1.De inhoud van de tenlastelegging
Aan verdachte is, na toewijzing van een vordering tot wijziging van de tenlastelegging, ten laste gelegd dat:
hij in of omstreeks de periode van 1 december 2017 tot en met 31 juli 2020 te 's-Hertogenbosch,
althans (telkens) in Nederland,
een gewoonte heeft gemaakt van het door middel van een geautomatiseerd werk (te weten website Marktplaats) verkopen van goederen tegen betaling,
met het oogmerk om zonder levering zich van de betaling van die goederen te verzekeren teneinde zich wederrechtelijk te bevoordelen,
en zodoende
- [slachtoffer 1] uit Arcen, op of omstreeks 16 februari 2019, heeft bewogen tot betaling/afgifte van een geldbedrag van € 66,95 (ten behoeve van een (Gore-tex) bivakzak) en/of
- [slachtoffer 2] uit Barendecht, op of omstreeks 26 december 2017, heeft bewogen tot betaling/afgifte van een geldbedrag van € 150,40 (ten behoeve van een Suunto Ambit 3 Peak horloge) en/of
- [slachtoffer 3] uit Middelburg, op of omstreeks 2 februari 2018, heeft bewogen tot betaling/afgifte van een geldbedrag van € 130,- ten behoeve van een Suunto Ambit 3 Peak horloge en/of
- [slachtoffer 4] uit Eibergen, op of omstreeks 28 mei 2018, heeft bewogen tot betaling/afgifte van een geldbedrag van € 130,- (ten behoeve van een Suunto Ambit 3 Peak horloge) en/of
- [slachtoffer 5] uit Wijhe, op of omstreeks 16 september 2019, heeft bewogen tot betaling/afgifte van een geldbedrag van € 45,- (ten behoeve van een Samsung S5 telefoon) en/of
- [slachtoffer 6] , uit Rosendaal (Brabant) op of omstreeks 30 december 2019, heeft bewogen tot betaling/afgifte van een geldbedrag van € 120,- (ten behoeve van een Sonos Play 1 luidspreker) en/of
- [slachtoffer 7] , uit Wierden op of omstreeks 30 januari 2020, heeft bewogen tot betaling/afgifte van een geldbedrag van € 70,- (ten behoeve van een Sonos Play 1 luidspreker) en/of
- [slachtoffer 8] uit Spijkenisse, op of omstreeks 18 februari 2020, heeft bewogen tot betaling/afgifte van een geldbedrag van € 81,75 (ten behoeve van een Samsung S7 Edge telefoon) en/of
- [slachtoffer 9] uit Kootwijkerbroek, op of omstreeks 20 maart 2020, heeft bewogen tot
betaling/afgifte van een geldbedrag van € 70,- (ten behoeve van een paar Meindl schoenen) en/of
- [slachtoffer 10] uit Sliedrecht, op of omstreeks 13 mei 2020, heeft bewogen tot betaling/afgifte van
een geldbedrag van € 29,- (ten behoeve van een Sony Playstation 4 spel) en/of
- [slachtoffer 11] (ZVWOVP), op of omstreeks 13 mei 2020, heeft bewogen tot betaling/afgifte van een geldbedrag van € 30,- (ten behoeve van Sony Playstation 4 camera),
in elk geval genoemde personen (telkens) heeft bewogen tot de betaling/afgifte van een
geldbedrag, (telkens) zonder het goed te leveren dat tussen verdachte en genoemde personen was overeengekomen;
en/of subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
hij op meerdere tijdstippen in of omstreeks de periode van 1 december 2017 tot en met 31 juli 2020 te 's-Hertogenbosch, althans (telkens) in Nederland,
(telkens), met het oogmerk om zich wederrechtelijk te bevoordelen, (telkens) door het aannemen van een valse naam en/of een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels,
- [slachtoffer 1] uit Arcen, op of omstreeks 16 februari 2019, heeft bewogen tot betaling/afgifte van een geldbedrag van € 66,95 (ten behoeve van een (Gore-tex) bivakzak) en/of
- [slachtoffer 2] uit Barendecht, op of omstreeks 26 december 2017, heeft bewogen tot betaling/afgifte van een geldbedrag van € 150,40 (ten behoeve van een Suunto Ambit 3 Peak horloge) en/of
- [slachtoffer 3] uit Middelburg, op of omstreeks 2 februari 2018, heeft bewogen tot betaling/afgifte van een geldbedrag van € 130,- ten behoeve van een Suunto Ambit 3 Peak horloge en/of
