ECLI:NL:RBGEL:2022:7426

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
27 september 2022
Publicatiedatum
31 januari 2023
Zaaknummer
05/780022-21
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Op tegenspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling van vijf mannen voor aanslagen op woningen van medewerkers van een fruitbedrijf

In deze zaak heeft de Rechtbank Gelderland op 27 september 2022 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen vijf mannen die betrokken waren bij een reeks aanslagen op woningen van (voormalige) medewerkers van een fruitbedrijf in Hedel. De rechtbank heeft de hoofdverdachte, die als opdrachtgever fungeerde, veroordeeld tot een gevangenisstraf van 19 jaar en 10 maanden. De tussenpersoon kreeg een gevangenisstraf van 9 jaar, terwijl de uitvoerders gevangenisstraffen van 2 jaar en 6 jaar kregen. De derde uitvoerder, die minderjarig was, kreeg 16 maanden jeugddetentie en de PIJ-maatregel opgelegd. Drie andere verdachten werden vrijgesproken wegens gebrek aan bewijs.

De zaak kwam aan het licht na een brandstichting op 4 juni 2021, waarbij de betrokkenheid van de verdachten werd onderzocht. De rechtbank concludeerde dat er onvoldoende bewijs was om de betrokkenheid van de verdachte bij de brandstichting vast te stellen. De rechtbank oordeelde dat, hoewel de verdachte in de auto zat met de uitvoerders, er geen wettig en overtuigend bewijs was dat hij actief betrokken was bij het delict. De verdediging pleitte voor vrijspraak, en de rechtbank volgde dit oordeel, waardoor de verdachte werd vrijgesproken van de tenlastegelegde feiten.

Daarnaast werd er een vordering tot schadevergoeding ingediend door benadeelde partijen, maar deze werd afgewezen omdat de rechtbank niet tot een bewezenverklaring kwam. De rechtbank gelastte ook de teruggave van in beslag genomen voorwerpen aan de verdachte, omdat er geen strafvorderlijk belang was om deze te behouden. De uitspraak benadrukt de noodzaak van wettig en overtuigend bewijs in strafzaken en de rol van de rechtbank in het waarborgen van een eerlijk proces.

Uitspraak

RECHTBANK GELDERLAND
Team strafrecht
Zittingsplaats Arnhem
Parketnummer: 05/780022-21
Datum uitspraak : 27 september 2022
Tegenspraak
vonnis van de meervoudige kamer
in de zaak van
de officier van justitie
tegen
[verdachte],
geboren op [geboortedatum] 2002 in Amsterdam,
wonende aan de [adres verdachte] in [woonplaats verdachte] .
Raadsvrouw: mr. S. Bijl, advocaat in Amsterdam.
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzittingen van:
  • 1 september 2021 (pro forma-zitting);
  • 4 november 2021 (pro forma-zitting);
  • 26 januari 2022 (regiezitting);
  • 8 april 2022 (pro forma-zitting);
  • 6 juli 2022 (pro forma-zitting);
  • 8 september 2022 (inhoudelijke behandeling);
  • 13 september 2022 (sluiting onderzoek).

1.De verkorte inhoud van de tenlastelegging

De volledige tenlastelegging is opgenomen als
bijlage 1bij dit vonnis. De rechtbank volstaat hier met de vermelding dat verdachte - kort gezegd - het volgende wordt verweten:
Betrokkenheid bij een aanslag (brandstichting) op een woning aan [adres] in [plaats] op 4/5 juni 2021, tenlastegelegd als:
1. medeplegen van een poging tot moord/doodslag/toebrengen zwaar lichamelijk letsel (met voorbedachten rade);
subsidiair: medeplichtigheid aan het medeplegen van een poging tot moord/doodslag/toebrengen zwaar lichamelijk letsel (met voorbedachten rade);
2. medeplegen van brandstichting met gemeen gevaar voor goederen/levensgevaar/gevaar voor zwaar lichamelijk letsel;
subsidiair: medeplichtigheid aan het medeplegen van brandstichting met gemeen gevaar voor goederen/levensgevaar/gevaar voor zwaar lichamelijk letsel.

