ECLI:NL:RBGEL:2023:1739

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
28 maart 2023
Publicatiedatum
28 maart 2023
Zaaknummer
05/223182-21
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Op tegenspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Medeplegen van oplichting van de gemeenten Tiel en Culemborg door middel van valse facturen

Op 28 maart 2023 heeft de Rechtbank Gelderland in Arnhem uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die samen met een medeverdachte oplichting heeft gepleegd van de gemeenten Tiel en Culemborg. De verdachte is beschuldigd van het medeplegen van oplichting door het opmaken van valse facturen, die zijn ingediend bij de gemeenten. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte en de medeverdachte gedurende een periode van ruim vijf jaar valse facturen hebben opgesteld en ingediend, waardoor in totaal € 143.807,64 is ontfutseld van de gemeenten. De verdachte heeft een actieve rol gespeeld in het proces door factuurnummers aan de medeverdachte door te geven en het geld na uitbetaling contant te verdelen. De rechtbank heeft de verdachte schuldig bevonden aan het medeplegen van oplichting en hem veroordeeld tot een voorwaardelijke gevangenisstraf van negen maanden, met een proeftijd van drie jaar, en een taakstraf van 240 uren. Daarnaast zijn er schadevergoedingen toegewezen aan de benadeelde gemeenten, waarbij de gemeente Tiel € 101.473,62 en de gemeente Culemborg € 16.609,40 aan materiële schade vorderden. De rechtbank heeft de vorderingen toegewezen, waarbij de verdachte hoofdelijk aansprakelijk is gesteld voor de schade.

Uitspraak

RECHTBANK GELDERLAND
Team strafrecht
Zittingsplaats Arnhem
Parketnummer: 05/223182-21
Datum uitspraak : 28 maart 2023
Tegenspraak
vonnis van de meervoudige kamer
in de zaak van
de officier van justitie
tegen
[Verdachte],
geboren op [Geboortedatum] 1976 in [Geboorteplaats] ,
wonende aan de [Adres] .
Raadsman: mr. A.R. Maarsingh, advocaat in Deventer.
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzitting.

