ECLI:NL:RBGEL:2022:524
Rechtbank Gelderland
- Wraking
- Rechtspraak.nl
Wrakingsverzoek kennelijk niet-ontvankelijk na einduitspraak
Op 13 januari 2022 heeft de meervoudige wrakingskamer van de Rechtbank Gelderland, locatie Arnhem, uitspraak gedaan op het wrakingsverzoek van verzoekster, wonende te [woonplaats]. Het verzoek tot wraking was ingediend op 1 december 2021 en was gericht tegen mr. R.J.B. Boonekamp, rechter in de rechtbank. Verzoekster was het niet eens met de beslissingen van de rechter in een eerder vonnis van 22 maart 2013, waarin zij meende dat er sprake was van vooringenomenheid, racisme en onvoldoende kennis van zaken van de rechter.
De wrakingskamer heeft echter geoordeeld dat het verzoek tot wraking is ingediend nadat er in de hoofdzaak een einduitspraak is gedaan. De wet staat geen wraking toe na een einduitspraak, waardoor verzoekster niet in haar verzoek kan worden ontvangen. De wrakingskamer heeft het verzoek dan ook kennelijk niet-ontvankelijk verklaard.
De beslissing is openbaar uitgesproken op 13 januari 2022, en tegen deze beslissing staat geen rechtsmiddel open. De uitspraak is gedaan door de rechters D.S.M. Bak, A.F. Germs-de Goede en H.C. Leemreize, in tegenwoordigheid van de griffier.