Uitspraak
RECHTBANK GELDERLAND
1.[ged.conv./eis.reconv. 1] ,
[ged.conv./eis.reconv. 2],
[ged.conv./eis.reconv. 3], wonende te [plaats] ,
Rechtbank Gelderland
In deze zaak, die op 3 maart 2023 door de Rechtbank Gelderland is behandeld, gaat het om een kort geding waarin de eiseres, een besloten vennootschap, vorderingen heeft ingesteld tegen de gedaagden, die gezamenlijk eigenaar zijn van een perceel dat grenst aan het perceel van de eiseres. De eiseres stelt dat zij door de gedaagden wordt gehinderd in de uitoefening van een erfdienstbaarheid van weg, die is gevestigd ten behoeve van haar perceel. De eiseres vordert onder andere de verwijdering van drempels die door de gedaagden op de weg zijn geplaatst, alsook een verbod op het plaatsen van obstakels en hekwerken die de toegang tot haar perceel belemmeren. De gedaagden betwisten de vorderingen en stellen dat de drempels zijn aangebracht voor de verkeersveiligheid.
De voorzieningenrechter oordeelt dat de drempels en hekwerken de uitoefening van de erfdienstbaarheid belemmeren en dat de gedaagden hoofdelijk moeten worden veroordeeld om deze te verwijderen. De rechter stelt een termijn van zeven dagen vast voor de verwijdering van de drempels, met een dwangsom van € 250,00 per dag bij niet-naleving. Daarnaast wordt het de gedaagden verboden om hekwerken te plaatsen op het dienende erf, met een dwangsom van € 100,00 per dag. De vorderingen van de eiseres om te verbieden dat er wordt geladen en gelost op het perceel van de gedaagden worden afgewezen, omdat de erfdienstbaarheid dit niet toestaat. In reconventie vorderen de gedaagden dat de eiseres stapvoets rijdt en geen obstakels plaatst, wat door de rechter wordt toegewezen. De proceskosten worden gecompenseerd, zodat iedere partij de eigen kosten draagt.