ECLI:NL:RBGEL:2022:3511

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
12 juli 2022
Publicatiedatum
11 juli 2022
Zaaknummer
AWB - 19 _ 2380 ev
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Belastingrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Teruggaaf van belasting van personenauto’s en motorrijwielen (bpm) wegens export, afwijzing verzoeken door de Belastingdienst

In deze zaak heeft eiser, een autohandelaar, 83 verzoeken om teruggaaf van belasting van personenauto’s en motorrijwielen (bpm) ingediend bij de Belastingdienst wegens export van in Nederland geregistreerde voertuigen. De Belastingdienst heeft 67 van deze verzoeken afgewezen, wat heeft geleid tot een rechtszaak. De rechtbank Gelderland heeft op 12 juli 2022 geoordeeld dat de afwijzing terecht was, omdat eiser niet voldeed aan de voorwaarden voor teruggaaf van bpm zoals vastgelegd in de Wet BPM en het Uitvoeringsbesluit BPM. De rechtbank heeft vastgesteld dat de door eiser overgelegde bescheiden niet voldeden aan de eisen van de Richtlijn 1999/37/EG en dat er geen bewijs was dat de voertuigen daadwerkelijk naar Duitsland waren geëxporteerd. Eiser heeft aangevoerd dat hij te goeder trouw heeft gehandeld en dat hij mocht vertrouwen op de juistheid van de buitenlandse documenten die hij had ontvangen. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat de bewijslast bij eiser lag en dat hij niet voldoende bewijs had geleverd om zijn claims te onderbouwen. De rechtbank heeft de beroepen ongegrond verklaard en geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gedaan en partijen hebben de mogelijkheid om binnen zes weken hoger beroep in te stellen bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden.

Uitspraak

RECHTBANK GELDERLAND

Zittingsplaats Arnhem
Belastingrecht
zaaknummers: AWB 19/2380 tot en met AWB 19/2383, AWB 19/2560 en AWB 19/5921 tot en met AWB 19/5982

uitspraak van de meervoudige belastingkamer van

in de zaken tussen

[eiser] , te [woonplaats] , eiser,

en

de inspecteur van de Belastingdienst, kantoor Emmen, verweerder.