1.De inhoud van de tenlastelegging

Aan verdachte is, na toewijzing van een vordering tot wijziging van de tenlastelegging, ten laste gelegd dat:
1.
hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 7 oktober 2014 tot 18 juni 2019 in de gemeente Tiel, althans in Nederland tezamen en in vereniging met een of meer anderen, en/of alleen, (telkens) met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, de gemeente Tiel heeft bewogen tot de afgifte van enig goed, , te weten afgifte van (in totaal)
- € 100.933,15 ( aan het bedrijf [Bedrijfsnaam] BV) en/of
- € 21.849,93 ( aan het bedrijf [Bedrijfsnaam] BV) , althans afgifte van(een) geldbedrag(en) door tezamen en in vereniging en/of alleen (een) factu(u)ren, voorzien van
- factuurnummer 2014 0128 /factuurdatum: 07-10-14 en/of
- factuurnummer 2014 0138 /factuurdatum: 30-10-14 en/of
- factuurnummer 2015 0132/factuurdatum: 20-03-15 en/of
- factuurnummer 2015 0673/factuurdatum : 12-11-15 en/of
- factuurnummer 150078/factuurdatum: 15-02-'16 en/of
- factuurnummer 150084/ factuurdatum: 10-03-16 en/of
- factuurnummer 150089/factuurdatum: 30-03-16 en/of
- factuurnummer 150258/factuurdatum: 19-9-2016 en/of
- factuurnummer 170028/ factuurdatum: 16-01-17 en/of
- factuurnummer 170463 /factuurdatum:10-07-17 en/of
- factuurnummer 20180064/factuurdatum: 05-04-18 en/of
- factuurnummer 20190027/datum: 15-02-2019 en/of
- factuurnummer 20190090/datum: 23-05-2019
op te maken welke in strijd met de waarheid suggereren dat [Bedrijfsnaam] BV en/of [Bedrijfsnaam] BV diensten heeft/hebbben geleverd aan de gemeente Tiel en/of akkoord te geven voor de betaling van die factuur/facturen en/of die factuur/facturen door te sturen voor betaling;
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
hij of een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 7 oktober 2014 tot 18 juni 2019 in de gemeente Tiel, althans in Nederland,een geschrift dat bestemd was om tot bewijs van enig feit te dienen, te weten (een) factu(ur)en), voorzien van
- factuurnummer 2014 0128 /factuurdatum: 07-10-14 en/of
- factuurnummer 2014 0138 /factuurdatum: 30-10-14 en/of
- factuurnummer 2015 0132/factuurdatum: 20-03-15 en/of
- factuurnummer 2015 0673/factuurdatum : 12-11-15 en/of
- factuurnummer 150078/factuurdatum: 15-02-'16 en/of
- factuurnummer 150084/ factuurdatum: 10-03-16 en/of
- factuurnummer 150089/factuurdatum: 30-03-16 en/of
- factuurnummer 150258/factuurdatum: 19-9-2016 en/of
- factuurnummer 170028/ factuurdatum: 16-01-17 en/of
- factuurnummer 170463 /factuurdatum:10-07-17 en/of
- factuurnummer 20180064/factuurdatum: 05-04-18 en/of
- factuurnummer 20190027/datum: 15-02-2019 en/of
- factuurnummer 20190090/datum: 23-05-2019 valselijk heeft opgemaakt en/of heeft vervalst door (in strijd met de waarheid) in die factu(u)r(en)te vermelden dat [Bedrijfsnaam] BV en/of [Bedrijfsnaam] BV diensten heeft/hebben geleverd aan de gemeente Tiel (telkens) met het oogmerk om het als echt en onvervalst te gebruiken of door anderen te doen gebruiken;
2.
hij in of omstreeks de periode van 6 februari 2020 tot en met 19 maart 2020 in de gemeente Culemborg, althans in Nederland tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, de gemeente Culemborg heeft bewogen tot de afgifte van enig goed, te weten afgifte van € 21.024,56 , althans een geldbedrag door tezamen en in vereniging, althans alleen een factuur (factuurnummer 20200018, datum: 11-02-2020) op te maken welke in strijd met de waarheid suggereert dat [Bedrijfsnaam] BV diensten heeft geleverd aan de gemeente Culemborg en/of akkoord te geven voor de betaling van die factuur en/of die factuur door te sturen voor betaling;
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
hij in of omstreeks de periode van 6 februari 2020 tot en met 19 maart 2020 in de gemeente Culemborg, althans in Nederland tezamen in vereniging met een ander, althans alleen een geschrift dat bestemd was om tot bewijs van enig feit te dienen, te weten een factuur (factuur 20200018, datum: 11-02-2020) valselijk heeft opgemaakt en/of heeft vervalst, door in strijd met de waarheid) in die factuur te vermelden dat [Bedrijfsnaam] BV diensten heeft/hebben geleverd aan de gemeente Culemborg met het oogmerk om het als echt en onvervalst te gebruiken of door anderen te doen gebruiken.
2. Overwegingen ten aanzien van het bewijs [1]
Ten aanzien van de feiten 1 en 2
De feiten
Op grond van de bewijsmiddelen wordt het volgende, dat verder ook niet ter discussie staat, vastgesteld.
Ten aanzien van feit 1De medeverdachte (hierna: [Medeverdachte] ) heeft in de periode van 7 oktober 2014 tot en met
