De rechtbank zal dan ook uitgaan van de juistheid van de door [slachtoffer 1] geschetste gebeurtenissen.
Met inachtneming van het voorgaande acht de rechtbank bewezen en heeft zij de overtuiging bekomen dat verdachte op meerdere momenten in de tenlastegelegde periode zijn vingers in de vagina en tussen en over de schaamlippen van [slachtoffer 1] heeft gebracht, dat hij haar billen en liezen heeft betast/gemasseerd en haar schaamstreek/slip heeft betast. Dit zijn handelingen die naar hun aard een seksuele strekking hebben. Die onmiskenbare seksuele strekking maakt dat deze handelingen, gepleegd door een in de gezondheidszorg werkzame fysiotherapeut met een aan zijn zorg toevertrouwde patiënte, in strijd zijn met de sociaal-ethische norm en daardoor ontuchtig zijn.
De slotsom is dat verdachte het ten laste gelegde feit heeft begaan op de wijze zoals in de bewezenverklaring is vermeld.
parketnummer 05.334134-21
Aangeefster [slachtoffer 2] is geboren op [geboortedatum 3] . Zij heeft [in de periode 2] (de exacte datum is door een arcering onleesbaar) bij een [fysiotherapiepraktijk] in totaal zeven behandelingen gehad.Verdachte was de behandelend fysiotherapeut van [slachtoffer 2] . Zij werd behandeld voor haar enkel.
[slachtoffer 2] heeft verklaard dat zij in 2016 of 2017 met verdachte dingen heeft meegemaakt. De eerste keer lag [slachtoffer 2] op haar rug en keek naar het plafond. Zij lag op de tafel en hij deed de bandjes van haar beha opzij. Hij ging net iets onder haar sleutelbeen aan de bovenkant van haar borsten. Zij zei dat hij omhoog moest met zijn handen. Hij zei toen sorry. Verdachte zei toen tegen haar dat zij hem aan het uitdagen was en ondeugende ogen had. Verdachte ging toen langzaam met zijn hand naar beneden en kuste haar. [slachtoffer 2] heeft verdachte direct van haar afgeduwd en is boos geworden. Zij gaf aan nu schreeuwen, of ik ga het aan je collega’s vertellen of je geeft mij gratis behandelingen of ik ga aangifte doen. Verdachte zei toen dat hij haar wel gratis behandelingen zou geven. Dat heeft hij ook gedaan en die zijn niet bij de praktijk geregistreerd. Een volgende keer vertelde [slachtoffer 2] aan verdachte dat ze liefdesverdriet had en emotioneel was. Hij behandelde haar enkel en zei dat hij haar ook wel kon masseren om zo een beetje van de stress af te komen. Hij masseerde toen ook haar sleutelbeen en ging daarbij te ver over de bovenkant van haar borsten. [slachtoffer 2] moest de bh-bandjes naar beneden doen. Hij ging toen al te ver over haar borst aan de linkerzijde. Ze vroeg aan hem een handdoek eroverheen te leggen. Daar praatte hij gewoon overheen. Er was verder niemand in de praktijk en [slachtoffer 2] was de laatste patiënt. Zij hoorde dat verdachte de deur van de behandelkamer op slot deed. [slachtoffer 2] lag op haar buik. Hij masseerde de achterzijde van haar bovenbenen. Zij voelde het aan de binnenkant van haar bovenbenen onder de billen, bij haar kruis ongeveer, dicht bij haar vagina. [slachtoffer 2] zei iets van ‘doe niet’ of ‘wat ben je aan het doen’. Verdachte zei ‘doe nu relaxt, er gebeurt niets, ontspan’. [slachtoffer 2] dacht aan haar ex en blokkeerde helemaal. Ze wist niet wat ze moest doen. Verdachte masseerde haar billen en ging met zijn handen onder haar string door. Haar bh was al los. Hij deed toen haar string uit. Hij ging helemaal in haar vagina. [slachtoffer 2] wist echt niet wat te doen. Ze wilde ook niet dat het nog verder uit de hand zou lopen. Verdachte draaide haar om. [slachtoffer 2] zei iets van dat ze weg wilde en dat het klaar was. Verdachte zei dat hij nog niet klaar was met masseren. Hij deed zijn broek naar beneden en toen lag hij op haar. Hij zoende haar overal. Hij had gelijk seks met haar. Hij stak zijn piemel in haar vagina en kwam in haar klaar. [slachtoffer 2] deed toen niets. Ze lag gewoon stil. Daarna stond hij op en kleedde hij zich meteen aan. [slachtoffer 2] voelde zich helemaal vies en niets waard. Verdachte zei toen ‘dit mag eigenlijk helemaal niet.’ Hij deed alsof [slachtoffer 2] er ook van genoten had. Ze was in shock en snapte zijn reactie niet. Ze was helemaal in de war. Hij zei ook dat ze het niet mocht zeggen, want dan zou hij in de problemen komen. [slachtoffer 2] is toen naar huis gelopen. Verdachte gaf haar ook complimenten over haar lichaam, dat ze er mooi uitzag, en hij vroeg haar of zij hem zou aanspreken als ze hem in de stad zag.
