ECLI:NL:RBGEL:2022:5047

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
24 augustus 2022
Publicatiedatum
26 augustus 2022
Zaaknummer
21-1703
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beoordeling arbeidsongeschiktheid en geschiktheid van functies in het kader van de Wet WIA

In deze zaak heeft de Rechtbank Gelderland op 24 augustus 2022 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiseres, vertegenwoordigd door haar gemachtigde mr. M.I. van den Heijkant, en het UWV, vertegenwoordigd door mr. M.S. Winkel. Eiseres had bezwaar gemaakt tegen de beslissing van het UWV om haar arbeidsongeschiktheid te bepalen op 52,82% en de toekenning van een WIA-uitkering per 20 augustus 2020. Eiseres was van mening dat haar medische situatie slechter was dan door het UWV was vastgesteld en dat de functies die het UWV als geschikt had aangemerkt, niet passend waren gezien haar beperkingen.

De rechtbank heeft vastgesteld dat het UWV de medische beperkingen van eiseres zorgvuldig had beoordeeld, maar dat er twijfels bestonden over de geschiktheid van de geduide functies. Eiseres had tijdens de zitting een nieuwe omstandigheid naar voren gebracht die niet eerder was besproken, wat mogelijk invloed had op de geschiktheid van de functies. De rechtbank oordeelde dat het UWV opnieuw moest onderzoeken of de functies, rekening houdend met deze nieuwe informatie, nog steeds geschikt waren voor eiseres.

De rechtbank verklaarde het beroep van eiseres gegrond, vernietigde het bestreden besluit voor zover het de arbeidskundige beoordeling betrof, en droeg het UWV op om binnen zes weken een nieuw besluit te nemen. Tevens werd het UWV veroordeeld tot het vergoeden van de proceskosten van eiseres en het griffierecht. Deze uitspraak benadrukt het belang van een zorgvuldige beoordeling van zowel medische als arbeidskundige aspecten in het kader van de Wet WIA.

Uitspraak

RECHTBANK GELDERLAND

Inloopteam Bestuursrecht
zaaknummer: ARN 21/1703

uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen

[eiseres], uit [woonplaats], eiseres

(gemachtigde: mr. M.I. van den Heijkant),
en
de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (het UWV), verweerder
(gemachtigde: mr. M.S. Winkel).

Procesverloop

Met het besluit van 15 december 2020 (het primaire besluit) heeft het UWV aan eiseres met ingang van 20 augustus 2020 een uitkering toegekend op grond van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (Wet WIA), waarbij de mate van arbeidsongeschiktheid is bepaald op 52,82%.
Met het besluit van 12 maart 2021 (het bestreden besluit) heeft het UWV het bezwaar van eiseres ongegrond verklaard.
Eiseres heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld.
Het UWV heeft een verweerschrift ingediend.
De ex-werkgever van eiseres heeft verklaard niet als derde-partij aan het geding te willen deelnemen, maar wel de uitspraak van de rechtbank te willen ontvangen.
De zaak is bij de rechtbank behandeld op de Skypezitting van 8 augustus 2022. Eiseres was aanwezig samen met haar gemachtigde. Het UWV heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde.

Vooraf

1. Eiseres heeft geen toestemming gegeven om medische gegevens te delen met haar ex-werkgever. De rechtbank zal in de uitspraak geen medische informatie opnemen, om te voorkomen dat de ex-werkgever hiervan alsnog kennisneemt.

