Uitspraak
1.De inhoud van de tenlastelegging
de militaire kamer begrijpt: aangeefster [slachtoffer]) vanuit de kamer herhaaldelijk zeggen: “ [verdachte] niet doen. [verdachte] stop!” Getuige heeft in totaal, denkt ze, vijf minuten voor de deur gestaan. [getuige 5] – die later ook de gang in kwam lopen – werd door getuige en twee anderen gemaand de deur te openen met zijn sleutel. Dat deed hij. [slachtoffer] rende heel hard de kamer uit. [5] Getuige rende achter haar aan en zag toen aangeefster haar deur wilde openen met de sleutel dat haar arm en hand trilden. Ze was aan het huilen en diep aan het ademhalen. Op de vraag van getuige wat er was gebeurd vertelde aangeefster haar dat verdachte haar de kamer in had getrokken, dat hij haar had vastgepakt en dat ze door hem was aangeraakt. Aangeefster vertelde aan getuige dat ze onder de borsten, of in ieder geval in de buurt van de borsten door hem was aangeraakt. [6]
3.De bewezenverklaring
of omstreeks16 juni 2022 te Huis ter Heide, gemeente Zeist,
één of meerontuchtige handelingen immers heeft verdachte die [slachtoffer] een (legerings)kamer ingetrokken en
/ofdie [slachtoffer] belet om de kamer te verlaten en
/ofeen arm om de nek van die [slachtoffer] geslagen/gelegd en
/ofdie [slachtoffer] op een bed getrokken en
/ofhet lichaam van die [slachtoffer] in bedwang gehouden en daarna (over de kleding) de borsten van die [slachtoffer] betast, terwijl verdachte daarbij
(meermalen
)voorbij is gegaan aan de verbale en non-verbale signalen/uitingen van verzet van die [slachtoffer] ;
of omstreeks16 juni 2022 te Huis ter Heide, gemeente Zeist,
/ofberoofd gehouden, door haar een (legerings)kamer in te trekken en te beletten dat zij die kamer kon verlaten en voorbij te gaan aan haar verbale en
/ofnon-verbale tekenen van verzet.
4.De kwalificatie van het bewezenverklaarde
5.De strafbaarheid van de feiten
6.De strafbaarheid van de verdachte
7.De overwegingen ten aanzien van straf en
8.De beoordeling van de civiele vordering
9.De toegepaste wettelijke bepalingen
10.De beslissing
2 (twee) maanden;
proeftijdvan
3 jarenschuldig heeft maakt aan een strafbaar feit;
150 (honderdvijftig) uren, met bevel dat indien deze straf niet naar behoren wordt verricht vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van 75 dagen;
- veroordeelt verdachte in verband met het bewezenverklaarde tot betaling van
- veroordeelt verdachte in de kosten die de benadeelde partij in deze procedure heeft gemaakt en de kosten die de benadeelde partij mogelijk nog moet maken om het toegewezen bedrag betaald te krijgen, tot vandaag begroot op nul;
- legt aan verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van benadeelde partij [slachtoffer] , een bedrag te betalen van € 2.500,- aan smartengeld. Dit wordt vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 16 juni 2022 tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald. Als dit bedrag niet wordt betaald, kunnen 35 dagen gijzeling worden toegepast zonder dat de betalingsverplichting vervalt;
- bepaalt daarbij dat met betaling aan de benadeelde partij in zoverre de betaling aan de Staat vervalt en omgekeerd;