2.De standpunten

De officier van justitie heeft gesteld dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het medeplegen van poging tot moord (feit 1 primair) en het medeplegen van opzettelijke brandstichting met levensgevaar (feit 2 primair).
De verdediging heeft integrale vrijspraak bepleit, wegens het ontbreken van wettig en overtuigend bewijs.

3.Overwegingen ten aanzien van het bewijs

Verdachte wordt - kort gezegd - de betrokkenheid bij een brandstichting op 4/5 juni 2021 aan een woning aan [adres] in [plaats] verweten. Niet ter discussie staat dat deze aanslag heeft plaatsgevonden. De rechtbank is echter van oordeel dat het dossier onvoldoende wettig en overtuigend bewijs bevat voor de strafrechtelijke betrokkenheid van verdachte bij dit feit in welke ten laste gelegde vorm dan ook.
De rechtbank stelt op grond van het dossier vast dat [medeverdachte 1] , [medeverdachte 2] , [medeverdachte 3] en verdachte in de nacht van 4 op 5 juni 2021 vanuit Amsterdam zijn afgereisd naar [plaats] . Daar zijn [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] uitgestapt om vervolgens brand te stichten aan de voordeur van de woning aan [adres] . [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] hebben zich voorafgaand aan de aanslag in of nabij de auto omgekleed.
Verdachte zat samen met [medeverdachte 1] achterin de auto. Verdachte zat achter de bestuurder, [medeverdachte 3] , en [medeverdachte 1] achter [medeverdachte 2] die op de bijrijdersplaats zat.
Naar het oordeel van de rechtbank kan op grond van het dossier worden vastgesteld dat met behulp van de telefoon van [medeverdachte 2] is genavigeerd naar het adres in [plaats] en dat deze telefoon van achteren naar voren is doorgegeven. Verder staat vast dat in de auto, vlak voordat [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] in de buurt van de woning uitstapten, kleding en een plastic tas met daarin de flessen wasbenzine vanaf de achterbank naar voren zijn doorgegeven en er op dat moment is gesproken over het feit dat brand zou worden gesticht. Dat verdachte dit niet zou hebben meegekregen, omdat hij stoned was, acht de rechtbank ongeloofwaardig. De rechtbank concludeert dan ook dat verdachte, (in ieder geval) op het moment dat [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] uitstapten, wist wat er ging gebeuren.
Verdachte is vervolgens samen met de bestuurder, [medeverdachte 3] , in de auto blijven wachten. Enige tijd later kwamen [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] rennend terug bij de auto, waarna ze weer zijn ingestapt en de auto is weggereden. Tijdens het rijden hebben [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] zich ontdaan van bij de aanslag gebruikte kleding en is deze via het ski-luik in de kofferbak van de auto gestopt. Daarnaast is de plastic tas met daarin goederen gerelateerd aan de aanslag uit de rijdende auto gegooid. Het voorgaande kan niet zonder medeweten van de andere inzittenden, en dus ook verdachte, zijn gebeurd. Verdachtes verklaring dat hij ook dit alles niet heeft gemerkt, acht de rechtbank dus ongeloofwaardig.
Uit het dossier volgt verder dat verdachte die nacht om 01:55 uur contact had met het snapchataccount ‘ [snapchataccount] ’ dat werd gebruikt door de opdrachtgever om te communiceren met de uitvoerders. Kort nadat verdachte een bericht van ‘ [snapchataccount] ’ had ontvangen en de auto zich begon te verplaatsen vanuit Amsterdam richting de snelweg naar [plaats] , stopten de locatiegegevens van de telefoon van verdachte. Vervolgens had verdachte om 02:05 uur contact met [medeverdachte 4] , de broer van de opdrachtgever, die werd gebruikt als doorgeefluik van informatie.
De rechtbank vindt voornoemde gebeurtenissen bijzonder opvallend. Het heeft er alle schijn van dat verdachte toen al wist wat er die nacht zou gaan gebeuren. De personen waarmee verdachte contact heeft gehad behoren echter tot zijn vrienden-/kennissenkring. Zonder de inhoud van de berichten en gesprekken te kennen, kan dus niet sluitend geconcludeerd worden dat deze een criminele inhoud hadden.
Maar los van de vraag wat verdachte op welk moment wist, geldt dat op grond van dit dossier geen actieve rol van verdachte bij het ten laste gelegde kan worden vastgesteld. De stelling dat verdachte het adres in de navigatie heeft ingevoerd en kleding heeft doorgegeven aan de uitvoerders, is, zonder enig ander objectief ondersteunend bewijs op dit punt van voldoende gewicht, een bewijsconstructie die is gebaseerd op aannames en veronderstellingen. Het enkele feit dat verdachte in de auto is blijven zitten terwijl hij wist dat zijn vrienden brand gingen stichten, levert naar het oordeel van de rechtbank geen wettig en overtuigend bewijs op voor medeplegen, dan wel medeplichtigheid aan deze feiten. Ook het feit dat hij gehoord moet hebben van de brandstichting en niet heeft ingegrepen is daarvoor onvoldoende. Bij gebrek aan bewijs zal verdachte worden vrijgesproken.