Ook hier ziet de rechtbank zich in de eerste plaats voor de vraag gesteld of de verklaringen van aangeefster [slachtoffer 2] als betrouwbaar kunnen worden aangemerkt en voor het bewijs kunnen worden gebezigd.
De rechtbank overweegt het volgende. [slachtoffer 2] heeft op twee momenten een verklaring afgelegd over de door verdachte gepleegde seksuele handelingen. Op 7 augustus 2021 heeft zij aangifte gedaan en op 13 maart 2023 is zij verhoord door de rechter-commissaris. Beide verklaringen zijn (ook onderling) consistent en gedetailleerd, ondanks het feit dat er ruim anderhalf jaar zit tussen beide verklaringen. [slachtoffer 2] heeft telkens op een consequente wijze benoemd om welke seksuele handelingen het precies ging en onder welke omstandigheden dat gebeurde. De verklaringen zijn ook authentiek. Zo heeft [slachtoffer 2] duidelijk kunnen uitleggen waarom zij uiteindelijk aangifte heeft gedaan tegen verdachte. Zij geeft hierover aan dat zij aanvankelijk niet zozeer de behoefte had om aangifte te doen. Zij had de gebeurtenissen besproken met een psycholoog en had het hele gebeuren weggestopt. Vijf jaar later nam ze weer contact op met de [fysiotherapiepraktijk] omdat ze opnieuw wilde worden behandeld. Tijdens het gesprek aan de telefoon had ze vervolgens aangegeven dat ze niet door verdachte wilde worden behandeld. [slachtoffer 2] kreeg te horen dat verdachte daar niet meer werkte. [slachtoffer 2] vertelde toen dat ze vijf jaar geleden dingen met verdachte had meegemaakt. Ze kreeg te horen dat er een ander meisje was dat aangifte had gedaan tegen verdachte en of zij dan ook voor dat andere meisje met de politie wilde praten. Dat heeft ze gedaan, in eerste instantie om een verklaring af te leggen ter ondersteuning van de aangifte van dat andere meisje. Vervolgens besloot [slachtoffer 2] om toch ook zelf alsnog aangifte te doen. Ze vindt dat verdachte dit nooit meer mag doen en ook niet langer in een fysiopraktijk mag werken om te voorkomen dat het nogmaals gebeurt.
[eigenaresse] van de fysiotherapiepraktijk, heeft aangegeven dat [slachtoffer 2] aan de telefoon aangaf dat zij niet (meer) door verdachte behandeld wilde worden, waarna [slachtoffer 2] openhartig vertelde wat er eerder was gebeurd tijdens de behandelingen door verdachte. Vervolgens heeft [eigenaresse] verteld over het andere meisje, zonder een naam te noemen.
