ECLI:NL:RBGEL:2022:5879

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
17 oktober 2022
Publicatiedatum
18 oktober 2022
Zaaknummer
71/039898-22
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling ex-Marechaussee voor computervredebreuk en schending ambtsgeheim

In deze zaak heeft de militaire kamer van de Rechtbank Gelderland op 17 oktober 2022 uitspraak gedaan tegen een ex-Marechaussee die zich schuldig heeft gemaakt aan computervredebreuk en schending van zijn ambtsgeheim. De verdachte, geboren in 1983, heeft gedurende de periode van 10 juni 2019 tot en met 15 april 2020, op meerdere tijdstippen vertrouwelijke informatie uit politie-informatiesystemen opgevraagd en deze informatie doorgegeven aan een derde in ruil voor cocaïne. De verdachte heeft verklaard dat hij onder druk van bedreigingen handelde en dat hij zich in het criminele circuit bevond. De militaire kamer heeft vastgesteld dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het opzettelijk schenden van een geheim, het aannemen van giften en computervredebreuk. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van 8 maanden, geheel voorwaardelijk, met een proeftijd van 3 jaar, en een taakstraf van 240 uren. Bij de strafoplegging is rekening gehouden met de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, waaronder zijn financiële problemen en de impact van de strafzaak op zijn leven. De militaire kamer heeft bijzondere voorwaarden aan de proeftijd verbonden, waaronder reclasseringstoezicht en ambulante behandeling.

Uitspraak

RECHTBANK GELDERLAND
Team strafrecht
Zittingsplaats Arnhem
Parketnummer: 71/039898-22
Datum uitspraak : 17 oktober 2022
Tegenspraak
vonnis van de meervoudige militaire kamer
in de zaak van
de officier van justitie
tegen
[verdachte],
geboren op [geboortejaar 1983] in [geboorteplaats] ,
wonende aan de [adres 1] .
Raadsvrouw: mr. C.M.H. van Vliet te Den Haag.
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op een openbare terechtzitting.

