ECLI:NL:RBGEL:2022:7337
Rechtbank Gelderland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing van een wrakingsverzoek tegen rechter mr. E. Troost
In deze zaak heeft de wrakingskamer van de Rechtbank Gelderland op 12 december 2022 een verzoek tot wraking afgewezen. Het verzoeker, wonende te Apeldoorn, had de wraking ingediend tegen rechter mr. E. Troost, omdat hij meende dat de rechter niet onpartijdig was. Verzoeker stelde dat de rechter, ondanks de bewijsstukken die hij had ingediend, alleen het belang van mevrouw [belanghebbende] behartigde, de moeder van zijn dochter. Hij was van mening dat de rechter niet in het belang van zijn dochter handelde en dat dit duidde op partijdigheid.
Tijdens de mondelinge behandeling op 12 december 2022 was verzoeker aanwezig, terwijl de rechter niet verscheen. De wrakingskamer heeft de zaak beoordeeld aan de hand van de ingediende stukken en de mondelinge toelichting van verzoeker. De wrakingskamer oordeelde dat er geen objectieve aanwijzingen waren voor de vrees dat de rechter partijdig was. De wrakingskamer benadrukte dat een rechter wordt vermoed onpartijdig te zijn en dat verzoeker concrete omstandigheden moest aanvoeren om zijn vrees te onderbouwen.
De wrakingskamer concludeerde dat er geen aanleiding was om te veronderstellen dat de rechter op voorhand al een beslissing had genomen. De rechter had alle betrokken partijen meerdere keren de gelegenheid gegeven om hun standpunten toe te lichten. Het subjectieve gevoel van verzoeker dat de zaak niet in zijn voordeel zou uitvallen, was onvoldoende om te concluderen dat de rechter partijdig was. Daarom werd het wrakingsverzoek afgewezen en er werd geen rechtsmiddel tegen deze beslissing open gesteld.