Door de verdediging is aangevoerd dat de aangifte van [slachtoffer 2] is verzonnen, omdat deze pas is gedaan nadat haar duidelijk werd dat een ander meisje aangifte had gedaan. Verdachte sluit niet uit dat beide aangeefsters met elkaar hebben gesproken, omdat ze allebei in dezelfde fysiopraktijk zijn behandeld of dat zij elkaar kennen van het turnen. Ook suggereert verdachte dat [slachtoffer 2] gefrustreerd was omdat zij geen contact meer hadden.
De rechtbank ziet geen aanknopingspunten voor dit scenario. Hiervóór is uiteengezet hoe de aangifte van [slachtoffer 2] tot stand is gekomen. Die uiteenzetting ontkracht reeds het motief dat verdachte haar toeschrijft. [slachtoffer 2] heeft, nadat zij opnieuw contact had opgenomen met de betreffende fysiopraktijk, uit zichzelf aangegeven dat er in het verleden wat was gebeurd tijdens de behandeling door verdachte. Eerst nadat [slachtoffer 2] had gehoord dat ook een ander meisje iets was overkomen met dezelfde fysiotherapeut, heeft [slachtoffer 2] besloten om met de politie te gaan praten en haar verhaal te doen. Er zijn geen aanwijzingen dat [slachtoffer 2] en [slachtoffer 1] elkaar kennen of contact hebben gehad alvorens [slachtoffer 2] met de politie heeft gesproken. Ook de verklaring van [eigenaresse] geeft daartoe geen aanleiding maar bevestigt juist de lezing van [slachtoffer 2] .Ten slotte is geen enkele reden gebleken waarom [slachtoffer 2] een valse aangifte tegen verdachte zou willen doen.
De rechtbank wijst verder op het feit dat [slachtoffer 2] tegen een vriend heeft verteld over het misbruik en de omstandigheden waaronder dit plaatsvond. Deze vriend, de heer [betrokkene 1] , heeft onder meer verklaard dat [slachtoffer 2] in behandeling was geweest bij een mannelijke fysiotherapeut en dat die aparte dingen met haar deed. Ze moest bij alle behandelingen haar broek uitdoen en kreeg totaal geen oefeningen. Hij zat haar alleen maar te observeren. Hij ging [slachtoffer 2] elke keer masseren en raakte haar dan aan op rare plaatsen. Het ging van kwaad tot erger en uiteindelijk had de fysiotherapeut seks met haar. [slachtoffer 2] had het [betrokkene 1] verteld toen ze samen in de auto zaten. Hij vond het een heftig verhaal. Ze vertelde dat nadat ze seks met die man had gehad niet meer in de praktijk was geweest. De man had nog wel via social media contact met haar gezocht.
De rechtbank stelt vast dat het verhaal dat [slachtoffer 2] tegen [betrokkene 1] heeft verteld past in de verklaringen die zij zelf heeft afgelegd over het gebeuren. De inhoud en de omstandigheden komen overeen.
De rechtbank ziet gelet op het voorgaande geen reden om aan de betrouwbaarheid van de verklaringen van [slachtoffer 2] te twijfelen en neemt deze als uitgangspunt bij de beoordeling.
De volgende vraag die de rechtbank dient te beantwoorden, gelet op de ontkennende verklaring van verdachte, is of de verklaringen van [slachtoffer 2] voldoende steun vinden in ander bewijsmateriaal.
De rechtbank overweegt het volgende.
[slachtoffer 2] heeft tijdens haar aangifte enkele screenshots van Messenger berichten aan de politie overhandigd. Deze zijn aan het proces-verbaal van aangifte gehecht. Uit deze screenshots blijkt dat verdachte [slachtoffer 2] op 13 mei 2017 als contact heeft toegevoegd en dat hij de volgende berichten aan haar heeft gestuurd:
13 mei 2017, 23:54 uur:
Ben je in Arnhem?
14 mei 2017. 01:18 uur:
Niet? Jammer.
14 mei 2017, 01:38 uur:
Slaap je al?
Ook blijkt daaruit dat verdachte op 14 mei 2017, om 01:19, heeft geprobeerd [slachtoffer 2] te bellen.