23 mei 2019 in zijn functie als ambtenaar van de gemeente Tiel dertien facturen valselijk samengesteld en in het betalingssysteem van de gemeente ingebracht en goedgekeurd. [2] De factuurbedragen zijn vervolgens ten onrechte uitbetaald door de gemeente, voor het laatst op 18 juni 2019. De facturen met factuurnummer 2014 0128, 2014 0138, 2015 0132, 2015 0673, 150078, 150084, 150089, 150258, 170028, 170463 en 20180064 met een totaalbedrag van € 100.933,15 werden uitbetaald aan [Bedrijfsnaam] B.V. De facturen met factuurnummer 20190027 en 20190090 met een totaalbedrag van € 21.849,93 werden uitbetaald aan [Bedrijfsnaam] B.V. [3] De werkzaamheden die genoemd staan in de facturen zijn niet uitgevoerd. [4]
Ten aanzien van feit 2Verder heeft [Medeverdachte] in zijn functie als ambtenaar van de gemeente Culemborg de factuur met factuurnummer 20200018 en factuurdatum 11 februari 2020 valselijk samengesteld en in het betalingssysteem van de gemeente ingebracht en goedgekeurd. Het bedrag van € 21.024,56 is op 20 februari 2020 ten onrechte uitbetaald aan [Bedrijfsnaam] B.V. De werkzaamheden die genoemd staan in de factuur zijn niet uitgevoerd. [5]
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het onder feit 1, primair en feit 2, primair tenlastegelegde.
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft bepleit dat het handelen van verdachte, namelijk het doorgeven van de factuurnummers aan [Medeverdachte] en het pinnen en verdelen van het geld, niet kan worden aangemerkt als het leveren van een wezenlijke bijdrage aan de oplichtingen (feit 1 en 2, primair) dan wel aan de valsheid in geschrift (feit 1 en 2, subsidiair), zodat verdachte integraal moet worden vrijgesproken.
Beoordeling door de rechtbank
Op grond van de vaststaande feiten concludeert de rechtbank dat de gemeente Tiel en de gemeente Culemborg middels listige kunstgrepen, namelijk valse facturen, zijn bewogen tot afgifte van € 122.783,08 respectievelijk € 21.024,56. De rechtbank kwalificeert dit als oplichting.
Verdachte heeft ter terechtzitting verklaard dat hij gedurende de gehele periode de contactpersoon was van [Medeverdachte] . Verdachte gaf de (voornoemde) factuurnummers die [Medeverdachte] kon gebruiken aan hem door via WhatsApp. Verdachte heeft verder verklaard dat hij de bestuurder is van [Bedrijfsnaam] B.V. [Bedrijfsnaam] B.V. was ook zijn bedrijf tot de overdracht in 2015. Hij heeft de gegevens en de bankrekeningen van beide bedrijven ter beschikking gesteld aan [Medeverdachte] . Na uitbetaling door de gemeenten pinde verdachte het geld van de betreffende bankrekeningen. Vervolgens sprak hij in of nabij Tiel af met [Medeverdachte] om het geld contant te verdelen. Na de overdracht van [Bedrijfsnaam] B.V. in 2015 pinde een ander het geld van de betreffende bankrekening, waarna die ander het (deels) aan verdachte overhandigde en verdachte het (restant) deelde met [Medeverdachte] . [6]
De raadsman heeft betoogd dat verdachte hiermee geen wezenlijke bijdrage heeft geleverd aan de ten laste gelegde feiten en dat zijn rol hooguit geduid kan worden als medeplichtige. De rechtbank gaat aan dit verweer voorbij en overweegt daartoe als volgt.
De politie heeft onderzoek gedaan aan de telefoon van verdachte, waarin het volgende WhatsApp-gesprek tussen hem en [Medeverdachte] is aangetroffen.
[Medeverdachte] vraagt op 6 oktober 2014 om een factuurnummer en het KvK-nummer.
[Verdachte] reageert:
“groot of klein €
(…)
[Medeverdachte] :
de eerste rond de 6. Ex btw. daarna doen we er nog een paar” [7]
Vervolgens worden op de ondergenoemde data de volgende berichten over en weer gestuurd.
Op 7 oktober 2014:
[Verdachte] : “gezien factuurnummer 20140128”
Op 13 oktober 2014 stuurt [Medeverdachte] dat de factuur is opgestuurd.
“ [Medeverdachte] : Gaat nu interne systeem in en moet ik morgen goedkeuren denk ik
(…)
[Verdachte] : denk je deze week?
[Medeverdachte] : Hoop het wel....ik ben blut man
[Verdachte] : Dan jij morgen opdracht geven
[Medeverdachte] : gelijk!!!!”
Op 18 maart 2015:
“ [Medeverdachte] : Goedmorgen [Verdachte] Stuur mij even fact nummer?
[Verdachte] : 2015-0132
[Medeverdachte] : $$$$. Kunnen we weer vooruit”
Op 24 maart 2015:
“ [Medeverdachte] : Hopppa. Fact is het systeem in!
[Verdachte] : “leukkkkk nu nog op knop drukken”
Op 7 april 2015:
“ [Medeverdachte] : Heb nu net fact goedgekeurd
Denk eind volgende week geld op ‘onze’ rekening" [8]
Op de factuur met factuurnummer 2015-0132 staat een bedrag van € 12.074,72. [9] Dit bedrag is op 22 april 2015 door de gemeente Tiel overgemaakt naar het rekeningnummer van [Bedrijfsnaam] B.V. [10]
Op 11 april 2016 stuurt [Medeverdachte] het volgende bericht:
[Medeverdachte] : Heb nu net fact weer goedgekeurd: zal wel weer 2 wk duren hoor” [11]
Op 20 april 2016 wordt een bedrag van € 6.066,94 uitbetaald aan [Bedrijfsnaam] B.V. door de gemeente Tiel. [12]
Op 22 april 2016:
“ [Verdachte] : Trouwens kun jij de kopie fact nog naar mij sturen
“En moet je nog nieuwe nr voor fact
[Medeverdachte] : (…) “Nieuwe doen we in juni ofzo"
[Verdachte] : Heb je tijd zo ben zo bij [Naam]
