ECLI:NL:RBGEL:2022:5781

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
16 september 2022
Publicatiedatum
12 oktober 2022
Zaaknummer
C/05/408715 FZ RK 22-2575
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek tot voortzetting van crisismaatregel Wvggz wegens gebrek aan onmiddellijk dreigend nadeel

Op 16 september 2022 heeft de Rechtbank Gelderland in Zutphen een mondelinge uitspraak gedaan over de voortzetting van een crisismaatregel op basis van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz). De officier van justitie had verzocht om de voortzetting van de crisismaatregel voor een betrokkene die bekend is met schizofrenie en medicatie gebruikt. Tijdens de mondelinge behandeling zijn verschillende getuigen gehoord, waaronder de betrokkene zelf, haar moeder en psychologen van de instelling waar zij verblijft. De betrokkene heeft aangegeven dat zij zich onrechtvaardig behandeld voelt en dat haar problemen voortkomen uit conflicten met een buurman, die haar zou provoceren.

De rechtbank heeft vastgesteld dat er onvoldoende bewijs is dat het gedrag van de betrokkene leidt tot onmiddellijk dreigend nadeel. De tijdelijke ontregeling van de betrokkene lijkt te zijn veroorzaakt door een wisselwerking van medicatie en niet door een psychose. De rechtbank heeft geconcludeerd dat de betrokkene in de accommodatie enigszins tot rust is gekomen en dat er geen noodzaak is voor voortzetting van de crisismaatregel. De rechtbank heeft het verzoek van de officier van justitie dan ook afgewezen, maar benadrukt het belang van samenwerking met ambulante hulpverlening en het vinden van een nieuw evenwicht in de medicatie van de betrokkene.

De beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken door rechter G. Hilberink, in aanwezigheid van griffier M.M. Verschuren. De schriftelijke uitwerking van deze beschikking is vastgesteld op 27 september 2022. Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.

Uitspraak

beschikking
RECHTBANK GELDERLAND
Familie- en jeugdrecht
Zittingsplaats: Zutphen
Zaakgegevens: C/05/408715 FZ RK 22-2575
Datum mondelinge uitspraak: 16 september 2022
Beschikking machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel Wvggz
naar aanleiding van het door de officier van justitie ingediende verzoek tot voortzetting van een crisismaatregel, als bedoeld in artikel 7:7 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz), ten aanzien van:
[betrokkene],
geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats] ,
wonende te [woonplaats] ,
verblijfadres: [naam instelling] , te [plaats] ,
op grond van een crisismaatregel verleend tot en met 18 september 2022,
hierna te noemen: betrokkene,
advocaat: mr. I. Vreeken te Zutphen.

1.Procesverloop

1.1.
Bij verzoekschrift met bijlagen, ingekomen ter griffie op 15 september 2022, heeft de officier van justitie verzocht om voortzetting van de op 15 september 2022 opgelegde crisismaatregel.
1.2.
De mondelinge behandeling heeft plaatsgevonden op 16 september 2022, in de accommodatie van [naam instelling] te [plaats] .
1.3.
Tijdens de mondelinge behandeling zijn gehoord:
betrokkene, bijgestaan door haar advocaat;
mevrouw [naam 1] , de moeder van betrokkene;
mevrouw [naam 2] , als psychiater in opleiding verbonden aan [naam instelling] ;
mevrouw [naam 3] , als psychiater in opleiding verbonden aan [naam instelling] ;
mevrouw [naam 4] , als verpleegkundige verbonden aan [naam instelling] .
1.4.
Omdat een nadere toelichting op of motivering van het verzoek niet nodig is, is de officier van justitie niet verschenen tijdens de mondelinge behandeling.

