ECLI:NL:RBGEL:2022:7058

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
6 december 2022
Publicatiedatum
19 december 2022
Zaaknummer
C/05/410552 KG RK 22-768
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Wrakingsverzoek niet-ontvankelijk na einduitspraak in bodemzaak

Op 6 december 2022 heeft de meervoudige wrakingskamer van de Rechtbank Gelderland, locatie Arnhem, uitspraak gedaan op het wrakingsverzoek van een verzoekster, wonende te Nijmegen. Het wrakingsverzoek was ingediend op 17 oktober 2022, nadat de kinderrechter op 12 oktober 2022 een mondelinge einduitspraak had gedaan in de bodemzaak betreffende de verlenging van de ondertoezichtstelling en de machtiging tot uithuisplaatsing van haar dochter. De schriftelijke vaststelling van deze einduitspraak vond plaats op 26 oktober 2022. De wrakingskamer heeft vastgesteld dat het verzoek tot wraking is ingediend nadat de behandeling van de zaak was geëindigd, wat in strijd is met de wet. Hierdoor is verzoekster niet-ontvankelijk verklaard in haar wrakingsverzoek. De geplande mondelinge behandeling op 29 november 2022 is niet doorgegaan, omdat de wrakingskamer besloot de zaak schriftelijk af te doen. De beslissing is openbaar uitgesproken en er staat geen rechtsmiddel open tegen deze uitspraak.

Uitspraak

beslissing

RECHTBANK GELDERLAND, locatie Arnhem

Wrakingskamer
zaaknummer: C/05/410552 / KG RK 22-768
Beslissing van 6 december 2022
van de meervoudige wrakingskamer van de rechtbank op het verzoek van
[verzoeker] ,
wonende te Nijmegen,
verzoekster,
strekkende tot de wraking van
mr. C.J.M. van Apeldoorn,
rechter in deze rechtbank,
hierna te noemen: de rechter.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het wrakingsverzoek van verzoekster in persoon van 17 oktober 2022;
- het bericht van mr. Schiettekatte van 9 november 2022, dat zij verzoekster niet bijstaat in de wrakingszaak;
- de schriftelijke reactie van de rechter van 20 november 2022.
1.2.
De geplande mondelinge behandeling van het wrakingsverzoek op 29 november 2022 is
niet doorgegaan omdat de wrakingskamer heeft besloten de zaak zonder mondelinge behandeling schriftelijk af te doen.

2.De beoordeling

2.1.
Verzoekster heeft haar wrakingsverzoek ingediend in de zaak met betrekking tot het verzoek tot verlenging van de ondertoezichtstelling en de verlenging van de machtiging uithuisplaatsing van haar dochter met kenmerk C/05/408016 / JE RK 22-1053 (hierna: de bodemzaak).
2.2.
In de bodemzaak heeft de rechter op 12 oktober 2022 mondeling einduitspraak gedaan. Deze beslissing is schriftelijk vastgesteld op 26 oktober 2022. Dit volgt zowel uit het proces-verbaal van de mondelinge behandeling van 12 oktober 2022, als de beschikking van 12 oktober 2022, die beiden schriftelijk zijn vastgesteld op 26 oktober 2022. Op 17 oktober 2022 is het wrakingsverzoek gedaan door verzoekster in persoon. Het verzoek tot wraking is dus pas gedaan toen er al mondeling einduitspraak in de bodemzaak was gedaan.
2.3.
Aangezien de wet niet voorziet in de mogelijkheid om, wanneer de behandeling van de zaak is geëindigd door het doen van een einduitspraak, wraking te verzoeken van de rechter die deze uitspraak heeft gedaan, is verzoekster om die reden niet-ontvankelijk in haar wrakingsverzoek.
2.4.
Nu aanstonds duidelijk is dat verzoekster niet-ontvankelijk is in haar wrakingsverzoek, wordt afgezien van een mondelinge behandeling van het verzoek.

3.De beslissing

De wrakingskamer van de rechtbank
- verklaart verzoekster niet-ontvankelijk in haar verzoek.
Deze beslissing is gegeven door de mrs. S.J. Peerdeman als voorzitter, mr. A.S.W. Kroon en mr. A.A. Roodenburg, rechters, in tegenwoordigheid van de griffier [griffier] en in openbaar uitgesproken op 6 december 2022.
de griffier de voorzitter
Tegen deze beslissing staat geen rechtsmiddel open.