[Medeverdachte] : “Ja is goed, kom nu zo wel ff”
De politie constateert vervolgens dat verdachte en [Medeverdachte] enkele dagen na uitbetaling van de door [Medeverdachte] goedgekeurde factuur een afspraak maken om elkaar te ontmoeten.
Op 17 januari 2017:
“ [Medeverdachte] : Zal ik een afrondende eind factuur maken? Einde werkzaamheden op project Fabriekslaantje! Max 6000€"
[Verdachte] : "Factuur nummer 170028"
Op 18 januari 2017:
“ [Verdachte] : haha €€€€€
[Medeverdachte] : Nieuwjaarsbonus
[Verdachte] : En dan carnaval dan Paas dan Koningsdag dan Hemelvaart dan Pinkster zomervakantie dan herfst dan Sinterklaas dan kerst dan oudjaar”
Op 24 januari 2017:
“ [Medeverdachte] : Hop hop! Fact weer goedgekeurd net" [13]
Op de factuur met factuurnummer 170028 staat een bedrag van € 7.235,52. [14] Dit bedrag is op 24 februari 2017 door de gemeente Tiel overgemaakt naar het rekeningnummer van [Bedrijfsnaam] B.V. [15]
[Medeverdachte] stuurt vervolgens op 25 februari 2017:
“ [Naam] doen zo
[Verdachte] : Yup ik wacht hier al” [16]
De politie leidt uit het voorgaande af dat verdachte en [Medeverdachte] na uitbetaling van de factuur door de gemeente weer met elkaar afspreken.
Op 23 augustus 2018 stuurt [Verdachte] :
“Vriend hebben we nog geen nieuwe haha. Heb nieuwe onderneming gestart gisteren
Aannemer. [Bedrijfsnaam] BV
(…)
[Medeverdachte] : Ik ga binnenkort Tiel West doen
Heel de wijk veel riolering wegen groen alles
Kunnen we weer rollen
[Verdachte] : dus 50 kop per persoon muhaha”
Op 3 juni 2019:
“ [Medeverdachte] : Heb je weer fact nr?
Kunnen we aanvullende opdrachtje doen
Op vorige keer meerwerk
[Verdachte] : 20190090”
Op 6 juni 2019:
“ [Medeverdachte]:
Heb net fact goedgekeurd” [17]
Op de factuur met factuurnummer 20190090 staat een bedrag van € 16.983,56. [18] Dit bedrag is op 18 juni 2019 door de gemeente Tiel overgemaakt naar het rekeningnummer van [Bedrijfsnaam] B.V. [19]
De politie constateert op basis van onderstaand bericht van 21 juni 2019 dat verdachte en [Medeverdachte] enkele dagen na de uitbetaling door de gemeente Tiel weer met elkaar afspreken:
“ [Medeverdachte] : Uurtje of 16uur bij [Naam] ?
[Verdachte] : Ben al bij [Naam] ”
Op 7 februari 2020 stuurt [Medeverdachte] :
“Stuur ff fact nr en adres”
[Verdachte] : “20200018”
“ [Adres] "
[Medeverdachte] : “Is dat nieuw adres?”
[Verdachte] : “Dat is opslag werkplaats”
Op 18 februari 2020:
“ [Medeverdachte] : Fac heb ik net goedgekeurd!”
Op 20 februari 2020:
“ [Medeverdachte] : Bedrag is alweer afgeboekt”
Op 27 februari 2020:
“ [Medeverdachte] : “Yesss! Ik ben om 17uur op station in Tiel Aan voorkant! Shell kant” [20]
Op de factuur met factuurnummer 20200018 staat een bedrag van € 21.024,56. [21] Dit bedrag is op 20 februari 2020 door de gemeente Culemborg overgemaakt naar het rekeningnummer van [Bedrijfsnaam] B.V. [22] Ook hier leidt de politie uit het bericht van [Medeverdachte] af dat verdachten na uitbetaling afspreken om elkaar te ontmoeten.
Conclusie
Alles overziend concludeert de rechtbank dat verdachte en [Medeverdachte] gedurende een periode van ruim vijf jaren doorlopend contact met elkaar hebben. Daarbij valt op dat niet alleen [Medeverdachte] de gesprekken initieert, maar ook verdachte. Het contact ziet op het opstellen en indienen van valse facturen bij gemeenten waar [Medeverdachte] werkzaam was, waarbij telkens dezelfde werkwijze wordt gehanteerd. [Medeverdachte] vraagt een factuurnummer aan verdachte dat verdachte dan aan hem doorgeeft. Verdachte zorgt ervoor dat daarbij logisch opeenvolgende factuurnummers worden gebruikt. Dan stelt [Medeverdachte] een factuur samen met vermelding van het door verdachte doorgegeven factuurnummer en de gegevens en bankrekeningnummer van één van de bedrijven waarbij verdachte is betrokken, en zet de factuur in het systeem van de gemeente. Vervolgens keurt [Medeverdachte] de factuur goed in het systeem van de gemeente dan wel stuurt hij deze ter goedkeuring door, waarna deze door de gemeente(n) wordt uitbetaald op de bankrekening van een bedrijf waartoe verdachte toegang heeft. Na ontvangst van het geld haalt verdachte een bedrag contant van deze rekening of laat hij dat een ander doen. Dan spreken verdachte en [Medeverdachte] fysiek met elkaar af om het geld te verdelen.
Hieruit volgt dat verdachte en [Medeverdachte] steeds, jarenlang, volgens een vooropgezet plan hebben gehandeld, waarin beiden hun onmisbare aandeel hadden en waar beiden vervolgens deelden in de opbrengst. Verdachte heeft daarmee een wezenlijke en significante bijdrage geleverd aan het bewegen van de gemeenten Tiel en Culemborg tot afgifte van geld. Tussen verdachte en [Medeverdachte] was sprake van een nauwe en bewuste samenwerking.
Hiermee heeft verdachte zich schuldig gemaakt aan het onder feit 1, primair en feit 2, primair ten laste gelegde medeplegen van oplichting.