Wat er aan deze procedure voorafging

2. Eiseres werkte als ontwerper/allround medewerker. Zij heeft zich op 3 mei 2018 ziekgemeld voor dit werk.
3. In verband met zwangerschap ontving eiseres tussen 23 augustus 2018 en 25 december 2018 een WAZO-uitkering. Na afloop hiervan heeft zij zich opnieuw ziek gemeld.
4. Vervolgens heeft het UWV de aanvraag om een uitkering op grond van de Wet WIA beoordeeld.
5. Een verzekeringsarts van het UWV heeft eiseres onderzocht en beoordeeld wat de arbeidsbeperkingen van eiseres zijn per einde wachttijd. Deze beperkingen heeft de verzekeringsarts opgenomen in een functionele mogelijkhedenlijst (FML). Vervolgens heeft een arbeidsdeskundige van het UWV vastgesteld dat er drie functies zijn die eiseres, met haar beperkingen, nog zou kunnen verrichten. De arbeidsdeskundige heeft berekend dat eiseres met de middelste van deze functies 47,18% kan verdienen van het loon dat zij verdiende voordat zij zich ziekmeldde. De mate van arbeidsongeschiktheid is gelet hierop bepaald op 52,82%. Daarom krijgt eiseres per 20 augustus 2020 een WIA-uitkering naar dit percentage.
6. Eiseres heeft bezwaar gemaakt. Een verzekeringsarts bezwaar en beroep en een arbeidsdeskundige bezwaar en beroep hebben opnieuw naar de zaak van eiseres gekeken. Volgens de verzekeringsarts bezwaar en beroep zijn de beperkingen juist vastgesteld. De arbeidsdeskundige bezwaar en beroep kon zich ook vinden in de beoordeling van de arbeidsdeskundige. Hierop heeft het UWV het bestreden besluit genomen.

Wat eiseres vindt

7. Eiseres is het niet met het UWV eens. Eiseres verzoekt wat zij in bezwaar heeft aangevoerd, als herhaald en ingelast te beschouwen. Volgens eiseres is haar medische situatie slechter en heeft zij meer beperkingen dan het UWV heeft aangenomen. Verder stelt eiseres dat zij met haar beperkingen de functies die het UWV geschikt vindt, niet kan verrichten. Ter onderbouwing van haar standpunt heeft zij informatie van haar behandelend arts ingestuurd.

Waarover het gaat in deze zaak

8. De vraag is of het UWV terecht stelt dat eiseres voor 52,82% arbeidsongeschikt is. De rechtbank moet die vraag beantwoorden aan de hand van wat eiseres daartegen in heeft gebracht. Belangrijk punt is dat het gaat om de medische toestand van eiseres op 20 augustus 2020 en de vraag welke beperkingen daaruit volgen.

