ECLI:NL:RBGEL:2022:5245

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
6 september 2022
Publicatiedatum
8 september 2022
Zaaknummer
C/05/408134 / KG RK 22-618
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Verschoning
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toewijzing van een verschoningsverzoek in een civiele procedure

Op 6 september 2022 heeft de meervoudige verschoningskamer van de Rechtbank Gelderland, locatie Arnhem, een beslissing genomen op het verschoningsverzoek van mr. R.M. Schoo. Dit verzoek werd ingediend op 30 augustus 2022, naar aanleiding van de aanwezigheid van de overbuurman van de rechter ter zitting, die als getuige was opgeroepen door de eisende partij. De rechter stelde dat deze overbuurman mogelijk een zakelijk belang had bij de uitkomst van de procedure, wat aanleiding gaf tot twijfels over haar onpartijdigheid.

De verschoningskamer heeft in haar beoordeling benadrukt dat rechters uit hoofde van hun aanstelling vermoed worden onpartijdig te zijn, tenzij er uitzonderlijke omstandigheden zijn die dit vermoeden ondermijnen. In dit geval concludeerde de verschoningskamer dat de aanwezigheid van de overbuurman, die de eisende partij ondersteunde, voldoende reden gaf voor de rechter om te twijfelen aan haar onpartijdigheid. De verschoningskamer oordeelde dat er geobjectiveerde redenen waren voor de gedaagde partij om aan de onpartijdigheid van de rechter te twijfelen, en dat de uiterlijke schijn van partijdigheid niet kon worden genegeerd.

Daarom werd het verzoek tot verschoning toegewezen, en werd bepaald dat in de zaak een andere rechter zal worden aangewezen. Tegen deze beslissing staat geen rechtsmiddel open. De beslissing werd openbaar uitgesproken door de voorzitter en de leden van de verschoningskamer, in aanwezigheid van de griffier.

Uitspraak

beslissing
RECHTBANK GELDERLAND, locatie Arnhem
Verschoningskamer
zaaknummer: C/05/408134 / KG RK 22-618
Beslissing van 6 september 2022
van de meervoudige verschoningskamer van de rechtbank op het verzoek van
mr. R.M. Schoo,
rechter in deze rechtbank
hierna te noemen: de rechter.
in haar hoedanigheid van rechter in de zaak met zaaknummer 9844434 \ CV EXPL 22-3090 tussen [verzoeker] en [verweerder]

1.De procedure

De rechter heeft op 30 augustus 2022 een verschoningsverzoek ingediend. Een afschrift van het verzoek zal tegelijk met het afschrift van deze beslissing aan de partijen worden verzonden.

2.Het verschoningsverzoek

De rechter heeft aan haar verschoningsverzoek ten grondslag gelegd – kort gezegd – dat haar overbuurman […] ter zitting was meegekomen met de eisende partij om vragen te beantwoorden en/of een nadere toelichting te geven op de feiten omdat zijn onderneming het beheer uitvoert van de woning van de eisende partij. […] heeft daarnaast mogelijk een zakelijk belang bij de uitkomst van de procedure, aldus de rechter.

3.De beoordeling

3.1.
Op grond van feiten of omstandigheden waardoor de rechterlijke onpartijdigheid schade zou kunnen lijden, kan elk van de rechters die een zaak behandelen verzoeken zich te mogen verschonen.
3.2.
Bij de beoordeling van een verschoningsverzoek dient uitgangspunt te zijn dat de rechter uit hoofde van zijn aanstelling moet worden vermoed onpartijdig te zijn, tenzij zich een uitzonderlijke omstandigheid voordoet, die een zwaarwegende aanwijzing oplevert voor het oordeel dat een rechter jegens een partij bij een geding een vooringenomenheid koestert (de subjectieve toets). Daarnaast kan er onder omstandigheden reden zijn voor verschoning, als geheel afgezien van de persoonlijke opstelling van de rechter in de zaak de bij een partij bestaande vrees voor onpartijdigheid van die rechter objectief gerechtvaardigd is, waarbij rekening moet worden gehouden met uiterlijke schijn (de objectieve toets). Het subjectieve oordeel van een partij is niet doorslaggevend.
3.3.
De verschoningskamer stelt voorop dat de rechter niet heeft aangevoerd dat zij van oordeel is dat zij door de voor verschoning aangevoerde grond de zaak niet meer onpartijdig zou kunnen behandelen. De verschoningskamer ziet daar ook geen aanwijzingen voor.
3.4.
Uit het verschoningsverzoek blijkt dat de rechter (geobjectiveerde) redenen voor de gedaagde partij ziet om aan haar onpartijdigheid te twijfelen vanwege de aanwezigheid van haar overbuurman ter zitting in diens hoedanigheid ter ondersteuning van de eisende partij alsmede zijn eventuele belangen bij de uitkomst van de procedure. De verschoningskamer ziet hierin, rekening houdend met de eerder genoemde uiterlijke schijn, een grond voor verschoning. Het verschoningsverzoek zal daarom worden toegewezen.

4.De beslissing

De verschoningskamer van de rechtbank wijst het verzoek tot verschoning van mr. R.M. Schoo toe, en verstaat dat in de zaak een andere rechter zal worden aangewezen.
Deze beslissing is gegeven door mr. A.M.F. Geerling, voorzitter, mr. Y.H.M. Marijs en mr. M.M. Klaasen, leden, in tegenwoordigheid van de griffier en in openbaar uitgesproken op 6 september 2022.
de griffier de voorzitter
is buiten staat mede te ondertekenen
Tegen deze beslissing staat geen rechtsmiddel open.