1.De inhoud van de tenlastelegging

Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
1.
hij op een of meer (nader te noemen) tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 10 juni 2019 tot en met 15 april 2020 te Badhoevedorp in de gemeente Haarlemmermeer en/althans (elders) in Nederland (telkens) een geheim waarvan hij, verdachte, wist of redelijkerwijs moest vermoeden dat hij uit hoofde van zijn ambt, beroep en/of wettelijk voorschrift dan wel van vroeger ambt en/of beroep, te weten van politie/opsporings ambtenaar (wachtmeester der 1e klas der Koninklijke Marechaussee bij de Brigade Politie en Beveiliging Schiphol) en/of wettelijk voorschrift (namelijk artikel 3 Wet Politiegegevens en/of artikel 7 Wet Politiegegevens),
verplicht was te bewaren, opzettelijk heeft geschonden, door (telkens) in een of meerdere politiesystemen (onder andere BVI-IB en/of Bluespot en/of BVH en/of NL-SIS-II)(vertrouwelijke) informatie omtrent personen en/of opsporingsonderzoeken en/of incidenten en/of kentekens te bevragen en/of op te vragen, en wel:
 op 10 juni 2019 een bevraging van de persoon [naam 1] , en/of
 op 30 juli 2019 de Keno [code 1] en/of [code 2] , en/of
 op 20 maart 2020 de Keno [code 13] , en/of
 op 4 april 2020 het kenteken [kenteken 1] , en/of
 op 4 april 2020 het kenteken [kenteken 2] , en/of
 op 4 april 2020 de Keno [code 4] en/of de namen [naam 2] en/of [naam 3] een/of [naam 4] , en/of
 op 4 april 2020 het kenteken [kenteken 3] , en/of
 op 4 april 2020 de Keno [code 5] en/of de Keno [code 6] en/of de Keno [code 7] , en/of
 op 10 april 2020 de Keno [code 8] en/of de Keno [code 9]
 op 10 april 2020 de Keno [code 10] , en/of
 op 10 april 2020 het kenteken [kenteken 4] , en/of
 op 15 april 2020 de Keno [code 11] en/of de Keno [code 12] , en/of
(vervolgens/telkens) die verkegen vertrouwelijke informatie aan daartoe niet-gerechtigde
personen/derden te verstrekken en/of te openbaren;
2.
hij op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 10 juni 2019 tot en met 15 april
2020 te Badhoevedorp in de gemeente Haarlemmermeer en/of te Rijnsburg in de gemeente
Katwijk en/althans (elders) in Nederland,als (politie)ambtenaar (Wachtmeester 1e klasse der Koninklijke Marechaussee Brigade Politie en Beveiliging Schiphol) een of meer gift(en) (te weten een of meer geldbedragen en/of telkens een hoeveelheid verdovende middelen/cocaïne/drugs) heeft aangenomen waarvan hij, verdachte (telkens) wist of redelijkerwijs moest vermoeden dat deze hem gedaan en/of verleend en/of aangeboden werd(en),
  • teneinde hem te bewegen om in zijn bediening iets te doen, te weten het bevragen van (vertrouwelijke) informatie uit een of meer politiesystemen en/of voornoemde (vertrouwelijke) informatie te verstrekken en/of te openbaren aan een of meer (daartoe niet gerechtigede) derde(n), en/of een of meer geldbedrag(en) en/of hoeveelheden verdovende middelen/cocaïne/drugs als gift en/of als een belofte heeft gevraagd
  • teneinde hem te bewegen om in zijn bediening iets te doen, te weten het bevragen van (vertrouwelijke) informatie uit een of meer politiesystemen en/of voornoemde vertrouwelijke) informatie te verstrekken en/of te openbaren aan een of meer (daartoe niet gerechtigde) derde(n);
3.
hij op een of meer tijdstip(pe) in of omstreeksd de periode van 10 juni 2019 tot en met 15 april
2020 te Badhoevedorp, in de gemeente Haarlemmermeer, en/althans (elders) in Nederland,
meermalen, althans eenmaal (telkens) opzettelijk en wederrechtelijk
in een (gedeelte van) (een) geautomatiseerd(e) werk(en), namelijk in een of meer (delen van)
servers van de nationale politie en/of de Koninklijke Marechaussee (te weten Basis Voorziening
Informatie-Integraal Bevragen (BVI-IB) en/of Basis Voorziening Handhaving (BVH) en/of
Bluespot en/of Nationaal Schengen Informatie Systeem (NL-SIS-II)) is binnengedrongen met
behulp van (een of meer) valse signalen of (een) valse sleutel(s) en/of door het aannemen van een valse hoedanigheid, namelijk door het (telkens) onbevoegd gebruik maken van een
gebruikersnaam en/of wachtwoord voor die syste(e)m(en) en/of applicatie(s) en/of zich toegang
te verschaffen tot (delen van de) server(s) van de politie/Koninklijke Marechaussee, waarop
informatie was geplaatst met (telkens) een ander doel dan waarvoor hem, verdachte, die
