ECLI:NL:RBGEL:2022:5100

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
29 augustus 2022
Publicatiedatum
29 augustus 2022
Zaaknummer
AWB- 22_4119 22_4202 en 22_4247
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek voorlopige voorziening evenementenvergunning Cross Country

Op 29 augustus 2022 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Gelderland uitspraak gedaan in een zaak betreffende een verzoek om een voorlopige voorziening met betrekking tot een evenementenvergunning voor het organiseren van een Cross Country op 3 en 4 september 2022. Verzoeker, die naast het circuit woont, had bezwaar tegen de verleende vergunning, omdat hij vreesde voor geluidsoverlast. De voorzieningenrechter heeft de verzoeken van verzoeker om een voorlopige voorziening afgewezen, omdat niet aannemelijk was dat de geluidsbelasting bij zijn woning de geldende geluidsnormen zou overschrijden. De voorzieningenrechter oordeelde dat de evenementenvergunning niet geschorst hoefde te worden, waardoor het evenement kon doorgaan. De voorzieningenrechter benadrukte dat zijn oordeel voorlopig van aard was en niet bindend voor een eventueel bodemgeding. De uitspraak volgde op een zitting op 25 augustus 2022, waar de gemachtigden van verzoeker, het college van burgemeester en wethouders, de burgemeester en de derde-partij aanwezig waren. De voorzieningenrechter concludeerde dat verzoeker geen spoedeisend belang had bij het treffen van een voorlopige voorziening, aangezien de geluidswal, die volgens de omgevingsvergunning moest worden aangelegd, niet van invloed zou zijn op de geluidsbelasting tijdens het evenement. De verzoeken om handhavend op te treden werden eveneens afgewezen, omdat verzoeker geen belang had bij deze verzoeken.

Uitspraak

RECHTBANK GELDERLAND
Zittingsplaats Arnhem
Bestuursrecht
zaaknummers: ARN 22/4119, 22/4202 en 22/4247

uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaken tussen

[verzoeker] , uit [woonplaats] , verzoeker

(gemachtigde: mr. H. Martens),
en
1. het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Oude IJsselstreekhet college), en
2. de burgemeester van de gemeente Oude IJsselstreekde burgemeester)
(tezamen: verweerders)
(gemachtigden: M. Nijman, S. Peprah en ing. W. Kaastra).
Als derde-partij neemt aan de zaak deel:
[derde-partij]uit [woonplaats] ([derde-partij]).

Inleiding

1. In het besluit van 26 juli 2022 heeft het college een evenementenvergunning verleend aan [derde-partij] voor het organiseren van een Cross Country op Circuit De Vennebulten in Heelweg op 3 en 4 september 2022 (evenementenvergunning; artikel 2:25 van de Algemene Plaatselijke Verordening Oude IJsselstreek (APV)).
In deze uitspraak beslist de voorzieningenrechter op het verzoek om een voorlopige voorziening van verzoeker over deze vergunning. Ook beslist de voorzieningenrechter op de verzoeken om voorlopige voorzieningen van verzoeker tegen het niet tijdig beslissen op zijn verzoeken van 12 augustus 2022 en 15 augustus 2022 om handhavend op te treden op grond van de verleende omgevingsvergunning van 29 maart 2022 en de verleende evenementenvergunning.
1.1.
De voorzieningenrechter heeft de verzoeken op 25 augustus 2022 op zitting behandeld. Hieraan hebben deelgenomen: de gemachtigde van verzoeker, de gemachtigden van het college en de burgemeester, en namens [derde-partij]:
K. Heusinkveld, voorzitter, en F. Heusinkveld