3.De bewezenverklaring

Naar het oordeel van de rechtbank is wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het onder feit 1, primair en feit 2, primair tenlastegelegde heeft begaan, te weten dat:
1.
hij
op een of meer tijdstippenin
of omstreeksde periode van 7 oktober 2014 tot
en met
18 juni 2019 in de gemeente Tiel
, althans in Nederlandtezamen en in vereniging met een
of meerander
en, en/of alleen,(telkens) met het oogmerk om zich en
/ofeen ander wederrechtelijk te bevoordelen door
het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of doorlistige kunstgrepen
en/of door een samenweefsel van verdichtsels, de gemeente Tiel heeft bewogen tot de afgifte van enig goed, te weten afgifte van (in totaal)
- € 100.933,15 ( aan het bedrijf [Bedrijfsnaam] BV) en
/of
- € 21.849,93 ( aan het bedrijf [Bedrijfsnaam] BV)
, althans afgifte van(een) geldbedrag(en)door tezamen en in vereniging
en/of alleen (een)factu
(u)ren, voorzien van
- factuurnummer 2014 0128 /factuurdatum: 07-10-14 en/of
- factuurnummer 2014 0138 /factuurdatum: 30-10-14 en/of
- factuurnummer 2015 0132/factuurdatum: 20-03-15 en/of
- factuurnummer 2015 0673/factuurdatum : 12-11-15 en/of
- factuurnummer 150078/factuurdatum: 15-02-16 en/of
- factuurnummer 150084/ factuurdatum: 10-03-16 en/of
- factuurnummer 150089/factuurdatum: 30-03-16 en/of
- factuurnummer 150258/factuurdatum: 19-9-2016 en/of
- factuurnummer 170028/ factuurdatum: 16-01-17 en/of
- factuurnummer 170463 /factuurdatum:10-07-17 en/of
- factuurnummer 20180064/factuurdatum: 05-04-18 en/of
- factuurnummer 20190027/datum: 15-02-2019 en/of
- factuurnummer 20190090/datum: 23-05-2019
op te maken welke in strijd met de waarheid suggereren dat [Bedrijfsnaam] BV en/of [Bedrijfsnaam] BV diensten
heeft/hebben geleverd aan de gemeente Tiel en
/ofakkoord te geven voor de betaling van die
factuur/facturen en
/ofdie
factuur/facturen door te sturen voor betaling;
2.
hij in
of omstreeksde periode van 6 februari 2020 tot en met 19 maart 2020 in de gemeente Culemborg,
althans in Nederlandtezamen en in vereniging met een
of meerander
en, althans alleen, met het oogmerk om zich en
/ofeen ander wederrechtelijk te bevoordelen
door het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/ofdoor listige kunstgrepen
en/of door een samenweefsel van verdichtsels, de gemeente Culemborg heeft bewogen tot de afgifte van
enig goed, te weten afgifte van€ 21.024,56
, althans een geldbedragdoor tezamen en in vereniging
, althans alleeneen factuur (factuurnummer 20200018, datum: 11-02-2020) op te maken welke in strijd met de waarheid suggereert dat [Bedrijfsnaam] BV diensten heeft geleverd aan de gemeente Culemborg en
/ofakkoord te geven voor de betaling van die factuur en
/ofdie factuur door te sturen voor betaling.
Voor zover er in de tenlastelegging kennelijke taal- en/of schrijffouten en/of omissies voorkomen, zijn die fouten en/of omissies in de bewezenverklaring verbeterd. Verdachte is daardoor niet in de verdediging geschaad.
Wat meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard, is niet bewezen.
Verdachte zal daarvan worden vrijgesproken.