gebruikersnaam en/of dat wachtwoord ter beschikking stonden en/of waarvoor hem, verdachte,
die toegang was toegestaan en/of (vervolgens) (telkens) de gegevens die waren opgeslagen en/of verwerkt en/of overgedragen door middel van (delen van) die/dat geautomatiseerd(e) werk(en) waarin hij, verdachte, zich wederrechtelijk bevond, voor zichzelf en/of (een) ander(en) (niet gerechtigde) heeft overgenomen, afgetapt en/of opgenomen.
2. Overwegingen ten aanzien van het bewijs [1]
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan de tenlastegelegde feiten.
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft ten aanzien van feit 2 bepleit dat niet bewezen kan worden dat verdachte (ook) geld heeft aangenomen in ruil voor informatie. Zij heeft voor het overige gerefereerd aan het oordeel van de militaire kamer. Ten aanzien van feit 1 en 3 is geen bewijsverweer gevoerd. Verder is door de raadsvrouw naar voren gebracht dat sprake is van eendaadse samenloop.
Beoordeling door de militaire kamer
Feit 1
Hoewel verdachte zich de specifieke bevragingen niet meer kan herinneren, beschouwt de militaire kamer hem – mede gelet op zijn verklaring ter terechtzitting – als een bekennende verdachte als bedoeld in artikel 359, derde lid, laatste zin, van het Wetboek van Strafvordering. Verdachte heeft verklaard dat hij gedurende de tenlastegelegde periode verschillende bevragingen in het systeem heeft gedaan en dat hij er niet aan twijfelt dat de tenlastegelegde bevragingen door hem zijn gedaan. Daarom wordt volstaan met een opgave van de bewijsmiddelen.
Bewijsmiddelen:
- het proces-verbaal bevindingen van 20 november 2020, p. 69;
- het proces-verbaal bevindingen van 20 november 2020, p. 75;
- het proces-verbaal bevindingen van 20 november 2020, p. 82 en 85;
- het proces-verbaal bevindingen van 20 november 2020, p. 96;
- het proces-verbaal bevindingen van 20 november 2020, p. 105;
- het proces-verbaal bevindingen van 23 november 2020, p. 118, 120 en 121;
- de verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting van 3 oktober 2022.
Feit 2
Er is sprake van een bekennende verdachte – met uitzondering van het aannemen van geld – als bedoeld in artikel 359, derde lid, laatste zin, van het Wetboek van Strafvordering en daarom wordt volstaan met een opgave van de bewijsmiddelen. De militaire kamer zal verdachte partieel vrijspreken van het onderdeel “te weten een of meer geldbedrag(en)”, nu daarvoor het bewijs ontbreekt.
Bewijsmiddelen:
- het proces-verbaal bevindingen van 20 november 2020, p. 69;
- het proces-verbaal bevindingen van 20 november 2020, p. 75;
- het proces-verbaal bevindingen van 20 november 2020, p. 82 en 85;
- het proces-verbaal bevindingen van 20 november 2020, p. 96;
- het proces-verbaal bevindingen van 20 november 2020, p. 105;
- het proces-verbaal bevindingen van 23 november 2020, p. 118, 120 en 121;
- het proces-verbaal bevindingen van 21 december 2020, p. 209 en 210;
- de verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting van 3 oktober 2022.
Feit 3
Er is sprake van een bekennende verdachte als bedoeld in artikel 359, derde lid, laatste zin, van het Wetboek van Strafvordering en daarom wordt volstaan met een opgave van de bewijsmiddelen.
Bewijsmiddelen:
- het proces-verbaal bevindingen van 20 november 2020, p. 69;
- het proces-verbaal bevindingen van 20 november 2020, p. 75;
- het proces-verbaal bevindingen van 20 november 2020, p. 82 en 85;
- het proces-verbaal bevindingen van 20 november 2020, p. 96;
- het proces-verbaal bevindingen van 20 november 2020, p. 105;
- het proces-verbaal bevindingen van 23 november 2020, p. 118, 120 en 121;
- de verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting van 3 oktober 2022.
Eendaadse samenloop
De bewezen verklaarde gedragingen leveren in die mate een samenhangend, zich in dezelfde periode en op dezelfde plaats afspelend feitencomplex op dat de verdachte daarvan in wezen één verwijt wordt gemaakt, terwijl de strekking van de desbetreffende strafbepalingen slechts enigszins uiteenloopt. Gelet hierop is de militaire kamer van oordeel dat met betrekking tot de tenlastegelegde feiten sprake is van eendaadse samenloop als bedoeld in artikel 55, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht.