Schakelbewijs
De rechtbank overweegt dat uit de rechtspraak van de Hoge Raad volgt dat het gebruik van aan andere, soortgelijke feiten ten grondslag liggende bewijsmiddelen als steunbewijs (in de vorm van zogenaamd schakelbewijs) onder omstandigheden is toegelaten. Voor de bewezenverklaring van een feit wordt in dat geval mede redengevend geacht de - uit één of meer bewijsmiddelen blijkende – omstandigheid dat de verdachte bij één of meer andere strafbare feiten was betrokken. Daarbij moet het gaan om bewijsmateriaal ten aanzien van die andere feiten dat op essentiële punten belangrijke overeenkomsten of kenmerkende gelijkenissen vertoont met het bewijsmateriaal van het te bewijzen feit, zoals een herkenbaar en gelijksoortig patroon in de handelingen van de verdachte.
Verdachte was de behandelend fysiotherapeut van zowel [slachtoffer 1] als [slachtoffer 2] . In beide gevallen ging het om jonge meisjes. Beide aangeefsters verklaren dat verdachte op de hoogte was van de kwetsbare positie waarin zij op dat moment in hun leven verkeerden. Zo had [slachtoffer 1] een slechte relatie met haar stiefvader en had [slachtoffer 2] liefdesverdriet omdat haar ex-vriend was vreemdgegaan. Zij spraken hierover met verdachte. De rechtbank stelt vast dat verdachte zowel [slachtoffer 1] als [slachtoffer 2] op Facebook heeft toegevoegd aan zijn contacten en dat hij met hen op ongepaste, althans in ieder geval ongebruikelijke tijdstippen, contact heeft gezocht via Messenger. Verder geven beide aangeefsters aan dat verdachte zich als fysiotherapeut ten opzichte van beiden grensoverschrijdend heeft gedragen en dat hij de behandelrelatie ver heeft opgerekt, door opmerkingen en complimenten te maken over hun uiterlijk en door hen te masseren op delen van het lichaam die niet pasten bij de klachten die zij hadden. Ook heeft zowel [slachtoffer 1] als [slachtoffer 2] verdachte aangesproken op zijn gedrag, maar is hij daarna telkens toch weer doorgegaan met datzelfde gedrag. In beide gevallen heeft verdachte hen achteraf (mede)verantwoordelijkheid toegedicht door te suggereren dat zij er zelf van genoten hadden.
Naar het oordeel van de rechtbank vertonen de verklaringen van [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] aldus op essentiële punten belangrijke overeenkomsten en kenmerkende gelijkenissen, hetgeen duidt op een herkenbaar en gelijksoortig patroon in de handelingen van verdachte. Daarbij geldt dat niet vereist is dat de uitgevoerde seksuele handelingen volledige gelijkenis vertonen, het gaat om de door verdachte bij beide vrouwen gevolgde handelswijze. De rechtbank zal daarom de verklaringen van [slachtoffer 1] gebruiken als steunbewijs voor de aangifte van [slachtoffer 2] .
Met inachtneming van het voorgaande acht de rechtbank daarmee bewezen en heeft zij de overtuiging bekomen dat verdachte [slachtoffer 2] heeft gezoend, dat hij de borsten, billen en schaamstreek van [slachtoffer 2] heeft gemasseerd/betast en dat hij zijn vingers in haar vagina en tussen en over haar schaamlippen heeft gebracht en zijn penis in haar vagina heeft gebracht. Dit zijn handelingen die naar hun aard een seksuele strekking hebben. Die onmiskenbare seksuele strekking maakt dat deze handelingen, gepleegd door een in de gezondheidszorg werkzame fysiotherapeut met een aan zijn zorg toevertrouwde patiënte, in strijd zijn met de sociaal-ethische norm en daardoor ontuchtig zijn.
De rechtbank acht bewezen dat de hiervoor genoemde handelingen hebben plaatsgevonden op meer tijdstippen in [in de periode 3] .
De slotsom is dat verdachte het ten laste gelegde feit heeft begaan op de wijze zoals in de bewezenverklaring is vermeld.