4.De beoordeling van de civiele vordering

De benadeelde partij [medebewoner] en [bewoner] heeft in verband met de feiten een vordering tot schadevergoeding ingediend. De benadeelde partij vordert € 7.500,- per persoon aan smartengeld, vermeerderd met de wettelijke rente. Verder is om oplegging van de schadevergoedingsmaatregel verzocht.
Overweging van de rechtbank
Nu de rechtbank niet tot een bewezenverklaring komt, zal de benadeelde partij niet-ontvankelijk worden verklaard in de vordering.

5.De beoordeling van het beslag

Er ligt beslag op schoenen, een broek, een vest en een t-shirt van verdachte. De rechtbank zal de teruggave van deze voorwerpen aan verdachte gelasten omdat geen strafvorderlijk belang zich daartegen verzet.
Daarnaast ligt beslag op een aantal voorwerpen (VT5_48SLKL.03 t/m VT5_48SLKL.16) in de zaken van zowel verdachte als van medeverdachten [medeverdachte 1] , [medeverdachte 2] en [medeverdachte 3] . Het betreft kledingstukken en goederen die bij de aanhouding op 5 juni 2021 in de auto zijn aangetroffen. Uit de beslaglijsten is niet af te leiden (per item) aan wie welk voorwerp toebehoort en dus of een aantal daarvan van verdachte is. De rechtbank zal daarom bepalen dat de voorwerpen aan de rechtmatige eigenaar terug dienen te worden gegeven, zonder daarbij specifiek aan te geven welk voorwerp naar verdachte terug moet.