3.De bewezenverklaring

Naar het oordeel van de militaire kamer is wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het tenlastegelegde heeft begaan, te weten dat:
1.
hij op
een ofmeerdere (nader te noemen) tijdstip
(pen
)in
of omstreeksde periode van 10 juni 2019 tot en met 15 april 2020 te Badhoevedorp in de gemeente Haarlemmermeer
en/althans (elders) in Nederland (telkens
)een geheim waarvan hij, verdachte, wist
of redelijkerwijs moest vermoedendat hij uit hoofde van zijn ambt,
beroep en/of wettelijk voorschrift dan wel van vroeger ambt en/of beroep,te weten politie-/opsporingsambtenaar (wachtmeester der 1e klas der Koninklijke Marechaussee bij de Brigade Politie en Beveiliging Schiphol) en/
ofwettelijk voorschrift (namelijk artikel 3 Wet Politiegegevens en
/ofartikel 7 Wet Politiegegevens), verplicht was te bewaren, opzettelijk heeft geschonden, door
(telkens
)in
een ofmeerdere politiesystemen (onder andere BVI-IB en
/ofBluespot en
/ofBVH en
/ofNL-SIS-II)
(vertrouwelijke
)informatie omtrent personen
en/of opsporingsonderzoekenen
/ofincidenten en
/ofkentekens te bevragen
en/of op te vragen, en wel:
 op 10 juni 2019 een bevraging van de persoon [naam 1] , en
/of
 op 30 juli 2019 de Keno [code 1] en
/of[code 2] , en
/of
 op 20 maart 2020 de Keno [code 13] , en
/of
 op 4 april 2020 het kenteken [kenteken 1] , en
/of
 op 4 april 2020 het kenteken [kenteken 2] , en
/of
 op 4 april 2020 de Keno [code 4] en
/ofde namen [naam 2] en
/of[naam 3] en
/of[naam 4] , en
/of
 op 4 april 2020 het kenteken [kenteken 3] , en
/of
 op 4 april 2020 de Keno [code 5] en
/ofde Keno [code 6] en
/ofde Keno [code 7] , en
/of
 op 10 april 2020 de Keno [code 8] en
/ofde Keno [code 9] , en
 op 10 april 2020 de Keno [code 10] , en
/of
 op 10 april 2020 het kenteken [kenteken 4] , en
/of
 op 15 april 2020 de Keno [code 11] en
/ofde Keno [code 12] , en
/of
(vervolgens
/telkens
)die verkregen vertrouwelijke informatie aan een daartoe niet-gerechtigde
personen/derde
nte verstrekken en
/ofte openbaren;
2.
hij op
een ofmeerdere tijdstip
(pen
)in
of omstreeksde periode van 10 juni 2019 tot en met 15 april 2020 te Badhoevedorp in de gemeente Haarlemmermeer en/of te Rijnsburg in de gemeente
Katwijk
en/althans (elders) in Nederland,als
(politie
)ambtenaar (Wachtmeester 1e klasse der Koninklijke Marechaussee Brigade Politie en Beveiliging Schiphol)
een ofmeerdere gift
(en
)(te weten
een of meer geldbedragen en/oftelkens een hoeveelheid
verdovende middelen/cocaïne
/drugs) heeft aangenomen waarvan hij, verdachte
(telkens
)wist
of redelijkerwijs moest vermoedendat deze hem
gedaan en/of verleend en/ofaangeboden werd
(en),
  • teneinde hem te bewegen om in zijn bediening iets te doen, te weten het bevragen van
  • teneinde hem te bewegen om in zijn bediening iets te doen, te weten het bevragen van (vertrouwelijke) informatie uit een of meer politiesystemen en/of voornoemde (vertrouwelijke) informatie te verstrekken en/of te openbaren aan een of meer (daartoe niet gerechtigde) derde(n);
3.
hij op
een ofmeerdere tijdstip(pen) in
of omstreeksde periode van 10 juni 2019 tot en met 15 april 2020 te Badhoevedorp, in de gemeente Haarlemmermeer,
en/althans (elders) in Nederland,
meermalen
, althans eenmaal (telkens
)opzettelijk en wederrechtelijk in
een (gedeelte van) (een)geautomatiseerd
(e
)werk
(en
), namelijk in
een of meer (delen van)servers van de nationale politie en
/ofde Koninklijke Marechaussee (te weten Basis Voorziening
Informatie-Integraal Bevragen (BVI-IB) en
/ofBasis Voorziening Handhaving (BVH) en
/of
Bluespot en
/ofNationaal Schengen Informatie Systeem (NL-SIS-II)) is binnengedrongen met
behulp van
(een of meer) valse signalen of (een
)valse sleutel
(s) en/of door het aannemen van een valse hoedanigheid, namelijk door het
(telkens
)onbevoegd gebruik maken van een
gebruikersnaam en
/ofwachtwoord voor die syste
(e)m
(en
) en/of applicatie(s)en
/ofzich toegang
te verschaffen tot (delen van de) server
(s
)van de politie en Koninklijke Marechaussee, waarop
informatie was geplaatst met
(telkens
)een ander doel dan waarvoor hem, verdachte, die
gebruikersnaam en
/ofdat wachtwoord ter beschikking stonden en
/ofwaarvoor hem, verdachte,
die toegang was toegestaan en
/of (vervolgens
) (telkens
)de gegevens die waren opgeslagen
en/of verwerkt en/of overgedragendoor middel van (delen van) die
/datgeautomatiseerd
(e
)werk
(en
)waarin hij, verdachte, zich wederrechtelijk bevond, voor
zichzelf en/of (een
)ander
(en), (niet gerechtigde,
)heeft overgenomen
, afgetapt en/of opgenomen.
Voor zover er in de tenlastelegging kennelijke taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn die fouten verbeterd. Verdachte is daardoor niet in de verdediging geschaad.
Wat meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard, is niet bewezen.
Verdachte zal daarvan worden vrijgesproken.

