Uitspraak
1.De procedure
- het proces-verbaal van de mondelinge behandeling van 30 januari 2023.
2.De kern van de zaak
3.De feiten
“in de zwaarst belaste omgevingen”. In deze folder en op de website van Invedra staan foto’s met eetkamer- en bureaustoelen met zwenkwielen.
4.Het geschil
€ 887,94 aan buitengerechtelijke incassokosten, vermeerderd met de in artikel 119 van Boek 6 BW bedoelde wettelijke rente daarover vanaf de dag van deze dagvaarding;
5.De beoordeling
“in de zwaarst belaste omgevingen”, naar het oordeel van de kantonrechter mocht verwachten dat hij stoelen met zwenkwielen kon gebruiken op de gietvloer van Invedra. Dat de stoelen op de foto’s op de website en in de meegezonden folder, zoals Invedra stelt, zouden zijn voorzien van
“veel grotere wieltjes”en dat dit een andere drukbelasting zou geven, is, voor zover al juist, dan ook niet relevant.
€ 6.663,15 toewijzen. De daarover gevorderde wettelijke rente acht de kantonrechter toewijsbaar vanaf 19 mei 2022, de dag waarop Invedra in verzuim is komen te verkeren ten aanzien van de vordering tot vervangende schadevergoeding.
6.De beslissing
€ 6.663,15, te vermeerderen met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW over het toegewezen bedrag, met ingang van 19 mei 2022 tot de dag van volledige betaling,
€ 957,23, te vermeerderen met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW over het toegewezen bedrag, met ingang van 19 mei 2022 tot de dag van volledige betaling,
€ 3.673,35, te vermeerderen met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW over het toegewezen bedrag, met ingang van 2 september 2022 tot de dag van volledige betaling,