4.De kwalificatie van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde levert op:
Ten aanzien van feit 1, primair:
medeplegen van oplichting, meermalen gepleegd;
Ten aanzien van feit 2, primair:
medeplegen van oplichting.

5.De strafbaarheid van de feiten

De feiten zijn strafbaar.

6.De strafbaarheid van de verdachte

Verdachte is strafbaar, nu geen omstandigheid is gebleken of aannemelijk is geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit.

7.De overwegingen ten aanzien van straf en/of maatregel

Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte zal worden veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van zes maanden, waarvan vier maanden voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaren en een taakstraf van 200 uren.
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft gesteld dat artikel 63 van toepassing is. Verder is door de raadsman geen verweer gevoerd ten aanzien van de straf.
De beoordeling door de rechtbank
De rechtbank heeft bij de bepaling van de op te leggen straf rekening gehouden met de aard en de ernst van hetgeen bewezen is verklaard en de omstandigheden waaronder dit is begaan. De rechtbank heeft verder rekening gehouden met de persoon en de omstandigheden van verdachte.
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan het medeplegen van oplichting van de gemeente Tiel en de gemeente Culemborg. Samen met de medeverdachte, die in zijn functie als gemeenteambtenaar met gebruikmaking van door verdachte aangeleverde gegevens valse facturen samenstelde, indiende en voor goedkeuring zorgde, heeft verdachte de gemeenten in totaal € 143.807,64 afhandig gemaakt over een periode van ruim vijf jaren.
Door dit handelen zijn de gemeenten ernstig getroffen in hun vermogensbelang. Het geld dat in de gemeentekas zit, is geld van de samenleving en alle burgers moeten erop kunnen vertrouwen dat dit geld wordt besteed aan doeleinden die in het belang van de gemeente zijn. De rechtbank neemt het verdachte kwalijk dat hij gedurende een zeer lange periode op deze wijze gemeenschapsgeld heeft ontfutseld, puur voor zijn eigen financiële gewin. Gelet hierop, en gezien de zeer gewiekste wijze waarop de oplichting is gepleegd, het klaarblijkelijke gemak waarmee dit jarenlang heeft voortgeduurd en de omvang van de benadeling van de beide gemeenten, zou oplegging van een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van aanzienlijke duur zonder meer gerechtvaardigd zijn. Daarbij weegt de rechtbank ook mee dat verdachte pas ter terechtzitting verantwoordelijkheid heeft genomen voor zijn handelen. Van persoonlijke omstandigheden die strafmatigend zouden moeten werken, is voorts niet gebleken. Aan de andere kant heeft de rechtbank oog voor de omstandigheid dat zij in de strafzaak van de medeverdachte, in weerwil van voornoemde omstandigheden, niettemin een geheel voorwaardelijke gevangenisstraf (van negen maanden) passend heeft geacht. Hoewel daarbij, anders in het geval van verdachte, strafmatigende persoonlijke omstandigheden een rol spelen, ziet de rechtbank geen aanleiding om verdachte zwaarder af te straffen dan de medeverdachte, zeker niet nu de medeverdachte, meer nog dan verdachte, in zijn hoedanigheid van werknemer misbruik heeft gemaakt van het vertrouwen van de beide gemeenten. Anders dan de officier van justitie meent, vormt het strafblad van verdachte daarvoor onvoldoende aanleiding. Van recidive is geen sprake. Daarbij komt dat artikel 63 van het Wetboek van Strafrecht van toepassing is.
Alles overziende acht de rechtbank passend en geboden een voorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van negen maanden, met een proeftijd van drie jaren. Deze voorwaardelijke straf dient als zogenoemde ‘stok achter de deur’ om zoveel als mogelijk te waarborgen dat verdachte niet opnieuw strafbare feiten zal plegen. Daarnaast zal de rechtbank aan verdachte de maximale taakstraf van 240 uren opleggen.