2.Beoordeling

2.1.
Niet in geschil is dat betrokkene bekend is met schizofrenie en daarvoor medicatie inneemt. Uit de medische verklaring valt op te maken dat betrokkene licht ontvlambaar zou zijn, overlast zou veroorzaken in de buurt en agressie vertoont richting de verpleging. Tijdens de mondelinge behandeling heeft betrokkene toegelicht dat zij vindt dat zij onrechtvaardig is behandeld. Zij is van mening dat zij in de accommodatie is opgenomen door conflicten met de buurman. Hij provoceert haar. Deze buurman heeft camera’s opgehangen, houdt haar in de gaten en wil haar weg hebben uit de buurt. Betrokkene heeft aan de buurman kenbaar gemaakt geen rust te krijgen, waarop een meningsgeschil is ontstaan en de buurman de politie heeft gebeld. Haar advocaat heeft toegevoegd dat er ook een forse discussie is ontstaan tussen de buurman en de politie, zo interpreteert hij de politiegegevens.
2.2.
Ten aanzien van de stoornis heeft de advocaat toegelicht dat betrokkene een mate van snel denken heeft die bij haar persoonlijkheid hoort. Vanwege een medicatiewisseling in combinatie met bijwerkingen van de hoge bloeddrukmedicatie is betrokkene kortdurend in de war geraakt. Dat is nu niet meer het geval. Van een psychose is geen sprake. De advocaat heeft verzocht de voortzetting van de crisismaatregel af te wijzen omdat het onmiddellijk ernstig nadeel niet meer actueel is. De advocaat heeft daarbij aangegeven dat betrokkene medicatie en ambulante begeleiding niet afwijst.
2.3.
Psychiater [naam 2] heeft naar voren gebracht dat betrokkene nog psychotisch kan zijn aangezien zij onrustig gedrag vertoont. Psychiater [naam 3] heeft aangevuld dat de agressie van betrokkene voortkomt uit een psychotische ontregeling, mogelijk vanuit een post partum psychose. De bloeddrukmedicatie die betrokkene kreeg kan een psychose luxeren. Inmiddels heeft betrokkene deze bloeddrukmedicatie niet meer. Er zal zorgvuldig gekeken moeten worden naar de medicatie van betrokkene.
2.4.
De moeder van betrokkene heeft tijdens de mondelinge behandeling toegelicht dat er een kern van waarheid zit in hoe betrokkene de situatie met de buurman ziet. Wel heeft de moeder aangegeven zich ook zorgen te maken over betrokkene. Haar dochter heeft rust en structuur nodig.
2.5.
De rechtbank is van oordeel dat onvoldoende is komen vast te staan dat sprake is van gedrag dat als gevolg van een stoornis leidt tot onmiddellijk dreigend nadeel. Betrokkene is enigszins tot rust gekomen in de accommodatie. De tijdelijke ontregeling valt mogelijk te verklaren uit een samenloop van de bijwerkingen van de medicatie. Tijdens de mondelinge behandeling komt betrokkene geagiteerd maar coherent over. Voor zover betrokkene agressie heeft laten zien, valt dat te verklaren uit haar omgeving, namelijk de situatie met haar buurman en het gedwongen opgenomen zijn. Tijdens de mondelinge behandeling heeft betrokkene desgevraagd verklaard provocerend gedrag van de buurman te zullen negeren. De rechtbank vindt het inderdaad van belang dat betrokkene probeert confrontaties met de buurman uit de weg te gaan.
2.6.
Op grond van het voorgaande zal de rechtbank het verzoek afwijzen.
2.7.
De rechtbank acht het wel belangrijk dat betrokkene in nauwe samenwerking blijft met de ambulante hulpverlening, het [naam 5] . De rechtbank maakt zich namelijk, wel grote zorgen over het welbevinden van betrokkene, net zoals haar moeder. Ook zal een nieuw evenwicht gevonden moeten worden in de medicatie van betrokkene, zowel somatisch als antipsychotisch.

3.Beslissing

De rechtbank:
3.1.
wijst het verzoek af.
Deze beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken op 16 september 2022 door mr. G. Hilberink, rechter, in tegenwoordigheid van mr. M.M. Verschuren, griffier.
De schriftelijke uitwerking van deze beschikking is vastgesteld op 27 september 2022.
Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.