Beoordeling door de voorzieningenrechter

2. De voorzieningenrechter wijst de verzoeken af. Dit leidt ertoe dat de verleende evenementenvergunning niet geschorst wordt en de Cross Country op zaterdag 3 en zondag 4 september 2022 door kan gaan. Hierna legt de voorzieningenrechter uit hoe hij tot dit oordeel komt en welke gevolgen dit oordeel heeft. Het oordeel van de voorzieningenrechter heeft een voorlopig karakter en bindt de rechtbank in een (eventueel) bodemgeding niet.
Totstandkoming van het besluit
3. Bij besluit van 29 maart 2022 heeft het college aan [derde-partij] een omgevingsvergunning verleend voor het bouwen van een opslagruimte met toiletvoorzieningen en het plaatsen van een bouwwerk ten behoeve van de tijdwaarneming/secretariaat, het aanleggen van een geluidswal, het handelen in strijd met regels ruimtelijke ordening en het veranderen en in werking hebben van een motorcrosscircuit (omgevingsvergunning). De aanleg van de geluidswal heeft als doel te kunnen voldoen aan de, in de omgevingsvergunning, gestelde geluidsvoorschriften. In de omgevingsvergunning is geen termijn gesteld waarin de geluidswal gerealiseerd moet zijn. Tegen dit besluit zijn geen rechtsmiddelen aangewend.
4. Bij het besluit van 26 juli 2022 heeft het college aan [derde-partij] de evenementenvergunning verleend voor de Cross Country op 3 en 4 september 2022. Bij deze vergunning geldt een aantal voorschriften. Deze voorschriften houden onder meer in dat [derde-partij] aan de omgevingsvergunning moet voldoen. Volgens de omgevingsvergunning moet een geluidswal aanwezig zijn, en gelden geluidsvoorschriften.
5. Bij brieven van 12 augustus 2022 en 15 augustus 2022 heeft verzoeker verzocht om handhavend op te treden op grond van de omgevingsvergunning en de evenementenvergunning.
Waarom is verzoeker het niet eens met de verleende evenementenvergunning?
6. Verzoeker voert, samengevat, aan dat hij een spoedeisend belang heeft, omdat het evenement op 3 en 4 september 2022 plaatsvindt. Hij woont direct naast het circuit en is daarom belanghebbende. De APV schrijft voor dat de burgemeester de vergunning voor het organiseren van een vergunning kan verlenen. Het besluit is genomen door het college, dus niet door het bevoegde orgaan. In de evenementenvergunning staat dat de voorschriften uit de omgevingsvergunning ook van toepassing zijn tijdens het evenement. In de omgevingsvergunning is als voorwaarde opgenomen dat een geluidswal moet zijn opgericht. Deze geluidswal is niet aangelegd. In artikel 2.25 van de APV staat dat de vergunning kan worden geweigerd in het belang van het voorkomen of beperken van overlast. Nu de geluidswal niet is aangelegd had de aanvraag voor de evenementenvergunning moeten worden afgewezen. Er is in de omgevingsvergunning niet voor niets voorgeschreven dat de geluidswal moet worden aangelegd ter beperking van de overlast.
Juridisch kader
7. Artikel 2.25, eerste lid, van de APV bepaalt dat het verboden is zonder vergunning van de burgemeester een evenement te organiseren. Onder een vergunningsplichtig evenement wordt verstaan een evenement dat een behoorlijk beslag legt op de openbare ruimte en/of een risico inhoudt voor de openbare orde, de openbare veiligheid, de volksgezondheid en/of in enig opzicht hinder veroorzaakt of kan veroorzaken. De behandelingstermijn voor een vergunningsplichtig evenement is 8 weken. Deze termijn kan met maximaal 8 weken worden verlengd.
7.1.
In artikel 2.25, zesde lid, van de APV is bepaald dat onverminderd het bepaalde in artikel 1:8 de vergunning geweigerd kan worden in het belang van:
a. het voorkomen of beperken van overlast;
b. de verkeersvrijheid of –veiligheid;
c. het voorkomen of beperken van aantasting van het woon- en leefklimaat
d. de zedelijkheid of gezondheid.
Was het college bevoegd de evenementenvergunning te verlenen?
8. De voorzieningenrechter stelt vast dat het besluit van 26 juli 2022 is genomen door het college. Gelet op het bepaalde in artikel 2.25, eerste lid, van de APV is niet het college maar de burgemeester het bevoegde bestuursorgaan voor het verstrekken van een evenementenvergunning. Daarmee kent het besluit van 26 juli 2022 een gebrek. Ook is de burgemeester het bevoegde bestuursorgaan om te beslissen op het verzoek van verzoeker om handhavend op te treden op grond van de evenementenvergunning. Het college is het bevoegde bestuursorgaan om te beslissen op het verzoek van verzoeker om handhavend op te treden op grond van de omgevingsvergunning.
