1.De inhoud van de tenlastelegging
Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
1.
hij in of omstreeks de periode van 03 september 2021 tot en met 08 februari 2022, althans in het (de) ja(a)r(en) 2021 en/of 2022, te Uden, in de gemeente Maashorst, en/of in de gemeenten Nijmegen, in elk geval in Nederland, wederrechtelijk stelselmatig opzettelijk inbreuk heeft gemaakt op eens anders persoonlijke levenssfeer, te weten die van [slachtoffer 1] ,
- door die [slachtoffer 1] veelvuldig, althans meermalen, een (groot) aantal (telefonische) berichten te sturen via onder meer Whatsapp en/of 1-Messenger en/of Facebook en/of een mailadres en/of via SMS, en/of
- door veelvuldig, althans meermalen, (anoniem) te bellen naar die [slachtoffer 1] , en/of
- door veelvuldig, althans meermalen, met een of meerdere nepaccounts (op internet) die [slachtoffer 1] een (groot) aantal berichten te sturen, en/of
- door veelvuldig, althans meermalen, via een of meerdere nepaccounts (op internet) contact op te nemen met die [slachtoffer 1] , en/of
- door naaktfoto’s van die [slachtoffer 1] door te sturen aan een of meer vrienden en/of kennissen van die [slachtoffer 1] , en/of door te dreigen deze naaktfoto’s online te zetten, en/of
- door zich meerdere malen (hinderlijk) voor/nabij de woning en/of de verblijfplaats en/of het werkadres van die [slachtoffer 1] (en/of haar ouders) te begeven en/of zich aldaar in de directe omgeving op te houden, en/of
- door een zgn. "pijpbom" te plaatsen of te deponeren in de tuin, althans de directe omgeving, van de woning en/of de verblijfplaats van die [slachtoffer 1] en/of haar ouders, en/of
- door meermalen langs de woning en/of in de straat van die [slachtoffer 1] (en/of haar ouders) te rijden, en/of,
- door meermalen bedreigende en/of beledigende en/of intimiderende teksten uit te spreken aan het adres van die [slachtoffer 1] , en/of
- door een band van de auto van de moeder van die [slachtoffer 1] lek te steken, althans te vernielen, en/of
- door die [slachtoffer 1] aan te melden op de internetsite “sexjobs.nl”, met het oogmerk [slachtoffer 1] te dwingen iets te doen, niet te doen, te dulden en/of vrees aan te jagen;
2.
hij op of omstreeks 7 december 2021 en/of 8 december 2021, althans in de maand december 2021, in de gemeente Nijmegen, een persoon, genaamd [slachtoffer 1] , en/of een persoon, genaamd [slachtoffer 2] , heeft bedreigd met
- enig misdrijf waardoor gevaar voor de algemene veiligheid van personen en/of goederen ontstaat, en/of
- enig misdrijf tegen het leven gericht, en/of
- zware mishandeling, en/of
door een zgn. "pijpbom" (gevuld met zgn. "sterretjes" en/of kruit, in elk geval enig explosief materiaal) te plaatsen of te deponeren in de tuin van perceel [adres 2] aldaar, op welk adres o.a. genoemde [slachtoffer 1] en/of genoemde [slachtoffer 2] woonachtig is/zijn en/of verbleef/verbleven.
2. Overwegingen ten aanzien van het bewijs
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan de ten laste gelegde feiten.
Het standpunt van de verdediging
Ten aanzien van feit 1 heeft de raadsman bepleit dat het dossier onvoldoende bewijs bevat dat verdachte gebruik heeft gemaakt van nepaccounts om berichten naar aangeefster [slachtoffer 1] (hierna: [slachtoffer 1] ) te sturen en contact met haar op te nemen. Dat geldt eveneens voor het versturen van naaktfoto’s van [slachtoffer 1] , het langs de woning of in de straat van [slachtoffer 1] rijden, het uiten van beledigende en bedreigende teksten jegens haar, het lek steken van de autoband van haar moeder en het aanmaken van een account op ‘www.sexjobs.nl’.
Voor wat betreft het bellen, sturen van berichten, het ophouden bij de woning en het werkadres van aangeefster en het plaatsen van de pijpbom door verdachte heeft de raadsman zich gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank.