Procesverloop

Eiser heeft voor 83 auto’s een verzoek om teruggaaf van belasting van personenauto’s en motorrijwielen wegens export van een in Nederland geregistreerd motorrijtuig (de verzoeken om teruggaaf van bpm) ingediend.
Verweerder heeft deze verzoeken om teruggaaf van bpm afgewezen. Hiertegen heeft eiser bezwaar gemaakt.
Bij vier uitspraken op bezwaar van 1 maart 2019 heeft verweerder 67 van de 83 bezwaren ongegrond verklaard.
Eiser heeft hiertegen, bij brief van 3 april 2019, ontvangen door de rechtbank Midden-Nederland op diezelfde datum, beroep ingesteld. Het beroepschrift is doorgezonden naar de rechtbank Gelderland (de rechtbank). De rechtbank heeft vervolgens 67 zaaknummers aangemaakt [1] .
Verweerder heeft de op de zaken betrekking hebbende stukken overgelegd en voor alle beroepen samen één verweerschrift ingediend.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 4 mei 2022. De beroepen zijn gelijktijdig behandeld.
Eiser is verschenen. Namens verweerder zijn verschenen [persoon A] (hierna: verweerder) en [persoon B] .
Feiten
1. Eiser is autohandelaar te [vestigingsplaats] . In die hoedanigheid is hij houder geweest van de onderhavige auto’s (zie hierna onder 8). In 2017 en 2018 heeft eiser voor 83 auto’s verzoeken om teruggaaf van bpm wegens export ingediend bij de Belastingdienst (BD). De gevraagde teruggaaf van bpm bedroeg in totaal € 65.476 (hierna: het totale bpm bedrag).
2. Op de verzoeken is een datum van registratie in een land behorende tot de Europese Unie (EU) vermeld. Het gaat daarbij om de volgende EU-landen: Polen, Litouwen, Roemenië en Duitsland. Bij de verzoeken heeft eiser kopieën van buitenlandse kentekenbewijzen (hierna: de bescheiden) gevoegd.
3. Verweerder heeft de door eiser overgelegde bescheiden gecontroleerd. Verweerder heeft hierbij onder meer gebruik gemaakt van het EUropean CAR and driving licence Information System (hierna: EUCARIS) en een Poolse website, waarop bij correcte inschrijvingen met vermelding van het kenteken, voertuigidenticifatienummer (VIN) en datum eerste toelating de overige voertuiggegevens kunnen worden geverifieerd (hierna: de Poolse website).
4. Op 14 november 2017 en 28 december 2017 heeft verweerder van eiser 13 respectievelijk 67 verzoeken (hierna: de 80 verzoeken) ontvangen. Bij beschikkingen van
30 januari 2018 heeft verweerder de 80 verzoeken afgewezen. Eiser heeft daartegen bezwaar gemaakt.
5. Op 10 augustus 2018 heeft eiser nog eens drie verzoeken bij verweerder ingediend. Deze verzoeken zien op een auto met kenteken [kenteken 1] (hierna: auto 65), een auto met kenteken [kenteken 2] (hierna: auto 66) en een auto met kenteken [kenteken 3] (hierna: auto 67). In navolging van de ontvangst van deze drie verzoeken heeft verweerder eiser, bij brief van 3 september 2018, verzocht binnen twee weken nadere informatie te verstrekken. Dit omdat bij controle twijfels zijn gerezen over de authenticiteit van de door eiser overgelegde bescheiden van deze auto’s. Eiser heeft niet op dit verzoek gereageerd. Bij beschikkingen van 11 oktober 2018 zijn deze 3 verzoeken ook afgewezen.
6. Bij brieven van 5 november 2018 heeft eiser een kopie van een handgeschreven verkoopnota en een kopie van een identiteitsbewijs van de Roemeense afnemer van auto 65 respectievelijk van de Poolse afnemer van auto 66 en auto 67 overgelegd. Deze brieven heeft verweerder aangemerkt als bezwaarschriften tegen de beschikkingen.
7. Op 20 februari 2019 is eiser telefonisch gehoord. Na het horen heeft verweerder nader onderzoek verricht.
8. Op 1 maart 2019 zijn 16 van de 83 bezwaren gegrond verklaard. Daarbij is aan eiser een teruggaaf bpm verleend van in totaal € 14.455. De andere 67 bezwaren zijn ongegrond verklaard. De ongegrond verklaarde bezwaren zien op de onderstaande 67 auto’s:
Auto
Beschikkings-nummer
Kenteken
Zaak-nummer rechtbank
Datum buitenlandse registratie volgens het verzoek
EU-land volgens het verzoek
1
[gegevens]
[gegevens]
19/2383
27-11-2017
Polen
2
[gegevens]
[gegevens]
19/5921
27-11-2017
Polen
3
[gegevens]
[gegevens]
19/5922
29-11-2027
Roemenië
4
[gegevens]
[gegevens]
19/5923
07-10-2017
Duitsland
5
[gegevens]
[gegevens]
19/5924
16-11-2017
Duitsland
6
[gegevens]
[gegevens]
19/5925
15-11-2017
Duitsland
7
[gegevens]
[gegevens]
19/5926
04-12-2017
Polen
8
[gegevens]
[gegevens]
19/5927
30-11-2017
Polen
9
[gegevens]
[gegevens]
19/5928
04-12-2017
Polen
10
[gegevens]
[gegevens]
19/5929
06-12-2017
Polen
11
[gegevens]
[gegevens]
19/5930
30-11-2017
Litouwen
12
