Uitspraak
1.De inhoud van de tenlastelegging
- (een) hoeveelheid/hoeveelheden aan materiaal bevattende MDMA en/of
- (een) hoeveelheid/hoeveelheden aan materiaal bevattende cocaïne en/of
- (een) hoeveelheid/hoeveelheden aan materiaal bevattende 4-FA/4FMP
- (een) hoeveelheid/hoeveelheden aan materiaal bevattende 2C-B (4-bromo-2,5-dimethoxyfenetylamine) en/of
- (een) hoeveelheid/hoeveelheden aan materiaal bevattende 4-MMC/mefedron
2.Overwegingen ten aanzien van het bewijs
[rechtbank: verbalisant [verbalisant 1] ]en hij niet heeft gezien of gemerkt dat [hoofdagent] zich vasthield aan de auto en werd meegesleurd. [verbalisant 1] heeft in het proces-verbaal van bevindingen (pagina 46 van het procesdossier) vermeld dat hij zag dat de bestuurder paniek in zijn ogen had en drukke bewegingen maakte bij de versnellingspook. Hij maakte het bijrijdersportier open en probeerde de bestuurder te doen stoppen door de auto in te gaan. Hij voelde dat de auto naar voren reed en zag dat de auto hard optrok. Gelet hierop is het naar het oordeel van rechtbank niet onaannemelijk, althans niet uit te sluiten, dat de blik van verdachte, direct voordat hij wegreed, inderdaad naar rechts was gericht, richting verbalisant [verbalisant 1] . De beschikbare camerabeelden, die een beeld geven van de houding van verdachte (zij het een beperkt beeld), sluiten dat ook niet uit. Dit in aanmerking nemend, en gezien de omstandigheid dat enkel kan worden aangenomen dat direct voordat verdachte voorwaarts wegreed de rechterarm van [hoofdagent] de auto in is bewogen, is de rechtbank van oordeel dat het niet onaannemelijk is, althans niet is uit te sluiten, dat verdachte niet heeft gezien dat hij [hoofdagent] meesleurde toen hij wegreed. Van belang daarbij is dat de forensisch onderzoekers hebben geconcludeerd dat het mogelijk is dat de bestuurder van de auto niet heeft gemerkt dat [hoofdagent] werd meegesleurd (pagina 92 van het procesdossier), waarbij is betrokken het zichtveld van de mens en het geopende bestuurdersportier, waardoor [hoofdagent] niet zichtbaar zal zijn geweest in de linker buitenspiegel en dat het motorgeluid, windgeruis en bandengeluid vrijwel zeker significant zal zijn toegenomen. Gelet op laatstgenoemde omstandigheid is het naar het oordeel van de rechtbank mogelijk dat verdachte niet heeft gehoord dat [hoofdagent] , zoals hij heeft verklaard, tegen verdachte heeft geschreeuwd dat hij moest stoppen.
3.De bewezenverklaring
één of meertijdstip
(pen
)in
of omstreeksde periode van 27 januari 2021 tot en met 3 juni 2022, in Nijmegen en/of op
één of meerandere plaatsen in Nederland, tezamen en in vereniging met
één of meeranderen,
althans alleen,meermalen,
althans eenmaal (telkens
)opzettelijk heeft verkocht en
/ofafgeleverd en
/ofverstrekt en
/ofvervoerd,
in elk geval opzettelijk aanwezig heeft gehad,
- (een) hoeveelheid/hoeveelheden aan materiaal bevattende MDMA en
- (een) hoeveelheid/hoeveelheden aan materiaal bevattende cocaïne en
- (een) hoeveelheid/hoeveelheden aan materiaal bevattende 4-FA/4FMP
/of
- (een) hoeveelheid/hoeveelheden aan materiaal bevattende 2C-B (4-bromo-2,5-dimethoxyfenetylamine) en
- (een) hoeveelheid/hoeveelheden aan materiaal bevattende 4-MMC/mefedron
) (een)middel
(len
)als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I
, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
of omstreeks4 juni 2022 te Nijmegen opzettelijk aanwezig heeft gehad ongeveer 18,69 gram
, in elk geval een hoeveelheidvan een materiaal bevattende MDMA en
/ofongeveer 15,63 gram
, in elk geval een hoeveelheidvan een materiaal bevattende cocaïne, zijnde MDMA en
/ofcocaïne
(telkens
)een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I
, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet.
of omstreeks31 december 2020 te Nijmegen
in elk geval een hoeveelheidvan een materiaal bevattende cocaïne en
/ofongeveer 3,11 gram,
in elk geval een hoeveelheidvan een materiaal bevattende heroïne, zijnde cocaïne en
/ofheroïne
(telkens
)een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I
, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet.
of omstreeks11 april 2020 te Nijmegen
in elk geval opzettelijk aanwezig heeft gehad,
, in elk geval een hoeveelheidvan een materiaal bevattende cocaïne en
/of
, in elk geval een hoeveelheidvan een materiaal bevattende heroïne, zijnde cocaïne en
/ofheroïne
(telkens
)een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I
, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet.
4.De kwalificatie van het bewezenverklaarde
5.De strafbaarheid van de feiten
6.De strafbaarheid van de verdachte
7.De overwegingen ten aanzien van straf en/of maatregel
(jongvolwassenen-methodiek). De reclassering ziet geen zwaarwegende gronden voor toepassing van het jeugdstrafrecht. Hoewel verdachte niet altijd zicht heeft op de gevolgen van zijn gedrag, maakt hij wel bewuste keuzes. Hij weet wat wel en niet mag. Interventies binnen het jeugdstrafrecht hebben tot op heden bovendien niet geleid tot gedragsverandering. Verdachte komt op de reclassering over als ‘streetwise’ en pedagogische beïnvloedingsmogelijkheden worden niet gezien. Omdat verdachte heeft aangegeven niet te willen meewerken aan een klinische behandeling, ziet de reclassering als enige mogelijkheid om te werken aan gedragsverandering de oplegging van een deels voorwaardelijke straf met bijzondere voorwaarden en toezicht door de volwassenenreclassering. Als bijzondere voorwaarden worden geadviseerd een meldplicht, ambulante behandeling en begeleid wonen of maatschappelijke opvang.
8.De beoordeling van de civiele vordering
9.De beoordeling van het beslag
10.De vordering tot tenuitvoerlegging (parketnummer 05-720298-18)
11.De toegepaste wettelijke bepalingen
12.De beslissing
- verdachte zijn medewerking zal verlenen aan het ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit afnemen van een of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage zal aanbieden;
- verdachte zijn medewerking zal verlenen aan het reclasseringstoezicht als bedoeld in artikel 14c van het Wetboek van Strafrecht. De medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de reclasseringsinstelling zo vaak en zolang de reclassering dit noodzakelijk acht zijn daaronder begrepen;
- een geldbedrag van € 2.495,30 (parketnummer 05-138592-22);
- een geldbedrag van € 236,00 (parketnummer 05-121693-21);
- een geldbedrag van € 135,00 (parketnummer 05-179679-20);