Ten aanzien van feit 2 heeft de raadsman bepleit dat sprake is van een onherstelbaar vormverzuim, nu de vordering van de officier van justitie en de machtiging van de rechter-commissaris voor het opvragen en het verstrekken van de verkeersgegevens van de telefoon van verdachte ontbreken in het dossier. Verdachte heeft, geconfronteerd met de verkregen gegevens, bij de politie (bekennend) verklaard over het plaatsen van de pijpbom. Dit kan niet meer ongedaan gemaakt worden. De raadsman heeft verzocht om strafvermindering toe te passen. Indien de rechtbank tot een bewezenverklaring komt voor de ten laste gelegde bedreiging, dan heeft de raadsman bepleit dat verdachte slechts het opzet heeft gehad op het vernielen van de tuin en daarmee op de algemene veiligheid van goederen.
Beoordeling door de rechtbank
[slachtoffer 1] heeft op 25 oktober 2021 aangifte gedaan van stalking door haar ex-vriend [verdachte] uit Uden. [slachtoffer 1] verklaarde dat zij vanaf 28 oktober 2020 een relatie had met [verdachte] . Zij verklaarde dat ze de relatie op 31 augustus 2021 beëindigde, omdat zij veel ruzie hadden. [verdachte] was daar volgens haar heel verdrietig en boos om. Op 3 september 2021 heeft zij [verdachte] volledig geblokkeerd op Facebook, Messenger, Instagram, WhatsApp en telefoon. Daarna begon eigenlijk het stalkgedrag van [verdachte] . Op 16 september 2021 verscheen [verdachte] ineens bij haar op haar werk bij de [winkel] . Diezelfde avond kwamen zij en haar moeder thuis en zagen zij dat [verdachte] bij het schuurtje bij hun woning stond. Haar moeder heeft [verdachte] toen aangesproken. [slachtoffer 1] verklaarde dat zij op alle dagen in oktober is gebeld door verschillende nummers. Alleen op 6 en 21 oktober is zij niet gebeld. Zij denkt dat zij in oktober in totaal ongeveer 250 keer is gebeld door [verdachte] .
Op 25 oktober 2021 heeft [slachtoffer 1] een klacht ingediend bij de hulpofficier van justitie.
Er is onderzoek gedaan naar de historische verkeersgegevens van de telefoon van aangeefster gedurende de periode 3 september 2021 tot en met 8 februari 2022. Uit de analyse volgt dat aangeefster in die periode 819 keer gebeld is door het telefoonnummer [telefoonnummer] . Dit telefoonnummer staat op naam van [verdachte] .
[slachtoffer 2] (de moeder van [slachtoffer 1] ) heeft op 8 december 2021 aangifte gedaan van bedreiging. Zij heeft verklaard dat zij met haar dochter [slachtoffer 1] woonachtig is op het [adres 2] in Nijmegen. Zij verklaarde dat zij die ochtend in haar tuin kwam achter haar woning en dat zij toen een groen pakketje zag liggen. Na contact met de politie heeft zij het pakketje uitgepakt. Er zaten drie lagen ducttape omheen. Zij zag vervolgens een ijzeren pijp die aan twee kanten dichtgeslagen was. Zij zag ook dat er in het midden van de pijp een gaatje zag waar zwart poeder uit kwam.
De bemonstering van de tape (SIN AAPP4075NL) waarmee het groene pakketje was ingepakt is onderzocht door het Nederlands Forensisch Instituut (NFI). Het DNA-profiel van verdachte is betrokken bij dit onderzoek. DNA-profielen AAPP4075NL#01 en AAPP4075NL #02 betreffen afgeleide DNA-profielen waarvan is aangenomen dat alle DNA-kenmerken van één persoon afkomstig zijn. DNA-profielen AAPP4075NL#01 en AAPP4075NL #02 zijn elk meer dan 1 miljard keer waarschijnlijker wanneer DNA afkomstig is van [verdachte] , dan wanneer DNA afkomstig is van een willekeurige (niet aan [verdachte] verwante) persoon.De rechtbank concludeert op basis van deze bevindingen dat het DNA op het ducttape van verdachte is.
Verdachte heeft ter terechtzitting verklaard dat hij [slachtoffer 1] heeft gestalkt met zijn telefoon. Hij belde haar met zijn eigen nummer, waarbij hij soms zijn nummer afschermde en [slachtoffer 1] alleen kon zien dat het een privénummer was. Hij heeft verder verklaard dat hij twee keer bij de woning van [slachtoffer 1] is geweest vóór het eerste stopgesprek met de politie op 29 september 2022. Ook is hij op haar werkadres verschenen. Tot slot heeft verdachte ter zitting verklaard dat hij de pijpbom heeft gemaakt en in de tuin van aangeefsters heeft gegooid.Bij de politie heeft verdachte verklaard dat hij boos was en dat hij schade wilde aanrichten, omdat hij veel in hun achtertuin heeft gedaan. Hij heeft verklaard dat hij er sterretjes in had gedaan.
