Uitspraak
1.De inhoud van de tenlastelegging
hij op of omstreeks 19 december 2021 te Arnhem aan [slachtoffer 1] opzettelijk zwaar lichamelijk letsel, te weten een oogkasfractuur / -breuk en/of oogletsel en/of een of meer (andere) gezichtsfracturen heeft toegebracht, door die [slachtoffer 1] meermalen, althans eenmaal (met kracht) tegen het gezicht, althans tegen het hoofd te stompen en/of te slaan en/of meermalen, althans eenmaal (met kracht) tegen het (boven)lichaam te schoppen en/of te trappen en/of (met kracht) met een lampenkap, althans met een (hard) voorwerp in/tegen het gezicht, althans het hoofd te slaan;
hij op of omstreeks 19 december 2021 te Arnhem tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen opzettelijk en wederrechtelijk een lampenkap, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan [slachtoffer 2] , in elk geval aan een ander toebehoorde(n) heeft vernield, beschadigd en/of onbruikbaar gemaakt en/of weggemaakt.
“help, help!”. Ook hoorde hij een vrouwenstem roepen dat ze een ambulance nodig had en dat ze helemaal bebloed was. [4]
3.De bewezenverklaring
of omstreeks19 december 2021 te Arnhem ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om aan [slachtoffer 1] opzettelijk zwaar lichamelijk letsel toe te brengen, heeft verdachte die [slachtoffer 1] meermalen,
althans eenmaal (met kracht
)tegen het gezicht,
althans tegen het hoofd en/of het (boven)lichaamgestompt en
/ofgeslagen en
/ofdie [slachtoffer 1] meermalen,
althans eenmaal (met kracht
)tegen het
(boven)lichaam geschopt en
/ofgetrapt en
/ofdie [slachtoffer 1]
(met kracht
)met een lampenkap,
althans met een (hard) voorwerp in/tegen het gezicht
, althans het hoofd en/of het bovenlichaamgeslagen, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
hij op
of omstreeks19 december 2021 te Arnhem
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleenopzettelijk en wederrechtelijk een lampenkap,
in elk geval enig goed, dat/die
geheel of ten deleaan [slachtoffer 2]
, in elk geval aan een andertoebehoorde
(n)heeft vernield
, beschadigd en/of onbruikbaar gemaakt en/of weggemaakt.
4.De kwalificatie van het bewezenverklaarde
5.De strafbaarheid van de feiten
6.De strafbaarheid van de verdachte
7.De overwegingen ten aanzien van straf en/of maatregel
Deze persoonlijkheidsstoornis kenmerkt zich enerzijds door een verhoogde kans op stemmingsfluctuaties zoals (onredelijke) boosheid en anderzijds door een verminderde controle over woede en agressieve impulsen. Deze mechanismen onttrekken zich deels aan de bewuste beïnvloeding. Benadrukt kan worden dat de ongecontroleerde woede-aanvallen bij een persoonlijkheidsstoornis met antisociale, borderline en narcistische trekken zich vaak nogal eens richten op personen met wie een affectief geladen relatie (zoals een partner) wordt onderhouden. Machteloosheidgevoelens kunnen dit versterken. Ook bestonden
8.De vordering van de benadeelde partij
8.De toegepaste wettelijke bepalingen
9.De beslissing
- spreekt verdachte vrij van het onder feit 1 primair tenlastegelegde;
- verklaart bewezen dat verdachte de overige ten laste gelegde feiten, zoals vermeld onder ‘De bewezenverklaring’, heeft begaan;
gevangenisstrafvoor de duur van
352(driehonderdtweeënvijftig)
dagen;
180(honderdtachtig)
dagen, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat verdachte zich voor het einde van de
proeftijdvan
drie jarenschuldig heeft maakt aan een strafbaar feit;
ter beschikkingwordt
gestelden stelt voor de duur van de terbeschikkingstelling de volgende
voorwaardenbetreffende het gedrag van verdachte:
dadelijk uitvoerbaaris;
gedragsbeïnvloedendeof
vrijheidsbeperkende maatregelop grond van artikel 38z van het Wetboek van Strafrecht op;
schadevergoedingaan de
benadeelde partij [slachtoffer 1]van
€ 13,40aan materiële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 24 december 2021 en
€ 1.000,-aan smartengeld, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 19 december 2021 tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald;
de benadeelde partij [slachtoffer 1] voor het overige niet-ontvankelijkin de vordering tot smartengeld;
verplichtingop
om aan de Staat, ten behoeve van benadeelde partij [slachtoffer 1] , een bedrag
te betalen van € 1.013,40(duizenddertien euro en veertig eurocent) aan materiële schade en smartengeld. Dit betreft € 13,40 aan materiële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 24 december 2021 en € 1.000,- aan smartengeld, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 19 december 2021 tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald, met bepaling dat bij gebreke van betaling en verhaal van de hoofdsom 20 dagen gijzeling zal kunnen worden toegepast zonder dat de betalingsverplichting vervalt;