Wat de rechtbank vindt

9. Voor zover eiseres in haar beroepschrift verwijst naar dat wat zij in bezwaar heeft aangevoerd
,overweegt de rechtbank dat het aan eiseres is om in beroep gemotiveerd en specifiek aan te voeren waarom zij het niet eens is met het bestreden besluit. De verwijzing naar het bezwaarschrift wordt niet als zo’n gemotiveerde en specifieke betwisting opgevat. Daarop is immers gereageerd in het bestreden besluit. Eiseres zal dus moeten aanvoeren waarom zij het met die reactie niet eens is. Gelet hierop zal de rechtbank de beoordeling van het beroep plaatsen in het licht van de in beroep nader uitgewerkte gronden en niet in het licht van hetgeen in bezwaar is aangevoerd.
De medische beoordeling
10. Het UWV mag besluiten over iemands arbeidsongeschiktheid baseren op rapporten van verzekeringsartsen. Deze rapporten moeten dan wel aan een aantal voorwaarden voldoen: zij moeten op zorgvuldige wijze tot stand zijn gekomen, ze mogen geen tegenstrijdigheden bevatten en de rapporten moeten begrijpelijk zijn. Het is aan eiseres om aannemelijk te maken dat de rapporten die over haar zijn opgesteld niet aan deze voorwaarden voldoen.
11. De verzekeringsarts heeft het dossier en de daarin aanwezige medische informatie over eiseres bestudeerd. Hij heeft eiseres op het spreekuur gezien en onderzocht. Hij beschrijft (onder andere) de klachten van eiseres, het dagverhaal, de diagnose en de prognose.
12. De verzekeringsarts heeft aangenomen dat eiseres beperkt wordt door gezondheidsklachten. In de FML heeft de verzekeringsarts beperkingen opgenomen voor persoonlijk en sociaal functioneren, fysieke omgevingseisen, dynamische handelingen, statistische houdingen en werktijden.
13. De verzekeringsarts bezwaar en beroep heeft in het rapport van 9 maart 2021 uiteengezet waarom de conclusie van de verzekeringsarts over de belastbaarheid van eiseres grotendeels in stand kan blijven. Zij heeft in de FML (onder item 3.8.4) alleen een aanvulling gedaan. Verder onderschrijft zij de diagnoses van de primaire verzekeringsarts en ziet zij in de informatie van de behandelaars die tijdens de bezwaarfase is ingediend geen afwijkingen ten opzichte van die diagnoses.
14. Eiseres voert aan dat zij meer klachten en beperkingen heeft. Zij is van mening dat haar klachten te positief worden ingeschat. Ter onderbouwing heeft eiseres informatie van haar behandelaar, een onderzoeksverslag uit de periode van 10 maart 2021 tot en met 28 april 2021, laboratoriumuitslagen tussen 29 december 2021 en 23 februari 2022, patiënten-uitdraaien van 13 en 16 juni 2022 en algemene informatie over diagnostiek ingediend. Op basis van die informatie vindt eiseres dat het UWV een verdergaande beperking moet aannemen op FML-item 3.8.4. Eiseres claimt dat zij vanwege haar klachten alleen vanuit huis kan werken. Verder heeft het UWV ten onrechte geen beperkingen aangenomen voor haar sterk wisselende belastbaarheid. In de basisinformatie van het CBBS worden ziekten/aandoeningen als voorbeeld aangehaald waarbij een sterk wisselende belastbaarheid aanleiding kan geven tot het aannemen van geen benutbare mogelijkheden. Ook is eiseres van mening dat er een verdergaande urenbeperking aangenomen had moet worden vanwege haar klachten en heeft het UWV onvoldoende rekening gehouden met haar overige gezondheidsklachten. Er hadden meer of zwaardere beperkingen aangenomen moeten worden op het vasthouden van de aandacht (1.1), verdelen van aandacht (1.2), handelingstempo (1.7), beperkt contact met klanten (2.12.2) en collega’s (2.12.4), kunnen terugvallen op collega’s (2.12.3), verhoogde vatbaarheid voor infecties (3.8) en boven schouderhoogte actief zijn (5.7).
Tot slot stelt eiseres dat recent een nieuwe diagnose is gesteld, die een verklaring geeft voor een groot deel van haar klachten van de afgelopen jaren. Deze diagnose moet in de beoordeling betrokken worden.
15. Over de medische informatie die eiseres op 17 januari 2022 in beroep heeft opgestuurd, heeft de verzekeringsarts bezwaar en beroep in haar rapport van 7 februari 2022 gesteld dat dit geen nieuwe informatie betreft. In haar rapport van 12 april 2022 heeft de verzekeringsarts bezwaar en beroep gereageerd op de medische informatie van 31 maart 2022. Op de medische informatie van 11 juli 2022 heeft de verzekeringsarts bezwaar en beroep gereageerd in haar rapport van 13 juli 2022. Verder heeft de verzekeringsarts bezwaar en beroep in haar rapport van 25 mei 2022 gereageerd op vragen van de rechtbank.
16. Naar het oordeel van de rechtbank is het medisch onderzoek zorgvuldig geweest en kan dit onderzoek de conclusie van de verzekeringsarts bezwaar en beroep dragen. De rechtbank vindt dat de verzekeringsarts bezwaar en beroep voldoende heeft uitgelegd waarom er geen sprake is van geen benutbare mogelijkheden en er geen reden is om meer beperkingen aan te nemen.
17. Dat de gegeven urenbeperking niet ver genoeg gaat heeft eiseres niet met medische stukken onderbouwd. Uit de stukken van de behandelaars kan dit niet worden afgeleid. Hoewel de rechtbank begrijpt dat het verkrijgen van andere medische stukken in de situatie van eiseres lastig is vanwege haar klachten en diagnose, is dat toch nodig om tegen het rapport van de verzekeringsarts bezwaar en beroep in te kunnen gaan.
De arbeidskundige beoordeling
18. De arbeidsdeskundige heeft op grond van de FML functies (beroepen/werkzaamheden) gezocht die eiseres met haar medische beperkingen in theorie nog kan uitvoeren. Het gaat om:
- ( sbc-code 268040) Papierwarenmaker, dozenmaker, kartonnagemaker;
- ( sbc-code 111334) Huishoudelijk medewerker gebouwen;
- ( sbc-code 111080) Barbediende, buffetbediende, kantinebediende.
19. Uitgaande van de juistheid van de bij eiseres vastgestelde medische beperkingen ziet de rechtbank in het merendeel van de gronden die eiseres heeft aangevoerd geen reden om de geschiktheid van de geduide functies in twijfel te trekken.
20. Echter, gelet op een omstandigheid die eiseres -voor het eerst- op zitting naar voren heeft gebracht, en waarmee de arbeidsdeskundige bezwaar en beroep geen rekening heeft kunnen houden, maar die van belang kan zijn voor de geschiktheid van de geduide functies omdat mogelijk (extra) voorzieningen aanwezig moeten zijn bij de werkplek, is naar het oordeel van de rechtbank niet komen vast te staan dat de geduide functies geschikt zijn. Om deze reden is het beroep gegrond. De arbeidskundige bezwaar en beroep zal moeten onderzoeken of de geduide functies ook rekening houdend met genoemde omstandigheid, nog steeds geschikt zijn voor eiseres.