4.De kwalificatie van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde levert op:
Ten aanzien van feit 1, 2 en 3:
de eendaadse samenloop van
enig geheim waarvan hij weet of redelijkerwijs moet vermoeden dat hij uit hoofde van ambt verplicht is het te bewaren, opzettelijk schenden
en
als ambtenaar een gift aannemen, wetende of redelijkerwijs vermoedende dat deze hem aangeboden wordt teneinde hem te bewegen om in zijn bediening iets te doen
en
computervredebreuk, meermalen gepleegd

5.De strafbaarheid van de feiten

De feiten zijn strafbaar.

6.De strafbaarheid van de verdachte

Verdachte is strafbaar, nu geen omstandigheid is gebleken of aannemelijk is geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit.

7.De overwegingen ten aanzien van straf

Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte zal worden veroordeeld tot een taakstraf van 240 uur, te vervangen door 120 dagen vervangende hechtenis, en een gevangenisstraf van 8 maanden, geheel voorwaardelijk, met een proeftijd van 3 jaar, met daaraan gekoppeld de bijzondere voorwaarden zoals die door de reclassering zijn geadviseerd.
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft naar voren gebracht dat verdachte heeft meegewerkt aan het onderzoek, een bekennende verklaring heeft afgelegd en al heftige gevolgen van de strafzaak heeft ondervonden. Daarnaast is verdachte al enige tijd
cleanen is hij behandeltrouw. Een taakstraf uitvoeren is voor verdachte niet mogelijk, nu hij volledig is afgekeurd. Een gevangenisstraf is ook geen optie, nu dit zijn trauma zou ‘triggeren’ en een inbreuk op zijn behandeling zou opleveren. Ook is een geldboete niet mogelijk, gelet op de financiële problematiek van verdachte. De raadsvrouw heeft daarom bepleit om verdachte schuldig te verklaren zonder daarbij een straf op te leggen, op grond van artikel 9a van het Wetboek van Strafrecht.
De beoordeling door de militaire kamer
De militaire kamer heeft bij de bepaling van de op te leggen straf rekening gehouden met de aard en de ernst van hetgeen bewezen is verklaard en de omstandigheden waaronder dit is begaan. De militaire kamer heeft verder rekening gehouden met de persoon en de omstandigheden van verdachte.
Verdachte was als opsporingsambtenaar werkzaam bij de Koninklijke Marechaussee (KMar), Brigade Politie en Beveiliging op Schiphol. Hij heeft zich gedurende een periode van bijna een jaar schuldig gemaakt aan het meermalen plegen van computervredebreuk, door het ongeautoriseerd raadplegen van verschillende politie-informatiesystemen, op verzoek van een derde. Hij heeft de informatie vervolgens doorgegeven aan die derde, waarbij gebleken is dat die persoon zich in het criminele circuit bevindt of daar in elk geval een directe link mee heeft. Daarmee heeft verdachte zich ook schuldig gemaakt aan schending van zijn ambtsgeheim. Verdachte heeft deze informatie enige tijd bevraagd en doorgegeven in ruil voor cocaïne, omdat hij zijn cocaïneverslaving kennelijk niet langer zelf kon financieren, en is nadat hij is afgekickt doorgegaan met de informatieverschaffing, onder druk van bedreigingen.