[gegevens]
[gegevens]
19/5931
31-10-2017
Duitsland
13
[gegevens]
[gegevens]
19/5932
30-11-2017
Roemenië
14
[gegevens]
[gegevens]
19/5933
11-12-2017
Polen
15
[gegevens]
[gegevens]
19/5934
08-12-2017
Polen
16
[gegevens]
[gegevens]
19/5935
27-11-2017
Polen
17
[gegevens]
[gegevens]
19/5936
29-11-2017
Polen
18
[gegevens]
[gegevens]
19/5937
14-11-2017
Polen
19
[gegevens]
[gegevens]
19/5938
07-11-2017
Polen
20
[gegevens]
[gegevens]
19/5939
28-11-2017
Litouwen
21
[gegevens]
[gegevens]
19/5940
06-12-2017
Roemenië
22
[gegevens]
[gegevens]
19/5941
24-11-2017
Polen
23
[gegevens]
[gegevens]
19/5942
29-11-2017
Polen
24
[gegevens]
[gegevens]
19/5943
13-11-2017
Polen
25
[gegevens]
[gegevens]
19/5944
17-11-2017
Polen
26
[gegevens]
[gegevens]
19/5945
30-10-2017
Duitsland
27
[gegevens]
[gegevens]
19/5946
30-10-2017
Duitsland
28
[gegevens]
[gegevens]
19/5947
28-11-2017
Litouwen
29
[gegevens]
[gegevens]
19/5948
27-10-2017
Duitsland
30
[gegevens]
[gegevens]
19/5949
27-10-2017
Duitsland
31
[gegevens]
[gegevens]
19/5950
30-10-2017
Polen
32
[gegevens]
[gegevens]
19/5951
30-11-2017
Polen
33
[gegevens]
[gegevens]
19/5952
28-11-2017
Polen
34
[gegevens]
[gegevens]
19/5953
29-11-2017
Polen
35
[gegevens]
[gegevens]
19/5954
25-10-2017
Duitsland
36
[gegevens]
[gegevens]
19/5955
20-11-2017
Polen
37
[gegevens]
[gegevens]
19/5956
23-10-2017
Duitsland
38
[gegevens]
[gegevens]
19/5957
26-10-2017
Duitsland
39
[gegevens]
[gegevens]
19/5958
20-10-2017
Duitsland
40
[gegevens]
[gegevens]
19/5959
30-10-2017
Duitsland
41
[gegevens]
[gegevens]
19/5960
19-10-2017
Duitsland
42
[gegevens]
[gegevens]
19/5961
30-10-2017
Duitsland
43
[gegevens]
[gegevens]
19/5962
25-10-2017
Duitsland
44
[gegevens]
[gegevens]
19/5963
30-10-2017
Duitsland
45
[gegevens]
[gegevens]
19/5964
31-10-2017
Duitsland
46
[gegevens]
[gegevens]
19/5965
18-10-2017
Duitsland
47
[gegevens]
[gegevens]
19/5966
23-10-2017
Duitsland
48
[gegevens]
[gegevens]
19/5967
23-10-2017
Duitsland
49
[gegevens]
[gegevens]
19/5968
30-10-2017
Duitsland
50
[gegevens]
[gegevens]
19/5969
03-11-2017
Polen
51
[gegevens]
[gegevens]
19/2560
06-12-2017
Duitsland
52
[gegevens]
[gegevens]
19/5970
09-11-2017
Duitsland
53
[gegevens]
[gegevens]
19/5971
18-12-2017
Duitsland
54
[gegevens]
[gegevens]
19/5972
07-12-2017
Duitsland
55
[gegevens]
[gegevens]
19/5973
06-12-2017
Duitsland
56
[gegevens]
[gegevens]
19/5974
29-11-2017
Duitsland
57
[gegevens]
[gegevens]
19/5975
22-11-2017
Duitsland
58
[gegevens]
[gegevens]
19/5976
23-11-2017
Duitsland
59
[gegevens]
[gegevens]
19/5977
22-11-2017
Duitsland
60
[gegevens]
[gegevens]
19/5978
23-11-2017
Duitsland
61
[gegevens]
[gegevens]
19/5979
23-11-2017
Duitsland
62
[gegevens]
[gegevens]
19/5980
29-11-2017
Duitsland
63
[gegevens]
[gegevens]
19/5981
20-12-2017
Duitsland
64
[gegevens]
[gegevens]
19/5982
13-12-2017
Duitsland
65
[gegevens]
[kenteken 1]
19/2380
17-07-2018
Roemenië
66
[gegevens]
[kenteken 2]
19/2381
09-07-2018
Polen
67
[gegevens]
[kenteken 3]
19/2382
12-07-2018
Polen
Geschil
9. In geschil is of verweerder de 67 verzoeken terecht heeft afgewezen. Meer in het bijzonder is in geschil of voor de onderhavige 67 auto’s is voldaan aan de (alle) voorwaarden om ingevolge artikel 14a van de Wet op de belasting van personenauto’s en motorrijwielen 1992 (Wet BPM) in verband met artikel 4a van het Uitvoeringsbesluit belasting van personenauto’s en motorrijwielen 1992 (het Uitvoeringsbesluit BPM) recht te hebben op teruggaaf van bpm.
10. Eiser is van mening dat de 67 verzoeken ten onrechte zijn afgewezen. Verweerder is de tegenovergestelde mening toegedaan.
11. Eiser is, zakelijk weergegeven, van mening dat hij op grond van de bij de 67 verzoeken overgelegde bescheiden recht heeft op teruggaaf van het totale bpm-bedrag. Hij stelt dat hij te goeder trouw heeft gehandeld en dat hij mag afgaan op de juistheid van de aan hem, door zijn klanten, verstrekte buitenlandse bescheiden. Hij heeft die bescheiden, bij de verzoeken, overgelegd aan de BD en daarmee is volgens hem voldaan aan de voorwaarden om in aanmerking te komen voor de gevraagde teruggaaf van bpm. Hij heeft zelf geen instrument om de buitenlandse bescheiden op echtheid te controleren en weet ook niet van alle EU-landen aan welke eisen die bescheiden moeten voldoen. Het ligt niet in zijn macht om de buitenlandse bescheiden te toetsen aan de Richtlijn 1999/37/EG van de Raad van 29 april 1999 (zie hierna onder 16) en de per land geldende bijzonderheden waaraan de bescheiden moeten voldoen. Met betrekking tot de auto’s die volgens hem naar Duitsland zijn geëxporteerd (hierna: de Duitse registraties) heeft eiser verder aangevoerd, dat het Duitse kentekenbewijs een duurzaam kentekenbewijs is en dat er geen tijdsduur aan het kentekenbewijs is verbonden. Daarnaast beroept hij zich voor wat betreft de Duitse registraties op het gelijkheidsbeginsel. Hij kent andere garagehouders die bij export van auto’s vanuit Nederland naar Duitsland op hun verzoek wel een teruggaaf van bpm hebben ontvangen van de BD. Hij ziet niet in dat dit voor hem niet zou gelden. Eiser concludeert tot gegrondverklaring van de beroepen.
