ECLI:NL:RBGEL:2022:5781
Rechtbank Gelderland
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek tot voortzetting van crisismaatregel Wvggz wegens gebrek aan onmiddellijk dreigend nadeel
Op 16 september 2022 heeft de Rechtbank Gelderland in Zutphen een mondelinge uitspraak gedaan over de voortzetting van een crisismaatregel op basis van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz). De officier van justitie had verzocht om de voortzetting van de crisismaatregel voor een betrokkene die bekend is met schizofrenie en medicatie gebruikt. Tijdens de mondelinge behandeling zijn verschillende getuigen gehoord, waaronder de betrokkene zelf, haar moeder en psychologen van de instelling waar zij verblijft. De betrokkene heeft aangegeven dat zij zich onrechtvaardig behandeld voelt en dat haar problemen voortkomen uit conflicten met een buurman, die haar zou provoceren.
De rechtbank heeft vastgesteld dat er onvoldoende bewijs is dat het gedrag van de betrokkene leidt tot onmiddellijk dreigend nadeel. De tijdelijke ontregeling van de betrokkene lijkt te zijn veroorzaakt door een wisselwerking van medicatie en niet door een psychose. De rechtbank heeft geconcludeerd dat de betrokkene in de accommodatie enigszins tot rust is gekomen en dat er geen noodzaak is voor voortzetting van de crisismaatregel. De rechtbank heeft het verzoek van de officier van justitie dan ook afgewezen, maar benadrukt het belang van samenwerking met ambulante hulpverlening en het vinden van een nieuw evenwicht in de medicatie van de betrokkene.
De beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken door rechter G. Hilberink, in aanwezigheid van griffier M.M. Verschuren. De schriftelijke uitwerking van deze beschikking is vastgesteld op 27 september 2022. Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.