- [slachtoffer 4] uit Eibergen, op of omstreeks 28 mei 2018, heeft bewogen tot betaling/afgifte van een geldbedrag van € 130,- (ten behoeve van een Suunto Ambit 3 Peak horloge) en/of
- [slachtoffer 5] uit Wijhe, op of omstreeks 16 september 2019, heeft bewogen tot betaling/afgifte van een geldbedrag van € 45,- (ten behoeve van een Samsung S5 telefoon) en/of
- [slachtoffer 6] , uit Rosendaal (Brabant) op of omstreeks 30 december 2019, heeft bewogen tot betaling/afgifte van een geldbedrag van € 120,- (ten behoeve van een Sonos Play 1 luidspreker) en/of
- [slachtoffer 7] , uit Wierden op of omstreeks 30 januari 2020, heeft bewogen tot betaling/afgifte van een geldbedrag van € 70,- (ten behoeve van een Sonos Play 1 luidspreker) en/of
- [slachtoffer 8] uit Spijkenisse, op of omstreeks 18 februari 2020, heeft bewogen tot betaling/afgifte van een geldbedrag van € 81,75 (ten behoeve van een Samsung S7 Edge telefoon) en/of
- [slachtoffer 9] uit Kootwijkerbroek, op of omstreeks 20 maart 2020, heeft bewogen tot
betaling/afgifte van een geldbedrag van € 70,- (ten behoeve van een paar Meindl schoenen) en/of
- [slachtoffer 10] uit Sliedrecht, op of omstreeks 13 mei 2020, heeft bewogen tot betaling/afgifte van
een geldbedrag van € 29,- (ten behoeve van een Sony Playstation 4 spel) en/of
- [slachtoffer 11] (ZVWOVP), op of omstreeks 13 mei 2020, heeft bewogen tot betaling/afgifte van een geldbedrag van € 30,- (ten behoeve van Sony Playstation 4 camera);
in elk geval genoemde personen (telkens) heeft bewogen tot de betaling/afgifte van een
geldbedrag, door (telkens) valselijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid,
- via de website Marktplaats een goed/product te koop aan te bieden;
- contact te krijgen met een in dat goed/product geïnteresseerde persoon;
- een koopovereenkomst met die persoon tot stand te laten komen;
- mede te delen dat het goed/product na betaling naar die persoon zou worden opgestuurd;
- die persoon via de website van Marktplaats of sociale media (Whats-app) te vragen het bedrag
voor dat goed/product (vooruit) te betalen en over te maken naar een bij verdachte in gebruik of
beheer zijnd bankrekeningnummer;
- zich door die persoon te laten betalen en/of
- het aldus overeengekomen, betaalde en door verdachte aan die persoon te leveren goed/product niet te leveren,
waarbij verdachte zich aldus (telkens) heeft voorgedaan als een persoon die het goed zou leveren, waardoor genoemde personen (telkens) zijn bewogen tot betaling/afgifte van de
bovenomschreven geldbedragen.
2. Overwegingen ten aanzien van het bewijs
InleidingVerdachte wordt – kort gezegd – verweten dat hij in de periode van 1 december 2017 tot en met 31 juli 2020 goederen heeft verkocht via de website Marktplaats.nl, daarvoor geld heeft ontvangen van de kopers, maar de verkochte goederen niet heeft geleverd. Deze handelswijze is hem primair verweten als overtreding van artikel 326e van het Wetboek van Strafrecht (Sr) en subsidiair als overtreding van artikel 326 Sr. De tenlastelegging is gebaseerd op de aangiftes van elf personen. De aangiftes hebben betrekking op feiten verspreid over de tenlastegelegde periode.
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte zich ten aanzien van de aangevers [slachtoffer 5] , [slachtoffer 6] , [slachtoffer 7] , [slachtoffer 8] , [slachtoffer 9] , [slachtoffer 10] en [slachtoffer 11] schuldig heeft gemaakt aan het primair tenlastegelegde. Ten aanzien van de aangevers [slachtoffer 1] , [slachtoffer 2] , [slachtoffer 3] en [slachtoffer 4] heeft verdachte zich schuldig aan het subsidiair tenlastegelegde.
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft zich ten aanzien van de aangevers [slachtoffer 5] , [slachtoffer 6] , [slachtoffer 7] , [slachtoffer 8] , [slachtoffer 9] , [slachtoffer 10] en [slachtoffer 11] gerefereerd aan het oordeel van de militaire kamer.