12. Verweerder is van mening dat de 67 verzoeken terecht zijn afgewezen, omdat niet is voldaan aan de voorwaarden om in aanmerking te komen voor teruggaaf van bpm. Met name is niet voldaan aan de voorwaarde genoemd in artikel 4a, onderdeel d, van het Uitvoeringsbesluit BPM. Met betrekking tot auto’s 1 tot en met 50 en auto’s 65, 66 en 67 heeft eiser bij de verzoeken namelijk geen bescheiden overgelegd waaruit blijkt dat de desbetreffende auto’s zijn geregistreerd in respectievelijk Polen, Roemenië, Litouwen en Duitsland. De door eiser overgelegde bescheiden zijn door verweerder gecontroleerd en daarbij is vastgesteld dat deze bescheiden meerdere gebreken vertonen, als gevolg waarvan zij niet voldoen aan de gestelde eisen van Richtlijn 1999/37/EG en de per land geldende bijzonderheden waaraan deze bescheiden moeten voldoen (zie hierna onder 16).
Met betrekking tot de Duitse registraties is verweerder van mening dat uit de door eiser overgelegde bescheiden weliswaar volgt dat sprake is van een geldige registratie in Duitsland, maar eiser heeft niet aannemelijk gemaakt dat deze auto’s daadwerkelijk naar Duitsland zijn vervoerd en in Duitsland zijn aangekomen. Dit laatste is voor de onderhavige jaren, 2017 en 2018, wel een vereiste voor de teruggaaf van bpm. Daarbij komt dat de registratie van auto’s 51 tot en met 64 op dezelfde dag (ook) weer is beëindigd (eendaagse inschrijving) [2] . Verweerder concludeert tot ongegrondverklaring van de beroepen.
Beoordeling van het geschil
13. Ingevolge artikel 14a, eerste lid, van de Wet BPM wordt teruggaaf van belasting, onder bij algemene maatregel van bestuur te stellen voorwaarden en beperkingen, op aanvraag verleend voor personenauto’s, motorrijwielen en bestelauto’s indien de tenaamstelling van het motorrijtuig in het kentekenregister komt te vervallen omdat het motorrijtuig buiten Nederland wordt gebracht, het motorrijtuig overeenkomstig Richtlijn 1999/37/EG van de Raad van 29 april 1999 inzake de kentekenbewijzen van motorvoertuigen (PbEG 1999, L 138) wordt ingeschreven in een andere lidstaat van de Europese Unie of een staat die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte en als bewijs van die inschrijving door de bevoegde autoriteit een kentekenbewijs wordt afgegeven, met uitzondering van een kentekenbewijs dat is afgegeven op basis van een tijdelijke inschrijving van het motorrijtuig als bedoeld in artikel 1 van die richtlijn. De teruggaaf wordt verleend aan degene op wiens naam het motorrijtuig was gesteld direct voorafgaand aan het vervallen van de tenaamstelling in het kentekenregister [3] .
14. Ingevolge artikel 4a van het Uitvoeringsbesluit BPM wordt de in artikel 14a van de Wet BPM bedoelde teruggaaf slechts verleend indien:
a. het motorrijtuig buiten Nederland wordt gebracht en op het moment van het vervallen van de tenaamstelling in het kentekenregister blijkens dit register niet wordt aangemerkt als motorrijtuig bestemd voor sloop of motorrijtuig dat wacht op keuring;
b. het motorrijtuig op het moment, bedoeld in onderdeel a, niet voldoet aan de definitie van schadevoertuig in de zin van de Regeling voertuigen en degene op wiens naam het motorrijtuig te naam was gesteld direct voorafgaand aan het vervallen van die tenaamstelling in het kentekenregister dit bij het verzoek, bedoeld in onderdeel c, verklaart;
c. het verzoek om teruggaaf wordt gedaan binnen dertien weken na het vervallen van de tenaamstelling in het kentekenregister (de zogenoemde dertienwekentermijn); en
d. bij het verzoek bescheiden worden overgelegd waaruit blijkt dat het motorrijtuig is geregistreerd in een andere lidstaat van de Europese Unie of een staat die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte.
15. In de Memorie van Toelichting (MvT) [4] op de wijziging van artikel 14a van de Wet BPM per 1 januari 2016 (de wetswijziging) staat, voor zover hier van belang, het volgende:

“2. Toelichting op enkele wijzigingen

2.6.
Teruggaaf BPM bij export van motorrijtuigen
De teruggaafregeling bij export van motorrijgen van de belasting van personenauto’s en motorrijwielen (BPM) wordt zodanig aangepast dat de BPM-teruggaaf alleen wordt verleend indien het geëxporteerde motorrijtuig, overeenkomstig de Richtlijn inzake de kentekenbewijzen van motorvoertuigen (Richtlijn 1999/37/EG), duurzaam is ingeschreven in een andere lidstaat of in een staat die partij is bij de Europese Economische Ruimte (EER). Dit werpt een drempel op tegen het ten onrechte verkrijgen van een teruggaaf bij export naar een land buiten de EU/EER via bijvoorbeeld tijdelijke registratie in een land binnen de EU/EER.
II. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING
(…)
Artikel VII
Artikel VII, onderdeel B (artikel 14a van de Wet op de belasting van personenauto’s en motorrijwielen 1992)
In artikel 14a van de Wet BPM 1992 wordt geregeld dat de teruggave van BPM bij export van motorrijwielen voortaan alleen wordt verleend indien het geëxporteerde voertuig duurzaam is ingeschreven in een ander land binnen de Europese Unie/Europese Economische Ruimte (EU/EER). Daartoe wordt in artikel 14a, eerste lid, van de Wet BPM 1992 opgenomen dat een teruggaaf alleen wordt verleend indien het motorrijtuig buiten Nederland is gebracht en in een ander land binnen de EU/EER is geregistreerd als bedoeld in de Richtlijn 1999/37/EG van de Raad van 29 april 1999 inzake de kentekenbewijzen van motorrijtuigen (PbEG 1999, L 128).
De Belastingdienst heeft namelijk geconstateerd dat een deel van de uit Nederland naar een ander land binnen de EU/EER geëxporteerde motorrijtuigen direct nadat deze motorrijtuigen kortdurend waren geregistreerd in dat andere land van de EU/EER, wordt geëxporteerd naar een land buiten de EU/EER. Deze kortdurende registratie in dat andere land binnen de EU/EER dient dan uitsluitend het doel een teruggave van BPM te verkrijgen.
(…)
Als gevolg van de wijziging van artikel 14a van de Wet BPM 1992 wordt een kentekenbewijs op basis van een tijdelijke inschrijving als bedoeld in de richtlijn voortaan niet meer geaccepteerd als basis voor de teruggave van BPM bij export motorrijtuigen. Het gaat hierbij om tijdelijke registraties - in de richtlijn <> genoemd - ten blijke waarvan documenten worden afgegeven dan wel gebruikt die niet in alle opzichten voldoen aan de voorschriften van die richtlijn.
Bij een export naar een ander land binnen de EU/EER, waar een motorrijtuig duurzaam ingeschreven wordt, zal in dat land geen tijdelijke maar een permanent kenteken worden aangevraagd en kan teruggave worden verkregen. In de gevallen waarin toch een tijdelijk kenteken wordt aangevraagd omdat het voertuig bijvoorbeeld via Duitsland naar een ander EU-land wordt geëxporteerd, moet degene op wiens naam het motorrijtuig in Nederland was geregistreerd wachten met het terugvragen van de BPM tot het motorrijtuig in het definitieve EU-land van bestemming permanent is ingeschreven. Een teruggave van BPM blijft in die gevallen mogelijk”.
16. Het bij een verzoek om teruggaaf overgelegde buitenlandse kentekenbewijs moet voldoen aan de eisen van Richtlijn 1999/37/EG (PbEG 1999, L 138). Dit houdt - kort gezegd - in dat de verplichte rubrieken op het kentekenbewijs moeten staan en dat ook de juiste waarden moeten zijn ingevuld. Het gaat daarbij om de volgende rubrieken [5] :
Rubriek
Omschrijving
A
(Buitenlands)kenteken
B
Datum le toelating ovi
C
Persoonsgegevens
C.1
Tenaamgestelde van het kentekenbewijs
C.1.1
Achternaam of firmanaam
C.1.2
Voornamen of initialen
C.1.3
Adres
C.2
Eigenaar van het voertuig
D
Voertuiggegevens
D.1
Merk
D.2
Type
D.3
Handelsnaam
E
VIN
F
Massa
F.1
Technisch toelaatbare maximummassa in beladen toestand
F.2
Toelaatbare maximummassa in beladen toestand van het voertuig dat in de lidstaat van inschrijving in gebruik is
F.3
Toelaatbare maximummassa in beladen toestand van de combinatie die in de lidstaat in gebruik is
G