De informatie in de (politie)systemen die verdachte heeft bevraagd, is vertrouwelijk. Deze informatie is niet voor derden bestemd en verdachte wist dit. De militaire kamer neemt het hem extra kwalijk dat hij dit heeft gedaan met behulp van de autorisaties en systemen die hem beroepsmatig ter beschikking stonden. Dergelijke handelingen schaden het vertrouwen van de samenleving in de werkzaamheden van de KMar. Daarnaast heeft verdachte door het - aan een crimineel - verstrekken van informatie over criminelen en derden, direct gevaar voor die personen en de samenleving als geheel veroorzaakt. Gelet op het bovenstaande is de militaire kamer dan ook van oordeel dat een schuldig verklaren zonder straf, zoals door de raadsvrouw is bepleit, geen recht doet aan de ernst van de feiten.
De militaire kamer houdt anderzijds rekening met het tijdsverloop en neemt in aanmerking dat verdachte is ontslagen bij het Ministerie van Defensie. Verder wordt rekening gehouden met de persoonlijke omstandigheden van verdachte. Door zijn situatie heeft verdachte de afgelopen periode met zijn gezin meermaals moeten verhuizen en zit hij nog altijd in een beschermingsprogramma. Ook is er sprake van relatieproblemen en financiële problematiek.
Uit het reclasseringsadvies van 22 september 2022 blijkt dat verdachte heeft aangegeven bereid te zijn een taakstraf uit te voeren, maar dat hij vooralsnog beperkt belastbaar is en er gevaar is voor overprikkeling. Vanuit de reclassering is hem uitgelegd dat tot op zekere hoogte rekening gehouden kan worden met zijn beperkingen, zeker als hij inzet toont om de taakstraf tot een goed einde te brengen. Mede naar aanleiding hiervan komt de militaire kamer tot de conclusie dat een taakstraf passend en geboden is.
Gelet op alle omstandigheden vindt de militaire kamer een geheel voorwaardelijke gevangenisstraf van 8 maanden, met een proeftijd van 3 jaar, met daarnaast een taakstraf van 240 uur, passend en geboden. Aan de proeftijd zullen de volgende, door de reclassering geadviseerde, bijzondere voorwaarden worden gekoppeld: reclasseringstoezicht, ambulante behandeling (met mogelijkheid tot kortdurende klinische opname) en meewerken aan middelencontrole. Het standpunt van de verdediging om geen bijzondere voorwaarden aan de proeftijd te koppelen, zal de militaire kamer niet volgen. Het is nodig dat de reclassering toezicht kan houden op hoe de behandeling verloopt en daar eventueel regie in kan voeren. Indien sprake is van een terugval bij verdachte en de reclassering van oordeel is dat een (gedwongen) klinische opname noodzakelijk is, moet die opname mogelijk zijn.