De conclusie van de rechtbank

21. Het beroep van eiseres is gegrond.
22. Aangezien het arbeidskundig onderzoek in bezwaar opnieuw zal moeten worden gedaan, kan de rechtbank niet zelf voorzien in deze zaak. De rechtbank draagt het UWV op om met in achtneming van deze uitspraak, binnen zes weken na de datum van deze uitspraak een nieuw besluit op bezwaar te nemen.
23. Omdat het beroep gegrond is, krijgt eiseres een vergoeding voor de proceskosten die zij heeft gemaakt. Het UWV moet die vergoeding betalen. Deze kosten stelt de rechtbank op grond van het Besluit proceskosten bestuursrecht vast op € 1.518,- voor de door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand (1 punt voor het indienen van het beroepschrift en 1 punt voor het bijwonen van de zitting, met een waarde per punt van € 759,- met een wegingsfactor 1).
24. Omdat het beroep gegrond is, moet het UWV ook het door eiseres betaalde griffierecht vergoeden.

Beslissing

De rechtbank:
  • verklaart het beroep gegrond;
  • vernietigt het bestreden besluit voor zover het de arbeidskundige beoordeling betreft;
  • draagt het UWV op binnen zes weken na de dag van verzending van deze uitspraak een nieuw besluit te nemen op het bezwaar met inachtneming van deze uitspraak;
  • draagt het UWV op het betaalde griffierecht van € 49,- aan eiseres te vergoeden;
  • veroordeelt het UWV in de proceskosten van eiseres tot een bedrag van € 1.518,-
Deze uitspraak is gedaan op 24 augustus 2022 door mr. M.A. Broekhuis, rechter, in aanwezigheid van mr. J.B.C. Hoeksel, griffier
.
griffier
rechter
De uitspraak is verzonden op:
en zal binnen een week na deze datum openbaar gemaakt worden door publicatie op rechtspraak.nl.

Als u het niet eens bent met deze uitspraak

Als u het niet eens bent met deze uitspraak, kunt u een brief sturen naar de Centrale Raad van Beroep waarin u uitlegt waarom u het er niet mee eens bent. Dit heet een beroepschrift. U moet dit beroepschrift indienen binnen 6 weken na de dag waarop deze uitspraak is verzonden. U ziet deze datum hierboven.