Ten aanzien van feit 1 (belaging)
Op basis van het voorgaande concludeert de rechtbank dat verdachte [slachtoffer 1] in de onder feit 1 ten laste gelegde periode 819 keer heeft gebeld met zijn eigen telefoon, dat hij op haar werk en bij haar woning is verschenen en dat hij een pijpbom in haar tuin heeft gegooid. Door op deze wijze veelvuldig contact te zoeken met [slachtoffer 1] , terwijl voor hem duidelijk moet zijn geweest dat zij dit niet wilde, en door het gooien van de pijpbom, heeft verdachte naar het oordeel van de rechtbank wederrechtelijk stelselmatig opzettelijk inbreuk gemaakt op de persoonlijke levenssfeer van [slachtoffer 1] . Het oogmerk van verdachte hierbij was kennelijk [slachtoffer 1] te dwingen contact met hem te hebben, hem niet te negeren, zijn aanwezigheid te dulden en haar angst aan te jagen.
De rechtbank acht dan ook bewezen dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan belaging van [slachtoffer 1] in de periode van 3 september 2021 tot en met 8 februari 2022.
De rechtbank heeft voor een aantal ten laste gelegde gedragingen alleen de verklaringen van aangeefster in het dossier aangetroffen. Hoewel de rechtbank geen reden heeft om te twijfelen aan de verklaring van aangeefster, ontbreekt het bewijs dat verdachte degene is die deze handelingen heeft gepleegd. Daarom zal verdachte hiervan partieel worden vrijgesproken.
Ten aanzien van feit 2 (bedreiging)
De rechtbank stelt voorop dat voor een veroordeling ter zake van bedreiging onder meer is vereist dat de bedreiging van dien aard is en onder zodanige omstandigheden is geschied dat bij de bedreigde in redelijkheid de vrees kon ontstaan dat de misdrijven waarmee gedreigd werd ook gepleegd zouden worden en dat het opzet van verdachte hierop gericht was.
Verdachte heeft ter terechtzitting bekend dat een pijpbom heeft gemaakt, die hij op 8 december 2022 in de tuin van [slachtoffer 2] en [slachtoffer 1] heeft gegooid en dat hij schade wilde aanrichten. De rechtbank acht deze gedraging naar zijn aard zonder meer bedreigend. Daarbij acht de rechtbank van belang dat verdachte [slachtoffer 1] op dat moment al geruime tijd lastigviel en dat hij de pijpbom in de avonduren in hun tuin gooide, vlak bij hun woning. Onder die omstandigheden kon bij aangeefsters naar het oordeel van de rechtbank in redelijkheid de vrees ontstaan, gelet op het door verdachte gebruikte middel, dat de ten laste gelegde bedreigingen ten uitvoer gelegd zouden kunnen worden.
Uit het doel van verdachte, schade veroorzaken, en de reeds beschreven handelingen die verdachte verrichtte volgt naar het oordeel van de rechtbank zijn opzet op (tenminste) de bedreiging van aangevers.
Gelet op het voorgaande concludeert de rechtbank dat verdachte [slachtoffer 1] en haar moeder heeft bedreigd met enig misdrijf waardoor gevaar voor de algemene veiligheid van goederen en personen ontstaat, enig misdrijf tegen het leven gericht en brandstichting. Zij hebben immers een pijpbom in hun tuin aangetroffen en het is een feit van algemene bekendheid dat pijpbommen de dood, schade en brand kunnen veroorzaken en het gevaar dat deze pijpbom kon veroorzaken was bij hen niet bekend.
Nu de rechtbank de mastgegevens van de telefoon van verdachte niet heeft gebruikt voor het bewijs, zal de rechtbank uit proceseconomische overwegingen niet ingaan op het verweer van de raadsman hieromtrent. Daarbij merkt de rechtbank op dat verdachte op het moment dat hij zijn bekennende verklaring aflegde niet alleen geconfronteerd was met de mastgegevens, maar ook met zijn aangetroffen DNA op de ducttape. Zijn bekennende verklaring berust dus niet alleen op de confrontatie met zijn telefoongegevens maar ook op de belastende DNA-match.