8.De toegepaste wettelijke bepalingen

De oplegging van de straf is gegrond op de artikelen 9, 14a, 14b, 14c, 22c, 22d, 55, 138ab, 272 en 363 van het Wetboek van Strafrecht.

9.De beslissing

De militaire kamer:
 verklaart bewezen dat verdachte het tenlastegelegde, zoals vermeld onder ‘De bewezenverklaring’, heeft begaan;
 verklaart niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven bewezen is verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij;
 verstaat dat het aldus bewezenverklaarde oplevert de strafbare feiten zoals vermeld onder ‘De kwalificatie van het bewezenverklaarde’;
 verklaart verdachte hiervoor strafbaar;
 veroordeelt verdachte wegens het bewezenverklaarde tot een gevangenisstraf voor de duur van 8 maanden;
 bepaalt dat deze gevangenisstraf niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten, omdat verdachte zich voor het einde van de proeftijd van 3 (drie) jaren niet heeft gehouden aan de volgende voorwaarden:
o stelt als algemene voorwaarde dat verdachte zich niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;
o stelt als bijzondere voorwaarden dat verdachte:
- zijn medewerking zal verlenen aan het ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit afnemen van een of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage zal aanbieden;
- zijn medewerking zal verlenen aan het reclasseringstoezicht als bedoeld in artikel 14c van het Wetboek van Strafrecht. De medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de reclasseringsinstelling zo vaak en zolang de reclassering dit noodzakelijk acht, zijn daaronder begrepen;
- zich uiterlijk binnen 3 dagen na het onherroepelijk worden van dit vonnis zal melden bij Reclassering Nederland op het adres [adres 2] te Enschede en zich gedurende de proeftijd zal blijven melden bij deze instelling, zo vaak en zolang de instelling dat noodzakelijk acht;
- zich gedurende de proeftijd (of zoveel korter als de reclassering nodig vindt) onder behandeling zal stellen van Sinaï Centrum of een soortgelijke zorgverlener (te bepalen door de reclassering) om zich te laten behandelen en zich zal houden aan de aanwijzingen die in dat kader worden gegeven. Bij terugval in middelengebruik en/of verslechtering van het psychiatrische ziektebeeld tijdens het behandeltraject, laat verdachte zich opnemen in een zorginstelling voor zeven weken of zoveel korter als de reclassering nodig vindt. De justitiële instantie die verantwoordelijk is voor plaatsing in forensische zorg, bepaalt in welke zorginstelling de opname plaatsvindt. Verdachte houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorginstelling geeft voor de behandeling. Gelet op de problematiek kan hieronder ook het innemen van medicijnen vallen, als de zorginstelling dat nodig vindt;
- zal meewerken aan controle van het gebruik van drugs om het middelengebruik te beheersen, waarbij de reclassering urineonderzoek kan gebruiken voor de controle en de reclassering bepaalt hoe vaak verdachte wordt gecontroleerd;
 legt op een taakstraf van 240 uren, met bevel dat indien deze straf niet naar behoren wordt verricht, vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van 120 dagen.
Dit vonnis is gewezen door mr. Y.H.M. Marijs (voorzitter) en mr. Y. van Wezel, rechters, en Kapitein-ter-zee (LD) mr. F.E. Venema, militair lid, in tegenwoordigheid van mr. S. Benbouazza, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 17 oktober 2022.

Voetnoten

1.Het bewijs is terug te vinden in het in de wettelijke vorm door een verbalisant (nr. [nummer] ) van de Rijksrecherche opgemaakte proces-verbaal, zaaknummer 20200080, onderzoek Nantes, gesloten op 29 september 2021 en in de bijbehorende in wettelijke vorm opgemaakte processen-verbaal en overige schriftelijke bescheiden, tenzij anders vermeld. De vindplaatsvermeldingen verwijzen naar de pagina’s van het doorgenummerde dossier, tenzij anders vermeld.