Massarijklaar van het voertuig
H
Geldigheidsduur van de inschrijving
I
Datum van de tenaamstelling
J
Voertuigcategorie
K
Type-goedkeuring
L
Aantal assen
M
Wielbasis (in mm)
Technisch toelaatbare getrokken maximummassa van de aanhangwagen:
0.1
Geremd (in kg)
0.2
Ongeremd (in kg)
P
Motor
P.1
Inhoud (in cm3)
P.2
Netto maximumvermogen (in kW)
P.3
Brandstoftype of vermogensbron
P.4
Nominaal toerental
R
Kleur
S
Aantal zitplaatsen
S.1
Aantal zitplaatsen, inclusief zitplaats van de bestuurder
T
Maximum snelheid (in km/h)
U
Geluidsniveau
U.1
stationair (in dB(A))
U.2
toerental van de motor (in min-1)
U.3
rijdend (in dB(A))
V.
Uitlaatgassen
V.1.
CO in g/km og g/kWh
V.7
C02 in g/km
Daarnaast gelden, naar verweerder onweersproken heeft gesteld, per EU-land een aantal bijzonderheden. Voor de onderhavige EU-landen, Polen, Roemenië, Litouwen en Duitsland, gaat het daarbij om de volgende bijzonderheden:
Polen:
Elk jaartal van afgifte van het kentekenbewijs kent zijn eigen lettercombinatie waarmee het serienummer aanvangt:
2015 seria DR/BAL,
2016 seria DR/BAM,
2017 seria DR/BAN,
2018 seria DR/BAO en
2019 seria DR/BAP.
Poolse kentekenbewijzen hebben voor het onderscheid met de letter o een schuine streep door de 0. De zijkant van het kentekenbewijs bevat een controlestrip waarop diverse gegevens (kenteken, VIN, documentnummer) terugkomen. Het kenteken wordt in het document gestanst.
Roemenië:
Het document kent een serienummer dat correspondeert met het jaar van afgifte:
2017 = 017;
2018 = 018.
Het documentnummer kent een barcode, die kan worden gescand en dan hetzelfde nummer dient te genereren als erboven staat.
Litouwen:
Het documentnummer begint met een letter, die verband houdt met het jaar van afgifte:
2017 G, 2018 H en I.
Rubrieken E en A staan bovenaan het document en zijn dikker gedrukt dan de overige rubrieken.
Duitsland:
De lettercombinatie waarmee het kenteken aanvangt verwijst naar het district waar het kenteken is afgegeven. Elke Duits district heeft een eigen combinatie.
Het documentnummer onder Zulassungsbescheinigung Teil 1, dient te corresponderen met de datum inschrijving (rubriek I): het documentnummer bevat een dagnummer, waarbij 1 januari dag 1 is, 1 februari dag 32, 1 maart dag 60 enzovoort.
17. Verweerder heeft bij de controle van de door eiser bij de verzoeken overgelegde
bescheiden een groot aantal gebreken geconstateerd. Deze gebreken zijn de volgende:
  • het op het document vermelde serienummer hoort niet bij het jaar van afgifte (komt voor bij meerdere auto’s);
  • op veel van de door eiser overgelegde documenten is hetzelfde nummer vermeld, een nummer dat een uniek nummer zou moeten zijn
  • het documentnummer komt niet overeen met het jaar van afgifte (komt voor bij meerdere auto’s);
  • er staan twee verschillende data van afgifte in het overgelegde document (komt voor bij meerdere auto’s);
  • de verplichte rubrieken G en H zijn niet ingevuld (komt voor bij meerdere auto’s);
  • de kenteken(hoofd)lettercombinatie bestaat niet (komt voor bij meerdere auto’s);
  • de plaats van afgifte komt niet overeen met het district van afgifte (komt voor bij meerdere auto’s);
  • het jaarnummer correspondeert niet met het jaar van afgifte (komt voor bij meerdere auto’s);
  • het dagnummer komt niet overeen met de datum van afgifte (komt voor bij meerdere auto’s);
  • het dagnummer is veel hoger dan het aantal dagen van een jaar (hoger dan 365);
  • het volgnummer
  • er is geen kopie overgelegd van de achterzijde van het buitenlandse kentekenbewijs, waarop het serienummer en de barcode zichtbaar zijn (komt voor bij meerdere auto’s) ;
  • het VIN is niet bekend in het betreffende EU-land, maar behoort bij een ander EU-land (komt voor bij meerdere auto’s);
  • op het betreffende VIN is in EUCARIS een ander kenteken geregistreerd (komt voor bij meerdere auto’s);
  • de auto is in het geheel niet vermeld in EUCARIS (komt voor bij meerdere auto’s);
  • het document is, zo volgt uit EUCARIS, afgegeven voor een ander kenteken (komt voor bij meerdere auto’s);