6.De beslissing

De rechtbank:
 spreekt verdachte vrij van het tenlastegelegde;
 verklaart de benadeelde partij [medebewoner] en [bewoner]
niet-ontvankelijk in de vordering;
 gelast de teruggave van de volgende voorwerpen aan verdachte:
  • schoenen Adidas zwart (HANIN02.02);
  • broek (HANIN02.03);
  • vest (HANIN02.04);
  • t-shirt (HANIN02.05);
 gelast de teruggave van de volgende voorwerpen aan de rechthebbende:
  • handschoenen condor (VT5_48SLKL.03);
  • jas workout (VT5_48SLKL.04);
  • jas The North Face (VT5_48SLKL.05);
  • joggingbroek (VT5_48SLKL.06);
  • linkerschoen Nike mt 43 (VT5_48SLKL.08);
  • pet Under Armour (VT5_48SLKL.09);
  • flesje water (VT5_48SLKL.10);
  • hoodie (VT5_48SLKL.11);
  • spijkerbroek (VT5_48SLKL.12);
  • jas Primark (VT5_48SLKL.13);
  • pet Gucci (VT5_48SLKL.14);
  • pet Under Armour (VT5_48SLKL.15);
  • schoenen Nike Flyknit mt 43 (VT5_48SLKL.16).
Dit vonnis is gewezen door mr. J.M. Graat (voorzitter), mr. L.C.P. Goossens en mr. J.M. Breimer, rechters, in tegenwoordigheid van mr. A.I. Warringa en mr. L.H.M. van Keulen, griffiers, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 27 september 2022.
Bijlage I – volledige inhoud tenlastelegging
Aan verdachte is, na toewijzing van een vordering tot wijziging van de tenlastelegging, ten laste gelegd dat:
1.
hij in of omstreeks de nacht van 4 op 5 juni 2021 te [plaats]
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen,
ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om
[bewoner] en/of de vrouw en/of de kinderen van die [bewoner]
opzettelijk en al dan niet met voorbedachten rade
van het leven te beroven
met een hoeveelheid brandbare (vloei)stoffen naar een woning (perceel [adres]
[plaats] ) waar op dat moment voornoemde [bewoner] en zijn voornoemde
gezinsleden lagen te slapen/verbleven) is/zijn gereden /gegaan en/of vervolgens
brand heeft/hebben gesticht in/bij (de directe nabijheid van) die woning
door (die) brandbare (vloei)stof(fen) te gooien en/of te plaatsen en/of uit te
sprenkelen tegen de voordeur van die woning en/of die (vloei)stof(fen) aan te
steken,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
althans, indien het vorenstaande onder 1 niet tot een veroordeling leidt:
[medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 2] en/of [medeverdachte 3] in of omstreeks de nacht
van 4 op 5 juni 2021 te [plaats]
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen,
ter uitvoering van het door die [medeverdachte 1] en/of die [medeverdachte 2] en/of die [medeverdachte 3]
en/of hun mededader(s) voorgenomen misdrijf om [bewoner] en/of de vrouw en/of
de kinderen van die [bewoner]
opzettelijk en al dan niet met voorbedachten rade van het leven te beroven
met een hoeveelheid brandbare (vloei)stoffen naar een woning (perceel [adres]
[plaats] ) waar op dat moment voornoemde [bewoner] en zijn voornoemde
gezinsleden lagen te slapen/verbleven) is/zijn gereden /gegaan en/of vervolgens
brand heeft/hebben gesticht in/bij (de directe nabijheid van) die woning
door (die) brandbare (vloei)stof(fen) te gooien en/of te plaatsen en/of uit te
sprenkelen tegen de voordeur van die woning en/of die (vloei)stof(fen) aan te
steken,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid
tot en/of bij het plegen van dit misdrijf hij, verdachte
opzettelijk gelegenheid, middelen of inlichtingen heeft verschaft en/of
opzettelijk behulpzaam is geweest door in of omstreeks de nacht van 4 op 5
juni 2021 te Amsterdam en/of [plaats] en/of elders in Nederland opzettelijk
- informatie afkomstig van de opdrachtgever die van belang was voor de
uitvoering van het delict door te geven en/of te delen aan/met zijn
mededaders en/of
- samen met [medeverdachte 1] althans een ander, althans alleen, het adres van
bestemming ( [adres] te [plaats] ) in te voeren in (een navigatieapp op)
de telefoon (van [medeverdachte 2] ), met behulp van welke telefoon en naar welk adres
(vervolgens) genavigeerd werd door de bestuurder en/of
- de kleding die bestemd was om door een of meer van voormelde mededaders te
worden gedragen bij het delict, samen met een ander althans alleen, van
achter in de auto te pakken en door te geven naar voren, nadat de auto was
gearriveerd op de bestemming (nabij [adres] te [plaats] ) en/of
- samen met de bestuurder met de auto nabij dat adres te [plaats] te wachten en
