ECLI:NL:RBGEL:2022:478
Rechtbank Gelderland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Weigering handhavingsverzoek met betrekking tot bedrijfsactiviteiten en bestemmingsplan
In deze zaak heeft de Rechtbank Gelderland op 2 februari 2022 uitspraak gedaan in een geschil tussen een eiser en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Doetinchem. De eiser had een handhavingsverzoek ingediend omdat hij meende dat op het achterliggende perceel een metaalbewerkingsbedrijf was gevestigd, wat in strijd zou zijn met het bestemmingsplan. De rechtbank heeft vastgesteld dat het bedrijf op het perceel een aannemersbedrijf is met een werkplaats, dat valt onder categorie 2 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten. De rechtbank oordeelde dat het gebruik van het perceel niet in strijd is met het bestemmingsplan, aangezien de bedrijfsactiviteiten van het bedrijf, zoals het plaatsen en monteren van producten, niet als metaalbewerkend kunnen worden gekwalificeerd. De rechtbank heeft de beroepsgrond van de eiser verworpen en geoordeeld dat de verweerder voldoende onderzoek heeft gedaan naar de bedrijfsactiviteiten. De rechtbank heeft ook overwogen dat de richtafstand uit de VNG-brochure geen wettelijke norm is en dat het niet voldoen aan deze richtafstand niet handhavend kan worden opgelegd. De rechtbank heeft het beroep van de eiser ongegrond verklaard en geen proceskostenveroordeling opgelegd.