Uitspraak
1.De inhoud van de tenlastelegging
3.De bewezenverklaring
of omstreeks5 oktober 2021 te Velp tezamen en in vereniging met een
of meerander
en,
althans alleen,
/of
of ten deleaan [slachtoffer 1] , in elk geval aan een ander dan aan verdachte en
/ofzijn mededader
(s)toebehoorde
(n
)heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl deze diefstal werd voorafgegaan, vergezeld en
/ofgevolgd van geweld en
/ofbedreiging met geweld tegen [slachtoffer 2] en
/of[slachtoffer 3] en
/of[slachtoffer 4] , en
/of[slachtoffer 5] en
/of[slachtoffer 6] gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden of gemakkelijk te maken, of om, bij betrapping op heterdaad, aan zichzelf of andere deelnemers aan het misdrijf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, door:
/ofeen vuurwapen,
althans een op een vuurwapen gelijkend voorwerp, en
/ofeen hamer, de winkel aan [adres 2] van [slachtoffer 1] binnen te gaan,
(vervolgens
)te roepen: “dit is een overval! Waar zijn de dure brillen! Ik weet dat ze hier zijn”,
althans woorden van gelijke aard en/of strekking,
in elk geval een op een vuurwapen gelijkend voorwerp, op die [slachtoffer 2] te richten en gericht te houden,
/of[slachtoffer 4] te zeggen dat
hij/ze/zij op de bank moet
(en
)gaan zitten,
(ondertussen
)een vuurwapen,
in elk geval een op een vuurwapen gelijkend voorwerp, op die [slachtoffer 3] en [slachtoffer 4] te richten en
/ofgericht te houden,
althans woorden van gelijke aard en/of strekking,
/of[slachtoffer 4] te zeggen: “willen jullie dood?” en
/of“ik schiet jullie dood als jullie het niet zeggen”,
althans woorden van gelijke dreigende aard en/of strekking,
/ofde winkel in te laten gaan,
(bij het verlaten van de winkel
)met die [slachtoffer 5] en
/of[slachtoffer 6] in een worsteling te raken,
/of,
in elk geval een hard voorwerp, op haar pols te slaan,
/of[slachtoffer 6] te roepen: “ik schiet je dood”
althans woorden van gelijke dreigende aard en/of strekking;
4.De kwalificatie van het bewezenverklaarde
5.De strafbaarheid van het feit
6.De strafbaarheid van de verdachte
7.De overwegingen ten aanzien van straf
.
8.De beoordeling van de civiele vorderingen
.De rechtbank ziet geen reden tot matiging.
9.De beoordeling van het beslag
10.De toegepaste wettelijke bepalingen
11. De beslissing
gevangenisstrafvoor de duur van
36 (zesendertig) maanden;
12 (twaalf) maanden, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten, omdat verdachte zich voor het einde van de proeftijd van
drie jarenniet heeft gehouden aan de volgende voorwaarden:
- verdachte verblijft bij RIBW Arnhem en Veluwe Vallei afdeling jeugd of een andere instelling voor begeleid, beschermd wonen of maatschappelijke opvang, te bepalen door de reclassering. Het verblijf start na aanmelding middels Ifzo en bij beschikbaarheid van een plek. Het verblijf duurt de gehele proeftijd of zoveel korter als de reclassering nodig vindt. Verdachte houdt zich aan de huisregels en het dagprogramma dat de instelling in overleg met de reclassering voor hem heeft opgesteld;
- verdachte zich in de proeftijd niet in een straal van 500 meter rond plaats delict bevindt, zolang het Openbaar Ministerie dit verbod nodig vindt. Verdachte werkt mee aan elektronische monitoring van dit locatieverbod. Verdachte gaat niet naar het buitenland zonder toestemming van de reclassering, omdat het voor de elektronische monitoring nodig is dat verdachte in Nederland verblijft;
- verdachte zijn medewerking zal verlenen aan het ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit afnemen van een of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage zal aanbieden;
- verdachte zijn medewerking zal verlenen aan het reclasseringstoezicht als bedoeld in artikel 14c van het Wetboek van Strafrecht. De medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de reclasseringsinstelling zo vaak en zolang de reclassering dit noodzakelijk acht zijn daaronder begrepen;
- veroordeelt verdachte in verband met het feit tot betaling van schadevergoeding aan de benadeelde partijen [slachtoffer 2] , [slachtoffer 5] , [benadeelde 1] , [slachtoffer 4] , [benadeelde 2] , [slachtoffer 6] , [slachtoffer 3] van de volgende bedragen aan materiële schade en smartengeld, telkens vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de genoemde datum tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald;
- veroordeelt verdachte in de kosten die de benadeelde partijen hebben gemaakt en de kosten die de benadeelde partijen mogelijk nog moeten maken om de te noemen bedragen betaald te krijgen, tot vandaag begroot op nul;