klaar te staan voor de vlucht, nadat een of meer van voormelde daders waren
uitgestapt, en/of
- samen met de bestuurder, althans een mededader(s), althans alleen, ten tijde
van de uitvoering van het delict op de uitkijk te staan en/of
- samen met een mededader, althans alleen, na de terugkomst van [medeverdachte 1] en
[medeverdachte 2] , de door hen ten tijde van het delict gedragen kleding en schoenen
aan te nemen en - via het (ski)luik- in de achterbak/achterin in de auto weg
te bergen;
2.
hij in of omstreeks de nacht van 4 op 5 juni 2021 te [plaats]
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen,
opzettelijk brand heeft gesticht in/bij een woning (perceel [adres] )
door (een) brandbare (vloei)stof(fen) te gooien en/of te plaatsen en/of uit te
sprenkelen tegen de voordeur van die woning en/of die (vloei)stof(fen) aan te
steken,
althans door open vuur in aanraking te brengen met een brandbare stof,
ten gevolge waarvan d(i)e voordeur en/of een kozijn en/of de voorgevel van die
woning geheel of gedeeltelijk is/zijn verbrand, in elk
geval brand is ontstaan,
en daarvan gemeen gevaar voor de bewoner(s) van die woning , te weten [bewoner]
en/of de vrouw en/of de kinderen van die [bewoner] , in elk geval gemeen gevaar
voor goederen en/of levensgevaar voor die bewoner(s), in elk geval
levensgevaar voor een ander of anderen en/of gevaar voor zwaar lichamelijk
letsel voor die bewoner(s), in elk geval gevaar voor zwaar lichamelijk letsel
voor een ander of anderen te duchten was;
althans, indien het vorenstaande onder 2 niet tot een veroordeling leidt:
[medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 2] en/of [medeverdachte 3]
in of omstreeks de nacht van 4 op 5 juni 2021 te [plaats]
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen,
opzettelijk brand heeft/hebben gesticht in/bij een woning
(perceel [adres] )
door (een) brandbare (vloei)stof(fen) te gooien en/of te plaatsen en/of uit te
sprenkelen tegen de voordeur van die woning en/of die (vloei)stof(fen) aan te
steken,
althans door open vuur in aanraking te brengen met een brandbare stof,
ten gevolge waarvan d(i)e voordeur en/of een kozijn en/of de voorgevel van die
woning geheel of gedeeltelijk is/zijn verbrand, in elk geval brand is
ontstaan, en daarvan gemeen gevaar voor de bewoner(s) van die woning ,
te weten [bewoner] en/of de vrouw en/of de kinderen van die [bewoner] , in elk geval
gemeen gevaar voor goederen en/of levensgevaar voor die bewoner(s), in elk
geval levensgevaar voor een ander of anderen en/of gevaar voor zwaar
lichamelijk letsel voor die bewoner(s), in elk geval gevaar voor zwaar
lichamelijk letsel voor een ander of anderen te duchten was
tot en/of bij het plegen van dit misdrijf hij, verdachte
opzettelijk gelegenheid, middelen of inlichtingen heeft verschaft en/of
opzettelijk behulpzaam is geweest door in of omstreeks de nacht van 4 op 5
juni 2021 te Amsterdam en/of [plaats] en/of elders in Nederland opzettelijk
- informatie afkomstig van de opdrachtgever die van belang was voor de
uitvoering van het delict door te geven en/of te delen aan/met zijn
mededaders en/of
- samen met [medeverdachte 1] althans een ander, althans alleen, het adres van
bestemming ( [adres] te [plaats] ) in te voeren in (een navigatieapp op)
de telefoon (van [medeverdachte 2] ), met behulp van welke telefoon en naar welk adres
(vervolgens) genavigeerd werd door de bestuurder en/of
- de kleding die bestemd was om door een of meer van voormelde mededaders te
worden gedragen bij het delict, samen met een ander althans alleen, van
achter in de auto te pakken en door te geven naar voren, nadat de auto was
gearriveerd op de bestemming (nabij [adres] te [plaats] ) en/of
- samen met de bestuurder met de auto nabij dat adres te [plaats] te wachten en
klaar te staan voor de vlucht, nadat een of meer van voormelde daders waren
uitgestapt, en/of
- samen met de bestuurder, althans een mededader(s), althans alleen, ten tijde
van de uitvoering van het delict op de uitkijk te staan en/of
- samen met een mededader, althans alleen, na de terugkomst van [medeverdachte 1] en
[medeverdachte 2] , de door hen ten tijde van het delict gedragen kleding en schoenen
aan te nemen en - via het (ski)luik- in de achterbak/achterin in de auto weg
te bergen.