Ter zitting heeft de gemachtigde van het college verklaard ook de burgemeester te vertegenwoordigen, dat de burgemeester het besluit tot verlening van de evenementenvergunning voor zijn rekening neemt, en dat de besluiten op het bezwaar tegen de evenementenvergunning en de besluiten op de verzoeken om handhavend op te treden genomen zullen worden genomen door het bevoegde bestuursorgaan. Gelet hierop ziet de voorzieningenrechter geen reden om een voorlopige voorziening te treffen om de reden dat de evenementenvergunning niet door het bevoegde orgaan is verleend.
Is de evenementenvergunning terecht verleend?
9. Verweerders en [derde-partij] hebben ter zitting verklaard dat de, in de omgevingsvergunning, vergunde geluidswal op dit moment nog niet is aangelegd. Ook zal deze geluidswal bij aanvang van de Cross Country op 3 september 2022 nog niet gerealiseerd zijn. Ook hebben verweerders en [derde-partij] ter zitting aangegeven dat tijdens de Cross Country met een ander type motoren, namelijk enduro motoren, gereden wordt dan de standaard motoren waarmee normaal op het circuit gecrost wordt. Deze motoren geven een lagere geluidsbelasting dan de reguliere crossmotoren. Ook zullen de deelnemers, vanwege de hindernissen in het parcours van de Cross Country, veelal in de lage versnellingen rijden. Hierdoor zal de geluidsbelasting, volgens [derde-partij] en verweerders, ook lager zijn. Verweerders hebben wel erkend dat het heel goed mogelijk is dat de op grond van de omgevingsvergunning geldende geluidsvoorschriften overschreden zullen worden.
9.1.
De voorzieningenrechter stelt vast dat bij het circuit al een geluidswal aanwezig is. De woning van verzoeker ligt achter deze reeds bestaande geluidswal. De nieuwe geluidswal zal worden aangelegd aan een andere kant van het circuit dan de kant waar de woning van verzoeker zich bevindt. Naar het oordeel van de voorzieningenrechter valt daarom niet in te zien dat het ontbreken van de nieuwe geluidswal nadelige gevolgen heeft voor de geluidsbelasting bij de woning van verzoeker ten tijde van de Cross Country op 3 en 4 september 2022. Ter zitting heeft de gemachtigde van verzoeker dit niet betwist. De voorzieningenrechter is daarom van oordeel dat er geen aanleiding is te veronderstellen dat de geldende geluidsvoorschriften tijdens de Cross Country bij de woning van verzoeker overschreden zullen worden. Daarom heeft verzoeker, naar het oordeel van de voorzieningenrechter, geen belang bij het treffen van een voorlopige voorziening waarbij de Cross Country geen doorgang kan vinden.
De verzoeken om handhavend op te treden
10. Bij brieven van 12 augustus 2022 en 15 augustus 2022 heeft verzoeker verzocht om handhavend op te treden op grond van de omgevingsvergunning en de evenementenvergunning. Bij beide verzoeken heeft verzoeker verzocht om hierop binnen drie dagen een besluit te nemen. Na het verstrijken van deze termijn heeft verzoeker bij de rechtbank beroep ingesteld tegen het niet tijdig beslissen op zijn verzoeken om handhavend op te treden.
10.1.
Gelet op de beoordeling onder 9.1 van het verzoek om een voorlopige voorziening ten aanzien van de evenementenvergunning is de voorzieningenrechter van oordeel dat verzoeker ook geen belang heeft bij het treffen van voorlopige voorzieningen ten aanzien van zijn verzoeker om handhavend op te treden.

Conclusie en gevolgen

11. De voorzieningenrechter ziet geen aanleiding voor het treffen van voorlopige voorzieningen en wijst de verzoeken af. De Cross Country op zaterdag 3 en zondag 4 september 2022 kan daarom doorgang vinden. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst de verzoeken om voorlopige voorzieningen af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. D.J. Post, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van
mr. H. Peters, griffier. De uitspraak is uitgesproken in het openbaar op
De voorzieningenrechter is verhinderd de uitspraak te ondertekenen.
griffier
voorzieningenrechter
Een afschrift van deze uitspraak is verzonden aan partijen op:

Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.