8.De beoordeling van de civiele vorderingen

Benadeelde partij gemeente Tiel
Namens de gemeente Tiel als benadeelde partij heeft [Benadeelde] ten aanzien van feit 1 een vordering tot schadevergoeding ingediend. De benadeelde partij vordert € 101.473,62 aan materiële schade, vermeerderd met de wettelijke rente en met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.
Standpunten
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat de vordering van de benadeelde partij in het geheel kan worden toegewezen.
De verdediging heeft de vordering niet betwist. Wel heeft zij bepleit niet tot het opleggen van de schadevergoedingsmaatregel over te gaan.
Overweging van de rechtbank
Uit het onderzoek ter terechtzitting is voldoende gebleken dat de benadeelde partij als gevolg van het bewezen verklaarde handelen van verdachte rechtstreeks schade heeft geleden. Voor deze schade is verdachte naar burgerlijk recht aansprakelijk.
De rechtbank overweegt dat de vordering niet is betwist. De vordering is verder voldoende onderbouwd en komt redelijk voor. De rechtbank zal de vordering van € 101.473,62 daarom in het geheel toewijzen.
Verdachte en de medeverdachte zijn voor dit bedrag ieder hoofdelijk aansprakelijk. Verdachte hoeft niet meer te betalen indien en voor zover zijn medeverdachte dit schadebedrag heeft vergoed.
Verdachte is vanaf 18 juni 2019 wettelijke rente over het toegewezen bedrag verschuldigd.
De rechtbank ziet geen aanleiding om op grond van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht de schadevergoedingsmaatregel aan verdachte op te leggen. De gemeente Tiel is een publieke rechtspersoon die in staat moet worden geacht zelf de incasso van de toegewezen vordering ter hand te nemen.
Benadeelde partij gemeente Culemborg
Namens de gemeente Culemborg als benadeelde partij heeft [Benadeelde] h ten aanzien van feit 2 een vordering tot schadevergoeding ingediend. De benadeelde partij vordert € 21.024,56 aan materiële schade, vermeerderd met de wettelijke rente en met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.
Standpunten
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat de vordering van de benadeelde partij gedeeltelijk kan worden toegewezen tot een bedrag van € 16.609,40 aan materiële schade. Dit betreft het door de benadeelde partij gevorderde bedrag minus 21% btw. Ter terechtzitting is namens de benadeelde partij kenbaar gemaakt dat dit juist is.
De verdediging heeft zich aangesloten bij het standpunt van de officier van justitie. Tevens heeft zij bepleit niet tot het opleggen van de schadevergoedingsmaatregel over te gaan.
Overweging van de rechtbank
Uit het onderzoek ter terechtzitting is voldoende gebleken dat de benadeelde partij als gevolg van het bewezen verklaarde handelen van verdachte rechtstreeks schade heeft geleden.
De rechtbank overweegt dat de vordering inhoudelijk niet is betwist, maar dat van dit bedrag 21% btw dient te worden afgetrokken. De vordering is verder voldoende onderbouwd en komt redelijk voor. Voor deze schade is verdachte naar burgerlijk recht aansprakelijk.
De rechtbank zal de vordering daarom gedeeltelijk toewijzen tot een bedrag van (€ 21.024,56 - € 4.415,16 =) € 16.609,40. De rechtbank zal de vordering voor het overige afwijzen.
Verdachte is vanaf 20 februari 2020 wettelijke rente over het toegewezen bedrag verschuldigd.
Verdachte en de medeverdachte zijn voor dit bedrag ieder hoofdelijk aansprakelijk. Verdachte hoeft niet meer te betalen indien en voor zover zijn medeverdachte dit schadebedrag heeft vergoed. Dat er geen (conservatoir) beslag is gelegd op de eigendommen van verdachte, en wel op eigendommen van de medeverdachte, maakt dit niet anders.
De rechtbank ziet geen aanleiding om op grond van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht de schadevergoedingsmaatregel aan verdachte op te leggen. De gemeente Culemborg is een publieke rechtspersoon die in staat moet worden geacht zelf de incasso van de toegewezen vordering ter hand te nemen. Dat er ten aanzien van verdachte geen (conservatoir) beslag is gelegd op zijn eigendommen, en wel op eigendommen van de medeverdachte, maakt dat naar het oordeel van de rechtbank niet anders.

9.De toegepaste wettelijke bepalingen

De oplegging van de straf is gegrond op de artikelen 9, 14a, 14b, 14c, 22c, 22d, 47, 57, 63 en 326 van het Wetboek van Strafrecht.

