ECLI:NL:RBGEL:2022:6149
Rechtbank Gelderland
- Eerste aanleg - meervoudig
- S. Jansen
- J.M.J.M. Doon
- W.H.S. Duinkerke
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van verdachte in zedendelict wegens onvoldoende bewijs
In deze zaak heeft de Rechtbank Gelderland op 31 oktober 2022 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die werd beschuldigd van feitelijke aanranding. De tenlastelegging omvatte verschillende ontuchtige handelingen die de verdachte op of omstreeks 16 mei 2020 in Twello zou hebben gepleegd tegen het slachtoffer. De officier van justitie eiste een voorwaardelijke gevangenisstraf van vier weken en een werkstraf van 100 uren, maar de verdediging pleitte voor vrijspraak.
De rechtbank heeft in haar overwegingen benadrukt dat zedenzaken vaak gekenmerkt worden door de afwezigheid van getuigen en dat de verklaring van het slachtoffer alleen niet voldoende is voor een bewezenverklaring. De rechtbank heeft de verklaringen van het slachtoffer en de getuigen beoordeeld en geconcludeerd dat er onvoldoende ondersteunend bewijs was voor de verklaring van het slachtoffer. De getuigenverklaringen waren niet specifiek genoeg en er ontbraken objectieve bewijsmiddelen zoals camerabeelden of DNA-sporen.
Uiteindelijk heeft de rechtbank geoordeeld dat het dossier niet voldeed aan het bewijsminimum en heeft de verdachte vrijgesproken van de tenlastegelegde feiten. Tevens is de benadeelde partij, het slachtoffer, niet-ontvankelijk verklaard in haar vordering tot schadevergoeding, aangezien er geen bewezenverklaring was.