  • de op (de kopie van) het Poolse kentekenbewijs vermelde voertuiggegevens zijn onbekend op de Poolse website (komt voor bij meerdere van de auto’s).
  • op (de kopie van) het Poolse kentekenbewijs staat geen schuine streep door de 0 (komt voor bij meerdere auto’s).
18. De rechtbank stelt voorop dat de bewijslast, dat is voldaan aan de (alle) voorwaarden
om in aanmerking te komen voor teruggaaf van bpm, rust op eiser. Uit de bij het verzoek
overgelegde bescheiden moet, onder meer, blijken dat het motorrijtuig is geregistreerd in een
andere lidstaat van de Europese Unie of een staat die partij is bij de Overeenkomst
betreffende de Europese Economische Ruimte (zie artikel 4a, onder d, van het
Uitvoeringsbesluit BPM).
19. De rechtbank is van oordeel dat eiser niet heeft voldaan aan de op hem rustende
bewijslast. Eiser heeft ter zitting gesteld dat hij te goeder trouw heeft gehandeld bij het
in ontvangst nemen van de bescheiden (en het overleggen van de bescheiden aan de BD),
maar eiser kan zich niet verschuilen achter het argument dat hij de buitenlandse bescheiden
die aan hem zijn gegeven niet kan controleren. Anders dan eiser kennelijk veronderstelt,
komt het voor zijn rekening en risico dat de door hem overgelegde bescheiden niet voldoen
aan de daaraan gestelde eisen. Daarbij komt dat eiser ter zitting niet heeft weerlegd dat de
door hem overgelegde bescheiden niet voldoen aan de vereiste kentekenkenmerken.
20. Voor de 14 auto’s waarvan verweerder heeft vastgesteld dat de bij het verzoek
overgelegde bescheiden wel voldoen aan de gestelde eisen (auto’s 51 tot en met 64) geldt
dat eiser niet aannemelijk heeft gemaakt dat die auto’s daadwerkelijk naar Duitsland
zijn vervoerd. Ook hier rust de bewijslast op eiser. Eiser heeft ook aan die bewijslast niet
voldaan. Hij heeft na daartoe in de gelegenheid te zijn gesteld geen vervoersbewijzen van
deze auto’s overgelegd. Ook op de zitting heeft eiser over het vervoer van deze auto’s naar
Duitsland niets naar voren gebracht.
21. Uit de MvT, en meer in het bijzonder de laatste alinea van de Artikelsgewijze Toelichting, zoals hiervóór onder 15. geciteerd, volgt dat ingeval van export naar een andere lidstaat eerst recht bestaat op teruggaaf van bpm als in het definitieve land de auto permanent is ingeschreven. Anders dan eiser heeft betoogd is het dan ook niet voldoende dat deze auto’s geregistreerd zijn (geweest) in het Duitse kentekenregister. De registratie van de onderhavige 14 auto’s in Duitsland is telkens op de dag van die registratie (ook weer) beëindigd. Eiser heeft geen stukken overgelegd waaruit volgt dat de auto’s zijn verkocht en zijn overgebracht naar een persoon of bedrijf in een EU/EER-land waar de auto’s nadien definitief zijn geregistreerd. Uit de door eiser overgelegde stukken volgt slechts dat de registratie van die auto’s telkens op naam van een bedrijf is gebeurd, dat niet de eigenaar van de desbetreffende auto’s werd, maar (enkel) de export administratief faciliteert. Deze gang van zaken is door eiser niet weersproken.
22. Eiser heeft voor de Duitse registraties ook een beroep gedaan op het gelijkheidsbeginsel. Voor de toepassing van het gelijkheidsbeginsel gaat het om gevallen die feitelijk en rechtens gelijk zijn. Het ligt op de weg van eiser om het beroep op het gelijkheidsbeginsel nader te onderbouwen. Omdat hij geen concrete gevallen die feitelijk en rechtens gelijk zijn heeft genoemd, slaagt het beroep op het gelijkheidsbeginsel niet.
Slotconclusie
23. Met betrekking tot de onderhavige 67 auto’s is niet voldaan aan de voorwaarden om
in aanmerking te komen voor de verzochte teruggaaf van bpm. Gelet hierop heeft verweerder de bezwaren tegen de afwijzing van de 67 verzoeken van eiser terecht ongegrond verklaard.
24. Gelet op het vooroverwogene dienen de beroepen ongegrond te worden verklaard.
25. De rechtbank ziet geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling, omdat alle beroepen ongegrond zullen worden verklaard.