10.De beslissing

De rechtbank:
 verklaart bewezen dat verdachte de ten laste gelegde feiten, zoals vermeld onder ‘De bewezenverklaring’, heeft begaan;
 verklaart niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven bewezen is verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij;
 verstaat dat het aldus bewezenverklaarde oplevert de strafbare feiten zoals vermeld onder ‘De kwalificatie van het bewezenverklaarde’;
 verklaart verdachte hiervoor strafbaar;
 veroordeelt verdachte wegens het bewezenverklaarde tot een
gevangenisstraf voor de duur van negen (9) maanden;
 bepaalt dat deze gevangenisstraf
niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten, omdat verdachte zich voor het einde van de proeftijd van drie (3) jaren niet heeft gehouden aan de volgende voorwaarde:
 stelt als
algemene voorwaardedat verdachte zich niet schuldig maakt aan een strafbaar feit.
 legt op een
taakstraf van 240 uren, met bevel dat indien deze straf niet naar behoren wordt verricht vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van 120 dagen;
De beslissing op de vordering van de benadeelde partij gemeente Tiel
  • veroordeelt verdachte in verband met het onder feit 1, primair bewezenverklaarde tot betaling van schadevergoeding aan de benadeelde partij gemeente Tiel van € 101.473,62 aan materiële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 18 juni 2019 tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald;
  • veroordeelt verdachte in de kosten die de benadeelde partij in deze procedure heeft gemaakt en de kosten die de benadeelde partij mogelijk nog moet maken om het toegewezen bedrag betaald te krijgen, tot vandaag begroot op nul;
Beslissing op de vordering van de benadeelde partij gemeente Culemborg
 veroordeelt verdachte in verband met het onder feit 2, primair bewezenverklaarde tot betaling van schadevergoeding aan de benadeelde partij gemeente Culemborg van € 16.609,40 aan materiële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 20 februari 2020 tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald;
 wijst de vordering tot vergoeding van materiële schade voor het overige af;
 veroordeelt verdachte in de kosten die de benadeelde partij in deze procedure heeft gemaakt en de kosten die de benadeelde partij mogelijk nog moet maken om het toegewezen bedrag betaald te krijgen, tot vandaag begroot op nul.
Dit vonnis is gewezen door mr. Ö. Sari (voorzitter), mr. K.A.M. van Hoof en
mr. L.M. Vogel, rechters, in tegenwoordigheid van mr. H. Jansen en mr. B. de Rooij, griffiers, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 28 maart 2023.

Voetnoten

1.Het bewijs is terug te vinden in het in de wettelijke vorm door verbalisant [Verbalisant] van de politie Oost-Nederland, district Gelderland-Zuid, opgemaakte proces-verbaal, onderzoeksnummer ON5R021081, gesloten op
2.Het proces-verbaal van aangifte van [Benadeelde] namens de gemeente Tiel, p. ZD01-013-ZD01-016.
3.Het proces-verbaal van bevindingen (contante opnames na uitbetaling valse facturen) , p. DD-032 en DD-033.
4.Het proces-verbaal van aangifte van [Benadeelde] namens de gemeente Tiel, p. ZD01-016.
5.Het proces-verbaal van aangifte van namens de gemeente Culemborg, p. ZD02-011.
6.De verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting van 14 maart 2023.
7.Het proces-verbaal van bevindingen (WhatsApp-gesprek tussen [Verdachte] en [Medeverdachte] ), p. DD-0243 – DD-0244).
8.Het proces-verbaal van bevindingen (WhatsApp-gesprek tussen [Verdachte] en [Medeverdachte] ), p. DD-0244 – DD-0245.
9.Het proces-verbaal van bevindingen (verstrekte gegevens gemeente Tiel en Culemborg), bijlage factuur,
10.Het proces-verbaal van bevindingen (contante opnames na uitbetaling valse facturen) , p. DD-032.
11.Het proces-verbaal van bevindingen (WhatsApp-gesprek tussen [Verdachte] en [Medeverdachte] ), p. DD-0247.
12.Het proces-verbaal van bevindingen (contante opnames na uitbetaling valse facturen), p. DD-032.
13.Het proces-verbaal van bevindingen (WhatsApp-gesprek tussen [Verdachte] en [Medeverdachte] ), p. DD-0250.
14.Het proces-verbaal van bevindingen(verstrekte gegevens gemeente Tiel en Culemborg), bijlage factuur, ZD01-061.
15.Het proces-verbaal van bevindingen (contante opnames na uitbetaling valse facturen), p. DD-032.
16.Het proces-verbaal van bevindingen (WhatsApp-gesprek tussen [Verdachte] en [Medeverdachte] ), p. DD-0250.
17.Het proces-verbaal van bevindingen (WhatsApp-gesprek tussen [Verdachte] en [Medeverdachte] ), p. DD-0251-0253.
18.Het proces-verbaal van bevindingen (verstrekte gegevens gemeente Tiel en Culemborg), bijlage factuur, ZD01-065.
19.Het proces-verbaal van bevindingen (contante opnames na uitbetaling valse facturen), p. DD-033.
20.Het proces-verbaal van bevindingen (WhatsApp-gesprek tussen [Verdachte] en [Medeverdachte] ), p. DD-0253-0254.
21.Het proces-verbaal van bevindingen (verstrekte gegevens gemeente Tiel en Culemborg), bijlage factuur, ZD01-66.
22.Het proces-verbaal van bevindingen (contante opnames na uitbetaling valse facturen), p. DD-033.