In deze zaak heeft de Rechtbank Gelderland op 27 maart 2023 uitspraak gedaan in een geschil tussen [A] B.V. en het UWV over de afwijzing van een IVA-uitkering voor een ex-werknemer. De ex-werknemer, die als heftruckchauffeur werkte, had zich op 1 augustus 2019 ziekgemeld en zijn dienstverband was op 5 augustus 2019 beëindigd. Het UWV had de aanvraag voor een uitkering op grond van de Wet WIA afgewezen, omdat de ex-werknemer minder dan 35% arbeidsongeschikt werd geacht. Na bezwaar werd de beslissing herzien en werd een loongerelateerde WGA-uitkering toegekend, waarbij de arbeidsongeschiktheid werd vastgesteld op 80 tot 100%.
De rechtbank beoordeelt het beroep van eiseres tegen het bestreden besluit van het UWV van 5 mei 2022. De rechtbank heeft besloten dat alleen de gemachtigde van eiseres kennis mag nemen van de medische stukken, om te voorkomen dat eiseres zelf kennisneemt van de medische situatie van de ex-werknemer. De rechtbank heeft het onderzoek gesloten zonder zitting.
De rechtbank concludeert dat het UWV voldoende heeft gemotiveerd dat de ex-werknemer volledig, maar niet duurzaam arbeidsongeschikt is. De verzekeringsarts B&B heeft toegelicht dat de belastbaarheid kan verbeteren na een recente operatie. De rechtbank oordeelt dat de medische situatie ten tijde van de beoordeling niet duurzaam is, en dat de door eiseres aangevoerde factoren zoals leeftijd en taalvaardigheid geen invloed hebben op de duurzaamheid van de arbeidsongeschiktheid. De rechtbank verklaart het beroep van eiseres ongegrond, wat betekent dat zij geen gelijk krijgt en geen proceskosten vergoed krijgt.