Beslissing

De rechtbank verklaart de beroepen ongegrond.
Deze uitspraak is gedaan door mr. J.J. Westerbaan, voorzitter, mr. A.P. Vaatstra en mr. R. van der Struijk, rechters, in tegenwoordigheid van mr. L.A. Aalbersberg, griffier.
De beslissing is in het openbaar uitgesproken op:
griffier
voorzitter
Afschrift verzonden aan partijen op:
Rechtsmiddel
Tegen deze uitspraak kunnen partijen binnen zes weken na de verzenddatum hoger beroep instellen bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden (belastingkamer).
Als het een Rijksbelastingzaak betreft (dat is een zaak waarbij de Belastingdienst partij is), dan kunt u digitaal beroep instellen via
www.rechtspraak.nl. Daar klikt u op “Formulieren en inloggen”. Hoger beroep instellen kan eventueel ook nog steeds per brief.
Betreft het een andere belastingzaak (bijvoorbeeld een zaak waarbij de heffingsambtenaar van een gemeente of een samenwerkingsverband partij is), dan kan het hoger beroep uitsluitend worden ingesteld door verzending van een brief aan het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden (belastingkamer), Postbus 9030, 6800 EM Arnhem.
Bij het instellen van het hoger beroep dient het volgende in acht te worden genomen:
1 - bij het hogerberoepschrift wordt een afschrift van deze uitspraak overgelegd;
2 - het hogerberoepschrift moet, indien het op papier wordt ingediend, ondertekend zijn. Verder moet het ten minste het volgende vermelden:
a. de naam en het adres van de indiener;
b. de datum van verzending;
c. een omschrijving van de uitspraak waartegen het hoger beroep is ingesteld;
d. de redenen waarom u het niet eens bent met de uitspraak (de gronden van het hoger beroep).

Voetnoten

1.Voor iedere auto/verzoek om teruggaaf van bpm is een zaaknummer aangemaakt.
2.Sinds de wetswijziging van 1 januari 2016 van artikel 14a van de Wet BPM wordt volgens voornoemd artikel bij tijdelijke inschrijving in het kentekenregister van een andere EU-lidstaat geen teruggaaf bpm verleend.
3.Artikel 14a van de Wet op de belasting van personenauto’s en motorrijwielen 1992 (Wet BPM), wettekst 1 januari 2016 tot 1 januari 2022.
4.Memorie van Toelichting, Vergaderjaar 2014-2015, nr. 34 220 Wijziging van enkele belastingwetten en enige andere wetten (Fiscale verzamelwet 2015).
5.De vetgedrukte rubrieken betreffen de verplichte rubrieken op het kentekenbewijs. De gecursiveerde rubrieken bevatten de optionele rubrieken
6.Het gaat daarbij om de vermelding van de hoofdletter/cijfer combinatie “TEIL II CY736364”.
7.Het volgnummer is zo hoog dat dit vragen oproept. In één geval is sprake van een volgnummer 64.587, hetgeen zou betekenen dat er op de betreffende dag minstens 64.587 kentekens zijn afgegeven in het betreffende Duitse district (geldt voor auto 12). In een van de andere gevallen is sprake van een volgnummer 93.715 (auto 37).