Ten aanzien van de aangevers [slachtoffer 1] , [slachtoffer 2] , [slachtoffer 3] en [slachtoffer 4] heeft de raadsman bepleit dat verdachte voor het primair tenlastegelegde wordt ontslagen van alle rechtsvervolging, omdat de tenlastegelegde feiten voor wat betreft deze aangevers dateren van voor de inwerkingtreding van artikel 326e Sr. Voor het subsidiair tenlastegelegde moet verdachte ten aanzien van deze aangevers worden vrijgesproken, omdat niet bewezen kan worden dat gebruik is gemaakt van de in artikel 326 Sr bedoelde oplichtingsmiddelen.
De beoordeling door de militaire kamer van het primair tenlastegelegde
Ontslag van alle rechtsvervolging
Het primair tenlastegelegde is gebaseerd op artikel 326e Sr. Dit artikel is in werking getreden op 1 maart 2019. De tenlastelegging heeft echter deels betrekking op feiten die zouden zijn begaan voor deze datum. Dat zijn de feiten waarvoor aangifte is gedaan door [slachtoffer 1] , [slachtoffer 2] , [slachtoffer 3] en [slachtoffer 4] . Omdat in artikel 1, eerste lid, Sr is bepaald dat geen feit strafbaar is dan uit kracht van een daaraan voorafgegane wettelijke strafbepaling, is strafbaarheid voor deze feiten op grond van artikel 326e Sr uitgesloten. Om die reden kan niet gekomen worden tot een bewezenverklaring van de feiten die betrekking hebben op de periode voor 1 maart 2019. Verdachte zal daarom ten aanzien van deze feiten worden ontslagen van alle rechtsvervolging.
Bekennende verdachte
Er is ten aanzien van de aangevers [slachtoffer 5] , [slachtoffer 6] , [slachtoffer 7] , [slachtoffer 8] , [slachtoffer 9] , [slachtoffer 10] en [slachtoffer 11] sprake van een bekennende verdachte als bedoeld in artikel 359, derde lid, laatste zin, van het Wetboek van Strafvordering en daarom wordt volstaan met een opgave van de bewijsmiddelen.
- het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 5] , p. 445-447;
- het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 6] , p. 453-454;
- het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 7] , p. 460-461;
- het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 8] , p. 466-468;
- het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 9] , p. 479-480;
- het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 10] , p. 487-489;
- het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 11] , p. 492-494;
- de verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting van 18 juli 2022.
Uit de hierboven opgesomde bewijsmiddelen volgt dat verdachte in de periode van 1 maart 2019 en 31 juli 2020 zeven keer goederen heeft verkocht zonder deze te leveren en daarbij steeds op dezelfde manier te werk is gegaan. De militaire kamer is om die reden van oordeel dat verdachte een gewoonte heeft gemaakt van het misdrijf.
De beoordeling door de militaire kamer van het subsidiair tenlastegelegde
De militaire kamer moet beoordelen of de handelswijze van verdachte jegens aangevers [slachtoffer 1] , [slachtoffer 2] , [slachtoffer 3] en [slachtoffer 4] gekwalificeerd kan worden als oplichting als bedoeld in artikel 326 Sr. Daarvoor is nodig dat verdachte bij het plegen van het feit gebruik heeft gemaakt van één van de in dat artikel omschreven oplichtingsmiddelen.
Naar het oordeel van de militaire kamer blijkt uit het dossier en de verklaringen van verdachte afgelegd ter terechtzitting afdoende dat hij op een oneerlijke manier zaken heeft gedaan. Verdachte heeft erkend dat hij niet van plan is geweest de door hem verkochte artikelen te leveren, maar dat hij het geld wilde incasseren om zijn alcohol- en gokverslaving te bekostigen. Verdachte heeft zich met deze manier van handelen in strijd met de waarheid op Marktplaats.nl voorgedaan als bonafide verkoper. Hoewel hij daarmee laakbaar en verwerpelijk heeft gehandeld, is echter geen sprake van oplichting in strafrechtelijke zin. Verdachte heeft weliswaar te kwader trouw betalingen ontvangen en daarmee mogelijk civielrechtelijke wanprestatie geleverd, maar niet kan worden bewezen dat verdachte de aangevers door één van de in artikel 326 van het Sr genoemde oplichtingsmiddelen heeft bewogen tot het overmaken van geld op zijn bankrekening. Dat hij Marktplaatsaccounts niet op zijn eigen naam heeft aangemaakt, is daarvoor niet voldoende, omdat dit op Marktplaats niet ongebruikelijk is en verdachte de valse naam niet heeft gebruikt om anderen te bewegen tot het aangaan van de koopovereenkomsten.
Verdachte moet daarom worden vrijgesproken van het subsidiair tenlastegelegde.